-iriiïit
Na de vakantie weer naar school
De tuinbouw heeft tegenslag
marrie s
mogelijkheden
NEDERLAND EN DE HONGERLIJDENDE VOLKEN
VOOR
Ét
WIE
GEZELLIG
WIL
FRITUREN
I
Expositie Ned.
Spoorwegen
ZIERIKZEEbCHE NIEUWSBODE vrydag 28 augustus 1904 NO. 19640
Hoge winkelprijzen en lage veilingprijzen
De laatste jaren is het klachten-
boek van de tuinbouw vrijwel blanco
gebleven. Er waren wel eens strub
belingen met komkommers in Duits
land of met teeltvergunningen, maar
dat ging voorbij. Er werd regelma
tig uitgebreid, de prijzen waren re
delijk tot zeer goed en knelpunten
als bij het pluimvee, de melkpro-
duktie of bepaalde akkerbouwge
wassen bestonden er niet.
Dat is dit jaar anders geworden.
Tot aan de meimaand ging bet nog
wei, maar sindsdien zijn de produ
centenprijzen voor fruit en groen
ten opvallend laag geworden. Vele
tuirders zijn dan ook verre van te
vreden en er is vrij veel doorge
draaid. Laag waren de prijzen van
aardbeien, zwarte bessen, rode bes
sen, tcmaten, asperges, slaboncn,
spinazie, tuinbonen, meloenen, kruis
bessen, paprika en champignons;
zeer laag waren af en toe de prijzen
van bloemkool.
Een bekend Doorbeeld vormen de
industrie-aardbëien. De produktie
was dit jaar d-iti de helft gro
ter dan vorig jaar. Er werd vrijwel
niets doorgedraaid maar de prijzen
daalden tot zij 40 pet. lager waren
dan in 196*5.
Een ander voorbeeld levert de
bloemkool. IVervan hadden wij de
pr< dnklie met 44 pet. opgevoerd se
dert vong jaar. Ook Duitsland en
België hadden veel goede bloemkool,
de hittegolven zorgden voor topaan-
voeren en 'net gevolg was lage prij
zen en vauK doordraaien. Wij produ
ceerden 40 pet. meer stooktomaten
dan vorig jaar en het resultaat was
hetzelfde.
Bij enkele produkten, zoals aard
beien, zwarte bessen, frambozen,
bloemkoolkomkommers, paprika,
tomaten en asperges ondervinden wij
in de belangrijkste afzetlanden
(Duitsland, België, Skandinavië) wel
eens concurrentie van oost-Europa,
maar het is gebleken, dat deze dit
jaar niet de doorslag heeft gegeven.
Van de vele factoren die onze afzet
bemoeilijkten, moeten genoemd wor
den: natuurteelten in andere landen
en goede eigen produktie van het af
zetgebied. De hoofdoorzaak blijft
echter de zeer grote produktiestij-
ging in Nederland.
Het grctc fruit
Velen verwachten, dat aan het
tijdperk van bijna ongebreidelde ex
pansie bij groenten en fruit een ein
de begint te komen. Dit lag in de
lijn der verwachtingen. Het zijn
soms maar kleine factoren die een
teveel veroorzaken en de prijs doen
kelderen, maar bij groenten en fruit
zijn er vrij veel van die kleine fac
toren, zoals de invoer in Duitsland
uit oost-Europa en de grootte van
de Duitse en Belgische eigen pro
duktie. Het ziet er naar uit,-dat bei
de in de toekomst wat aan beteke
nis zullen ivinnen en dan is bij vele
teelten het einde van de uitbreiding
in zicht.
Bij het grote fruit zijn de voor
uitzichten voor peren redelijk, maar
die voor appels minder goed. In vele
landen, ook in Nederland, wordt een
vrij grote oogst venoacht. De bui
tenstaander redeneert in zo'n geval
vaak, dat de grote opbrengst de lage
prijs per kg. wel goed zal maken,
maar het ziet er naar uit, dat dit niet
het geval zal zijn. En gezien het nog
steeds teruglopend areaal van appels
is dat geen prettig vooruitzicht.
