Met schilderspalet door het oude Schouwen
Rianne van Ge es bergen plukte
druiven in de Beaujolaisstreek
'Vooral om de taal en de sfeer'
4
het Mauritshuis voor het laatst in ons land tentoon werd gesteld. Het is ei
gendom van het Staatsmuseum te Berlijn-Dahlem.
Volgens sommige gerenommeerde kunsthistorici moet dit gezicht op Zie-
rikzee Jan Vermeer hebben geïnspireerd toen deze omstreeks 1658 zijn we
reldberoemde gezicht op Delft schilderde, Uit een oogpunt van compositie
is er in ieder geval duidelijk verwantschap tussen beide stadsgezichten.
De Oosterschelde heeft ook meer dan eens schilders naar palet en pen
seel doen grijpen. De boeiende taferelen die de Middelburgse schilder Jan
van Ouwerkerk in 1839 vervaardigde van een woelige Oosterschelde met
veel schepen en het vage silhouet van de Dikke Zierikzeese toren op de
achtergrond spreken sterk tot de verbeelding. Tien jaar later maakte de
bekende scheepstekenaar Jacob Spin eveneens een gezicht op de Ooster
schelde op de plaats waarhet Havenkanaal begint. Het aloude lichtwach-
tershuis was toen nog met recht voor vele zeevarenden een onmisbaar ba
ken.
Men kan zeggen dat in de negentiende eeuw slechts zo nu en dan een
stadsgezicht of landschap op Schouwen door kunstenaars van elders werd
geschilderd. Dit veranderde in het begin van deze eeuw.
Meer en meer kwam er belangstelling voor de Zeeuwse archipel. Zoals ge
zegd, vooral Walcheren was in trek. Door het zich aldaar ontwikkelende
bad- en strandleven en het zogenaamde „betere" publiek dat er graag ver
toefde konden de artisten hun doeken aan de man brengen.
Op Schouwen ging het allemaal ietwat geleidelijker. Het waren vooral de
„fijnproevers" onder de schilders (zoals de schildersfamilie Dingemans!)
die hier hun onderwerpen zochten en vonden.
Ook de befaamde Willem Bastiaan Tholen, die met een eigen schip de
Zeeuwse wateren bevoer, kwam soms naar Schouwen. Hij legde op artistie
ke wijze de monding van het Havenkanaal en het lichtwachtershuis aan de
Oosterschelde op doek vast. Dankzij de medewerking van de Zierikzeese
Slavenkas kon een aantal jaren geleden dit belangwekkende schilderij
voor Zierikzee worden verworven. Om een dorre opsomming te vermijden
zullen we de lijst niet te lang maken.
Tbch dient een uitzondering te worden gemaakt voor de uit Roeselaere af
komstige Alphons Blomme die in de periode van de Eerste Wereldoorlog en
daarna het Schouwse landschap en allerlei monumenten met gretigheid
schilderde.
Het is te hopen dat ook in de -toekomst nog talrijke beeldende kunste
naars de weg naar Schouwen zullen weten te vinden. Waalko Dingemans en
Miems van Citters zullen met hun verdienstelijk werk zeker niet te lijden
hebben onder enige concurrentie die misschien nog eens van elders zou
kunnen komen
Wiebe Keikes
Tot de streken die vanwege hun natuurschoon, oude
steden en karakteristieke bevolking vanouds veel aan
trekkingskracht hebben uitgeoefend op schilders be
hoorde Schouwen met zijn „hoofdstad" Zierikzee. Uit
allerlei verspreide gegevens en ook uit hetgeen met
potlood en penseel werd vastgelegd valt af te leiden
dat door de eeuwen heen kunstenaars graag naar
Schouwen kwamen al bleef in het laatst van de de vo
rige en het begin van deze eeuw de concentratie van
die artisten duidelijk achter bij een schilderskolonie
zoals op Walcheren.
