ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE Nieuw-Haamstede Dorpenbijlage oktober 1987 De Schouwen-Duivelandse dorpen doorstaan tand des tijds vredig SCHOUWEN-DUIVELAND - Het afgelopen jaar hebben de lezers van de Zierikzeesche Nieuwsbode eerst maandelijks, later wekelijks een verhaal aangeboden gekregen over een van de dorpen op Schouwen- Duiveland. Uit de reacties is gebleken, dat een groot aantal mensen deze verhalen erg op prijs heeft gesteld. Dat is voor deze krant reden geweest om haar abonnees vandaag een speciale dorpenbijlage te geven. Op weekend-formaat weliswaar. maar daardoor ook handzamer en misschien leuk om familie elders.in den lande eens in vogelvlucht kennis te laten maken met Uw regio. Schouwen-Duiveland is een unieke regio met vele dorpen, gehuchten en buurtschappen. Centraal staat Zierikzee. dat als enige echte stad een centrumfunctie vervult voor de vele dorpen Bijna alle bevolkingsconcentraties in de regio hebben in de achterliggende periode bezoek gekregen van de krant en een opvallend groot aantal mensen verleende zijn medewerking aan de pagina's. In totaal vindt U in deze bijlage 24 dorpen. Burgh. Schuddebeurs. Bruinisse, Nieuwerkerk. Dreischor. Brouwershaven, Eikerzee. Brijdorpe. Burghsluis. Noordwelle, Zonnemaire, Oosterland, Ouwerkerk. Scharendijke, Serooskerke. Kerkwerve, Sirjansland. Westenschouwen. Haamstede. Nieuw-Haamstede. Renesse. Noordgouwe, Laoperskapelle en Ellemeet Het overgrote deel van de pagina's is geschreven door redactrice Marijke Vael en de meeste foto's zijn van Johan junior en Johan D. C. Berrevoets Andere redactieleden hebben incidenteel hun medewerking verleend aan de serie, die met deze bijlage afgerond wordt. Wie zich de moeite getroost deze bijlage nogecns helemaal door te worstelen moet geen totaalbeeld van Schouwen-Duiveland verwachten, maar een s/eerplaatje van de verschillende dorpen Zo verschillend zijn de dorpen overigens niet gebleken. Overal hebben zich in de afgelopen tijd nieuwe mensen gevestigd en overal lijkt de acceptatie geslaagd te zijn. De een hunkert naar vroeger tijden, terwijl de ander de veranderingen in 3e tijd als vanzelfsprekend heeft ervaren. Als er gesproken mag worden over een nieuw tijdperk, dan is daar nu sprake van De weg over de Stormvloedkering wordt opengesteld en velen verwachten veranderingen. Het zal zeker voor de dorpen niet veel verandering te weeg brengen. Daar gaat het gewone leven gewoon zijn gang. Veel leesplezier toegewenst... De redactie Onder in de vuurtoren stond een bak hooi voor het geval het touiv zou breken waaraan de gewichten hingen" NIEUW-HAAMSTEDE - Verscholen in het natuurgebied De Kop van Schouwen ligt Nieuw- Haamstede. Een zeer groen buurtschap waarin de ongeveer 300 huizen die er staan bijna niet zijn terug te vinden. Elk huis staat op zichzelf. Verscholen op een ruim stuk grond met zoveel groen dat het in de loop der jaren vaak een eenheid is geworden met het omringende landschap. „Nieuw- Haamstede is een natuurgebied met hier en daar een huis". Zo omschrijft vuurtorenwachter Jan Kloet de ongeveer een bij anderhalve kilometer grote kern waarop hij vanuit zijn hoge uitkijkpost in de vuurtoren het uitzicht op heeft. Het grootste deel van de ongeveer 300 huizen, die van bovenaf gezien kleine kleurige plekjes in het duinlandschap vormen, is van toeristen. Anno 1987 worden er ongeveer 80 permanent bewoond. Door het echtpaar J. C. de Koster en J. de Koster-de Glopper bijvoorbeeld Sinds 1953 bewonen zij een houten woning aan de Duinroosweg. Een van de huizen die na de watersnoodramp aan Zeeland werden geschonken door Noorwegen. De heer De Koster heeft net 'zijn rondje gedaan' „Ja, ik ga iedere morgen wandelen. Dan loop ik wat rpnd en ga de eendjes voeren in de vijver van een