de molen Droevig verhaal rond op het Bolwerk streeknieuws Leerzame lezing voor postzegelverzamelaars 1 r SAMAN BV Met „De Hoop" als trots kontrast Oud en nieuw bij Duivendijk 4 ZIERIKZEE - „Er wordt niet ingegaan op suggesties om de molen voor een appel en een ei over te doen aan de gemeente". Deze duidelijke uitspraak doet de heer W. M. Dekker te Nijmegen, eigenaar van molen „Den Haas"; het ontmantelde, wiekloze monument op het Bolwerk, dat zo'n schril kontrast vormt met de fraai gerestaureerde korenmolen („De Hoop") in de Lange Nobelstraat. De „peperbus" op het Bolwerk is een doorn in het oog van vele Zierikzeeënaars en ook de gemeentelijke overheid zou graag verandering zien in de huidige situatie. De bestuurders zijn dan ook reeds lange tijd in onderhandeling met eigenaar Dekker betreffende de overname van molen „Den Haas". Tot nu hebben deze onderhandelingen geen positief resultaat opgeleverd en het ziet er naar uit, dat er voorshands ook nog geen schot in de zaak zit. Inmiddels staat „Den Haas" een aanfluiting op het silhouet van Zierikzee te zijn en dat is voor deze historische trots uitstralende stad toch wel erg droevig. Met molen ,,De Hoop" ging het destijds allemaal wat vlotter: Deze kon in 1977 voor het symbolische bedrag van 1,— door de gemeente worden aange kocht van de familie Roggeband. Echter toch een projekt, waar de gemeente zich in eerste instantie niet rijk mee kocht, want Zierikzee kwam met die aan koop voor een forse investering te staan voor restauratie van de molen. Het in oude glorie herstellen en maalvaardig maken van ,,De Hoop" vergde een be drag van 357.000,—. Bij het rijk bleek aanvankelijk geen bijdrage meer be schikbaar, maar de provincie leverde 25% 90.000,—) subsidie. Onlangs (november vorig jaar) kreeg de gemeente het verheugende nieuws, dat het rijk alsnog 250.323,— bijdraagt in de kosten van restauratie van deze molen. Van dit bedrag zal 156.701,— worden afgeschreven op de restant boe kwaarde van molen ,,De Hoop" en het resterende bedrag van 93.612,— zal worden toegevoegd aan de Reserve Restauratie Monumenten. Na de ontmanteling vorig jaar zomer bleef van de molen op het Bolwerk niet veel meer over dan een soort peperbus. Aanvankelijk bestond bij de ge meente de hoop, dat de molen op het Bolwerk, waar de tand des tijds reeds flink aan had geknaagd, in de nabije toekomst ook in eigendom verworven zou kunnen worden, om daarna de (kostbare) restauratie ter hand te kunnen nemen. Van verkoop voor een symbolisch bedrag wil de ei genaar Dekker echter niets weten. Hij laat desgevraagd weten de molen wel te willen verkopen, maar pas als er een redelijk bod komt van de ge meente of van een ander. „Wanneer dat bod niet komt, dan wacht ik voorlopig af". „Het is mij niet te verwijten" Het zit hem duidelijk hoog, dat hij diverse keren is afgeschilderd als de man, die „Den Haas" steeds verder laat vervallen. „Ik ben juist één van de eersten, die zegt: „Wat jammer nou, dat die molen die wieken kwijt is". Hij is er echter van overtuigd, dat dat hem niet verweten kan wor den. Dekker kocht de molen achttien jaar geleden van voormalig eigenaar Hendrik van Dijke en reeds toen wa ren, naar zijn zeggen, de wikken eri het staartstuk al in zeer slechte toestand. „Dat kan mij niet worden verweten, want die wieken en dat staartstuk waren minstens honderdt wintig en sommige delen zelfs hon derdveertig jaar oud. Ze gingen van binnenuit roesten en dat kun je niet veranderen". Dekker zegt in onderling overleg met gemeente en Rijksgebouwen dienst (maar hij bedoelt wellicht Mo numentenzorg) te hebben getracht vooral voor „filmers" en „buitenlan ders" de molen met wieken en staartstuk zo lang mogelijk in stand te houden. In