„Het is dus zo,
als ik even mag,
voorzitter, dat..."
J. W. de Jonge
gemeentesecretaris
Westerschouwen
4
1
BU RGH-H AAMSTEDE
- Hij zit er op het oog
ontspannen bij. Een
beetje onderuit gezakt,
zijn benen over elkaar
geslagen en de blik op
zijn handen gericht. Deze
wisselen elkaar voortdu
rend af in het rollenspel
dat zij met de pen hebben
opgebouwd. Schijnbaar
ongemerkt wordt de pen
eerst tegen de wijzers van
de klok in gedraaid, later
komt de andere richting
aan de beurt. Zijn
concentratie lijdt echter
geen moment onder deze
gewoonte. Plotseling gaat
hij rechtop zitten, pakt
zijn bril, draait het hoofd
naar de voorzitter en zegt:
,,Nou...eh...het is dus zo,
als ik even mag
voorzitter, dat..." En na
het bevestigende knikje
steekt hij zijn verhaal af,
een helder en duidelijk
betoog over het aan de
orde zijnde agendapunt.
Dat is gemeente
secretaris Jan Willem de
Jonge (63) ten voeten uit.
Westerschouwen mag blij
zijn met zo'n man. Op 6
september vervult hij
veertig jaar dit ambt;
vroeger voor de gemeente
Renesse en sinds de
gemeentelijke herindeling
in 1961 voor
Westerschouwen.
Wat is dat voor een man?
Vraag: Geeft u eens een
karakterschets van uzelf. ,,Oh-
nee," stelt hij gedecideerd. Even
later gevolgd door het: „Dat
kan ik niet". Echt nietOf is
het valse bescheidenheid
Eerder in het gesprek geeft hij
na enige aarzeling toe dat hij
serieus is. ,,Als je me zo wilt
zien. Ja, ja, ik geloof wel dat je
gelijk hebt."
Beminnelijk
Het is moeilijk De Jonge te
typeren. Ondanks zijn
bereidheid de mensen altijd zo
goed mogelijk te informeren en
een veelvuldig contact met
sommige personen blijft hij
ietwat op een afstand. Hij is
zakelijk en berekend,
intelligent, ambitieus, maar
ook beminnelijk en zeer
gevoelig voor de (zwakkere)
medemens.
Uniek
Jan Willem de Jonge is niet
uniek, maar wel heel hijzonder.
Veertig jaar gemeentesecretaris
is een jubileum dat in
Nederland beslist niet elke
maand voorkomt. Een
woordvoerder van de Vereni
ging van Nederlandse
Gemeenten te Den Haag
bevestigt dat. ,,Dat zal zeker
niet vaak voorkomen. Wij
kunnen ons hier niet herinneren
dat een dergelijk jubileum in
Nederland plaatshad. Ik wil
niet zeggen dat hij de enige is
in de afgelopen decennia, maar
het zal een heel hoge
uitzondering blijvenaldus de
woordvoerder.
Een gemeentesecretaris kan
maximaal 42 jaar zijn taak
vervullen als hij op zijn 65-ste
met pensioen gaat. Artikel 103
van de gemeentewet stelt
immers dat een
gemeentesecretaris de
ouderdom van 23 jaar moet
hebben bereikt, voordat hij in
deze functie kan worden
benoemd.
H. Uil, streekarchivaris trok
op mijn verzoek de situatie op
Schouwen-Duiveland na.
Hoewel hij slechts enkele
gemeenten kon nagaan vond hij
toch drie gemeentesecretarissen
die de veertig jaar hebben
gehaald. Zijn onderzoek ging
terug tot 1851, het jaar waarin
de landelijke gemeentewet
werd ingevoerd. De personen in
kwestie beleefden het einde van
hun loopbaan allemaal rond het
begin van deze eeuw. Koploper
is de gemeentesecretaris van -
toen nog - gemeente Kerkwerve
(nu Middenschouwen). Deze
man was op een paar maanden
na vijftig jaar hoofd van de
secretarie. Uil vermoedt dat in
totaal vijf d zes personen dit
veertigjarige jubileum hebben
gehaald. Maar hij vindt ook dat
een dergelijk feit, zeker heden
ten dage, een unieke prestatie
is.
Renesse
Op 7 september 1939 trad De
Jonge als volontair in dienst bij
de gemeente Renesse. W. H.
Scholder was toentertijd de
burgemeester. Twee jaar later
stapte hij over naar de
gemeenten Ellemeet en
Eikerzee, die dezelfde burge
meester kenden, A. J. de
Bruijn. Deze was tevens
gemeentesecretaris. Dit
werkverband zou voor De
Jonge ruim drie jaar duren. In
die periode leerde hij enorm
veel over het werk op de
secretarie. De
personeelsbezettingen kenden
in die dagen immers lang niet
de omvang van nu, dus hij
heeft een prima all-round oplei
ding gekregen. Omstandigheden
zorgden ervoor dat hij min of
meer de rol van
gemeentesecretaris overnam en
dat terwijl hij net de twintig
gepasseerd was. In december 44
keerde hij weer terug naar
Renesse en weer naar burge
meester Scholder. Vlak voor
zijn 24-ste verjaardag, 6
september 1945, werd Jan
Willem de Jonge benoemd tot
gemeentesecretaris van Renesse.
