tRAöitie qetRouw
ömr komt hij
Waarom de bisschop
over de
daken rijdt
Hoe zii dai
mei de mijier?
de inwendige
mens op
5 December
ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE dinsdag 26 november 1957 No. mes
KINDERVERHAAL
O
en zwarte Piet
door de schoorsteen glijdt
Heel lang geleden, toen Sint
Nicolaas nog jong was, ging
hij ook al enige tijd voor zijn
verjaardag op stap om kleine
geschenken in de schoenen
van de kinderen te leggen.
Als het dan donker was, mid
den in de nacht, steeg de
goede Sint op zijn schimmel,
riep zijn knecht, die de zak
droeg, en samen ondernamen
ze dan de tocht langs alle
huizen waar kinderen waren
om de schoentjes te vullen
met kleine cadeautjes.
Toen reed de Sint nog niet
met zijn paard over de daken
en gleed zwarte Piet nog niet
door de schoorstenen. Neen,
toen ging alles veel gemak
kelijker. Ze reden door de
stille, verlaten straten van
dorp of stad en bij de huizen
waar ze zijn moesten, kon
den ze zo naar binnen gaan,
want overal stonden de deu
ren op een kier. In die goede,
oude tijd deed niemand zijn
deur op slot en daar was ook
geen reden voor, omdat alle
mensen goed waren. Nie
mand zou iets bij een ander
weghalen!
Voor de goede Sint en zijn
knecht was dat wel heel erg
eenvoudig. Bij de huizen
waar presentjes moesten af
geleverd worden, hield de
Sint halt, Piet haalde de ge
schenken uit de zak en sloop
zachtjes op zijn tenen naar
binnen. Daar stonden de
schoentjes al klaar. Niet bij
de haard, zoals nu, maar in
de gang of hal achter de
voordeur. Het was een rustig
leven voor Sint Nicolaas en
zijn knecht.
Maar dat bleef niet zo. Er
was een jongen en die heette
Dief je en dat was een heel
toepasselijke naam voor hem,
want hij was het eerste men
senkind dat niet goed en eer
lijk was. Hij was altijd stout
en ongehoorzaam. Hij was
stiekum en pakte dingen weg
die niet van hem waren, al
leen maar omdat hij alles.zo
graag hebben wilde. Daarom
noemen de mensen iedereen
die steelt nu nog „dief".
Natuurlijk wist Sint Nicolaas
dit allemaal wel en hij be
sloot Diefje dat jaar niets te
geven, omdat hij zo stout
was en zijn leven niet wilde
beteren. Diefjes vader en
moeder hadden het hem al
gezegd. „Diefje", zeiden ze,
„Sint Nicolaas komt dit jaar
niet voor jou. Jij krijgt niets,
omdat je zo stout bent ge
weest". Dat vond de jongen
heel erg. En hij piekerde hoe
hij het moest aanleggen om
toch cadeautjes van de goede
Sint te krijgen. Voortaan
goed en gehoorzaam zijn, dat
wilde hij niet, want hij vond
het veel te prettig om stout
te zijn. Neen, hij wist wat
beters
Toen Sint Nicolaas dat jaar
aan zijn nachtelijke tochten
begon, ging Diefje 's avonds
naar bed, maar hij ging niet
slapen. Hij zorgde er voor
wakker te blijven en toen het
tegen middernacht liep, klom
hij uit zijn bed en trok zijn
kleren aan. Hij nam een
grote zak mee en wachtte
achter de voordeur totdat hij
het klossen van de paarden
hoeven over de straatstenen
hoorde. De Sint ging zijn
deur voorbij, maar stopte bij
de buren.
De jongen wachtte. Even
later hoorde hij het paard
weer verder lopen en voor
zichtig sloop hij de deur uit.
Terwijl Sint Nicolaas verder
op in de straat wachtte en
zwarte Piet daar naar binnen
was, glipte Diefje door de
open deur bij de buren naar
binnen. Ja hoor, daar ston
den de kindërschoentjes in
de gang en de presentjes la
gen er in. Vlug nam Diefje
ze er uit en deed ze in zijn
zak. Met de zak op de rug,
net als zwarte Piet, wandelde
hij weer naar buiten en ging
het volgende huis binnen. Zo
ging het de hele nacht. Waar
Piet juist cadeautjes had ge
bracht, haalde Diefje ze weer
weg.
Tegen de morgen kwam de
jongen met een goed gevulde
zak thuis. Al die cadeautjes
waren voor hem. Wat kon
het hem schelen, dat Sint Ni
colaas niets voor hem bracht.
