vaste
paasdatum?
Getuigen
van het
grote wonder
wie
is er
voor
wereldraad
van kerken
Bloesemroutes op wegwijzers
Dr. Visser 't Hooft over
ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE Vrydag 24 maart 1967 Nr. 19766
De Werelraad van Kerken heeft
in een brief aan alle aangesloten
kerken gevraagd of zij zich willen
bezinnen op het instellen van een
vaste datum voor Pasen. De rooms-
katholieke kerk heeft er geen be
zwaar tegen, zo is gebleken tijdens
het tweede Vaticaanse concilie, mits
ook de andere christelijke kerken
er mee instemmen.
De hervormde synode stelt voor,
Pasen elk jaar te vieren op de zon
dag die tussen de tiende en de 16de
april valt. Dit impliceert dan, dat
Pinksteren „vast" komt te liggen
tussen de-29ste mei en de vierde
juni.
Komt het tot invoering van een
vaste datum voor Pasen, dan zal
daarmee het laatste restje heer
schappij van de maan over onze ka
lender verdwijnen. Tot nu toe valt
Pasen op de eerste zondag na de
eerste volle maan na het begin van
de lente.
Concilie
Dit is zo vastgesteld door het con
cilie van Nicaea (Klein-Azië) in het
jaar 325. De koppeling van het paas
feest aan de schijngestalte van de
maan had het grote praktische voor
deel dat de pelgrims die op weg wa
ren ter viering van het paasfeest,
zeker zouden zijn van verlichte
nachten.
Het gevolg hiervan is echter, dat
de paasdatum tot nu toe op grilli
ge manier heen en weer schuift in
onze kalender. Ons kalenderjaar
van 365 dagen (eens in de vier jaar
366) telt namelijk niet een geheel
aantal z.g. synodische maanomlopen.
Een synodische maanomloop is de
tijd die de maan nodig heeft om
weer de zelfde schijngestalte te be
reiken. Deze tijdsduur bedraagt ge
middeld 29,5306 middelbare zonneda
gen (De toevoeging „synodisch" is
nodig omdat er ook andere definities
van 'het begrip maanomloop bestaan,
zoals b.v. de „siderische"; dit is de
tijd die de maan nodig heeft om,
uitgaande van een bepaalde positie
tussen de sterren, dit punt opnieuw
te bereiken. Dat duurt gemiddeld
27,3217 middelbare zonnedagen).
Maand speling
Deze afhankelijkheid van de maan
leidt er toe dat de paasdatum kan
variëren tussen 22 maart en 25
april, een periode van 35 dagen. Dit
jaar valt Pasen vroeg (26 maart),
maar in de komende tien jaar zul
len de meeste paaszondagen in april
vallen; in 1973 pas op 22 april. Pink
sterzondag valt In dat jaar dus op
10 juni.
Onze moderne tijd heeft de maan
niet meer nodig als bron van ver
lichting tijdens nachtelijke reizen.
Het lag dus voor de hand dat er
voorstellen zouden komen om Pasen
los te koppelen van de schijnge
stalte van de maan en een (min of
meer) vaste paasdatum in te voeren.
Geheel vast kan deze niet worden,
althans niet zolang wij de nu in ge
bruik zijnde kalender blijven han
teren. In deze Gregoriaanse kalen
der valt een gegeven weekdag elk
volgend jaar op een andere datum
(vandaar „tussen 10 en 16 april" in
het Paasvooretel van de hervorm
de synode).
Werelilkaleiider
Een werkelijk vast liggende paas
datum zou er pas kunnen komen na
een. vrij ingrijpende heivorming van
de kalender, bijvoorbeeld in de zin
van 'het ontwerp dat een aantal ja
ren geleden ter tafel heeft gelegen
bij de Verenigde Naties.
Dit ontwerp verdeelde het jaar in
vier kwartalen van onderling gelijke
duur (elk 91 dagen, samen dus 364)
met aan het einde een dag-zonder
datum, een z.g. blanco dag. In schrik
keljaren zou een soortgelijke blanco
dag worden ingelast na de laatste
zaterdag van juni.