van de huizen hier" De Koster is 67 jaar en was vroeger bouwvakker van beroep In de loop der jaren zag hij de veranderingen die zich ook in Nieuw-Haamstede voltrokken „Vroeger was het hier veel leger Veel meer oen open gebied. Toen wij hier kwdmen wonen was hier bij ons huis nog niet eens een weg of' een lantaarnpaal. Het was allemaal 'holder de bolder'. Heuvelachtige grond waar koeien op liepen. Ik weet er nog van dat de verharde straatweg bij De Maire ophield als je deze richting opkwam vanaf Haamstede. De Maire was vroeger alleen een weiland met een schuur langs bet EJzenpad. Daar is nu een camping en een manege met dezelfde naam. De straatweg werd vroeger op dat punt een heel smal grindpad dat doorliep tot de vuurtoren. Daar konden alleen fietsers over en paarden met wagens. Er stonden nog niet zoveel struiken en bomen vlak langs de weg zoals dat nu is. Het was veel meer een open poldergebied want je had behoorlijke last van de wind als het een beetje waaide". Volgens het echtpaar De Koster is alleen het duingebied nog hetzelfde gebleven als vroeger. „Er is hier veel extra groen aangeplant langs de wegen en er zijn ontzettend veel vakantiewoningen bijgekomen. En de zweefvliegtuigclub natuurlijk. Daar is altijd veel belangstelling voor. Maar daar hebben wij allemaal geen enkele last van hoor. Ik ga ook wel eens kijken naar die vliegtuigen. Nee, ik vlieg niet mee De lucht is voor de vogels". De Koster weet nog dat het huidige groepshotel De Schouwsche Boer vroeger een boerderij was. „Dat was Ver voor de oorlog hoor. "Iben had je hier op Nieuw-Haamstede nog enkele boeren. Maar het is hier slecht voor do landbouw, zandgrond. Daarom zijn ze allemaal verdwenen. Ze verbouwden hier vroeger veel lupinen, die werden gebruikt voor de mest. En rogge Maar dat loonde niet" „De boeren hier leefden daarom vooral van de konijnen. Die zitten er nu nog veel maar vroeger helemaal. Iben zag het grijs van de konijnen Ze vingen ze op hun eigen grond, dat mocht. Soms met vijfhonderd tegelijk per nacht" Dat gebeurde volgens De Koster door een gat in de grond te graven en daarvoor een fuik te zetten. „Met van die brede vleugels die naar het gat toe smaller toeliepen. Met een man of drie werden de konijnen daar naar toe gedreven". Die tijden zijn voorbij, maar het echtpaar De Koster heeft het ook in het Nieuw-Haamstede van vandaag naar zijn zin. „Het is heel leuk om hier te wonen. Heel rustig Er komen heel veel toeristen hier op Nieuw-Haamstede, maar daar merk je helemaal niets van. Ook in de zomer is het hier 's avonds om negen uur al stil". Zelfs het feit dat Nieuw-Haamstede slechts één winkel, een supermarkt, telt is geen bezwaar. „Alles komt hier langs de deur". Een andere inwoner die het in Nieuw-Haamstede goed naar zijn zin heeft is de 35-jarige Marcel Saman. Hij Is een telg uit een geslacht van vuurtorenwachters „Ja, dat is bij ons een familietraditie. Het beroep ging tot nu toe over van vader op zoon Mijn overgrootvader Roeland Saman is ermee begonnen aan het eind van de negentiende eeuw. Hij was smid op Oosterland maar dat leverde in die tijd niet zo'n goede boterham op. Zodoende Toon hij in 1922 stopte als vuurtorenwachter heeft mijn grootvader het overgenomen. Dat was Krijn Saman, hij was tot dan toe treinmachinist en woonde in Brouwershaven. Mijn vader heette ook weer Roeland net als mijn overgrootvader. Hij nam het werk van vuurtorenwachter in 1953 over en ik doe het nu al weer bijna zeven jaar". Marcel Saman woont op het pleintje dat aan de achterzijde, aan de voet van de vuurtoren ligt. In zijn huiskamer hangen twee oude lampen die in vroeger tijden voor het vuurtorenlicht zorgden. Door verhalen van zijn vader en grootvader en dooi- erover te lezen weet hij veel over het 54 meter hoge gevaarte dat