dit verband noemt hij ook de naam van toenmalig aannemer C. Berrevoets, die de wieken vijftien jaar geleden voor de somma van 4.000,— zodanig onder handen heeft genomen, dat ze nog toonbaar waren voor het publiek. Dekker begrijpt dan ook niet, dat juist deze zelfde man in zijn funktie als voorzitter van buurtvereniging „De Hoofdpoort" hem nu heeft verweten, dat hij de molen niet heeft onderhouden. In juni vorig jaar stuurde het kolle ge van b. en w. de moleneigenaar een brief met de vraag of hij alsnog be reid was de molen voor een symbo lisch bedrag over te dragen. Verder werd er in diezelfde brief gewezen op de noodzaak om op korte term'ijn passende maatregelen te nemen om te voorkomen, dat de molen verder zou vervallen en schade aan derden zou worden toegebracht. Indien hier toe niet zou worden overgegaan, zou het kollege zich genoodzaakt zien met toepassing van politiedwang de nodige voorzieningen uit te voeren. „Dreigement" Dit laatste is de heer Dekker hele maal in het verkeerde keelgat ge schoten. „Ik hen dit gezien als een dreigement, als een uitdaging om die molen zo snel mogelijk voor niks aan de gemeente af te staan." De eigenaar was zelf overigens wel overtuigd van het feit, dat de molen weieens gevaar voor de omgeving zou kunnen gaan opleveren. Zijn buurman op het Bolwerk de heer T. Mill had hem ook reeds verzocht de molen af te tuigen. Het gemeentebestuur was overi gens verre van gelukkig met de drastische maatregelen, die de heer Dekker daarop nam. Men had met het treffen van maatregelen dan ook niet de totale ontmanteling bedoeld. Dekker gaf echter de firma Mam moet Stoof te Breda opdracht de wie ken en het staartstuk te verwijderen en zo gebeurde het, dat de molen op het Bolwerk deze zomer werd gede gradeerd tot peperbus. Met twee grote kranen werd de ont manteling verricht; een waterspuit werd paraat gehouden in verband met brandgevaar door vogelnesten. Dekker wijst erop, dat Monumen tenzorg hem toestemming (achteraf, Red.) heeft verleend voor het wegha len van de wieken en het staartstuk. Binnen het gemeentebestuur wordt dat zeer betreurd. „Monumentenzorg heeft die toestemming verleend in de veronderstelling, dat het verwijde ren van de wieken de aanzet tot restauratie betekende", meende we thouder L. J. van Gastel donderdaga vond tijdens een openbare vergade ring van de kommissie financiën. Door het hele karwei van het ver wijderen van wieken en staartstuk, leek de omgang (de galerij rond de buitenkant van de molen) er niet op vooruit te zijn gegaan. Aannemer H. Fierens kreeg opdracht de zaak, waar nodig, zo goed mogelijk te her stellen. „Dat is deze winter reeds ge beurd en dat heeft me dus ook weer behoorlijk wat geld gekost", aldus Dekker. Hij wil er maar mee zeggen, dat er van zijn kant voortdurend zorg wordt besteed om te voorkomen, dat „Den Haas" in verder verval raakt. „In de ijskast" Je zou kunnen zeggen, dat wat er nu staat als het ware in de ijskast wordt gezet. Er wordt niet verder ontmanteld. Die aannemer, die Fie rens, heeft opdracht elke keer als het gestormd heeft te zien of er schade is en om het dan te repareren. Er wordt dus gewoon gewacht op een gunsti ger tijd voor restauratie, maar er wordt niet ingegaan op suggesties van de gemeente om voor een appel of een ei die molen over te doen. Ik heb vijf kinderen, die bezwaren ma ken, als hun vader deze molen, waar we zoveel mooie dagen in doorge bracht hebben, voor niks van de hand zou doen", aldus Dekker. Hij zegt het ook jammer te vinden, dat alles zo gelopen is, maar hij heeft anderzijds de grootste moeite met het feit, dat de gemeente geen cent wil afgeven of de molen moet haar ei gendom zijn. „Ja dan staat alles stil, dan wacht ik rustig