Een antieke prentbriefkaart uit omstreeks 1910 toont ons een gezicht op
Zierikzee van vrij grote afstand; op de voorgrond - het dijkje langs het Ha
venkanaal - is door de fotograaf een kunstschilder „betrapt" terwijl deze
zich met schildersezel en paraplue (tegen fel licht) op een klein krukje
heeft geïnstalleerd. Op de ezel staat een fors doek waarop de Dikke Toren
duidelijk zichtbaar is. Kennelijk wordt hier in loco de laatste hand gelegd
aan het kunstwerk. Een jongetje ziet met grote belangstelling toe
Schilders van elders
In tegenstelling tot Holland waar eeuwenlang de schilderkunst in hoog
aanzien stond en het tot grote bloei bracht bleef Zeeland in dit opzicht toch
enigszins een achtergebleven gebied. Ook in de Encyclopedie van Zeeland
wordt de vraag aan de orde gesteld hoe dit verschijnsel is te verklaren: „het
is nog altijd een raadsel waarom Zeeland niet deelde in de grote bloei van.
de Hollandse schilderkunst in de zeventiende eeuw."
Hoewel het antwoord niet met zekerheid is te geven mogen we toch wel
veronderstellen dat ook hier de moeilijke bereikbaarheid van de verschil
lende Zeeuwse eilanden, inclusief Schouwen-Duiveland, een belangrijke
rol heeft gespeeld. Is het dus zo dat slechts een enkeling zich van elders op
Schouwen kwam vestigen wèl kwam er zo nu en dan een schilder voor kor
ter of langer tijd om het fraaie Zierikzee met zijn omgeving op doek of pa
neel te vereeuwigen.
De beroemde Esaias van de Velde maakte in 1618 een schitterend
„stadsportret" van Zierikzee, dat in 1966 tijdens een jubileumexpositie van
OUWERKERK - De Hollandse vrouwen waren zeer
welkom bij die wijnboer in de Franse Beaujolais. Ze
wisten van aanpakken. „Jullie zijn echte Vikingen", kre
gen ze te horen toen ze tot 's avonds laat deelnamen aan
het vertier in Beaujeu ter gelegenheid van de 'vendange'
(druivenoogst), maar de volgende ochtend toch ook weer
fris en monter de vitis vinifera, oftewel de wijnstokken
met hun serpet (oogstmesje) te lijf gingen. De druiven-
pluksters uit Nederland stonden hun mannetje.
Eén van hen was Rianne van
Geesbergen-de Waal uit Ouwerkerk,
die samen met haar vriendin Els uit
Assen en met Nannie de Bruine-
Dorst, een kennisje uit Oosterland
naar de Beaujolais toog. Voor Rianne
was het reeds de tweede keer dat ze
actief deelnam aan de druivenoogst;
ze kan dus al bogen op enige erva
ring. Over het hoe en waarom van dit
sfeervolle, maar bijzonder zware kar
wei, wilde ze best het één en ander
vertellen.
Een artikel in de krant over een fa
milie uit Tholen, die druiven plukte
in de Languedoc enkele jaren gele
den, wekte haar belangstelling en
Rianne nam zich voor zelf ook eens
druiven te gaan plukken. „Dat is veel
Rianne van Geesbergen-de Waal leverde haar aandeel in de druivenpluk in de
Beaujolais.
te zwaar voor jou, dat doe je toch
niet", luidde de stimulans van ega
Ad. Maar Rianne deed het wel. Ze
werd via een bemiddelingsbureau
voor studentenwerk in Tilburg door
verwezen naar Utrecht en kreeg daar
ten slotte het goede telefoonnummer
van het Buro Internationale Jonge
rencontacten in Amsterdam. Dit buro
regelde de plaatsing van jongeren bij
wijnboeren in de Beaujolais, in de
Bordeaux-streek en in een gebied
rond Genève. Rianne koos voor de
Beaujolais, omdat ze die wijn lekker
vond en vooral om de meest milde
temperaturen in vergelijking met de
Bordeaux, waar je 's ochtends vroeg
tijdens de druivenoogst reeds met
nachtvorst geconfronteerd kan wor
den.
Voorbereiding-
Onze woordvoerster wist, dat haar
een zwaar werk te wachten stond en
ze bereidde zich derhalve goed voor,
want opgeven ligt niet in haar lijn. Ze
wijdde zich aan de gymnastiek om de
spieren goed soepel te maken. Dit
jaar deed ze dat zelfs zo drastisch, dat
ze voor het vertrek reeds met rug
klachten kreeg te kampen en met
pijnstillers in de rugzak moest ver
trekken.