In dit ontwerp begint elk nieuw
jaar op een zondag en ook elk nieuw
kwartaal (91 is namelijk een veel
voud van 7, zodat elk kwartaal een
geheel aantal weken telt). De eerste
maand van elk kwartaal krijgt 31
dagen, de twee volgende elk dertig
Afwijkingen
Op die manier ontstaat er een ge
lijkmatig ritme (31-30-30. vier maal
herhaald) waarin elke datum voor
taan steeds op de zelfde weekdag
valt (kerstmis bijvoorbeeld voorgoed
op maandag en dinsdag!).
Dit jaar, 1967, zou een goed jaar
zijn geweest om deze herziene ka
lender in te voeren, omdat 1 januari
dit jaar inderdaad op zondag viel.
Er leven echter bij sommige gods
dienstige groeperingen bezwaren te
gen dit ontwerp, omdat het met zijn
„blanco dagen" het door velen als
heilig beschouwde zevendaagse rit
me verstoort. (Tussen de laatste
zondag van het oude jaar en de
eerste van het nieuwe komen dan
zeven dagen te liggen in plaats van
zes zoals nu).
Voorlopig zal de paasdatum toch
nog blijven schuiven.
GERTON VAN WAGENINGEN.
In deze tijd plaatst de A.N.W.B. weer de extra bordjes met verwijzingen
naar de mooie bloesemroutes op de wegwijzers. Het duurt niet lang meer,
of de boomgaarden pronken weer in volle pracht.
i
Als ook u behoort tot de categorie twintigste-eeuwse
schatgravers die geregeld de antiekwinkels en veilin
gen afstroopt op zoek naar buit en avontuur, dan
zult u inmiddels tot althans écn conclusie gekomen zijn,
namelijk dat cp dit terrein de echte vondsten de laat
ste tijd bijzender dun gezaaid zijn. En „kapitaalschaar-
ste" werkt bovendien in de hand dat de gemiddelde
amateur-jager niet by machte is de prijs te betalen wel
ke de kunstvcorwerpen momenteel moeten opbrengen,
hetgeen tevens het opkopen door buitenlandse geïnte
resseerden, die in gunstiger omstandigheden verkeren,
in de hand werkt. Daarbij kemt, dat echt antiek en met
name de vroege stukken uiteraard steeds zeldzamer
worden en „van nature" flink prijshoudend zijn.
Gelukkig hebben onze musea
financieel meer mogelijkheden en
blijkt er altijd een bepaalde clan
draagkrachtige collectioneurs in ons
land te zijn die, zoals onlangs bij de
veiling van de Jaarsma-collectie bij
Mak van Waag te Amsterdam naar
voren kwam, in staat blijft unieke
stukken voor Nederland te behou
den. Het vooral de laatste jaren zo
enorm aangegroeide leger van kleine
kopers echter, heeft op dit moment
helaas weinig kans meer op een
voordelige uitbreiding van zijn
schatten.
Het hierbij afgebeelde paneel kun
nen we dan ook het beste zij het
met enige weemoed beschouwen
als een herinnering aan voorbije tij
den en zulks nu in dubbele zin.
Nog geen vijf jaar geleden voor
krap tweehonderdvijftig gulden
door zo'n kleine verzamelaar verwor.
ven, behoort het nu tot die catego
rie kunstvoorwerpen waar het -
voor deze prijs vergeefs naar speu
ren is.
Kast of kerk?
Hoewel de herkomst onbekend is,
mag worden aangenomen dat dit
fraaie, zeventiende-eeuw se stuk
houtsnijwerk van Engelse of Schot
se origine is en eens deel heeft uii-
gemaakt van een groter, niet meer
te achterhalen geheel. Een monu
mentale kast lijkt hier gezien orna
ment en vorm het meest voor de
hand liggend, alhoewel snijwerk uit
een kerkinterieur eveneens mogelijk
is.
Het uitgebeelde onderwerp maakt
het paneel, speciaal in deze dagen,
belangwekkend. Weergegeven is na
melijk Christus' Opstanding uit het
graf, een in vergelijking met andere
episoden uit de Heilige Schrift vrij
weinig in beeld gebracht onderwerp.
Dit is ook wel te verklaren. Het ge
beuren op zichzelf levert de kunste
naar immers zeker de nodige tech
nische en artistieke moeilijkheden
op, waar mindere grootheden aan
stonds in kunnen vastte
Met name de aan het graf ont
stijgende Christusfiguur bleek vaak
lastig op harmonische wijze in de
compositie te verwerken. Sommige
kunstenaars volstonden dan ook met
het weergeven van de nog net zicht
bare voeten in de bovenhoek van de
voorstelling, hiermede de hemel
vaart aanduidend, weer andere
beeldden het gebeurde uit met al
leen het geopende graf waarbij
Christus geacht werd reeds naar de
hemel te zijn opgestegen.