Wat de fruitkwekers vooral dwars
zit is het feit, dat de lage veiling-
prijzen de consument niet of maar
ten dele ten goede komen. Daardoor
blijft er teveel aan de strijkstok han
gen. Nu gunt men dat de tussenhan
del wel, maar het is een naar ver
schijnsel.
Wat te doen
Bij, lage veilingprijzen en te hoge
consumentenprijzen worden de voor
raden veel te langzaam geruimd
doordat de consument geen extra
hoeveelheden koopt. De detaillist
heeft hier weinig hinder van, zolang
zijn omzet gelijk blijft en zijn winst
marge redelijk. Maar de fruitkwe
kers menen, dat die marge verre van
redelijk is. Zo heeft de heer Fram-
bach, directeur van de veiling in
Gronsveld, betoogd dat de hoge
fruitprijzen in de winkels bijzonder
schadelijk zijn voor de telers.
Hot gaat er natuurlijk aller
eerst om, dat de fruittelers me
de profiteren van de (hoge prij
zen, maar dat is thans niet het
geval. Wij hebben in onze vei
lingen een doelmatig werkend
apparaat, maar het voorkomt
niet, dat er tussen producenten
prijs en consumentenprijs een
kloof gaapt die ronduit een wan
toestand genoemd 'kan worden.
Het 'is zelfs zó erg, dat velen al
weer terug gaan verlangen naai
de toestand van vóór de veilin
gen, dus van het eind van de
vorige eeuw, toen de telers hun
produkten op de markten aan
voerden en iedereen daar kopen
kon. Dat zou edhter de klok te
rug zetten en onuitvoerbaar zijn.
Desondanks komt het voor dat
precies dezelfde kwaliteit en soort
fruit in de winkel 70 cent kost en op
de markt 16. Het komt voor, dat
Yellow Traiisparant klasse I voor
10, 12 en 20 cent per kilo (al naar
de maat) de veiling passeert, maar
dat de huisvrouw in de winkel 50
tot 75 cent voor deze maten betaalt.
Hoeveel groter zou de afname door
de huisvrouw zijn geweest indien
die winkelprijs de helft lager was!
Dc afzet hapert
De heer Frambach heeft zich de
woede van de handel op de hals ge
haald door te wijzen op de genoem
de marge. Want grossier en detail
list kunnen niet voor niets werken;
zij zitten op hoge kosten. Zij zeggen
o.m. dat het volmaakt zinloos is, te
schrijven dat de handel 200, 300 of
400 pet. „winst" maakt op een kg.
appels. Het gaat om het bedrag dat
men moet winnen om een kg. appels
te kunnen verhandelen, onverschil
lig of men inkoopt voor 20 of voor
SO cent per kg. Men kan dus niet
zonder meer de tussenhandel de
schuld geven. Wel kan men opmer
ken, dat prijsdalingen op de veilin
gen niet altijd snel gevolgd worden
door prijsdalingen in de winkel.
Men kan echter gerust stellen, dat
de fruittelers, als zij de toestand on
houdbaar achten, moeten zoeken
naar kortere wegen tussen veiling
of kweker en huisvrouw. Zij zullen
moeten komen met voorstellen om de
distributie doelmatiger (en vooral
goedkoper) te doen verlopen. En zo
nodig zullen zij het zelf moeten be
wijzen dat het beter kan. Voorlopig
is er echter alleen de oplossing in
zicht van het fruitbedrijf dat bin
dingen heeft met het grootwinkelbe
drijf.
