MOLLEN VANGEN IS VAKWERK Molleninvasie ondermijnt gras- en voetbalvelden ZIERÏKZEESCHE NIEUWSBODE VrijdaK 15 februari 1985 Nr. 23678 11 SCHOUWEN-DUIVELAND - Op zichzelf zijn mollen niet echt schadelijk zolang ze onder de grond blijven, welk plekje hen door de schepper werd toegewezen. In zijn uitgebreid gangenstelsel mag hij van iedereen zijn buik vol eten aan het levend gedier te dat hij op zijn weg tegen komt. Maar zodra de mol met zijn stevige graafklauwen de wei gaat veranderen in een maanlandschap, wordt het anders. Niet het landschappelijk-ontsierend effect leidt tot de massale aanval, maar louter het feit: waar een molshoop ligt, groeit geen gras, maakt dat de bestrijding wordt ingezet. De methoden zijn in de loop der tijd verfijnd, maar telkens weer steekt de een of andere onverlaat letterlijk de kop op en produceert grote hopen. Soms tot wanhoop van de veeboeren. h; ««RiKSHMS I» »1« «-WTde Via-- v»o sftlelttttt* voetbal w<-t- to het drie «iet gespeeld. <>ofc »u kot» biet «arden aange- fredvn, maar reilen Mn dr afgc- ..Jasttifig lB wol «wr «pmrrkelijk. liet terrein van de thfwcrkerkj* ploo* Wiiedt nadrukki.4i.jk Irelaagd itoor een lcgj.oe«;hn>SteTi V. ir tiriiUIlm sieren hel terrein ma.ir ernstiger zijn de vete zangen, illr door dr »w.»rte viervoeter* worden ij?' gegraven, Ulcrdnor hel i.Vw vm.r Efc.#*ifc«U»lr-nirr* du.-.d >m- cadrukke- Sk\ lijk omiwejlr. dal vrijclag- t' avottd werd bralotru «ra olet IC laten P spelen. Hier llgl zeker een «noolr tdak voor de ettneente Doivtland. dte Overigen* rreiH aan de lund vn<> ja een *hrijv«n ni-rtiu balf drrembcr gU; Op dc hooctr uihxin h« t euxel. maar BJt vtioralsnoc aiet in actie kwant. 0»k H": Rebur vnrsprcltK Dcsnburu u-lld SCHOUWEN-DUIVELAND - Met duizenden zijn ze aan het werk. Met tientallen gaan ze een grasveld te lijf. Eén zo'n zwartharig monster in een scherp geschoren ga zonnetje en het werk van maanden is naar de Filistijnen. Wie heeft nooit het verwoestend werk van het zwarte, on dergrondse legioen aanschouwd? Welke amateur-tuinder heeft nooit met lede ogen moeten aanzien, dat zijn met zorg gekweekte sla-plantjes verschrompelen als gevolg van een mollen-reünie van die „nuttige" dieren wier vel letje ooit werd vermaakt tot bontjas, en dus geld op bracht? Mollen zijn de schrik van veeboeren en dijkbe- wakers, maar ook de particulier zet zich aan het bestrij den van de „mijnwerkers" van Schouwen-Duiveland. De aanzet tot dit mollenartikel werd gegeven toen het ondergrondse legioen er voor had gezorgd, dat het voetbalveld van Ouwerkerk dusda nig werd omgeploegd, dat spelen on verantwoord was. Niet alleen de tientallen molshopen zorgden voor een extra ingelaste „winterstop", maar ook (en veel gevaarlijker) de ve le onderaardse gangen die de zwarte viervoeters hadden gewrocht maakte dat van een ordentelijke voetbal wedstrijd geen sprake kon zijn met het oog op mogelijke enkelblessures. Waarom doet een mol dat? Waarom zijn er juist nu zoveel? Hoe leven ze? Hoe bestrijdt men ze? Bij het zoeken naar een antwoord op bovenstaande vragen viel één ding op: kennelijk werken mollenbestrij- ders net als hun te vangen object, ook in het nachtelijk duister. Want niet één als goed vakman bekend staande mollenvanger wilde zelf ook maar iets vertellen over het wel en wee (vooral het wee) van mollen. Van één weten we heel zeker, dat zijn werk zwart betaald dient te worden en