Verkeerd effect
Een naïeve uitbeelding, waarbij hel
lichaam rechtstandig uit het graf
opkwam terwijl de soldaten in vaak
dierlijk slaapgrimas verstard lagen,
kreeg soms zelfs bijna een onbedoeld
potsierlijk effect.
Ook het graf zelve tenslotte bood
enige moeilijkheden bij de weerga
ve. Een rots met sluitsteen is het
meest bekend doch tevens zijn er
tal van voorstellingen die een tom
be uitbeelden. Soldaten slapend bij
zo'n nuchtere tombe bleek soms ook
minder dankbaar te realiseren dan
bij een zoveel meer romantischer en
dus spectaculairder grot.
En nu staat daar dan dit een
voudig paneeltje en van deze hele
problematiek blijkt ineens geen
sprake meer. Toch hetzelfde gebeu
ren en toch de zelfde figuratie.
Schrik
De soldaten zijn net ontwaakt, één
kijkt er opeens omhoog en zie: hij
is getuige van het grote wonder:
Christus komt overeind uit het graf.
Hij zweeft niet. Hij stapt als het
ware zegevierend tevoorschijn. Er
zijn geen engelen als getuigen, geen
treurende vrouwen, beiden ge
liefde illustratieve nevenverschijn
selen kortom geen enkele poging
om het mysterie van het moment
uit te beelden met behulp van extra
toegevoegde dramatiek of aangezet
sentiment die het doel alleen maar
kunnen schaden, alleen maar een
oersimpele weergave van het won
der.
Het is alsof de anonieme kunste
naar heeft willen zeggen: kijk zó
eenvoudig is het allemaal. Maak er
verder niets omheen, dat is niet no
dig om het te kunnen begrijpen. Dit
is het.
Regelmatige lezers van artikelen
op kunstgebied zouden kunnen on
derschrijven dat hier nog alinea's
lang en vellen vol achter doorge
schreven zou kunnen worden. Ik ge
loof echter niet dat dit meer van
belang is daar we aan de hand van
onze notities slechts die ene con
clusie kunnen onderschrijven welke
er uit naar voren komt, namelijk
dat het waarlijk een gave is om in
die geest het paasfeest te mogen uit
beelden en bovenal: te kunnen zien,
een gave die men iedereen zou wil
len toewensen in deze dagen.
H. G. du Vieux-Rhin.
217 kerken
aangesloten
Dr. Visser 't Hooft (66) heeft na
achttien jaar oecumenische arbeid
in Genève zijn functie overgedragen
aan de Amerikaanse Presbyteriaan
Eugene Carson Blake, die zes jaar
jonger is dan zijn Nederlandse voor
ganger. Blake heeft, om zich goed
voor te bereiden op zijn veel tact
vragende functiezelfs enige tijd
Frans aan de universiteit te Greno
ble gestudeerd. Dr. Visser 't Hooft
zal nu eindelijk de tijd hebben om
zijn memoires te schrpven, waarin
uit de aard der zaak het zoel en wee
van de Wereldraad van Kerken een
belangrijke plaats zal krijgen.
Onder zijn geduldige, tactvolle lei
ding is de Wereldraad van Kerken
uitgegroeid tot een machtige orga
nisatie, een wereldwijde broeder
schap, waar liefst 217 kerken bij zijn
aangesloten. En dank zij een uitvoe
rige uitwisseling r>an gedachten met
het Vaticaan is zelfs de rooms-kat-
holieke toetreding tot de Wereldraad
een mogelijkheid geworden, die ho
pelijk in de naaste toekomst gereali
seerd zal kunnen worden.
Niet „onzichtbaar"
Dr. Visser Hooft, die als auteur
veel eer inlegde met zijn studie over
Rembrandt's hunkering naar de ze
kerheid van het Evangelie, meent
dat de oecumene niet alleen de sa
menwerking tussen de kerken be
vordert, maar ook alle kerken af
zonderlijk nieuwe impulsen geeft.