Appel en ei
Bij de eieren is het net zo en de
uitdrukking „voor een appel en een
ei' 'is nu wel op de producenten van
toepassing. Alleen kan bij de eieren
gesteld worden, dat de tussenhandel
allerminst doelmatig werkt. Er zijn
teveel kleine verzamelaars en han
delaars en ofschoon ieder (ook in
verenigingsverbandvrij is om de
eigen eieren te verkopen, wordt ei
nog onvoldoende gebruik van ge
maakt. Of zou de tussenhandel toch
niet zo ondoelmatig werken als be
weerd wordt?
Wat wij nodig hebben is volledige
overzichten van de producentenprijs
en de consumentenprijs bij onze pro
dukten over een heel kalenderjaar
en op zoveel mogelijk plaatsen vast
gesteld. Men kan op grond daarvan
toch wel nagaan of een doeltreffen
der distributie mogelijk is. Tot dus
ver tasten wij echter nog in de mist.
Wij mogen niet volstaan met het
aanwijzen van misstanden; wij moe
ten ze ook opheffen. De lage prijzen
bij sommige produkten kunnen een
stimulans zijn om een betere afzet
en vooral een betere distributie na
te streven. Hoe het echter precies-
moet, weet op dit ogenblik niemand.
KERKNIEUWS
Ger. Kerken (vrijgemaakt)
Beroepen te TemeuzenK. D. van
Dijk, Musselkanaal.
Chr. Ger. Kerken
Beroepen te Urk: E. Venema,
Zwijndreoht; te Dokkum: J. Kievit,
Noordeloos.
LAND- EN TUINBOUW
Meer suikerbieten
in Engeland
De Britse regering heeft het toe
gestane binnenlandse suikerbieten
areaal met het oog op de wereld-
suikersituatie voor 1964 met 8400 ha
(5 procent) uitgebreid. Wordt deze
extra oppervlakte geheel door de
telers benut, dan zou dit 30 a 40.000
ton suiker kunnen opleveren.
Deze uitbreiding is goedgekeurd
wegens de hoge suikerprijzen op de
wereldmarkt. Groot-Brittannië koopt
tegenwoordig 15 procent van de be
nodigde suiker tegen een prijs die
is vastgesteld in het kader van de
suikerovereenkomst met de Geme-
nebestlanden (omgerekend f 45,90
per 100 kg), aldus „Landbouwwe-
reldnieuws".
UTRECHT. De 56-jarige mevrouw
M. H. A. BrenninCkmeier-van der
Pluijrn uit Utrecht 'is overleden aan
de gevolgen van een verkeersongeluk
dat in de Biltsfcraat gebeurde.
Weekeinde
ARTSENDIENSTEN
ZIERIKZEE:
Dokter C. M. van Hoorn, -tel. (01110)-
2080.
MIDDENSCHOUWEN:
Dakter G. J. v. d. Waarden, Noord-
gouwe, tel. (01112)-480.
OOSTERLAND-BRUINISSE:
Dokter J. W. de Putter, Oosterland,
tel. (01114)-280.
DIERENARTS
Dokter C. J. H. Sdheuerman, tel.
(01110)-2180.
(Slot)
Zcals we zien leeft tegenwoordig
reg zo'n 70 procent van de wereld
bevolking in dergelijke ontwikke
lingslanden, terwül slechts 30 pro
cent leeft in die staten die een grote
industriële ontwikkeling hebben.
Tct deze laatstcn rekenen we hoofd
zakelijk de Ver. Staten van Noord-
Amerika en Canada, de verschillen-,
dc industrieel ontwikkelde landen
in Europa, de U.S.S.R., Australië,
Nieuw Zeeland, Japan en de Unie
van Zuid-Afrika. De tegenstellingen
tussen de ontwikkelingslanden en de
geïndustrialiseerde landen zijn op
politiek, econcmisch en sociaal ge
bied zo ontzettend groot, dat ze in de
gehele wereld, in alle politieke en
wereldbeschouwelijke kringen als
niet tclereerbaar worden gezien.