hij kwam er dan ook ruiterlijk voor uit, dat dèt liever niet zwart-wit gedrukt moest worden. Hij kwam graag langs als het om vangen van mollen gaat, en hij is er zeer bedreven in moet wor den gezegd, zijn loon is fl 5,= per mol, maar iets over mollen vertellen, nee, beslist niet. Veelvraat Momfert, zoals de mol in de roem ruchte fabeltjeskrant heette, is er, en ondanks verwoede pogingen het nut tige dier uit te roeien, zal Momfert er altijd wel blijven. Dat ze dit jaar in zo'n groten getale de Schouwen- Duivelandse percelen omploegen, moet gezocht worden in hun voedsel: waar niets te eten is voor een mol ver schijnt ie niet aan het oppervlakte en zoek elders vertier. Het is een veel vraat, die dagelijks het halve li chaamsgewicht aan voedsel ver slindt. ook steevast opgemerkt, mits dat een ervaren mollenvanger is. Wat verder het meest opvalt aan een mol zijn zijn krachtige graafwerktuigen, de voor poten: de naar buiten gedraaide hand is verbreed met een extra vinger. Een nek heeft Momfert schijnbaar niet, maar hij kan zijn kop wel degelijk onafhankelijk van de romp bewegen. Voortplanting Om met enig succes het vangen of bestrijden van mollen te kunnen aan vangen, moet de vanger op de hoogte de mens: het verkeer (als ze een weg oversteken), roofvogels, katten en honden en reigers lusten ze rauw. On ervaren jonge mollen, die boven gronds een goed heenkomen zoeken, leven niet lang. Is een mol eenmaal aan een vroeg tijdige dood ontsnapt en heeft zich in gegraven in een prachtig perceel gras land, heeft elke mol een afzonderlijk deel van een gangenstelsel tot zijn of haar beschikking. Ze leven dan al leen, de kans dat een mollenvanger buiten de jongen-periode meer dan een mol uit één gang of hoop haalt, is dus uiterst gering. De oppervlakte van een tentorium is gemiddeld 400 m2. Geleerden hebben uitgere kend, dat per hectare ongeveer twin tig mollen huizen, maar in de prak tijk worden hogere cijfers genoteerd. Mannetjes blijken minder honk vast te zijn dan vrouwtjes, ze willen nogal eens gaan zwerven, op zoek naar een geschikte levenspartner. Verlaat hij zijn gebied, wordt dat zon der problemen direct ingepikt door zijn naaste buur. Mollen kunnen ook zwemmen en zo van het ene perceel naar het andere verhuizen. Van groot belang is het te weten, dat de nesten 4frfrlinp Zeeland stfhdogvoe leOi nijtddgvoetbfti j 5/x- Speelveld Ouwerkerk is te gevaarlijk voor voetbal tJ t verstrekken van informatie over deze manier van mollen bestrijden. J. van den Berge: „Het is echt geen geheim middel, ik doe er ook niet ge heimzinnig over, maar er zijn ernsti ge bezwaren aan dit middel, waar mee grote ongelukken kunnen ge beuren als het in verkeerde handen komt. Daarom moet je ook een soort diploma hebben om hiermee te mo gen werken. Zelf ben ik uiteraard geen mollen-expert, maar weet er wel alles van en ik heb ook zo'n di ploma". Van den Berge is werkzaam bij de fa Mol (toepasselijke naam in Schuddebeurs, het bedrijf dat zich onder meer bezig houdt met gewasbe scherming in de landbouw. Binnen dit bedrijf geeft Van den Berge advie zen en om op de hoogte te blijven met de nieuwste ontwikkelingen op dit gebied, is hij ook naar de cursus mol- lenverdelgen met het nieuwe middel geweest. Vanwege zijn diploma en vergunning mag Mol-Schuddebeurs de pillen wel verkopen, maar ook hier zijn strenge veiligheideisen van kracht: zonder het vereiste diploma (met pasfoto) krijgt niemand de pil len in handen. Fosforwaterstof Van den Berge legt uit, dat de pillen fosforwaterstof ontwikkelen uit een mengsel van aluminiumfoside en am- moniumcarbonaat, wanneer de pillen aan vochtige lucht worden bloot gesteld (in een mollengang). De hoe veelheid gas is 0,2 gram per pil. Het is een kleurloos gas met een geur van carbid en knoflook. Het gas is zwaar der dan lucht. Ook voor de mens is het een gevaarlijk gifgas, dat in de ernstige vorm kan leiden tot be wusteloosheid en zelfs de dood. Vanwege dit gevaar is Van den Ber ge zo terughoudend om over dit mid del te praten. „Denk maar eens in wat er kan gebeuren bij onoordeel kundig gebruik. Stel dat je zoiets ge bruikt op een grasveld, waar even la ter met mooi weer kinderen komen spelen. Boven het gras hangt een hal ve meter gas, dat dodelijk is voor honden, katten, vogels, maar ook voor niets vermoedende kinderen. Daarom mag het ook niet in de buurt van woningen worden gebruikt: par ticuliere tuinen zijn uitgesloten. Bij gebruik van het middel moet trou wens wel een waarschuwingsbord op het perceel gezet worden, èn het per ceel moet afsluitbaar zijn". Op het ogenblik zijn er vier bevoeg den in deze regio: naast de heer Van den Berge, die zich dus uitsluitend met adviezen bezighoudt, hebben het waterschap, de gemeente Duiveland en de gemeente Zicrikzee mensen in dienst, die met het nieuwe middel mogen werken. In de toekomst zullen de groenvoorzienbedrijvcn en grote hoveniers worden opgeleid. Over de resultaten tot nu toe (in de proefperi ode) zegt Van den Berge, dat die wis selend zijn. Het is niet zo, dat het ei van Columbus is uitgevonden, maar het gaat duidelijk nog om een proef periode. Duur Overigens moet iemand die oen mollenbestrijder nicuwe-stijl wil la ten langskomen, bedenken dat er fi nanciële consequenties aan vast zit ten: het is een duur middel. Wal Van den Berge en Mol-Schuddebeurs be treft: het gaat hier om een service aan klanten en dus niet te ontbieden als een mol in het gras wordt gesigna leerd. Per pil moet men toch rekenen op een bedrag dat naar de tien gulden gaat. Verder moet ook nog worden be dacht. dat minstens drie dagen het betreffende terrein niet betreden mag worden, omdat het gas pas na twee dagen langzaam verdwijnt. Ouderwets Vast staat, dat op het ogenblik meer mollen aanwezig zijn op Schou wen-Duiveland, dan ooit tevoren. En ook, dat die mollen voor een grote schadepost zorgen voor de veeboeren, die in sommige gevallen een perceel grasland moeten overzaaien met alle kosten van dien. Chemisch bestrijden is erg effectief, maar zeker niet milieu-vriendelijk. Met een beetje oe fening is echter het klemmen zetten best wel te leren en de klemmen zijn zeker niet zo duur als een mollenvan ger zwart voor een zwart velletje vraagt. En dat er in een bepaald per ceel meer mollen zitten dan elders, ligt alleen aan het feit dat déér de mol alles vindt wat ie graag lust, in óvervloed. Mollie moet dus zo nodig graven en het resultaat blijft niet onopge merkt. Van oudsher zijn er huismid deltjes die met enig succes het mol- lenbestand tot aanvaardbare propor ties terug brengen. Een van de eerste bestrijdingsmiddelen die werd inge zet tegen de mol, schijnt de ouder wetse mottenbal te zijn, waarvoor een beetje mol op de loop ging. Hij ging er niet van dood, maar wel op de loop en het effect was dus voldoende. Hoewel