MAKEN NERTSFOKKERS HET TE BONT Protest tegen bouw fokkerij in Nieuwerkerk ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE Vrijdag 25 april 1986 Nr. 2392» 11 NIEUWERKERK - Het Anti Bont Comité is in actie gekomen tegen de voorgenomen plannen van M. v. d. Wielen uit Dreischor, om aan de Nieuweweg 3 onder Nieuwerkerk een pelsdierenfokkerij té beginnen. Van de Wielen, varkensfokker van beroep, heeft een dienovereenkomstige vergunning aangevraagd bij de gemeente Duiveland en is van plan om in beginsel 700 nertsen (moederdieren) te gaan onderbrengen in zijn nieuw te bouwen nertsfarm. Omwonenden vrezen voor onder meer stankoverlast van de nertsen, en tekenden bezwaar aan tegen het verlenen van een hinderwetvergunning. Het Anti Bont Comité deed daar nog een schepje bovenop, door bij het college van b en w in de gemeente Duiveland eveneens bezwaar aan te tekenen en een beroep te doen op de gemeenteraad de nertsfarm op politiek- etische gronden te weren uit de gemeente. Een van de omwonenden, naaste buurman A. Slootmaaker, zegt in eerste instantie bezwaar te hebben gemaakt wegens te verwachten stankoverlast, het aantrekken van vogels, vliegen, muizen en ratten en pas in tweede instantie tegen bont in z'n algemeenheid te zijn. Slootmaaker zegt zich in deze materie verdiept te hebben en juist daarom is zijn bezorgdheid toegenomen. Hij wil niet hebben dat er in zijn naaste omgeving dieren worden gedood waarvan elders in Europa jassen worden gemaakt en gedragen. Slootmaaker is niet de enige bezwaarde: twee schiftelijke bezwaren en één mondelinge, plus die van het ABC werden op tijd ingediend. Wat dat politiek-etische betreft zegt burgemeester J. van Bommel geen idee te hebben of de farm daardoor geweerd kan worden. Zijn persoonlijke mening over een pelsdierenfokkerij vindt hij niet interessant voor de krant en vindt het in z'n algemeenheid te vroeg en voorbarig om over het al dan niet vestigen van een nertsfokkerij in zijn gemeente te discussiëren. In feite was de burgemeester wat verrast over de plotselinge aandacht. Over mogelijke acties van felle tegenstanders was hij zeer laconiek: ,,Dat zien we dan wel...". De bezwaren van het ABC (Anti Bont Comité) zijn dezelfde als door Slootmaaker verwoord en passen prima in de doelstelling van het ABC: het bestrijden van het dragen en fokken van bont. Het ABC erkent dat dierenbeschermingsaspecten niet onder de huidige hinderwetbepalingen vallen. Tbch is het ABC in deze zaak niet goed geïnformeerd als gesteld wordt dat de mest één keer in de drie maanden verwijderd wordt; dat de urine van de dieren zich in de bodem vermengt met grondwater er in die zin een vervuiling optreedt; dat ammoniak uit de mest verdampt en medeveroorzakcr van zure regen zou zijn. De vergunningaanvrage voorziet kunstmatige inseminatie, aldus samenvatting van het rapport. Een conclusie die niet van elk intensief gehouden stuk vee gezegd kan worden... De onderzoekers hebben in hun onderzoek geen standpunt ingenomen over het eventueel al dan niet ethisch verantwoord zijn van het fokken van dieren voor een produkt als bont. Deze vraag kan niet wetenschappelijk worden beantwoord is hun stelling: ethiek is veelal afhankelijk van de maatschappelijke situatie. De eerlijkheid gebiedt ons te melden, dat secretaris Verhagen niets wil verbergen ten aanzien van de nertsfokkerij en van hem komt dan ook spontaan de uitnodiging om zelf te gaan kijken op een nertsfarm. Spontaan, dus onaangekondigd belandden we bij een fokker met maar liefst 3000 fokdieren, een bedrijf dat goed is voor een investering van anderhalf miljoen gulden. Maar in eerste instantie bekruipt ons toch een gevoel van onbehagen: deze fokker wil beslist geen publiciteit en ook geen naam in de krant. Na deze toezegging (we spreken dus met meneer X) willen we eerst weieens weten waarom deze fokker niet met name genoemd wil worden. X: Voornamelijk uit angst. Ik ben een vredelievend mens en wil niet graag met acties te maken krijgen. Daarbij ben ik slager en dan krijg je het van twee kanten te verduren, want ook de fanatieke vegetariërs weten je te vinden. Zeker in een zo kleine gemeenschap als hier". X is