De twee plannen voor Neeltje Jans Van Gasteren zocht contact met beroemde architecten als toeristisch/recreatief attractiepunt van wereldformaat (Centre Pompidou!stadion München) ZIER1KZEESCHE NIEUWSBODE Vrijdag 20 december 1985 Nr. 23850 Na een geologisch/archeologische inleiding zal het museum de wissel werking laten zien tussen het water (zee en rivieren) en het ingrijpen van de mens. De expositie houdt op bij de overstroming van 1953; voor de perio de erna kan men terecht in het Tops- huis en de expo van het Nederlandse bedrijfsleven. Het museum heeft een binnen- en buitenafdeling. Aanpak en inrichting zullen volgens de laatste opvattingen op museaal en educatief gebied plaatshebben, dus; participatie en dynamiek. Het buitengebeuren toont een polder/droogmakerij, veenafgra ving, peilen, meetapparatuur, een voudige waterkeringen, sluisjes, dammen, molens en gemalen. Binnen zijn de documenten, obligaties, mun ten, voorwerpen, schilderijen, foto's en dia's. Verder komen er een film zaal, bibliotheek en studiezaal en een verkooppunt. de opzet laat zich op enkele punten, goed vergelijken met het Zuiderzee museum te Enkhuizen: de ligging (exenctrisch), de doelgroep (Neder landers geïnteresseerd in de eigen ge schiedenis en buitenlanders die uit zijn op diepergaande kennismaking met Nederland dan alleen via toe ristische kaasmakerijen) en de mu seale aanpak. Het aantal bezoekers te Enkhuizen bedraagt 300.000 per jaar. Het waterpeil gezelschap i.o. en de Unie van waterschappen willen deel nemen in een studiegroep voor de verdere aanpak van het museum. Expo Nederlands bedrijfsleven Het is van maatschappelijk en eco nomisch belang de tot nu toe verwor den know-how en technologie op het gebied van de waterbouw en off shore te exporteren. Een zaak voor aannemingsbedrijven, ingenigeurs- bureaus, oliemaatschappijen, scheepsbouw, coating-industrieën en overheid. Door de aanwezigheid van de stormvloedkering is Neeltje Jans bij uitstek geschikt voor een expo van deze know-how, en zowel onder een tweede koepel verbonden met de koepel over het waterhuishoudkun dig museum. De Nederlandse bezoeker kan ken nis nemen van Nederlandse activitei ten in het buitenland (maquettes, dia presentaties, film en dergelijke). Voor buitenlandse belangstellenden wordt de expo naast een toeristische attractie een commerciële expositie, met voor de te verwachten VIP's ook vergaderfaciliteiten, een klein hotel met specialiteitenrestaurant en een helihaven. Van Gasteren c.s. zien geen museale rol weggelegd voor de werk schepen of mattenroller; het onder zoek staat niet in verhouding tot de gebruikswaarde. Alleen als ze in functie zijn c.q. bewegen zijn ze inte ressant. De rcservepijler in de bouwput Schaar moet in het programma wor den geïntegreerd. Hij wordt droogge legd. Met de lift kan de bezoeker in de put afdalen en schaal cn maat van de pijler uit- en inwendig ervaren. Museum over natuur in Oosterschelde De Oosterschelde is een kostbaar en uniek natuurgebied. Het verdient volgens Van Casperen c.s. ernstige overweging op Neeltje Jans een mu seum over dit onderwerp te vestigen: de deltabiotoop en de gevolgen van de Deltawerken voor deze biotoop. Recreatieve voorzieningen De derde koepel biedt onderdak aan ontspanning, in tegenstelling tot alle andere plekken waar het om op nemen van informatie gaat. Neeltje Jans zal een gezocht reisdoel worden voor mensen die geïnteresseerd zijn in architectuur. Deltawerken, water huishouding van Nederland en de na tuur in het Oosterscheldegebeid en voor liefhebbers van rust en frisse lucht. Als voorzieningen in de reerea- tiekoepel liggen dan voor de hand: restaurants met Zeeuwse specialitei ten, cafe's, broodjeswinkels, kiosk, viswinkel, drogisterij, souvenirshop, postkantoor, sanitaire voorzieningen en - als uitgesproken slechtweer voor ziening - een