Het probleem van de ontwikke
lingslanden is een probleem van de
industriële revolutie, die in de 19e
eeuw is begonnen. Gedurende zo'n
honderd jaar xvas het lijden van de
mensenmassa's in de huidige geïn
dustrialiseerde landen onbeschrijf
lijk. In die periode moesten ze lang
en hard werken tegen een naar ver
houding laag loon. Het opkomende
socialisme heeft de mensheid wak
ker geschud en in snel tempo is de
evolutie verder gegaan. De noodzaak
van een menswaardig bestaan voor
een ieder werd een begrip en sinds
het ontstaan van de mensheid kwam
voor het eerst welvaart voor allen
in deze industrielanden. Zelfs nog
om de eeuwwisseling leefde het
grootste deel van de mensen, ook in
de geïndustrialiseerde landen, in ar
moede en ongeveer 30 pet. van hen
leden honger.
Geen aalmoezen
De huidige situatie is een probleem
met zeer vele facetten, dat zich
uiteraard niet zo eenvoudig in en
kele zinnen laat omschrijven. Het
bovenstaande geeft echter wel enigs
zins een beeld van de omvang en
achtergronden van dit wereldpro
bleem nummer 1. Het wordt daar
door ook duidelijk waarom het voor
alle ontwikkelde landen vrij wel het
meest delicate en zwaarste probleem
is tvaarvoor zij zich zien gesteld.
Als christelijke landen, die op de
bres staan voor de menselijkheid,
hebben wij de dure plicht te helpen
zoveel als in ons vermogen ligt.
Daarnaast komt nog, dat wij er bo
vendien zelf belang bij hebben, al
was het alleen maar uit veiligheids
overwegingen. De zich steeds meer
toespitsende crisis tussen arme en
rijke landen bedreigt onze veilig
heid zeker zo érg als de controverse
tussen oost en west.
Als derde punt van belang speelt
bovendien de toekomstige economi
sche ontwikkeling van onze indus
trielanden een rol. Want er zal een
maal een dag komen, dat ook die
r
:v::
Ingezonden mededeling
^sommest
ZONDER SPATTEN - ZONDER WALM
Na de heerlijke, lange vakantie is
het weer schoolgaan geblazen en dat
is de tijd om naar een nieuw pakje
voor het nieuwe schoolseizoen te
kijken.
Het ontbreekt op het terrein van
de kindermode niet aan nieuwe
snufjes. Vooral in het exclusivere
genre is er heel veel goede kinder
mode - met nadruk op MODE, want
dat is het tegenwoordig ook voor de
jonge schoolgaande garde.
Zo staat er links op de tekening
de Caban. Het is een soort zeemans-
jopper, hier van zuiver wollen duf
fel, met koperen ankerknoopjes.
Hieronder draagt het meisje, de al
tijd modieuze kilt, die wanneer hij
van zuiver wol is (eventueel bewerkt
met een" extra plooihoudende finish),
goed plooihoudend, sterk, warm en
comfortabel is.
Hiernaast een wollen overgooier
van grappige snit, die uitermate ge
schikt is voor school. De kleur is
gifgroen met zwarte wollen tres-
langs het befje en zakjes. Tussen
twee haakjes: Zwart is ook voor de
kinderen modekleur.
De kniebroek
Het ontdeugende tweetal rechts
boven draagt de zogenaamde kni
ckerbocker of kniebroek. De jongen
heeft er een bijpassend vest bij in
het Sherlock-Holmes-ruitje. Ook de
dames dragen tegenwoordig naar
Parijs voorbeeld kniebroeken; zo
ook het meisje op dit. plaatje, dat
overigens speciaal is getekend om
haar gestreepte zuiver wollen col
trui te demonstreren. De strepen zijn
alle even breed in de kleuren ma
rine blauw en rood, maar het mag
ook in marine en wit, anthraciet en
lichtgrijs, beige en bruin.