Wat haar rug betreft heeft ze voor
al deze keer dan ook wel moeten af
zien. Het druivenplukken geschiedt
voortdurend gebukt, want zelfs de
hoogste wijnstok reikt nauwelijks
hoger dan anderhalve meter.
Maar...wat is er dan zo leuk aan<dat
druivenplukken, als je wilt oogsten
zou je toch ook gewoon in Nederland
appels kunnen gaan plukken of iets
dergelijks?
Rianne laat weten, dat het haar in
de eerste plaats om de sfeer en om de
taal was te doen. De druivenoogst is
een speciale gebeurtenis. Bij de
meeste wijnboeren trekken voorna
melijk jongeren in huis, die geduren
de een kleine tien dagen een hechte
groep vormen, die werkt, eet, slaapt
en feest. Dat je in die tien dagen ook
wat vaardiger wordt in de Franse
conversatie zal duidelijk zijn. Rianne
vertelt de druivenpluk dit keer nog
veel leuker te hebben gevonden dan
vorig jaar. Ze schijft dat voorname
lijk toe aan de prima weersomstan
digheden van de afgelopen weken.
Druivenplukken in je T-shirt met 27
30 °C is immers aangenamer dan met
laarzen en een regenpak aan, zoals
vorig jaar.
Internationaal
Op 30 september ging de oogst dit
jaar van start. Rianne, Els en Nannie
arriveerden een dag daarvoor bij
wijnboer Monsieur André Cartillier.
Ze troffen er een internationaal gezel
schap aan. Naast veel Franse jongere
werklozen, mensen uit Noorwegen,
Italië en Duitsland. Je bent niet ver
plicht ook bij de wijnboer in huis te
slapen, dat kun je ook in een hotel
doen en je gage voor het druivenpluk
ken zal dan hoger uitvallen als de
kosten van inwoning vervallen. Over
igens mis je natuurlijk wel een deel
van de sfeer als je je erg individua
listisch opstelt, vindt Rianne. Zoals
twee meisjes uit het gezelschap, die
in een schuurtje sliepen en maar af en
toe aan tafel kwamen. Na de oogst
trokken ze met hun enige bezit - twee
paarden en een hond - verder Europa
door.
Rianne en haar reisgenotes aten en
sliepen wel bij de familie Cartillier
thuis.
Wat dat eten betreft: Elke dag twee
warme maaltijden voor dertig men
sen bereid door de vroüw van de
wijnboer samen met haar dochter.
Het waren maaltijden waar je lang
op kon teren: sla, rijst/macaroni of
aardappelen, kaas, fruit en natuur
lijk altijd veel vlees. Rianne zag de
konijntjes in het hok bij de boerderij
dan ook danig in aantal slinken
naarmate de druivenoogst vorderde.
De laatste van hen zullen ongetwij
feld opgelucht zijn geweest, dat de
pluk dit jaar in acht dagen koh wor
den geklaard. Zij ontsprongen voor
lopig het plukkersmaal.
Aan de vooravond van de start van
de oogst werd onderling overeenge
komen, dat er elke dag acht uren zou
worden gewerkt, te weten van acht
tot twaalf en van half twee tot half
zes. In die tijd werd er voortdurend
doorgewerkt zonder koffie of thee
pauzes. Omdat het zo warm was, wer
den er tussentijds wel wijn en water
geserveerd, nou geserveerd: je kon
met z'n dertigen uit één beker drin
ken. „Hardstikke vies", bekrachtigt
Rianne, die zich daar ter plekke toch
maar zo weinig mogelijk van aan
trok want in de hitte kromstaand op
een druivenhelling lust je natuurlijk
wel een slokje. Zelf hield ze het bij
water, beseffend dat wijn haar pluk-
capaciteiten niet zou bevorderen. Dat
edele vocht verkoos ze pas 's avonds
bij de maaltijd.
In rijen
Rianne vertelt, dat er gedurende de
eerste dagen van de pluk op de wijn
gaarden rond de boerderij wordt ge
plukt. Later word je per auto of trac
tor naar de wat hoger gelegen drui-
venhellingen gebracht. Iedere pluk
ker werkt in een eigen rij en heeft de
opdracht alle druiventrossen groot of
klein, rijp of rot te plukken met be
hulp van het reeds genoemde serpet.
