Verontreiniging Schouwen-Duiveland kan er al aardig over meepraten ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE Donderdag 15 september 1988 Nr. 24405 5 Wel moet er grond worden afgegraven aan het Galgenlaantje te Zierikzee; de plaats waar het woonwagenkamp heeft gestaan. Daar zijn vervuilingen geconstateerd. Omdat de gemeente het gebied een natuurbestemming wil geven moet de naar olie geurende grond worden afgegraven. Bij graafwerkzaamheden is het mogelijk, dat lokaal kleine verontreinigingsbronnen zichtbaar worden. De provincie acht het gewenst, dat deze grond niet aan het oppervlak komt te liggen of in contact komt met het oppervlaktewater. De gemeente is verzocht ook dergelijke grond af te graven. Het voorstel is inmiddels behandeld door de gemeente. In 1987 al is besloten om de verontreiniging aan de Zierikzeese Scheepstimmerdijk aan te pakken. Daarbij is de inhoud van de op het terrein*aanwezige teerput verwijderd. Deze inhoud vormde namelijk een extra risico voor de verontreiniging van het grondwater. In 1986 werd het saneringsonderzoek in de tuinen rondom de verontreinigingde lokatie afgerond. De cyanidehaarden bleken sterk verontreinigd met cyanide tot een diepte van circa twee meter onder het maaiveld. En dan nog de verontreiniging op het terrein aan de Zierikzeese Gravenstraat, waar een schroot- en metaalhandel is gevestigd. Onderzoek heeft uitgewezen dat de grond sterk verontreinigd was met zware metalen. Het betreft voornamelijk arseen en zink. Het grondwater is eveneens verontreinigd met zware metalen in het bijzonder met lood. Daarnaast is het grondwater verontreinigd met olie en tetraehloorethyleen. Op de nabij gelegen kinderspeelplaats is geen verontreiniging aangetroffen. In de nabijheid van de vervuilingshaard was een aantal groentetuinen gesitueerd. Hoewel er nog onduidelijkheden bestonden over eventuele relaties tussen de vervuiling en de tuinen adviseerde de provincie de gebruikers van de tuinen pas op de plaats te maken. Groente kon beter niet gegeten worden. De sterkste verontreiniging werd aangetroffen in de tuin Bagijnestraat 42. De grond aldaar moest worden aangemerkt als chemisch afval. De vervuiling met lood in dat gebied leverde geen gevaar voor de niet langer gebruikte moestuintjes op. Maar spelende kinderen zouden het mogelijk in de mond kunnen krijgen. Inmiddels is er drastisch gesaneerd. Tbt zover een (verkorte) opsomming van de geconstateerde verontreinigingen in de regio. Duidelijk is, dat ook Schouwen- Duiveland niet gespaard is gebleven en het is nog de vraag wat er nog boven tafel komt. Bij geconstateerde verontreinigingen zijn beheersmaatregelen van groot belang. Het zijn in beginsel tijdelijke beveiligingsmaatregelen, gericht op het volgen of tegengaan van de verspreiding van de verontreiniging en de schadelijke gevolgen daarvan. Indien de noodzaak daartoe blijkt, kunnen beheersmaatregelen worden getroffen voor langere termijn. In het kader van de sanering wordt soms niet alle verontreiniging weggehaald. In die gevallen zal ten behoeve van het resterende deel van een bepaalde nazorg sprake moeten zijn. Indien een lokatie, gelet op de urgentie, niet op korte termijn voor sanering in aanmerking komt dan kan het ook gewenst zijn beheersmaatregelen ter plaatse te plannen. Deze maatregelen hebben dan meer een controlefunctie van de aanwezige verontreiniging. Indien er na de uitvoering van een oriënterend onderzoek vaststaat dat er gesaneerd moet worden en het betreft geen ingewikkeld geval, dan kunnen nader- en saneringsonderzoek worden gecombineerd. Op grond van de hierdoor te verkrijgen gegevens wordt in dat geval verwacht dat de sanering te realiseren is. Deze gecombineerde aanpak betekent vooral tijdwinst. Het is met de verontreiniging moeilijk zo niet onmogelijk om 'daders' aan te wijzen. Het waren in de meeste gevallen wel bedrijven, die onzorgvuldig omsprongen met het dumpen van schadelijke afvalstoffen. Maar daar tegenover staat, dat er ook bij de overheden niet of nauwelijks kennis van zaken was over de mogelijke consequenties. Die bewustwording is iets van de laatste jaren en nu wordt er met man en