Hieronder een meisje in een zui
ver wollen, handgeweven jurkje van
eenvoudig model. Het kraagje en de
manchetten zijn wit. Modieus is
vooral de lange geruite stropdas, die
wordt vastgeprikt met een kiltspeld.
Jongens dragen naar school over
het algemeen truien met lange, kor
te of kniebroek. Voor hen is hier een
zuiver wollen trui in ruitdessin met
bijpassende muts (kleuren anthra
ciet-wit) afgebeeld.
Nu het toch over hoofdbedekking
gaat - helemaal jong modieus zijn
ook het petje (bijvoorbeeld van een
wollen ruit met effen biezen langs
de klep) voor meisjes en het Sher-
Iock-Hoirhes-petje (links onder) van
wollen ruit-stof, dat door jongens
én meisjes kan worden gedragen.
FEUILLETON DOOR J. DE VRIES
landen, waarvan de volkeren in bit
tere armoede leven, tot groter wel
stand zijn geraakt en waarop wij ze
graag als handelspartners zullen
willen aantrekken. Nu hebben we de
mogelijkheid om door eerlijke en
spontane hulp ons daar vrienden te
maken.
Dure plicht
Maar het hangt er vanaf hoe die
hulp wordt verleend. Met het ver
strekken van aalmoezen komt men
er niet. Want wie aalmoezen accep
teert kan nooit een partner zijn. Van
een partner wordt eigen activiteit
verwacht. Daarom moet onze hulp
er op gericht zijn de goede sluime
rende krachten in de ontwikke
lingslanden wakker te maken, aan
te moedigen en te activeren, zodat
onze hulp hen beweegt de hand zelf
aan de ploeg te slaan om op die ma
nier verder zichzelf te helpen. Wij
kunnen en mogen geen leiders, maar
slechts begeleiders zijn in dit voor
hen nieuwe land.
De twee miljard mensen in de
ontwikkelingslanden op aarde zou
men in drie groepen kunnen verde
len. Daar is eerst een groep van de
ze landen die onder invloed staat
van het communistische oosten, een
groep die hulp uit dat kamp krijgt
en over het algemeen geen hulp van
het westen kan of wil accepteren.
Dan is er de tweede groep, die wel
westerse hulp aanvaard en ook wes
ters is georiënteerd en tenslotte een
grote groep ontwikkelingslanden die
zowel steun van west als van oost
accepteertpolitiek gezien geen keus
wenst te maken en zich ook niet
wenst te binden.
Zowel de westere als de oostelijke
industrielanden maken in veel ge
vallen de fout te trachten hun hulp
aan bepaalde belangen té koppelen.
Dat is iets dal de volkeren in de
ontwikkelingslanden beslist niet ont
gaat en op die manier zit er dikwijls
aan deze hulp een navrante bijsmaak
en wordt ze niet gezien als een echte
spontane menselijke hulp, die slechts
in staat is een ivare vriendschap bij
deze volkeren voor ons wakker te
roepen. Daarom zou het als het er
op aankomt beter zijn, wannéér er
geen hulp meer rechtstreeks van
land tot land iverd verstrektdoch
wanneer alle hulppotentieel van ka
pitaal, apparatuur en mankracht
centraal kwam van een onverdachte
instelling, een supra nationaal or
gaan, zoals de volkerenorganisatie.
„Matthieu had teveel gedronken,
daarom reed ik. Ik bracht hem thuis
en nam toen de wagen mee 'hierheen,
ik moest 'toch naar huis?"
Tante Ans gniffelde. „Wees blij,
dat je veiliig thuis 'gekomen bent,
dat is de hoofdzaak. Zo, hier is je
koffie. Goed sterk, daar 'knap je wel
van op. Wil je brood?"
Marrie trok een lelijk gezicht.
„Hou opweet je niks leukers?
Wie dentot er nu aan eten? Ik heb
alleen maar dorst".
Om 'twaalf uur kwam oom Piet
thuis en begon 'de pret opnieuw.