tegenwoordig staat afgebeeld op het nieuwe bankbiljet van 250 gulden. „De vuurtoren is van 1840 Voor die tijd werd de kustlijn ten behoeve van de schepen gemarkeerd met zogenaamde vuurboetes. Dat waren open vuren in stenen of houten optrekjes in de duinen Die waren een paar meter hoog en er zat een haard in die 's avonds en 's nachts werd gestookt met kolen. Er werden mensen aangesteld die ervoor moesten zorgen dat het vuur brandende bleef, de vuurwachters". Door het afkalveri van de duinen moesten de vuurboetes steeds weer wat verder naar achteren worden geplaatst en daarom ging men er vanaf ongeveer 1820 steeds vaker toe over om metalen vuurtorens in de duinen te plaatsen. „Dat kwam ook omdat er een schip was gezonken voor Scheveningen. Iben kwam er kustverlichting langs de hele Nederlandse kust" De vuurtoren van Nieuw- Haamstede werd niet uit metaal maar uit beton opgetrokken „Het was een gestucadoorde grijze toren waar later een wachthuis werd opgezet. Op één maart 1840 werd het licht voor het eerst ontstoken door de lichtwachters die daarvoor waren aangesteld Die diagonale rood witte strepen kwamen er bijna een eeuw later op In 1935, nadat hier het vliegveld was aangelegd Ze zijn bedoeld om de toren beter herkenbaar te maken voor vliegtuigen Die waren er in die tijd heel wat, want het vliegveld was vroeger een tussenstation voor het locale luchtverkeer tussen Rotterdam en Breskens". Marcel Saman .vertelt dat het vuurtorenlicht vroeger bestonf) uit een drie-pits petroleumlamp. „Ja. eigenlijk hetzelfde als zo'n ouderwetse petcroleumlamp. Hij had een voorraadbak met petroleum en daarop brandde hij een poosje door middel van een grote lont. Vanaf begin 1900 ging men over op een gaslamp met een soort gaskous Die werkte op het vergassen van olie. In 1934 kwamen elektrische lampen. Van die grote, bolle Brandarislampcn. En nu heeft de vuurtoren een kwikdampgaslamp van 2000 Watt". Al die lampen zouden hun functie niet hebben kunnen vervullen zonder het optiek en lenzenstelsel; de glazen die eromheen draaien. Marcel Saman weet uit de verhalen van zijn grootvader en vader dat dat draaien vroeger gebeurde via gewichten zoals die ook bij koekoeksklokken en andere oude uurwerken worden gebruikt „Die gewichten hingen in de schacht van de toren waar nu de lift doorheen gaat. De toren is 54 meter hoog. dus ze konden een poosje zakken voor opgetrokken met het contragewicht. Onder de gewichten, op de vloer van do toren, stond een grote bak met hooi voor het geval een touw waaraan de gewichten hingen zou afbreken". Uiteraard is de vuurtoren vandaag de dag voorzien van de modernste apparatuur. „Zend- en ontvangnpparatuur en radar" Mede daardoor is hij sinds een jaar of tien niet meer toegankelijk voor bezoekers „Met al die apparatuur daarboven is er veel te weinig ruimte om mensen te ontvangen. Kr kwamen ook steeds meer bezoekers cn af en toe worden ook vernielingen nnngericht" Wel komen er in de zomer soms mensen 'onderaan de toren' een van zijn vijf collega's. Om wat vragen te stellen over het hoge gevaarte. „Ja. het gebouw heeft altijd een grote aantrekkingskracht uitgeoefend op mensen 'Ze willen v«n alles weten. Ik geloof ook dat de afbeelding op het hankbiljiA Wfct dat betrof» positief werkt". Saman is heel tevreden met zijn leven in Nieuw-Haamstede als vuurtorenwachter. „Ik heb altijd graag op de toren willen komen. Misschien ook omdat ik hier ben opgegroeid en mijn vader en grootvader er ook werkten. Voor ik het van mijn vader kon overnemen was ik timmerman Ik heb daarna natuurlijk scholing gevolgd om in de toren te kunnen werken" Saman voelt zich daarboven als 'een soort koning over zijn gebied' „Je bent zo vrij als een vogel. Je bent je eigen baas omdat je een eigen verantwoordelijkheid hebt. En