subtropische zwembad met de daarbij behorden voorzienin gen. (Vervolg pagina 9) ZIERIKZEE - Het pro vinciaal beleidsplan voor recreatie en toerisme (PBRT) noemt het werk- eiland Neeltje Jans in de monding van de Ooster schelde als een van de vier speerpunten in het toeris- tisch-recreatief beleid van de provincie. Het speer punt Neeltje Jans kan, zo wordt gesteld, uitgroeien tot een nationaal en inter nationaal attractiepunt (met uitstekende aankno pingspunten voor de pro motie van Zeeland in binnen- en buitenland). Najaar 1984 heeft de stuurgroep Oosterschelde gekozen voor een ontwik keling van Neeltje Jans volgens het zogenaamde integratie-alternatief. Sug gesties als een waterstaat- speelpark, de expositie „rijkdommen der zee" en een maricultuurcentrum nemen in dit alternatief een centrale plaats in. Ver spreid over het eiland kun nen verder allerlei activi teiten plaatsvinden. De provincie Zeeland heeft twee groepen de op dracht gegeven de toeristi sche en recreatieve moge lijkheden van Neeltje Jans te onderzoeken en ideeën te leveren voor de inrich ting. Het zijn Harrison Pri ce Company en een groep rond Louis van Gasteren. Gedeputeerde staten van Zeeland beslissen welk idee verder wordt uitge werkt. Met beide plannen is een investering van ze ker 100 miljoen gulden ge moeid. In grote lijnen pas sen beide plannen in het integratie-alternatief. Het bureau voorlichting van de provincie Zeeland zette ze op een rij. Van Gasteren c.s. ver wachten dat, naast de men sen die al Zeeland en de Deltawerken bezochten, door het geheel nieuwe aanbod in hun project een deel van de toeristische markt wordt bereikt die tot nu toe over Zeeland voorbij ging. Gerekend wordt op 1 miljoen bezoe kers per jaar; in 1984 be zochten 500.000 mensen de stormvloedkering en het infocentrum bij de Haring- vlietsluizen. De bebouwing op het ei land zal in fasen gereali seerd moeten worden. Als eerste komt in de plannen van Van Gasteren de over koepeling van een water huishoudkundig museum aan bod; de provincie moet hierbij het voortouw ne men. Ten aanzien van de off-shore expo stellen Van Gasteren c.s. zich voor, dat initiatieven worden geno men door het bedrijfsleven zelf en het ministerie van Economische Zaken. De bouw van de eerste koepel zal andere initiatieven sti muleren. Uitgaande van de paraplu kwamen Van Gasteren c.s. tot drie eischaal dunne koepels, aërodynamisch van vorm. Deze zouden kunnen worden gebouwd volgens een lineair of een circulair principe of volgens een combinatie van beide. Functie en in houd zijn bepalend voor de uiteinde lijke vorm. De koepels zijn ten wes ten van de bouwput Schaar gedacht, niet ver van het Tophuis. Ze zullen 15 ha beslaan. De koepels komen niet boven het Topshuis uit. Om de bezoeker er van bewust te maken dat hij op een kunstmatig ei land is, dat niet mag wegglijden van de zandlaag waarop het is gebouwd, moet het worden gefixeerd: met an kers. Een aandrukplaat wordt over het draadeind gebracht, een stevig aangedraaide moer - met een steek van 15 meter - houdt de zaak op zijn plaats. Een grote steeksleutel ligt verloren ergens in de duinen. Eén draadeind wordt niet afgezaagd en steekt 30 meter boven het maaiveld uit. De daarbij behorende bout is een cabine die 50 meter omhoogdraaid in een roterende beweging en daardoor een panoramische blik geeft over het eiland en het Oosterscheldegebied. Deze uitkijktoren staat bij de koe pels. Natuur Buiten de plaats waar het publiek zich doelgericht ophoudt - onder en bij de koepels - staan Van Gasteren c.s. voor de rest van het eiland één groot natuurgebied voor. Het zal inte ressant 2ijn om te zien hoe de natuur op dit kunstmatige eiland en onder de zeer specifieke klimatologische omstandigheden een kans krijgt. Hier en daar zal de natuur een handje moeten worden geholpen. Uitgangs punt is om zo weinig