Marrie sdhaamde zioh een beetje,
maar at toöh mee en na het eten
voelde ze zioh een stuk beter.
Onmiddellijk na het eten reed ze
weg naar Sprang. Onlderweg dacht
ze: Ik torijlg vast op m'n kop, omdat
ik de wagen niet eerder terug ge
bracht heb. Dooh dat viel mee, want
toen ze de wagen voor het bordes
geplaatst 'had en aanbelde, deelde de
huisknecht mede, dat meneer nog
niet bij de 'hand was. Marrie be
greep, dat 'hij waarschijnlijk nog
steeds in bed la'g.
„Zeg maar tegen meneer, dat de
wagen terug is. Ik iga wel met de
bus naar huis".
Ze liep naar 'het 'dorp, op zoek
naar een baltebord, want ze had er
'geen idee van, hoe laat er een bus
naar Waalwijk ging. In het dlorp
werd ze niet veel wijzer, want de
een zei: over een kwartier en de an
der beweerde bij hoog en laag, 'dat
'hij net weg was en over een uur de
volgende bus 'ging.
Dan maar een eindje wandelen,
dacht ze, dan knap ik misschien
weer 'helemaal op. Ze sloeg de weg
naar Waalwijk in en wandelde op
haar gemak aan de kant. In ieder
geval had ze een leuk feest gehad
met 'haar 'baas en 'dat was wel een
paar uurtjes hoofdpijn waard. Ten
slotte had ze er nog een mooie
avondjapon aan overgehouden, en
schoenen
Terwijl ze mijmerend over de stil
le straatweg liep, 'had ze er geen erg
in, dat een auto haar achterop
kwam en vaart minderde. Op een
(gegeven ogenblik schrok Marrie op
van een stem, die haar bekend voor
kwam en haar beval: „Zo, nou ont
moeten we elkaar zonder teveel dak
op het huis. Stap in, want ik moet
met je praten".
Ze draaide zich om en (blikte in
het gezicht van Fons Hagen, die
haar dreigend aankeek en kennelijk
nog niet over zijn kater heen was.
Doch meteen beheerste ze zioh weer,
keek hem minachtend aan en zei:
„Jij bestaat niet meer voor me. Laat
me met rust. anders maak ik er
werk van".
Meteen liep ze verder, dooh Fons
reed haar achterop en draaide de
wagen zo naar de kant, dat ze on
mogelijk verder 'kon. Opnieuw open
de hij het portier. „Zeur niet, Mar
rie, en stap in. Of wou je helemaal
lopen naar Waalwijk? Ik breng je
wel thuis".
„Ik zal van je aanlbod geen ge
bruik maken. Heb ik dat al niet eer
der 'gezegd? Schiet op, lik kan er niet
door".
Hij stapte grimmig lachend uit en
liep om de wagen heen naar haar
toe. „Dat is ook juist de bedoeling.
Kom, doe niet zo 'gök. Je houdt nog
stedds van mij en van mij alleen.
Dat zul je nooit kunnen ontkennen".
Marrie leunde tegen een boom,
'haar handen voor zioh uit houdende
in een afweerhouding. „Als je het
waagt me aan te raken, zal ik je
toch een oplawaai (geven", waar
schuwde ze en 'kéék hem met drei
gende blik aan. „Ik ben er juist voor
in stemming".
„Kom dan maar gauw bij me in
de wagen", antwoordde hij, waar
schijnlijk wel even geschrokken
door haar besliste stem, want hij
bleef op een meter afstand van
haar staan en keek 'belangstellend
toe.
„Schiet op, jij. Ik wens niet langer
door jou lastig gevallen te worden".
Fons begon te grinniken. Hij hield
zijn hoofd even sdheef, terwijl hij
antwoordde: „Zo, zo, dus baas Tjeu
is tegenwoordig de favoriet, hé?" Hij
wenkte met het hoofd in de richting,
vanwaar ze gekomen was. „Heeft-ie
je vannacht mee naar huis geno
men? En? Heb je het 'bij hem naar
je zin gehad?"
