In de schaduw van de Sint Lievensmonstertoren 20 Wie een blik teil werpen in de geschiedenis van Zierikzee kan dat op een aantal manieren doen. Uit de oude archieven van de stad is veel te verhalen over de roem en glorie van deze stad aan de Oostersehelde. We kunnen echter onze blik ook van af het hoogste punt, vanaf de Sint Lievensmonstertoren, laten gaan en daar van daan ons een beeld vormen van deze aloude stad. De toren, waarvan het funda ment in 1454 is gelegd, zou ons veel kunnen verhalen van de dagen van weleer. nen, de put bleek een uitkomst voor de koeien en paarden die er hun dorst konden lessen. Kasteel afgebroken Het grafelijk kasteel waar de gra ven zo menigmaal verbleven en ont haald werden door hun Zierikzeese onderdanen werd afgebroken. Nu er geen graaf meer was was ook zijn kasteel overbodig geworden. Eenvou dige arbeidershuisjes werden er ge bouwd. Op marktdagen was het rond de to ren druk en gezellig. De boeren uit het Schouwse en Duivelandse land voerden hun marktwaar per schuit of wagen aan. Lange rijen van te verko pen en te kopen vee stonden aan de Balie en Varremarkt opgesteld. Aan de Lammermarkt vonden wij de schapen en pluimvee. Maar ook dat is al weer lang verleden tijd. Cen trumpositie Onze trouwe wachter heeft op het toetsenbord van het verleden heel wat lichte en zware tonen gehoord. De zware tonen overheersen. Zierik zee was een klein stadje geworden, terend op zijn roemrucht verleden en met weinig perspectief voor de toe komst. Onze negentiende eeuw bracht de welvaart van weleer niet terug. De centrumpositie van Zierikzee voor geheel Schouwen-Duiveland kreeg er des te meer accent door en dat was op zich een positieve ontwik keling. Zierikzee nam het voortouw waar het ging om de belangen van het eiland. Betere vervoersmogelijkhe den, een voorzieningenpakket voor het gehele eiland onder andere in de vorm van scholen, kortom een infra structuur moest geschapen worden om Zierikzee en Schouwen- Duiveland een waardige plaats in te laten nemen. De Ramp 1953 - De Ramp. Als een rode draad loopt dat gegeven door heel de ge schiedenis van Zuidwest-Nederland. Schouwen-Duiveland was het zwaarst getroffen eiland. Onherstel baar leek het verlies. Onze trouwe wachter heeft er niet van opgezien toen hij constateerde dat ook van die zoveelste tegenslag Zierikzee zich herstelde. Maar onze stenen kolos kreeg meer te zien. Duizenden toeristen stroom den naar Zierikzee toe. De armoede van weleer had ervoor gezorgd dat Zierikzee haar monumenten niet kon afbreken. Nu bleken al die monu menten een trekpleister te worden van een niet aflatende stroom van nieuwsgierigen. Het gemeente bestuur restaureerde dapper en de bevolking deed ijverig mee. Zierikzee - monumentenstad, het werd en is een begrip. Nieuwe perspectieven, die mede met de oude en jongere takken van nijverheid, in dustrie, handel en landbouw, de stad en haar bevolking een uitdaging ga ven om gretig aan te grijpen. De Zie- rikzeeënaars hebben de geboden uit daging gretig aanvaard. De oude trouwe wachter ziet er weer iets in van de dagen van weleer! De bovenstaande tekst is ontleend aan een lezing, welke door streekar chivaris H. Uil werd gehouden ter ge legenheid van de opening van het ac countantskantoor De Roo en Fossen aan de Balie. Imposant Het grafelijk kasteel kreeg een waardige tegenhanger in een impo sante kerk, die in zijn uiteindelijke vorm een van Zeeland's fraaiste bede huizen is geweest. Geweest, want de kerk brandde in 1832 af en hoewel herstel mogelijk was werden de mu ren afgebroken en opgeblazen met hulp van buskruit van de regering. Een schamel kerkgebouw werd er voor in de plaats gezet. Bij een grote en fraaie kerk hoort een forse toren. Zo dachten ook de stadsbestuurders en er verrees een imposante kolos. De Zierikzeese toren bereikte slechts ongeveer de helft van de be doelde lengte. De welvaart had een keer genomen en Zierikzee was niet bij machte zijn pronkstuk, die hoger moest worden dan onze Utrechtse Domtoren, af te bouwen. Zierikzee behoort tot de oudste ste den van Zeeland. Het eerste bericht dateert uit 976. Monniken uit het Vlaamse land hielden zich bezig met bedijkingswerken en aan een zijtak van de Gouwe, het water dat Schou wen van Duiveland scheidde, vonden zij een rustige plaats om er zich te vestigen. Beschut tegen het onbere kenbare water hielden zij er zich be zig met visvangst en schapenteelt. Schouwen-Duiveland werd al vroeg onder de invloed van de Hollandse graaf gebracht en het is niet te ver wonderen dat die graaf juist Zierik zee uitkoos om er een kasteel te bou wen als teken van zijn macht tegen de pretenties van zijn Vlaamse collega. Het kasteel, het Gravenhof, werd ge bouwd tegenover de latere toren aan de Balie. De omliggende grond, met name ten noorden van het kasteel, bood plaats aan de boerderijen van de graaf. Kippen, hoenders, koeien en schapen zullen er rondgelopen hebben om de geldbuidel van de toen malige landsheer te spekken. had de grootste haringvloot van de Nederlanden. Groei en bloei ken merkten de stad aan de Oostersehel de. Tegenslagen en rampen op het eind van de Middeleeuwen maakten aan al dat fraais een abrupt einde. Nog lang kon de stad teren op haar aloude welvaart, maar de gang was eruit. Onze Gouden Eeuw zorgde voor wat opleving, maar dat was niets vergeleken bij de welvaart van tevoren. Onze Sint Lievensmonstertoren bleef als een trouwe wachter en aan- Evenknie van Middelburg Zierikzee was in de Middeleeuwen de evenknie van Middelburg. Haar schepen bevoeren de internationale wateren. Zierikzee sloot verdragen met buitenlandse vorsten. Zierikzee schouwde de veranderde tijden mee warig. Belegeringen, watersnoden, bezettingen door Spanjaarden, Fran sen en Engelsen gingen aan de dikke kolos voorbij. Hij bleef op zijn post als het schijnbaar altijd blijvende. Aan de voet van de toren was altijd wel wat te beleven. De kanunniken van het kapittel van de kerk zag onze trouwe wachter verwisseld voor een rij van stemmig geklede predikan ten. De put, eveneens gelegen aan de voet van de toren, werd gebruikt door de wevers, die er hun lakens spoelden en zorgden voor een belangrijke bij drage aan de Zierikzeese welvaart. De wevers met hun lakens verdwe-

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1984 | | pagina 20