mogelijk te doen, dus geen (kostbare) natuur- bouw. Als maatregelen stellen Van Gaste ren c.s. voor: differentiatie aanbrengen aan de Oosterscheldekant van het ei land. Dit is erg vlak. Door zand op één plek weg te halen en het gebied hiermee elders op te hogen kan een tamelijk spectaculaire begroeiing ontstaan verbinding tot stand brengen met de zandplaat Neeltje Jans: Het éi- land is nu te klein voor massaal bezoek én een verbinding met de zandplaat levert een enorme winst op. De verbinding kan tot stand komen door de havendam- men van de bouwput Schaar links en rechts weg te schuiven schorvorming in Betonhaven door opslibbing bevorderen; een inlaag maken tussen Beton haven en Bouwput Schaar; een vogelbroedplaats maken tus sen werkeiland en zandplaat of één van de dammen van bouwput Schaar. Hiervoor eilandjes van steen opwerpen. Voor bezoekers kunnen observatieputten worden gebouwd voorzieningen treffen om vernie tiging door te grote ,aantallen re creanten te voorkomen. Gedacht wordt aan barrières in de vorm van stroken (hellend) mul zand of aajileg voor paden en het publiek van meet af aan gewennen niet buiten die paden te treden. De koepels geven onderdak aan een waterhuishoudkundig en zeebiolo gisch museum, een expo van het Ne derlands bedrijfsleven op het gebied van waterbouw en off-shore en re creatieve voorzieningen. De koepel voor de recreatieve voorzieningen zal klimatologisch worden beheerst. De bebouwing onder de koepels zal ar chitectonisch innoverend" zijn. Waterhuishoudkundig museum Het NAP-project heeft duidelijk ge maakt dat ,,de" Nederlander bitter weinig afweet van zijn eigen land en minder van zijn unieke waterhuis houding. De voorlichting is versnip perd. Nederland heeft behoefte aan één centraal museum waar alle infor matie op waterhuishoudkundig ge bied toegankelijk is. Er is volgens Van Gasteren c.s. geen andere plek hiervoor in Nederland denkbaar dan Neeltje Jans: dit is ,,de triomf van het maken dat wij doen in Nederland". Eenzaam staat de reservepijler in een onder water gezette bouwput op Neeltje Jans. Louis van Gasteren wil deze pij ler laten droogleggen. Met een lift kan de bezoeker in de put afdalen en schaal en maat van de pijler uit- en inwendig ervaren en vergelijken met de werkelijkheid. Een relatief klein deel van de pijlers van de stormvloedkering steekt nu nog maar boven water uit. Harrison Price Company Water en huishouding spelen een belangrijke rol in het werk van filmmaker en beeldend kunstenaar Louis van Gasteren. Het NAP-project dat nu wordt gerealiseerd in het Stadhuis/Muziektheater te Amsterdam, was voor de provincie Zeeland aanleiding contact met hem te zoeken. Medio 1986 zal Rijkswaterstaat door een primaire water passing het ondergrondse ijkmerk overbrengen van de Dam naar de toegankelijke NAP-paal in de straat van het stadhuis. Een te publiceren studie over de geschiede nis en betekenis van het NAP is in voorbereiding. Voorts is in oprichting het waterpeil gezelschap, een multidisci plinaire groepering waarin toeristische en praktische know-how over de Nederlandse waterhuishouding in de ruimste zin zal worden gebundeld. Na aanvaarding van de opdracht met een plan te komen heeft Louis van Gasteren contact gezocht met de Oostenrijkse architect Wilhelm Holzbauer, winnaar van de prijs vraag voor het Amsterdams stad huis. Via hem met prof. Frei Otto, leider van het in Stuttgart gevestig de universitaire Institut für leichte Flachentragwerke (Olympisch sta dion München) en met hem samen werkende ingenieursbureau Ove Strup in London (Centre Pompidou te parijs en Opera te Sydney). In het ontwerpteam hebben boven dien zitting De Ruiter als adviseur voor de invulling van het waterhuis houdkundig museum (oud-dijkgraaf van het hoogheemschap Uit wateren de sluizen Edam en oud-voorzitter van de Raad voor de Kunst en voor