Maar al de kinderen in de
stad, die 's morgens vlug naar
hun schoentjes holden om te
zien wat de goede Sint had
gebracht, stonden verdrietig
te kijken, want ze vonden de
schoentjes leeg. Niemand be
greep er iets van.
De volgende nachten ging
het precies zo en bij Dief je
stapelden de geschenken zich
op. Natuurlijk bleef het niet
onbemerkt. Het kwam Sint
Nicolaas ter ore en die vond
het verschrikkelijk, dat zo
veel cadeautjes gestolen wer
den. Maar niemand wist te
vertellen wie de dader was.
Een volgende nacht nam Sint
Nicolaas nog een Piet mee en
die moest een heel eind ach-
er hem aan komen en goed
opletten of hij iemand zag.
Maar Diefje was heel erg
slim. Juist toen hij die avond
uit huis wilde gaan om de
Sint te volgen op zijn tocht,
hoorde hij andere voetstap
pen in de stille straat en hij
bleef achter de deur. Hij zag
een tweede zwarte Piet voor
bij komen en begreep waar
voor dit was. Hij wachtte
rustig tot Piet nummer twee
verdwenen was en sloeg toen
zijn slag.
De Sint bemerkte, dat alle
maatregelen niet hielpen en
nam toen een wijs besluit.
Hij vroeg de mensen het vol
gend jaar hun deuren op slot
te doen, dan kon de rover
niet stelen. Hij zou de ca
deautjes wel op een andere
manier brengen.
Vol verwachting zagen de
mensen en kinderen naar het
volgende Sinterklaasfeest uit.
Een poosje voor vijf decem
ber kwam de goede Sint en
vond alle deuren op slot, pre
cies zoals hij gevraagd had.
Toen klom hij met zn knecht
en de schimmel op de daken
en bezocht zo alle huizen.
Het bleek voor de goede bis
schop geen pretje in het be
gin. Hij moest er nog hele
maal aan wennen, zo hoog
boven de grond en ook de
schimmel liep heel voorzich
tig en langzaam.
Piet vond het wel leuk. Nu
kon hij klimmen en grote
sprongen maken van het ene
dak naar het andere. En het
leuksts vond hij door de
schoorstenen te glijden om
daar beneden de geschenken
in de kinderschoenen te leg
gen. Hij was zwart en nie
mand kon aan hem zien dat
hij vol roet zat.
Diefje zag dat jaar geen kans
cadeautjes te stelen, want
alle deuren zaten op slot en
boven op de daken klimmen
en zo de Sint volgen durfde
hij niet, want hij was veel te
bang dat hij van een dak zou
vallen.
Vanaf die tijd rijdt de Sint
met zijn schimmel over de
daken en glijdt zwarte Piet
door de schoorstenen om de
cadeautjes in de schoentjes
te leggen. Het bleek de beste
manier, want in al die vele
jaren werd er geen cadeautje
meer weggepakt.
Wat er ook in ons leven veran
deren mag in dit atoomtijdperk,
hoe de internationale toestanden
zich ook toespitsen en hoe strak
wij de koorden van de huishoud
beurs ook moeten houden, nu dan
dit dan dat in prijs blijkt te stijgen,
één ding verandert gelukkig niet.
Dat is de oude traditie van het
echte Sinterklaasfeest.
Wat er ook gebeurt, we willen
aan Sinterklaas blijven doen. Voor
de ene dag van 5 december willen
we alle zorgen aan kant doen: we
willen desnoods op ander terrein
nog wat meer bezuinigen, als we
op Sinterklaasavond de kinderogen
maar zien stralen en we er in de
huiselijke kring maar een echt blij
feest van kunnen maken, waarbij
ieders hart van vreugde en ver
wachting klopt.
Gelukkig, dat dit zo blijft, zeg ik,
omdat op geen andere dag in het
jaar, het familieleven zo hecht en
vreugdig tot uiting komt als juist
op 5 december. En niet op die dag
alleen, maar reeds dagen en zelfs
weken tevoren. Het begint eigenlijk
al, wanneer de kinderen voor het
eerst hun schoentje weer mogen
zetten, omdat de Sint in het land
gekomen is, of althans een paar
van zijn zwarte Pieten vooruit heeft
gestuurd.
Is het geen belevenis de kleintjes
's avonds vóór het slapen gaan hun
liedjes bij de schoorsteen te horen
zingen? Zie de verhoogde blosjes
op hun wangen, de glans van ver
wachting in hun ogen. En hoor in
hun stemmetjes de devote toewij
ding, waarmee ze de Sint hun lied
opdragen.