Een bloedgolf schoot Marrie naar
het gezicht. „Jij schooier...." siste
ze met ingehouden woede, „om zo
iets gemeens van mij te denken".
Ze keek hem minachtend aan, maar
plotseling viel haar iets in. Lang
zaam 'kwam er een glimlach om haar
monld en liefjes vervolgde ze: „En
gestel eens, dat 'het zo was, meneer
Hagenwat zou u er dan mee te
maken hebben? Nou?"
Nu was 'het de beurt aan de man
om rood aan te lopen. „Als ik 'm in
m'n knuisten krijg, breek ik hem
doormiddengromde 'hij, (haar
kwaadaardig aankijkend.
(Wordt vervolgd.)
De sigaar
komt meer
,in trek"
DEN HAAG, 27-8. De sigaar is
in ons land wat meer in trek geko
men. De Nederlandse R.K. Vereni
ging van Sigarenfabrikanten maakt
dit op uit de banderollënstatitiek,
die laat zien, dat er in 1963 in ons
land 1137.9 miljoen sigaren werden
gerookt of 39.7 miljoen meer dan in
1962.
Daarbij deed zich een verschui
ving voor van de dure sigaren naar
de goedkope. Vooral bij de aller
goedkoopste sigaren (van 4 tot 7 cent
per stuk) trad een sterke verbruiks-
stijging op. Hiervan werden er in
het afgelopen jaar 253.9 miljoen ge
rookt tegen 216.4 miljoen in 1962. In
de hoogste prijsklassen deden zich
echter verbruiksdalingen voor.
De uitvoer van sigaren is in 1963
weer belangrijk gestegen, naar
waarde gerekend nameliik met 18
procent tot 45 miljoen gulden. De
belangrijkste afnemer van Neder
landse sigaren bleef de Belgisch-
Luxemburgse Economische Unie, die
voor 16 miljoen gulden importeerde
(in 1962 voor 14 miljoen gulden).
In de sigarenindustrie geschiedt de
produktie meer en meer langs me
chanische weg, zo zegt'het jaarver
slag van de vereniging. Over de
werkgelegenheid zegt het verslag,
dat het aantal ingevolge de Ziekte
wet verzekerde werknemers in een
jaar tijds met ongeveer 8 procent is
gedaald, namelijk van 11.348 op 1
oktober 1962 tot 10.429 op 1 oktober
1963.
UTRECHT, 27-8. „Van stoom tot
stroom" luidt het motto waaronder
een tentoonstelling - -georganiseerd
door. de jubilerende spoorwegen -
volgende maand in Utrecht wordt
gehouden. Een expositie die een
overzicht (geeft van de ontwikkeling
van de spoorwegen in de afgelopen
25 jaar.
Speciale aandacht wordt besteed
aan de elektrificatie van het spoor
wegnet, de moderne beveiligingsme-
tihoden en de ontwikkeling van bet
reizigers- en goederenvervoer. De
tentoonstelling die 1 september door
president-directeur ir. J. Lohmann
wordt geopend, duurt tot de 27e van
die maand.
Tijdens de tentoonstellingf wordt
een filmpje vertoond, getiteld „Na
zeven maanden", waarin een indruk
wordt gegeven van 'het spoorwegver
keer in Nederland gedurende de pe
riode na de 'tweede wereldoorlog.
Een speciaal onderdeel van de ten
toonstelling vormt ihet werk van elf
Nederlandse schilders, die hun visie
hebben gegeven op het jubilerende
bedrijf.
Op een terrein naast de overdekte
tentoonstellingsruimte 'kan de bezoe
ker kennis maken mot het onder
houdswerk, dat. bij -de spoorwegen
wordt verricht. De bezoekers zullen
'hier op bijzondere manier actief bij
worden betrokken.