Destijds de jongste van heel
Nederland. En dat is hij
gebleven tot aan de
gemeentelijke herindeling met
ingang van 1 januari 1961. De
Jonge verhuisde met de
secretarie naar de Ring te
Haamstede, zijn functie werd
gemeentesecretaris van
Westerschouwen en hij liet de
Ring te Renesse voor wat die
was. Althans, zakelijk
Geroepen
Door de jaren heen heeft De
Jonge natuurlijk een prima
baan gehad. Zijn
woonomgeving kan tot de
mooiste van het land worden
gerekend. Maar toch, de
ambitie bleef. De wens om
hogerop te komen bleef knagen
van binnen. Jazeker! Ik heb
wel eens gesolliciteerd, ja, naar
een burgemeesterspost. En die
sollicitatie heb ik vervolgens
een week later ook weer
afgeschreven. Waarom? Nou, ik
wilde die baan wel, natuurlijk.
Maar als ik er dan over nadacht
dan ging ik mezelf afvragen of
ik eigenlijk wel weg zou willen
en vooral zou kunnen uit
Renesse. Ik dacht: ik ga weg en
ik kan niet terug. In hoeverre
ben ik afhankelijk van mijn
woonplaats. En dat bleek toch
een te groot obstakel om door
te zetten. ,,Ik weet zeker dat ik
een keer heb geschreven op een
baan die ik een week later
gekregen zou hebben. Jammer?
Ach nee, écht spijt heb ik er
nooit van gehad. Nu. jaren
later, lees ik nog wel eens wat
over die gemeente. Het was een
vrij grote plaats hoor. En soms
denk ik: het is maar goed dat
ik het niet heb gedaan, maar
soms ook: had ik maar...Waar
dat was? Nee-ee... dat zeg ik
toch niet."
Vakantie
Als ik zijn werkkamer binnen
kom regent het buiten. ,,Je hebt
slecht weer meegebracht
merkt hij op, gevolgd door een
geruststellend lachje. ..Het kan
mij niet schelen. Ik kan me
absoluut niet opwinden over
het weer. Trouwens, in
september wordt het nog mooi.
Let op mijn woorden en ik heb
het in juli al gezegd," zegt hij
met zijn vinger zwaaiend om
zijn voorspelling kracht bij te
zetten. Ik wist het allang dat
het deze zomer niets zou
worden met het weer. In
Renesse zeggen we altijd: als
het rond de kermis (eind juli,
SvZ) niet goed is dan wordt het
heel de zomer niets." Ik kijk
schijnbaar wat ongelovig, want
hij voegt er onmiddellijk aan
toe: ,,Ja, in Renesse leven wij
temidden van dit soort
volksverhalen." Terwijl er toch
een lichte zucht uit zijn mond
ontsnapt vertelt hij dat hij
tussen de middag nog buiten
heeft gegeten. ,,Ja, mijn dochter
is er, anders eet ik niet buiten.
Voor die mensen die hier nog op
vakantie zijn is het jammer dat
het weer niet meewerkt. Ik heb
mijn vakantie al gehad, ja. In
het topseizoen kan ik in
tegenstelling tot de burgemees
ter het makkelijkst weg."
Eind verleden jaar overleed
zijn vrouw en dat was voor De
Jonge aanleiding om in januari
de al gereserveerde vakantie op
de Veluwe te annuleren. ,,Maar
onder aandrang van mijn twee
dochters heb ik dat niet gedaan.
Slot van het liedje was dat ik
samen met twee van mijn zes
kleinzoons ben geweest, één
van zes en één van negen. Ik
zag er wel tegenop, maar het is
een zalige vakantie geworden.
Ik heb er echt van genoten. En
zij schijnbaar ook, want we
waren nog niet thuis of ze
riepen uit: volgend jaar gaan
we weer met u op vakantie
opa." Hij kijkt vertederd naar
buiten en lacht.
Burgemeester
Prompt stel ik een vraag die
sterk afwijkt van het
persoonlijke intermezzo dat we
hadden. 'U wordt wel de burge
meester van Westerschouwen
genoemd
(Stilte) Dat weet u toch
wel...'
(Stilte). ,,Ja, die opmerking is
niet nieuw voor me," zegt hij
enigszins aarzelend. ,,Maar ik
weet wel waarom sommige
mensen dat zeggen. Dat komt
gedeeltelijk door mijn karakter
en gedeeltelijk door mijn taak
als gemeentesecretaris. Ik laat
het bestuur vrij in de
meningsvorming, maar ik wil
de personen in kwestie wel zo
goed mogelijk informeren,
voorafgaande aan de
besluitvorming. Ongeacht hoe
ik er persoonlijk over denk,
want ik heb mezelf geleerd om
altijd boven de partijen te
staan, wil ik persé dat de
bestuurders juist en voldoende
door mij op de hoogte zijn ge
steld. En het komt inderdaad
voor dat ik tijdens een
vergadering meen dat de
hoeveelheid informatie
onvoldoende is om daarop
gebaseerd een besluit te nemen.