zitter van het waterpeil gezelschap i.o.), de architect Peter Hormeijer en produktieleidster Joke Meerman. Rijkswaterstaat, als wij (mensen, Ne derlanders) in staat zijn een storm vloedkering te bouwen van een zoda nige allure en technologische hoogwaardige kwaliteit en als wij een kunstmatig eiland kunnen ma ken, al dan niet van het bouwwerk, dan kan ik mij voorstellen, dat er ook een paraplu boven dat eiland gereali seerd kan worden. Een paraplu waar onder ik niet alleen droge voeten houd, maar ook droog sta als het re gent, waar onder ik ook met dat tech nologische kunnen mijn klimatologi sche wensdromen in dit natte land gerealiseerd zie." Het vertrekpunt was er: de para plu. Maar wat doe je verder op een, leeg eiland - een overgebleven pijler in een volgelopen bouwput, een lege mattenfabriek en het Topshuis met twee functies: bedieningsgebouw en expositieruimte - èn kunstmatig ei land. Van de stormvloedkering boven water is weinig meer te zien; zelfs binnen het verwachtingenpatroon stelt het aanzicht soms teleur. Voor Van Gasteren de vraag: Met welke middelen helpen wij de bezoeker bij zijn verbeelding van alles wat van de Deltawerken praktisch onzichtbaar blijft. Hoe kunnen wij bijdragen en/of wat kunnen wij versterken en vertonen om de betekenis van in het bijzonder de stormvloedkering ten volle laten zien. En Hoe kan het Tbps- huis met zijn tweeledige functie wor den ingepast in het concept van de be bouwing. Concentratie en rust Van Gasteren c.s. hanteren de vol gende uitgangspunten: hoogwaardige, innoverende archi tectuurqua niveau technologisch in relatie tot die van de storm vloedkering en in zijn vormge ving in harmonie met de natuur natuurlijke ontwikkelingsproces sen op het eiland zullen worden bevorderd: een Zeeuwse aangelegenheid: ruimte voor bedrijfsactiviteiten zoals oester- en mosselcultuur en visserij; een Nederlands waterhuishoud- Voor de themastudie Neeltje Jans' heeft de in Los Angeles gevestigde Harrison Price Company samenge werkt met Barry Howard Associates, een in New York gevestigd bureau dat zich over de hele wereld bezighoudt met tentoonstellingsontwerpen en museumplanning. De Harrison Price Company is een economische onder zoeksgroep op het gebied van grote toeristische en recreatieprojecten. Ook deze groep werkt wereldwijd en was al eerder acti.ef in Nederland. Voorbeelden uit de afgelopen jaren zijn: een lange termijnplanning voor het Dolfinarium, toeristische ont wikkelingsmogelijkheden voor Har derwijk en Bergen op Zoom en een vergelijking van mogelijkheden voor een bungalowpark in de Beekse Ber gen, Heerlen en Amsterdam. Enkele ontwerpen van Barry Ho ward Associates zijn: het oliepavil joen op de wereldtentoonstelling in New Orleans, een bezoekerscentrum (in uitvoering^ bij de Boulder Dam in Henderson Nevada, het California Railroad Museum te Sacramento en het Mississippi River Museum te Memphis. De paraplu van Van Gasteren kunig museum (de expositie in het Topshuis sluit hierop aan); expo van het Nederlands kunnen op het gebied van waterbouw en offshore, in samenhang met voor gaande activiteiten een museum over de natuur in het Oosterscheldegebied; slechtweervoorzieningen en een gunstig klimaat voor de bezoe kers. Vertrekpunt zijn samenhang cn concentratie: samenhang van hetgeen er inhoudelijk komt en concentratie van de daarvoor benodigde ruimtelij ke voorzieningen. Op de rest van het eiland komt natuurgebied en rust. In tegenstelling tot het integratie-alter natief van de stuurgroep Oosterschel de kiezen Van Gasteren c.s. voor een concent rat iemodel Reeds bij zijn eerste bezoek aan neeltje Jans had Van Gasteren een idee. Hij verwoordt het adlus: ..Ais Diverse visserij-activiteiten kun nen aan de periferie (cirkelomtrek) van het eiland plaatsvinden.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1985 | | pagina 5