macht gewerkt aan het schonen van Nederland. Ook de provincie Zeeland in het algemeen en Schouwen-Duiveland in het bijzonder hebben hieraan de handen vol. SCHOUWEN- DUIVELAND - Met de hevige discussie tussen de gemeente Zierikzee en de Reinigingsdienst Schouwen-Duiveland over het wel of niet opslaan van verontreinigde grond op de Serooskerkse stortplaats lijkt de regio zich definitief een plaats(je) verworven te hebben in de vervuilingsproblematiek. De tijd, dat Nederland nog dacht dat alleen Lekkerkerk verontreinigde grond binnen haar grenzen had is voorbij. Zo ernstig als daar is het in de regio absoluut niet, maar dat ook hier betaald moet gaan worden voor de onwetendheid van het verleden staat buiten kijf. Niet alleen in Zierikzee overigens. Sinds 1981 stelt de provincie ieder jaar een bodemsaneringsprogramma vast. Daarin wordt aangegeven op welke lokaties een bodemonderzoek dan wel sanering wordt gepland. Ook voor 1989 is een aantal saneringen gepland. Dat gebeurt in het kader van de zogenaamde interimwet bodemsanering. Vanaf 1990 gebeurt het in opdracht van de Wet bodembescherming. Die wet is overigens al sinds vorig jaar van kracht. Daarin opgenomen is een zogenaamde zorgplicht. Dit houdt in, dat iedereen die weet of kan vermoeden dat door zijn activiteiten de bodem kan worden verontreinigd of aangetast, verplicht is om maatregelen te treffen om dit te voorkomen. En indien verontreiniging toch heeft plaats gevonden, dan dient de veroorzaker deze te saneren. Strafrechtelijke vervolging bij overtreding van de zorgplicht is mogelijk, want de wet op de economische delicten is namelijk van toepassing. De provincie Zeeland pleit daarnaast echter voor aanpassing van het vergunningenbeleid om de verontreiniging preventief aan te pakken. Van even groot belang is echter de controle op de naleving van dergelijke voorschriften. Aan papieren vergunningen heeft immers niemand iets, zo luidt de stellingname van de provincie. Bij het samenstellen van het saneringsprogramma voor 1989 is ook Schouwen-Duiveland onder de loep genomen. Alvorens de diverse lokaties van Zierikzee te belichten, eerst de wat minder publiciteit- trekkende zaken in de regio. Zoals bijvoorbeeld de lozing van schadelijke stoffen aan de Hanenweg te Noordgouwe. Al in 1984 is er bij het sproeibedrijf een oriënterend onderzoek verricht. De bedoeling hiervan was het inzicht krijgen in de omvang van de verontreiniging van het slib in de sloot, waar spoelwater op is geloosd. Daarnaast is ook gekeken naar de aanwezigheid van De verontreinigde lokatie aan de Val. bodemverontreiniging langs de afvoerleiding. Uit de resultaten van het onderzoek is gebleken, dat de bodem van het afgedamde gedeelte tot circa een meter is verontreinigd met arseen en organische chloorverbindingen. De verontreiniging neemt naar de diepte toe sterk af. Een deel van de grond moet op basis van het arseengehalte als chemisch afval worden aangemerkt. Hoewel het grondwater nauwelijks verontreinigd is is er wel sprake van een chemische geur. Omdat het sproeibedrijf voorlopig werkzaam zal blijven op de voornoemde lokatie is een vervolgonderzoek volgens de provincie niet nodig. Wel moet de verontreiniging opgeruimd worden. Temeer omdat de verontreiniging grenst aan een toekomstig woongebied. En dan komt het aan op het opruimen. Een verzoek van de provincie aan de gebruiker van het perceel de verontreiniging op te ruimen heeft geen effect gehad. Gebruiker weigert. Dit jaar wordt een nader onderzoek uitgevoerd. Ook verontreiniging in Bruinisse. Op de lokatie 'voormalige stortplaats Riekusweel' aan de Bruse Boomdijk is het diepere grondwater duidelijk verontreinigd met aromaten. Ook het diepe en ondiepe grondwater op het stort bevat - zij het in aanzienlijk lagere gehalten - aromaten. In een later uitgevoerde boring buiten de stort is echter weer geen verontreiniging aangetroffen in het grondwater. Die tegenstrijdige onderzoeksresultaten maken het onduidelijk of er nu wel of geen sprake is van verontreiniging van het grondwater. Zolang het gebied een agrarisch gebruik heeft zal de provincie niets ondernemen. Anders wordt het als er in