Ontneem uw kinderen de blijd
schap van deze verwachting niet
uit overweging, dat alles toch al
duur genoeg is en er aan die
schoenzetterij niet meer gedaan kan
worden. Het behoeven geen grote
cadeaus te zijn, waarmee u de
schoentjes vult. Met een suikeren
beestje, een stukje chocola zijn ze
even opgewonden blij, omdat „Sint"
het voor hen gereden heeft. En als
ze de volgende morgen naar u toe
komen rennen met hun „Mammie,
kijk eens!", dan voelt u zich dubbel
en dwars beloond.
De winkels zorgen er ook al da
gen van te voren voor, dat we in
de Sinterklaasstemming komen.
Voor uw kinderen bestaat er niets
heerlijkers dan op vrije middagen
of na schooltijd met u winkels te
gaan kijken. Neem ze een enkel
keertje ook eens 's avonds mee. De
lichtjes maken alles nog veel fees
telijker en verhogen voor het kin
derlijke gevoel de geheimzinnigheid
aanmerkelijk.
Maak de dagen vóór Sinterklaas
in elk opzicht feestelijk door na
schooltijd bij het kopje thee een
borstplaatje, wat speculaas of iets
anders van die specifieke lekker
nijen te geven. En als er dan nog
eens door een onzichtbare hand pe
pernoten gestrooid worden, dan
komt de stemming van het nade
rende feest er helemaal goed in.
Aan deze stemming kunt u zoveel
doen, zonder dat het geld hoeft te
kosten. Dat kleine beetje geheim
zinnigheid, dat door het hele huis
waart, 's Avonds een verhaal ver
tellen of voorlezen over St. Nico
laas. Samen met de kinderen Sin
terklaasliedjes zingen. Denk maar
terug aan uw eigen kindertijd, dan
weet u precies, wat uw kinderen
nodig hebben, om „hun hartjes vol
verwachting te doen kloppen".
Dan komt de climax, waarnaar
dit feestelijk voorspel voert: pak
jesavond! Hoe vaker de bel gaat,
hoe heerlijker het is. Het behoeft
u heus niet zoveel geld te kosten,
om toch een massa pakjes op tafel
te brengen. Het kost u alleen wat
tijd en vindingrijkheid. Geeft een
dwaze surprise met een geestig
rijmpje niet veel meer plezier dan
een kostbaar cadeau zonder fanta
sie?
Pak uw geschenkjes, hoe klein
ze ook zijn, smakelijk in en maak
zoveel mogelijk rijmen, dat is het
recept voor een geslaagde Sinter
klaasavond, Verhoog de spanning
door originele surprises te verzin
nen. En weef om alles, wat er ge
beurt, dat heerlijke patroon van
geheimzinnigheid, dat de Sinter
klaassfeer tot iets onwezenlijks
maakt.
(Nadruk verboden).
Daar komt hij weer! Daar rijdt hij weer,
Die wonderlijke man,
Die dlles ziet en dlles weet,
De man, die dlles kan.
Die onverdeelde vreugde brengt,
Zijn goedheid kent geen grens,
Die man, welhaast een unicum:
Een onbaatzuchtig mens.
Misschien brengt hij ons een geschenk
Tot heil van 't algemeen:
Gezond verstand, verdraagzaamheid
En vrede om ons heen.
De Sint! 't Is feest voor IEDER mens
En NIET alleen voor 't kind:
WIE weet precies de leeftijdsgrens
Voor 't g?loven aan de SintP
(Nadruk verboden)
Clinge Doorenbos
De mijter was oorspronkelijk het
hoofddeksel, dat door de paus bij
processies werd gedragen. Sedert de
12de eeuw werd bij wijze van pri
vilegie de mijter ook aan bisschoppen
en andere prelaten, zelfs aan een
keizer en keizerin toegestaan, maar
bleef toch voornamelijk een bisschop
pelijk ereteken.
De huidige vorm van de mijter da
teert uit de 16e eeuw: van het hoofd
af zich verbredend tot halve hoogte
en dan in de punten spits toelopend.
Men onderscheidt drie soorten mij
ters, die al van af de 13e eeuw be
staan, nl.:
1. de zeer kostbare mijter van goud-
of zilverbrokaat en rijkelijk voor
zien van borduurwerk en edel
stenen;
2. de auriphrygiata van witte zijde
met borduurwerk in goud- of
goudkleurige stof zonder verder
ornament;
3. de eenvoudige mijter van witte
stof met rode franje aan de finten.