Er was dit jaar, volgens Rianne, geen
sprake van de boel opjutten. Wie
klaar was met z'n eigen rij werd ge
acht een ander, die misschien wat
minder snel ging even te helpen. Werd
dat verzuimd, dan wekte dat duide
lijk de woede van de wijnboer op, die
zelf overigens intensief meeplukte.
De geplukte trossen gingen in een
emmer, die veelvuldig werd geledigd
in de rugzakken (van vijftig kilo)
waar twee jongens mee rondsjouw
den en die hen kapotte ruggen ople
verden. De rugzakken werden met
een speciale handigheid snel gele
digd in de tractor, die de druiven op
hun plaats van bestemming bracht:
die der wijnbereiding.
'Chariot' luidde voortdurend de
kreet als de jongens weer met hun
rugzak in aantocht waren en de em
mers leeggegooid konden worden.
Die uitroep had te maken met het
feit, dat de jongens tengevolge van
hun druivenlast een soort Charlie
Chaplin-gang kregen.
werden in de druivenbakken gezet en
nat gespoten. De boer tracteerde op
gebak bij de koffie en op Champagne.
De verwachtingen voor de resultaten
van dit wijnjaar zijn hooggespannen.
De mooie nazomer heeft immers nog
zoveel goed gedaan aan de druiven.
Rianne toont foto's, die iets kun
nen weergeven van de speciale sfeer,
die er tussen zo'n groep plukkers ont
staat. Ze bevestigt, dat je uiteraard
geen al te groot comfort moet ver
wachten. „De douches waren smerig
en meestal was er alleen koud water.
Je kunt je kleren niet wassen, dus ik
had spullen voor twee weken meege
nomen", aldus Rianne.
Rijk?
Op de vraag of je nou rijk wordt
De wijnstokken tegen de hellingen, waarop het moeizaam plukken is.
Als de wijn in Beaujeu aan de ge
stelde eisen van de gecontroleerde
herkomst benaming (appellation con-
trolée) voldoet mag het etiket een
A.C. Beaujolais Village' voeren, een
voor velen belangrijke kwaliteits
aanduiding. Tussen de druivenpluk
en het op dronk zijn van de Beaujo
lais Village ligt enige tijd, ondanks
het feit, dat juist de Beaujolais bij
uitstek geschikt is om jong gedron
ken te worden. De wijn is overigens
snel in wording. Het eerste brouw-
seltje ongeveer drie dagen nadat de
aangevoerde druiven tot gisting wor
den gebracht, heet 'Paradis'. Rianne
mocht er een slokje van proeven,
maar raakte er niet bijster van onder
de indruk, zij wacht liever op het
eindprodukt. Dat kan ze ook binnen
afzienbare tijd proeven, want de Pri
meur wijnen van 1985 uit de Beaujo
lais mogen dit jaar op 21 november op
de Nederlandse markt worden ge
bracht.
Feest
Aan het einde van de druivenoogst
werd er uiteraard groot feest gevierd.
Iedereen was uitgelaten omdat het
zware werk erop zat. De pluksters
van druivenplukken becijfert ze in
alle eerlijkheid, dat ze er dit jaar
140,— aan heeft overgehouden, ter
wijl ze er vorig jaar zelfs geld moest
bijleggen in verband met de aanschaf
van het regenpak. Nee, om rijk te
worden hoef je het dus zeker niet te
doen.
Overigens hadden Rianne en haar
reisgenotes wel een beetje extra pech
in financieel opzicht. Nu de oogst een
dag korter duurde dan aanvankelijk
was gepland, besloten ze nog een
dagje Lyon te bezoeken. Bij terug
komst op de plek waar ze de auto
hadden geparkeerd, wachtte hen een
teleurstelling: het voertuig was ver
dwenen.
De aangifte van diefstal bij de
Franse mannen van Hermandad le
verde de wetenschap op, dat de auto
niet was gestolen, maar was weg
gesleept door de politie zelf wegens
onrechtmatig parkeren. A raison van
frs. 500,— konden de dames het voer
tuig weer terugkrijgen. Zoiets maakt
natuurlijk een danige inbreuk op je
zwaar verdiende plukkersloon. Maar.
Rianne gaat er duidelijk niet onder
gebukt, ze kan er om lachen: 'C'est la
vie'.