een ervaren pelsdierenfokker, met dertig jaar ervaring. Een man ook aan wie we de vraag naar het welzijn van de nerts voorleggen en daar een fraaie maar begrijpelijke vergelijking voor heeft. ,,Ik zeg het weieens zo. Je hebt een gezin, dat twaalf hoog in een flatgebouw woont. De man gaat elke dag fluitend naar z'n werk en heeft weinig zorgen. Even verderop woont een rijk man in een grote bungalow en veel personeel. Deze man kan 's nachts niet slapen van de zorgen en niet genieten van zijn (beperkte) vrijheid. Wie is beter af? Mijn nertsen leven in zo'n flatgebouw: goed verzorgd, prima te eten en geen zorgen. Mag dat? Is dat plotseling fout?" Volgens deze slager-fokker is de grens tot het maximaal toelaatbare moeilijk te trekken, maar hij vindt het fout dat nu alleen de pelsdierenfokkerij wordt aangepakt via acties, hoewel de groep actievoerders klein is. Wie tegen de intensieve veehouderij is, moet alles afschaffen. Uit zijn ruime ervaring vertelt X, dat het doden van nertsen minder pijnlijk voor henv_zelf is dan het doden van varkens oD stieren waar hij de kop vanaf moet t halen. En toch eten de mensen hun biefstuk.... zonder acties te voeren. Vanwaar dan toch die tegenstand? X: ,,Ik denk dat er veel jaloezie bij zit. Niet iedereen kan zich de luxe van een bontjas veroorloven. Tbch is deze jas het oudste kledingstuk ter wereld en nog steeds in de mode. Ik denk dat een ieder het recht heeft om zelf te bepalen of hij vlees wil eten of bont wil dragen. Ik denk dat je daar niemand om mag aanvallen. Want dezelfde mensen die tegen pelsdieren zijn, snijden met gemak een paling de strot af en houden vogeltjes in kooitjes. Ik ken iemand die hele avonden cn soms nachten in touw is met zijn hobby: het opspelden van vlinders... Ik bedoel maar: waar is de grens?" Na dit gesprek zette hij de deuren van zijn fokkerij gastvrij open, zonder enig voorbehoud. Jammer, dat niet iedere tegenstander die gelegenheid krijgt, want zonder nu direct om te slaan in een pro-bont gedachte moet worden gezegd dat de 3000 nertsen op het naburig eiland een prima huisvesting hebben, optimaal verzorgd worden en dat de liefde van X voor zijn dieren van z'n gezicht is af te schéppen. Overigens wordt zijn farm wél bewaakt door enkele stoere Sint Bernards.... Hij is op alles voorbereid en de vraag dringt zich op, of dèt normaal moet zijn in Nederland. Voor- of tegenstander, men kan uit bovenstaande hopelijk zelf een (betere) mening vormen. TEKST: HARRY DE WAARD FOTO'S: JOHAN JUNIOR namelijk alles aan om de pels (en dus het dier) in een zo goed mogelijke conditie te brengen c q te houden, omdat het uiteindelijk gaat om de buitenkant van het dier. Zou een fokker zijn dier mishandelen, wat wel gezegd wordt, dan beschadigt hij zijn eigen nog te verkopen vacht. Zou hij het dier levend villen, dan is de vacht waardeloos. Ik durf te stellen dat het doden van nertsen véél humaner en dier-waardiger geschiedt dan varkens of stieren om maar eens wat te noemen. Een nerts blijft tot de laatste minuut in zijn eigen, vertrouwde omgeving. Wel eens op een slachthuis wezen kijken, waar varkens vroegtijdig doodgaan aan stress?" Aannemende dat deze deskundige de waarheid spreekt en er van uitgaande dat alle Nederlandse pelsdierenfokkers goed met hun dieren omgaan, blijft nog de vraag of een nerts een dier-waardig bestaan heeft in een open draadkooi en eenmadithok (mèt hooi en stro). Verhagen: ,,Èr<is er maar één die je dat kan vertellen en dat is de nerts zelf. Toch kunnen we daar wel wat over zeggen, omdat er een rapport is over het welzijn van de farm nerts. Onder leiding van dr G. de Jonge werd in 1984 naar opdracht van het NFE een onderzoek ingesteld naar het welzijn van nertsen. Op vijf doorsnee Nederlandse bedrijven werden gedurende één jaarcyclus van 1 maart tot 1 maart waarnemingen gedaan om het welzijn van nertsen objectief te beoordelen. Ik zou zeggen: lees het oordeel van onafhankelijke deskundigen". Dat inderdaad doende wordt duidelijk dat de pelsdierenfokkerij goede en slechte kanten heeft, maar niet meer dan andere intensieve veehouderijen. Over het algemeen kan worden gesteld aan de hand van het onderzoek, dat