af tot er betere tijden komen en een andere burge meester misschien". Dat laatste is vooral een persoonlijke kwestie, waar hij niet verder op in wil gaan. Dekker is het eens met de stelling, dat „Den Haas" een bepalend objekt is voor het silhouet van Zierikzee. „Ik wil die molen ook niet weg heb ben, ik weet dat het een ideaal punt is in Nederland on; die molen daar te hebben". Overigens vindt hij dat de gemeente in het verleden best wat meer had kunnen doen om de aan dacht op de molen te vestigen, 's Zo mers wordt het zicht erop volgens hem belemmerd door een weelderig groeiende boom en 's avonds schijnt er volgens Dekker een onsympathiek hard licht van een straatlantaarn, dat naar beneden schijnt en het zicht op de molen afneemt. „En dat terwijl de rest van de haven met natrium is verlicht". „Dat de gemeente daar nou zoveel moeite voor gedaan heeft in het verleden, kan ik niet zeggen", aldus de moleneigenaar. Nieuw voorstel Om uit de impasse te geraken en veilig te stellen, dat „Den Haas" voor het nageslacht blijft behouden, heeft het gemeentebestuur inmiddels een nieuw voorstel gedaan. Nu on derhandelen op basis van een symbo lisch bedrag toch niet haalbaar bleek, werd „De Hollandsche Molen", een Vereniging tot behoud van molens in Nederland, ingescha keld. Technisch adviseur van deze vereniging, de heer A. J. de Koning bestudeerde „Den Haas" en konsta- teerde, dat binnenin de molen alles nog wel aanwezig is maar dat een grote restauratie is vereist om het al lemaal te behouden. Hij spreekt in dat verband over een benodigd bedrag van „een mille of tien, vijftien" zou neertellen voor het verwerven van de molen. De Vereniging „De Hollandsche Molen" kan in dit geval eigenlijk ook niet veel meer doen dan lijdzaam toe zien. Anders dan bijvoorbeeld de Stichting Oude Zeeuwse Kerken, heeft deze Vereniging geen eigen mo len bezit. Bedenkingen De heer Dekker heeft grote beden kingen tegen de door de heer De Ko ning verrichte taxatie. „Hij is geen schatter, geen beëdigd taxateur en makelaar. Hij heeft een schatting ge daan vanuit de restauratiemogelijk heden gezien. Hij heeft niet in de schatting inbegrepen, dat er in feite ook een zomerverblijf aanwezig is, waar 's zomers nogal wat mensen kunnen verblijven op een prachtig punt in een prachtige omgeving met zicht op de haven van Zierikzee", zegt Dekker zijn bezit hoog prijzend. Zelf schakelde hij de Makelaardij o.g. Mark van Thiel Wijchen B.V. in voor een eigen taxatie. De schatting, die naar aanleiding daarvan op tafel kwam, wijkt volgens Dekker zeer veel af van het bod, dat de gemeente Zierikzee inmiddels heeft gedaan. „Mijn kinderen hebben mij gezegd: „Pa dat moet u niet doen, dat mag u niet doen, want dat is een irreële prijs die de gemeente wil geven". Volgens Dekker betreft het bod slechts een fraktie van het bedrag, dat hij voor molen „Den Haas" wil ontvangen. Overigens is dat bedrag volgens hem aanzienlijk lager dan de som, die hij op de vrije markt voor dit monument zou kunnen ontvan gen. Hij verwondert zich ook wel over het feit, dat de gemeente pas aan restauratie wil denken als zij de mo len in eigendom heeft. „In Nijmegen staan hier twee molens, waarvoor bij de één voor meer dan 900.000,— door de gemeente is bijbetaald, ter wijl de molen toch niet in eigendom bij de gemeente is. Dat is helemaal geen punt", zegt Dekker. Mocht de gemeente de molen ooit toch in eigendom verwerven, dan be hoeft zij zich over de subsidiemoge lijkheden voor restauratie de eerst komende jaren overigens geen illu sies te maken. De Vereniging „De Hollandsche Molen" wijst erop, dat de subsidiekraan van het rijk hele maal is dichtgedraaid en een woord voerder van de afdeling Molens van de