ik houd ook veel van de natuur Het uitzicht daarboven verveelt me nooit". De vuurtoren wordt dag en nacht bemand door de zes vuurtorenwachters die elkaar afwisselen Behalve het kust verkeer houden ze ook verdachte bewegingen in de omgeving in de gaten zoals mogelijke dieven, stropers of brandhaarden. Daarnaast bestaat hun taak uit onderhoudswerkzaamheden Zoals het poetsen van het koperen framewerk waartussen de lenzen en prima's zitten die om het vuurtorenlicht heen draaien. Saman is door ziin jeugd in het huis aan dc voet van de toren hecht verbonden met het gevaarte. „Ja, vroeger speelde ik hier al met mijn vriendjes. Meestal in de polder of In de duinen hoor. Maar zo af cn toe mochten we mee naar boven En dan zie je alles als kind. De zee, do duinen en het dorp in do verte. Dat maakte grote indruk. Ik herinner me mijn jeugd als oen gezellige tijd vol plezier" Het stoort Saman niet dat er sinds zijn jeugdjaren voel tweede woningen zijn bijgebouwd en een rondweg om de kern is aangelegd Wol dat de architectuur van die huizen naar zijn idee niet altijd oven good in harmonie Is met de omgeving „Er zijn van die rare vormen bij Witte hulzen met pyrnmidevormen cn rare hoeken. Die passen volgens mij niet in deze omgeving, in dit duinlandschap" Boven in de toren staat Jan Kloet. Sinds vijf Jaar hoofd van de kustwacht en sinds acht jaar werkzaam in de vuurtoren van Nieuw Haamstede „Bij helder zicht heb je hier zicht over een straal van 'jn nautische mi)l". zegt hij Uitkijkend over het schitterde duin en zee landschap (Een nautische mijl is 18,52 kilometer). „Kijk daar op zee ligt een vissersbootje vlak bij die zandplaat. Dat houd ik in dc gaten. Wij staan hier altijd uit te kijken want het is een vrij gevaarlijk gebied hier voor de kust. Er kan altijd rets gebeuren cn dan moeten we snel handelen". De verschillende zandbanken blijken herkenbaar aan de diverse strepen wit schuim die zich op de zee aftekenen. Die controle doet Jan Kloet ook via de radar die boven in de vuurtoren staat opgesteld. Tientallen oplichtende puntjes geven aan waar zich op zee schepen cn boeien bevinden. „Die boeien zijn ook heel belangrijk. We moeten er op toezien of ze op de juiste plaats blijven liggen. Het zijn de verkeerstekens op zee wanrop de schepen zich oriënteren Men noemt het dan ook een zeeverkcer kust wachtpost hierboven". De vuurtorenwachter komt niet alleen in actie wanneer duidelijk is dat er wat verkeerd gaat op zee Preventie blijkt ook heel belangrijk „Als een schip op een bank dreigt te lopen komen wc gelijk al in het geweer. Met waarschuwingen via radiocontacten of seinlampen om te voorkomen dat het echt mis gaat. Als dat toch gebeurt moet natuurlijk de reddingsboot Koningin Beatrix in actie komen vanuit de haven van Burghsluis We staan ook in direct contact mot de kustwacht in IJmuiden en de vuurtorens in Ouddorp en Wcstknpellc" Jan Kloet wordt ook na acht jaar nog steeds geboeid door het landschap dat zich voor hem uitstrekt vanaf zijn hoge post „Nieuw-Haamstede is een heel mooi natuurgebied met af en toe ren huis ertussen. Ja. het Is wel behoorlijk uitgebreid in de laatste tientallen jaren. Dat is begonnen na dr watersnoodramp in 1953 met het Oostenrijkse dorp met houten huizen, daar aan het eind van dc "Ibrenweg Er is veel import gekomen Mensen die hier alleen in de vakanties cn weekenden zijn Maar de eigen bevolking kent elkaar goed" Jan Kloet is zelf sinds twintig jaar inwoner van Nieuw- Haamstede „Ondanks het toegenomen toerisme is het hier nog steeds vrijheid, blijheid, net als vroeger Dat komt ook omdat de mensen die hier op vakantie komen dat doen omdat ze van het bos, de duinen en de zee houden. Het zijn natuurliefhebbers"

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1987 | | pagina 27