de toekomst wel grondwater onttrokken wordt. Een lichte grondwaterverontreiniging met gechloreerde organische stoffen is geconstateerd op de lokatie Kloosterstraat 12 in Brouwershaven. Daar is een loonwerkbedrijf gevestigd. Er kan echter geen verband gelegd worden tussen de gezondheidsklachten, die aanleiding waren tot het uitvoeren van het onderzoek en de lichte verontreiniging. Gezien de zeer geringe geconstateerde verontreiniging ziet de provincie geen aanleiding om verder onderzoek uit te voeren. En dan nog wat onderzoeken bij andere oude stortplaatsen. De stortplaats aan de Vroonpias te Renesse is schoon. Onderzoek heeft geen enkel component verontreiniging kunnen aantonen; Er is geen reden om aan te nemen, dat de voormalige stortplaats negatief effect heeft op het natuurgebied, waarin ze ligt. Ook de stortplaats in Serooskerke levert geen problemen op. Wel is het sulfaat-gehalte erg hoog. Maar dit heeft geen schadelijke gevolgen voor het-milieu. Hetzelfde geldt voor de voormalige stortplaats in het Krekengebied van Ouwerkerk. Het gehalte aan ammonium en sulfaat is verhoogd, maar er is geen aanleiding voor vervolgonderzoek. De gemeente Westerschouwen heeft evenals Zierikzee te maken (gehad) met verontreinigde grond. De grond aan de Zandweg op de lokatie waar een transportbedrijf gevestigd was, was plaatselijk met olie verontreinigd. Datzelfde gold voor het grondwater. Al in 1984 was het onderzoek afgerond en een jaar later werd de daadwerkelijke sanering uitgevoerd. Voor de aanvang van de sanering waren de gebouwen al gesloopt en de olietanks verwijderd. Ook waren er problemen bij het garagebedrijf aan de Weeldeweg te Burgh-Haamstede. Tijdens veldwerk is op het achterste deel van het terrein weliswaar geen verontreiniging geconstateerd. Er is wel oud ijzer aangetroffen. In het voorste deel is plaatselijk een olie- of teergeur waargenomen. Uit de analyseresultaten blijkt dat de grond van het achterste deel van het terrein licht tot matig verontreinigd is met enkele zware metalen. De gehalten zijn echter niet verontrusten^Naast de voormalige garage is de grond licht verontreinigd met lood en polycyclische aromaten. Het grondmonster afkomstig uit het organoleptisch meest verontreinigde deel van het sloopterrein is sterk verontreinigd met olie en licht polycyclische aromaten. In de grondwatermonsters is geen verontreiniging aangetroffen. Sterke verontreiniging met olie dus aan de Weeldeweg. In februari 1987 is de sterk geurende grond in opdracht en onder toezicht van de gemeente afgegraven en de grond is verwerkt door een gespecialiseerd bedrijf in Rotterdam. De provincie ziet vooralsnog geen reden voor een vervolgonderzoek. Juist omdat de gemeente Westerschouwen zelf de schouders onder de vervuiling heeft gezet, maakt ze bezwaar tegen het verzoek van de gemeente Zierikzee om de daar geconstateerde vervuiling op te slaan op de algemene stortplaats in Serooskerke. De provincie heeft de reinigingsdienst toch een acceptatieplicht van de verontreinigde grond opgelegd, maar die is geschorst gedurende het beroep dat is aangetekend bij de Raad van State. De reinigingsdienst en de gemeente Westerschouwen willen geen Zierikzeese grond op de stortplaats. Zierikzee en de provincie willen dat wel. Overigens staat de reinigingsdienst ten opzichte van haar collega instellingen in de provincie alleen. Naast het vervuilde havenslib, dat de gemeente Zierikzee als een zwaard van Damocles boven het hoofd hangt, heeft deze centrumgemeente de afgelopen jaren met meer lokaties van doen gehad. Aan de Hogemolenstraat bijvoorbeeld, waar nu een bejaardencentrum is gebouwd. Daar waren vroeger bedrijfjes gevestigd. In tegenstelling tot eerdere onderzoeken zijn er laatstelijk wel verhoogde gehalten verontreiniging geconstateerd. Waar die tegenstrijdigheid vandaan komt is de provincie onduidelijk. Nader onderzoek is niet noodzakelijk. Zolang de schorsing duurt komt er geen verontreiniyue yrond op de stortplaats in Serooskerke. Gelukkig geen problemen met ae voormalige vuilstort in het Ouwerkerkse Krekengebied i A

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1988 | | pagina 5