Rijksdienst voor de Monumenten zorg kan dat alleen maar bevestigen. „Er liggen nog zeker honderdvijftig plannen in de la en we zitten tot 1990 vast aan reeds gedane subsidietoe zeggingen. Molen „Den Haas" in Zie rikzee is slechts een van de vele mo lens, die gerestaureerd zouden moe ten worden". Op de vraag of het klopt, dat de Monumentenwet de mensen toch een goed beheer en onderhoud van hun historisch bezit voorschrijft, ant woordt dezelfde woordvoerder be vestigend. „Maar", voegt hij eraan toe, „er staat geen straf op, de rege ring heeft destijds de angel uit de Mo numentenwet gehaald door geen sankties vast te leggen, zodat goed beheer en onderhoud wel vriendelijk kan worden verzocht, maar niet kan worden afgedwongen". Geen buurtgenoot meer Zierikzee lijkt voorlopig derhalve nog een hele tijd tegen die ontmantel de molen te moeten aankijken. De le den van buurtvereniging „De Hoofd poort" hebben het daar, evenals vele andere Zierikzeeënaars, moeilijk mee. Voorzitter Berrevoets heeft Dekker dan ook laten weten, dat de buurtvereniging de moleneigenaar niet meer als een buurtgenoot be schouwt. Berrevoets vindt, dat Dek ker jaren geleden al de mogelijkhe den heeft gehad „Den Haas" te restaureren, maar in zijn ogen heeft Dekker zijn monument bar slécht on derhouden en de buurtvereniging zal daar bezwaar tegen blijven maken. De moleneigenaar zelf is, zoals ge zegd, een geheel andere mening toe gedaan. „Ik heb een heel uitvoerig attest van Monumentenzorg, waarin staat, dat ik, meer dan van een parti- kulier verlangd kan worden, de zorg heb getoond voor het behoud van het inwendige van de molen. Het essen tiële van de molen is ook allemaal nog aanwezig en ik heb er nog een he leboel bij verzameld van wat des mo lens is". Op de vraag of hij ooit tot verkoop zal besluiten, antwoordt Dekker: „Juist vanuit het oogpunt, dat ik op mijn vijfenzevenstigste jaar van al die soesa af wil, wil ik wel verkopen, maar de gemeente komt met een bod, dat ver beneden de helft ligt van het bedrag, dat ik heb genoemd. Nou, en dat gaat niet door Molen ,,Den Haas" voelde reeds lang de tand des tijds aan zich knagen, maar vormde tot voor enkele maanden een fraai objekt in het silhouet van Zierik zee. BRU1NISSE - Met een boeiende dia-lezing heeft de Bruse postzegelvereni ging „G. J. Peelen" woensdagavond 11 januari de maandelijkse klub-avond een gezellig, maar vooral een leerzaam extra tintje gegeven. De dia-serie (dia's gemaakt van postzegels) handelde over vooral de eerste helft van de Gouden Eeuw (1600-1650) en werd met kennis van zaken en op een aanspre kende manier van tekst voorzien door het bestuurslid de heer P. T. Bolken baas. Vooral de zeehelden uit die tijd werden belicht, waarbij de Zeeuwen er zeker niet bekaaid afkwamen. Mi- chiel de Ruyter, Maarten Tromp, Evertsen, het was hun moed en on verschrokkenheid die Holland en Zeeland in die tijd de rijkdom en glo rie brachten. Soms, zoals bij De Ruy ter, opklimmend door hun talent en moed, van bootsmansleerling tot ad miraal van de vloot. Ook het verloop van de 80-jarige oorlog kwam goed naar voren. De Gouden Eeuw betekende een hoogtepunt in de architektuur (paleis op de dam), de schilderkunst, Rem brandt's Nachtwacht, Jan Steen's da gelijkse taferelen en Frans Hals' mo len bij Wijk bij Duurstede. Ook de dichtkunst bloeide op met namen als Vondel, Cats en Huygens. Middels een dia van een zegel van Jan van Riebeek uit 1952 hield Bol- kenbaas z'n geboeide toehoorders voor dat Riebeek de stichter was van Kaapkolonie in 1652. Deze kolonie werd als een soort bunkerstation ge bruikt halverwege de route die de boute zeelui namen van het thuisland naar het koloniale gebied in Oost In- dië, het huidige Indonesië. De