niet gezegend met een uitste kend reukvermogen, was de kamfer lucht zelfs een mol te erg. Het zelfde systeem is: ldppen in peterolie ge drenkt, in de gangen stoppen, ook hier geldt dat de mol op de loop gaat, richting buren. Hij legt niet het loot je en de kans dat hij terug komt is groot. Klemmen Al heel snel vonden inventieve mol- lenhaters een klem uit. Een moord werktuig, dat op scherp gesteld wordt in een gang (zonder kaas en de domme mol wordt voor ie het weet in z'n nekvel gegrepen en kan het avontuur met de klem niet meer navertellen. De klem is zo geconstru eerd van doorgaans dik koperdraad, dat als de mol de klem raakt, direct achter zijn kop de val dicht klapt. Misschien niet zo mol-vriendelijk als reukwaren in de gang, maar wel zo doeltreffend. Zo'n klem zetten vereist overigens een behoorlijk portie kennis van de klem èn van het gedrag van de mol. Dat doe je niet zomaar: daar is erva ring voor vereist. Mollen zijn name lijk ook weer niet zo dom als wordt gedacht, en een mol die eenmaal met een slecht (dus fout) geplaatste klem in aanraking komt, loopt nooit meer letterlijk in de val. Zien kan ie de klem niet, maar ruiken wel en hij kan ook verschil in temperatuur voe len. Om een klem met succes te kunnen plaatsen moet een deel van het gan genstelsel worden blootgelegd, en daarin schuilt nu juist het gevaar: als dat deel van een gang niet goed wordt afgedekt na het plaatsen van een klem, hoort de mol de wind fluiten door zijn gang en neemt de kuierlat ten. Erger nog: hij begint gewoon op een ander plekje met zijn ver woestend werk. Taupicine Het kon natuurlijk niet uitblijven in do wereld van de chemie, of er werd een middel uitgevonden om langs chemische weg de mollenbe strijding ter hand te nemen, waarbij het eenvoudig handwerk werd ge schuwd. Taupicine heet het gif, waar de mollen geen brood van lusten. Het is een dodelijk poeder, dat ook in de gangen moet worden gebracht op (soms) een milieu-onvriendelijke ma nier. Mensen die er een paar centen voor over hebben, kopen een half De chemie staat echter niet stil. Naast het Taupicine, dat eigenlijk een heel gedoe is met eerst wormen van gen of naar de slager gaan, heeft met fosforpatronen uitgevonden, die heel goed zijn te gebruiken op kleinere percelen. Ook deze patronen worden in een gang geplaatst, want een mol komt nu eenmaal zelden buiten. Zo'n patroon (ongeveer twintig centimeter lang) lijkt een beetje op de vertrouw de „gillende keukenmeid" die met de jaarwisseling wordt aangestoken. Aansteken aan een uiteinde (let op de handen!), snel in een gang plaatsen en die afdekken en de fosfor spuit door het gangenstelsel. Een enorme, voor de mol zeer ongezonde, rookwolk ver plaatst zich in het gewelf. Zover dat zelfs meters verderop de rook uit de poreuze grond opstijgt. Deze manier heeft één groot nadeel: de grote in vestering en daarom alleen geschikt bij een beperkt aantal hopen. De pa tronen zijn namelijk niet goedkoop, en alle gangen moeten worden be werkt. Vergassen De techniek en de chemie gaan hand in hand bij het nieuwste mid del, waarbij niet eens een gang hoeft te worden opgegraven. Het is een een voudig apparaat, waarmee een pil in een hoop wordt gebracht, die binnen twee uur aan het vergassen slaat. Het is een nieuw middel dat experimen teel sinds een jaar wordt gebruikt. Het vrijkomende gas is dodelijk voor mol en mens, en alles wat daartussen