nertsen fokken op veel punten positief kan worden gewaardeerd en er toch punten tot verbeteringen zijn. onder meer het al genoemde doden van dieren (waar dus inmiddels al verbetering in is gebracht). De manier van huisvesten komt op vele punten tegemoet aan de eisen die de dieren stellen. De dieren zijn voldoende tegen kou beschermd, iets minder tegen warmte. Het ontbreken van bad- en zwemwater is een gemis, maar nadelige effecten zijn niet aantoonbaar. Het voortplantingsproces heeft geen klempunten uit het oogpunt van welzijnszorg. De gezondheidszorg voldoet aan hoge eisen: ziektes komen nagenoeg niet voor. Het voedsel blijft een bron van zorg uit infectie-oogpunt. Bijna 707c van de dieren vertoont af en toe een stereotype gedrag. Lichamelijke beschadigingen (staarten voornamelijk) zijn schaars. Er is opmerkelijk weinig invloed van technocratische ingrepen of kunstmatig geregulierde klimaatsingrepen. Er is geen sprake van sterelisatie, castratie of wordt, dat normaal naar destructors zou worden afgevoerd. Het betreft slachtafval van pluimvee en vis, het voer van de nerts. Daardoor ligt de kostprijs gunstig terwijl het klimaat in Nederland er voor zorgt dat de pelsen van een goede kwaliteit zijn. Terugkerend naar Nieuwerkerk is Verhagen er vast van overtuigd dat Van de Wielen een hinderwetvergunning krijgt. ,,Er is namelijk geen enkele grond waarop die geweigerd zou kunnen worden. De hinderwet regelt het houden van pelsdieren en als je je aan die regels houdt kan er wettelijk niets tegen worden ingebracht. Er kan bezwaar worden aangetekend, en dat is hier ook gebeurd. Maar zoals we in het verleden vaak gezien hebben bij dit soort problemen, komt men uiteindelijk terecht bij de Raad van State, welk college nog nimmer een vergunning heeft geweigerd. Regels voor deze bedrijfstak zijn overigens afkomstig van het ministerie van landbouw en visserij en van vrom". De vrees voor eventuele acties is ook bij deze bestuurder niet aanwezig, omdat het in Nederland nog altijd zo is, dat men respect heeft voor andermans eigendommen. Acties door illegale groepen, noemt hij in deze dom: men maakt zichzelf impopulair bij het grote publiek. Kooien van nertsen openzetten leidt slechts tot de (niet bedoelde) vroegtijdige dood van de dieren. Nertsen fokken is in feite net zo'n namelijk in het opvangen van de (overigens geringe-) hoeveelheden mest in een kelder, waarmee veel bezwaren op voorhand teniet worden gedaan. Deze informatie komt uit de mond van M. van de Wielen, die best bereid was om over zijn plannen te spreken. Eerste vraag is voor de hand liggend: waarom begint iemand een pelsdierenfokkerij in een tijd dat de publieke opinie zich duidelijk tegen deze bedrijftak keert, en er allerhande acties zijn en waren om het dragen en fokken van bont tegen te gaan. Van de Wielen: ,,Als nertsen niet zou kunnen, wat kan er dan wel? Ik heb een bedrijf van 500 mestvarkens, samen met mijn broer. Daar kunnen we gewoon niet meer van leven. Uitbreiding is niet mogelijk door de bekende heffingen. Dan zoek je naar iets anders. Omdat we maar vier hectare grond hebben, kom je vanzelf in de intensieve veehouderij terecht. We hebben toen bedacht wat, hoe en welke dieren. Bevers, meervallen, konijnen, geiten of kippen en kwamen uiteindelijk bij de pelsdieren terecht, omdat daar (nog) geen mestwetgeving voor is en het een gezonde bedrijfstak is". De nertsfokker in spé heeft uiteraard ook wel bedacht dat er tegenstanders zouden zijn van zijn bedrijf, zeker omdat het nieuw is voor Schouwen-Duiveland. Dat verbaast noch verontrust hem, omdat hij naar zijn zeggen wel gewend is aan tegengas. Ook de intensieve varkenshouderij krijgt bij voortduring kritiek te verwerken, maar toch blijft rhen carbonades eten. Nu is een nflrts (of vos) wel een heel ander dier (dan een varken, maar het principe blijft hetzelfde en geldt ook vóór (kist-)kalveren en kippen. De Nederlandse pelsdierenfokkers zijn verenigd in de NFE (Nederlandse Vereniging van Fokkers van Edelpelsdieren), met wiens secretaris, W. Verhagen, we eveneens spraken over de voorgenomen vestiging in Nieuwerkerk. Verhagen is met de kritiek van het