V.O.C. en de W.I.C. bloeiden op en het was weer een Zeeuw die Suri name op de Engelsen veroverde. Post en Energie Een ander gedeelte van de dia-serie handelde over de ontwikkeling van het postwezen in Europa. Aanvanke lijk was de post in handen van Ko ninklijke personen en werd uitge voerd met postkoets en trekschuit. Pas in de 19e eeuw gingen de posterij en over in staatshanden en werd toe gankelijk gemaakt voor een breder publiek. Het is als postzegelverzamelaar er niet alleen om te doen om de hokjes in je boek vol te krijgen", aldus Bol kenbaas na de zeer geslaagde avond, „maar ook om via die hobby kennis te vergaren". Als een plaatje uit de oude doos ligt op de helling de oude kabelpont van Staatsbosbeheer. De pont krijgt de periodieke onderwaterbeurt bij Dui- vendijk. Staatsbosbeheer gebruikt de „Koeiepont" om vee en materiaal naar bijvoorbeeld de Hompelvoet, de plaat in het Grevelingenmeer, te brengen. ZIERIKZEE Nieuwjaarsreceptie NBvP Op een druk bezochte nieuwjaars receptie van de afdeling Schouwen van de NBvP in het „Huis van Nas sau" wenste de presidente in haar toespraak iedereen een goed 1984. Ook binnen de bond hoopte zij op een goed jaar. Zij keek nog even terug op het afgelopen jaar met vele aktivitei- ten waarvan het hoogtepunt natuur lijk was het 50-jarig jubileum. Na nog enkele mededelingen voor de ko mende jaarvergadering werd bij kof fie en een drankje nog enige tijd na gepraat. RENESSE Oranjevereniging Juliana Maandagavond 30 januari wordt in De Wig te Renesse de ledenvergade ring van de oranjevereniging Juliana te Renesse gehouden. De vergadering begint om 20.00 uur. Op deze avond zal o.m. de bestuurs verkiezing aan de orde komen. Aftre dend en niet herkiesbaar zijn de he ren J. W. de Jonge en L. C. Hooger- huis. Het bestuur stelt de heren J. van 't Veer en C. v. d. Boggerd kandi daat om te worden gekozen in de ont stane vakatures. Het voornaamste agendapunt is de samenstelling van een voorlopig pro gramma voor de viering van konin ginnedag 1984. Als de plannen kun nen worden gerealiseerd zal men o.a. een avondvullend programma in het dorpshuis samenstellen. D of E? In het artikel over de nieuwe Mer cedes 190 (Extra editie van 11 janua ri) is per abuis de letter-toevoeging van deze nieuwe Mercedes een E (ekonomie) inplaats van D geplaatst. De D staat voor Diesel, hetgeen niet wil zeggen dat de D geen Ekonomi- sche en dus zuinige auto zou zijn - BURGH-HAAMSTEDE Bowlingklub opgericht Woensdagavond is tijdens een ver gadering in het sport- en rekreatie- centrum Krayestein in Burgh-Haam- stede een bowlingklub opgericht. Voorlopig zal tot en met 25 april ie dere woensdagavond van 20.00 tot 22.00 uur worden gebowld. NOORDWELLE Vergadering „Ons Voordeel" In het dorpshuis van Noordwelle houdt landbouwvereniging „Ons Voordeel" een vergadering op dins dagavond 17 januari, om 19.30 uur. In verband met de lezing van de heer P. Tigchelaar, met als onderwerp „Re latie gezinsbesteding - bedrijfsuit- komsten" worden ook de dames aan gespoord deze vergadering bij te wo nen. BRDIN1SSE - Bij scheepswerf Dui vendijk Bruinissc liggen twee vreemsoortige vaartuigen die de no dige aandacht trekken bij passeren de wandelaars over de buitendijk. Dat is allereerst de bodemegalisa- tor „Norma" van de fa. V. d. Doe- Boele die voor wat reparatiewerk zaamheden ligplaats jn Bru heeft ge nomen. Dit schip is speciaal gebouwd en enig in zijn soort om met zijn ploeg op moeilijk bereikbare plaat sen (tussen bruggen of steigers) de bodem op diepte te houden, waar normale zuigers of baggeraars niet kunnen komen. Advertentie VEHWARMINGSSERVICE Telefoon 01110-2647 3909

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1984 | | pagina 4