In dat geval vraag ik het woord
en geef ik alsnog een
toelichting. Dat is juist, ja. En
ik kan me voorstellen dat de
burger het een beetje teveel van
het goede vindt. Kijk, ik kan
de bestuurders niet vertellen
hoe ze moeten besluiten, maar
ik kan er wel voor zorgen dat
hun besluit, hoe die dan ook is,
op juiste gronden is gebaseerd.
Ik heb er verschrikkelijk veel
moeite mee als de
besluitvorming niet is
gebaseerd op voldoende
informatieIk moet ervoor
zorgen dat een besluit wordt
uitgevoerd, zoals het behoort te
worden uitgevoerd. Ik heb
inderdaad die drang om zo
volmaakt mogelijk informatie
te verstrekken. Daarin mag ik
niet tekort schieten."
Nu we het toch over
bestuurders hebben leg ik hem
de in mijn ogen niet ideale si
tuatie van twee parttime wet
houders voor. „Nee, daar ben ik
het mee eens. Het is nu
eenmaal niet anders, maar
Westerschouwen zou over
fulltimers moeten kunnen
beschikken. Trouwens, onze
wethouders draaien gemiddeld
zeker 35 uur per week en dat is
natuurlijk erg veel voor een
parttimer. Maar deze
tweemensen hebben allebei zelf
een bedrijf en dat gaat ook
door. Gemeenten met een
inwonertal van 18.000 kunnen
over fulltimers beschikken,
kleinere gemeenten moeten met
halve krachten' werken. In de
gemeentewet zou ruimte
moeten komen voor een
uitzondering. Het is zeker in
het belang van de gemeente, die
met haar problematiek een heel
aparte plaats inneemt in de
Nederlandse gemeentepolitiek.
Een fulltime wethouder kan
zich uiteraard ook veel beter
voorbereiden op de
vergaderingen en zich veel meer
verdiepen in de materie. Dan
hebben ze ook meer
bestuurlijke inbreng."
Volgens De Jonge geldt
datzelfde verhaal in principe
ook voor de raadsleden. Deze
mensen hebben er ook een hele
kluif aan om zich goed op de
hoogte te stellen van de
lopende zaken. Hij is met me
eens dat niet altijd elk raadslid,
door te weinig tijd, even goed
geïnformeerd is, hoewel hij het
niet expliciet uitspreekt. ,,Nee,
dat hoor je mij niet zeggen.
Maar het zou wel eens beter
kunnen ja. Maar ja, die mensen
doen al zoveel ze kunnen en dat
met een tekort aan tijd. De
voornaamste oorzaak ligt in de
structuur van de
samenstelling."
,,Ik heb wel eens een beetje
de indruk dat raadsleden blind
varen op mijn toelichting,
omdat ze zich niet voldoende
hebben kunnen prepareren. En
dan kom ik weer terug op wat
ik net zei: die informatie die ik
verstrek is van groot belang. Ik
heb in dat licht bezien een grote
verantwoording. Maar dat vind
ik heerlijk. Ik zou niet graag
zonder verantwoordelijkheid
leven."
Medemens
De Jonge heeft altijd een
grote belangstelling gehad voor
werk op het sociale vlak. Naast
zijn functie als
gemeentesecretaris leed hij een
rijk sociaal leven, niet in het
minst veroorzaakt door zijn
vrouw, wiens gezondheid al
jaren niet optimaal was. ,,Ik
denk zelf dat het daardoor
komt. Een stukje zorg voor de
medemens, dat is zo ontzettend
belangrijk. Het is ook zeker
geen last geweest, ik deed en
doe het graag. Mijn vrouw heeft
daar ook nooit bezwaar tegen
gemaakt. Zij stimuleerde mij
daarin, ondanks dat we elkaar
daardoor door de week heel
weinig zagen. De weekeinden
waren daarom voor ons. Alleen
bij heel hoge uitzondering liet
ik daarop inbreuk maken. En
dat is nog steeds zo, ondanks
het overlijden van mijn vrouw.
De weekeinden zijn voor mij.
Om de week ga ik. naar mijn
dochter in Katwijk en het
andere weekeinde ben ik thuis.
Een beetje bijkomen van een
zware werkweek. Dat heb ik
dan nodig."
Hij kijkt wat in gedachten
verzonken naar zijn overigens
opmerkelijk kale bureau. „Weet
je wat ik nu echt mis? Een
bloemetje op mijn bureau.
Normaliter verzorgt de dienst
gemeentewerken dat. Ja, dat
mis ik. Daar ben ik erg op, op
dat soort dingen."
Stella van Zanten
f t