„Juist deze eenheid in verscheiden
heid maakt ons sterk, wekt ook hel
vertrouwen van degenen die tol
dusver de weg naar' de kerk niet
hebben kunnen vinden. Wij als
christenen moeten bedenken, hoe
veel mensen juist door onze ver
deeldheid van de kerk werden af
geschrikt.
Een van de opvattingen, die dooi
de Wereldraad van kerken is ge
creëerd is, dat protestanten hun
verdeeldheid niet langer dienen te
rechtvaardigen door zich er op te
beroepen toch uiteindelijk te beho
ren tot de zogenaamde „onzichtbare
kerk", de grote conceptie van de
band die christelijke broeders bindt
in hun geloof.
Want duur deze redenering, hoe
zijn
de Kerken
bang
voor de
sprong
waardig ze ook schijnt, blijft de ver
deeldheid bestaan. Men erkent dan
wel de een of andere band, maar is
bang om ook eens met een anders
denkende te gaan pratenAngst en
vrees stijven de kerken in hun iso
lement en wij zijn blij dat wij dit
isolement, voor een groot deel heb
ben kunnen opheffen."
Meer „soldaten"
Volgens deze Nederlandse theo
loog is het niet langer aan te ne
men dat het Westeuropese type Van
Christendom de absolute en „norma-
le"' vorm van Christelijk leven en
geloof is. „Wij zijn ons bewust ge
worden, dat geen enkel lid zich kan
pretenderen de .enige en gehele
waarheid in zich te dragen." Vol
gens dr. Visser 't Hooft hebben de
kerken nog slechts de eerste stap
op weg naar de christelijke een
heid gezet. „De kerken zijn nu al
jaren bezig aan een boeiende en
ongetwijfeld vruchtbare dialoog,
maar zij durven veelal de sprong
naar een meer hechte eenheid niet
te wagen.
Vaak geven zij als motief dat die
tijd voor een grotere eenheid nog
niet is aangebroken, omdat iedere
kerk afzonderlijk zich eerst zal moe
ien vernieuwen. En vele kerken zit
ten nog zo vast in hun door de tra
ditie gegroeide structuren, dal deze
innerlijke vernieuwing dikwijls heel
moeizaam tot stand- komt.
Een andere moeilijkheid is dat de
oecumenische boodschap vaak op
veel weerstand stuit bij de gemeen
te, dus de gelovigen zelf. Wij zijn
tot de ontdekking gekomen, dat we
genoeg klerken hebben die de oecu
menische samenwerking op papier
voorbereiden, maar wij hebben meer
„soldaten" nodig om onze boodschap
te verbreiden en Ingang te doen
vinden. Sommige theologen twijfe
len er zelfs aan of het ooit moge
lijk zal zijn de oecumene op gang
te brengen binnen hel ingewikkelde
netwerk van kerken, dat wij thans
hebben.
Die mening deel ik niet. Er is wel
degelijk een mogelijkheid om, tot
een betere samenwerking te komen.
Dat is toch na 1945 wel bewezen. Wy
moeten niet naar de andere kant
doorslaan. Het prijsgeven van het
instituut kerk is het prijsgeven van
dc lump up eenheid."
Sinds de tijd van reformatie cn contra-reformatie is de verdeeldheid bin
nen dc christelijke wereld een feit, dat eeuwenlang als volstrekt onvermijde
lijk werd gezien. Maar in deze eeuw, en eigenlijk pas na de tweede wereld
oorlog, is dc. oecumenische geest vaardig geworden over de kerken.
Men heeft, anders dan voorheen, nu vooral de nadruk gelegd op datgene,
wat allen bindt en dat maakt het dc leden der verschillende kerken aan
zienlijk gcmakkelykcr om andersdenkenden tc accepteren en te respecteren.
De zc bitter noodzakelijke tolerantie mag hier cn daar nog een moeilijk te
verhelen reserve tonen, dc oecumenische relatie tussen de kerken is nochtans
een feit geworden. Het is de in Genève zetelende Wereldraad van Kerken
geweest, die de geïsoleerde positie van de verschillende kerken heeft door
broken. Achttien jaar lang was dc Nederlandse dominee dr. Willem Visser
t Hcoft algemeen secretaris van deze organisatie. Hii heeft van deze Wereld
raad een gezaghebbend instituut gemaakt.