ABC bekend en stelt dat in het verleden er erg veel negatieve publiciteit rond deze bedrijfstak is geweest en nog is. Ondanks dat was hij toch bereid tot een gesprek om die kritiek te weerleggen en zo mogelijk om te buigen in het voordeel van de fokkers. In ieder geval om begrip te kweken voor het hoe en waarom van de pelsdierenfokkerij. Volgens hem staat vast dat het spreekwoord .onbekend maakt onbemind" hier ten volle opgaat. Maar weinig mensen nemen de moeite om op een fokkerij te gaan kijken en verklaren zich gewoon tegenstander van bont. Naar zijn mening mag dat best, mits men weet waarover men praat. Om te weten over welke omvang het gaat een paar cijfers: in Nederland worden jaarlijks 1,5 miljoen nertsen gefokt, goed voor een omzet van 1,25 miljoen gulden. Daarbij nog eens 80.000 vossen. In 1955 was het aantal foktevcn 6.500. goed voor een produktie van 21.000 vellen, oplopend tot 310.000 teven in *85. Per vel ontvangt de fokker tussen de vijftig en honderd gulden. De Nederlandse nertsen zijn erg geliefd in het buitenland, waar ze bijna allemaal op veilingen verkocht worden, vooral in Denemarken cn Londen. De bedrijftak is gezond, onder meer omdat er met slacht-afval gewerkt gewone of abnormale zaak als alle intensieve veehouderijen, waarbij de nerts nog gunstig afsteekt qua levensomstandigheden en de manier waarop de nerts aan z'n einde komt. Vooral wat dat laatste betreft (het doden van de dieren) bestaan er veel misverstanden die verderop in dit artikel door Verhagen worden ontkracht. Nog even het probleem mest: in vergelijking met bijvoorbeeld varkens is de hoeveelheid mest per dier erg laag. Een varken produceert ongeveer twee kub mest per jaar, een nerts slechts 17 kg. Het is droge, kwalitatief hoogwaardige mest waarvoor voldoende afzet is te vinden. Stel dat Van de Wielen zijn vergunning krijgt, hoe gaat zijn fokkerij er dan uitzien? Van de Wielen: ,,Ik ga er van uit dat die vergunning er komt, dat voorop gesteld. Dan ga ik de shed's (hokken, kooien) bouwen en dieren kopen. De aanvraag voorziet in het houden van 700 moederdieren. daar komen dan nog de reuen bij. Als alles goed gaat is de paartijd in maart, volgend jaar dus. Begin mei krijgen de teven hun jongen, gemiddeld 4 5 per dier. Die blijven zeven weken bij hun moeder. Daarna worden ze twee bij twee gezet (mannetje bij vrouwtje) en blijven de hele zomer hier tot na het verharingsproces in oktober/november. Als ze hun winterpels hebben worden ze gedood en afgepclsd". Een simpel verhaal wat nadere uitleg behoeft, want de tegenstanders gaat het nu juist om het houden van nertsen in hokken en vooral om het doden van de dieren. Verhagen zegt daar het volgende over. „Ik zal niet ontkennen dat de manier van doden weieens tot kritiek heeft geleid. Vroeger gebeurde het aldus: de nerts werd in een kist gedaan die werd volgepompt met uitlaatgassen. De koolmonoxide in die gassen zorgde voor de uiteindelijke dood van het dier. De laatste jaren is daar echter een sterke verbetering in gekomen, via langdurig laboratoriumonderzoek. Dit onderzoek heeft geleid tot de invoering van een betere methode, waarbij de manier hetzelfde bleef. Ook nu wordt de nerts in een kist gedaan, (doodskist) waar echter nu een sterke concentratie koolmonoxide uit flessen in zit. Dit gas zorgt er voor dat het dier binnen twee/drie seconden bewusteloos is en binnen de minuut dood is. Dat ze levend zouden worden gevild is volkomen uit de lucht gegrepen en belachelijk. Er mag juist geen bloed aan te pas komen want dan zou de fokker zichzelf benadelen. Die doet er Bij de foto's: Links-boven de nertsen in het eindstadium: de gedroogde en gepre pareerde pels waar het allemaal om gaat. Afhankelijk van het marktaan- bod krijgt een fokker tussen de 50 en 100 gulden per pels. Rechts-boven één van de 3000 nert sen in zijn (of haar) kooi van draad gaas. Midden: de locatie aan de Nieuwe weg bij Nieuwerkerk. waar als de gemeente een hinderwetvergunning afgeeft. 700 moederdieren worden gehuisvest. Hier ulak boucn. de secretaris van de verenigde pelsdierenfokkers. W. Ver hagen.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1986 | | pagina 11