zit aan vegetatie. Uiterste voorzich tigheid moet worden betracht bij het gebruik, en het is daarom dat een van de vier gediplomeerden op Schouwen-Duiveland, de heer J. van den Berge wat terughoudend is in het pondje tartaar, vermengen dat met wat in de wandelgangen „Mollen- dood" wordt genoemd, draaien daar kleine balletjes van en doen die in de gangen. Wie geen gehakt heeft doet het met wormen, immers het geliefde kostje van de mol. Wormen kruipen vanzelf de gangen in, maar ook er weer uit. Een oplossing is hier de kop van de romp te scheiden en een worm graaft zich nooit meer in, wel verder. Een mol, die zo'n worm tegenkomt kan er gif op innemen dat ie nooit meer een molshoop zal maken. Er zijn ook hulzen in de handel, die, eenmaal in een gang geplaatst, een fluitend geluid veroorzaken waarvan Mollie niet goed wordt en op de vlucht slaat. Een mollen-fuik is een andere variant: een draineerbuis met een opening en aan de andere kant een fuik van gaas. Achteruitlopen kan een mol niet dus Wel milieu vriendelijk, dat wel. De hoofdschotel is voornamelijk wormen. Maar ook smakelijke hap jes als insectenlarven en -poppen en ook slakken worden en passant mee genomen om het lichaamsgewicht van 120 en 90 gram voor respectieve lijk mannetjes en vrouwtjes op peil te houden. De lengte van de mol, met z'n typisch cilindrische bouw. be draagt tussen de 125 en 165 mm. Wie denkt dat een mol gewoon een blinde graafmachine is, die makke lijk tc vangen is, heeft het fout. Mom fert is inderdaad slecht bedeeld met menselijke zintuigen als reuk en ge hoor (matig) terwijl zijn gezichtsver mogen ronduit slecht is, maar daar tegenover staan een enorm goed ont wikkeld tastvermogen en een zintuig om veranderingen in temperatuur en vocht waar tc nemen. De nadering van zijn belager de mens wordt dan zijn van de dagelijkse gang van zaken in de onderaardse gewelven. Dat be gint bij de voortplanting: de paring vindt plaats in maart-april. Na de liefdesverklaring van pa-mol aan moe-mol worden vier tot vijf weken later tot wel zeven jongen geboren, met een geboortegewicht van 3,5 gram en een lengte van 35 mm. Echte jonkies dus, die overigens al in drie weken bijna volwassen zijn. Vier tot vijf weken krijgen ze van hun moeder te eten (drinken), waarna ze nog twee weken bij elkaar in „hun" gang blij ven. Deze spelende jonge mollen zor gen voor de bekende „ritten" of „rit sen", ook wel „jaargangen" genoemd. De grote volksverhuizing vindt plaats omstreeks eind juni als de jeugd uitvliegt. Dan vallen ook de meeste slachtoffers aan anderen dan met hoofdgangen doorgaans zitten onder en bij perceelsscheidingen als afrasteringen, heggen, houtwallen, slootkanten en bermen. Déél' is dc kans op een goede vangst het grootst. Dat een mol een nachtdier is of al leen in de avond zijn verwoestend werk verricht, is niet waar. Dc mol is ook weer niet 24 uur per dag in touw, maar er zijn activiteitsperioden tc onderscheiden. Tussen november en februari is Momfert actief gedurende dc tijd van het daglicht, en 's nachts ook nog een poosje, 's Avonds slaapt hij. Bij hot lengen der dagen houdt hij midden op dc dag een siësta en doet 's nachts ook nog wat. Tussen mei cn augustus heeft dc mol varia bele werktijden cn houdt overwe gend 's nachts z'n gemak. Eigenlijk best een interessant leven van „Mol".

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1985 | | pagina 11