Van „Snoeperie en Slickerdemick"
De speculaas, een lekkernij die in
de Sinterklaastijd niet mag ontbreken,
stamt in rechte lijn af van het oud-
germaanse offerbrood. De naams-
oorsprong is gemakkelijk te herlei-
Bij alle vreuade op pakjesavond
mag de Inwendige mens niet vergeten
worden. Af en toe moet gestopt wor
den met het uitpakken van de sta
pels pakjes en dan komt moeder de
vrouw met een pittige versnapering
voor de dag. Wij zijn er zeker van,
dat onderstaande lekkernijen er best
in zullen gaan. Daarna kan men weer
ten volle zijn aandacht schenken aan
al het moois dat er te zien is.
Wat denkt U van een stuk of wat
gevulde eitjes? U hebt voor 4 perso
nen nodig: 4 eieren, 100 gr. boter of
margarine, wat zout, peperkappertjes
of peterselie of tomatenketchup, krop
sla, tomaten en komkommer.
U gaat als volgt te werk: de eieren
hard koken, pellen en in helften snij
den. De dooiers zeven en vermen
gen met zacht geroerde boter of mar
garine. Het mengsel op smaak bren
gen met zout, peper en desgewenst
iets aroma. Van de eihelften een
kapje afsnijden, zodat ze kunnen
staan en ze vullen met de boter. Als
garnering neme men een kappertje,
stukje peterselie of iets tomatenket
chup. De eieren op een schotel plaat
sen en ze garneren mei kropsla, to
maat, komkommer of de eieren geven
in combinatie met andere koude ge
rechten.
Een hartiger hapje.
Een eitje met kerrysaus is door
gaans ook gewild. Hier volqen de be
nodigdheden: op 4 hardgekookte
eieren 2 dl. bouillon of water met
bouillonblokje, 1 kleine ui, 30 gr. bo
ter of margarine, 30 gr. bloem en 1
theelepel kerrypoeder.
U gaat als volgt te werk: de eieren
hard koken, pellen, in helften snijden
en bedekken met de saus. De kerry
saus maakt u als volgt: de ui zeer fijn
hakken en met het kerrypoeder heel
licht fruiten in de boter of de mar
garine. De bloem toevoegen en bij
scheutjes tegelijk, al roerende, het
den: de koek toont het spiegelbeeld
- speculum - van de „prent".
Men beeldde met de speculaas ver
schillende voorstellingen uit en ging
er zelfs toe over deze te beplakken
en te vergulden (denk maar eens aan
de zg. verguldavondjes van de vo
rige eeuw). Vrijerspoppen symboli
seerden de hylicmaker of huwelijks
bemiddelaar.
Verdere „snoeperie ende slickerde-
mfck" vormen het marsepein, dal al-
lijd de vorm had van een hart en op
de gladde oppervlakte was bedekt
met een laag witte suiker, waarop ge
kleurde figuurtjes. Zond men zo'n
hart met een vrijerspop aan zijn aan
gebedene dan betekende dat een
zeer bevallige vorm van een liefdes
verklaring.
Ook de letters zijn overbekend, het
zij van chocolade of van banket en
niet te vergeten de pepernoten, die
helemaal geen noten zijn, maar in
dobbelsteentjes gesneden of ronde
peperkoek.
Taai-taai, „zoet als stroop, taai als
feer en brufn afs oude zegefwas",
werd ook in allerlei figuren nebakken.
Toch stond deze lekkernij niet zo in
de gunst van onze overgrootouders,
want een meisje een taai-taaiman
thuis te sturen werd helemaal niet op
prijs oesteld, ja zelfs als een beledi
ging beschouwd!
(Nadruk verboden).
vocht. De saus even laten doorkoken
en op smaak afmaken met zout.
Van onze alom bekende Hollandse
kaas maakt u voor deze avond eens
wat gebakken kaasplakken; men kan
ze „uit het vuistje" oppeuzelen. Hier
volgt hetgeen u nodig hebt: 4 dikke
plakken belegen kaas van 50 a 75 gr.
eJk, 25 gr. bloem, Vz dl. water, wat
boter of margarine en wat zout en
desgewenst wat peper.
Allereerst wordt de bloem met het
water tot een glad papje gemengd.
Doe er wat zout en eventueel wal pe
per bij. De kaasplakken door het be
slag wentelen. De boter vervolgens
in een koekepan heet laten worden
en hierin de kaasplakken snel aan
beide zijden bruin bakken. De plak
ken moeten warm worden opgediend.
Tenslotte een recept voor borstplaat.
Er gaat geen Sintnicolaasfeest voor
bij zonder borstplaat en aangezien
vele huisvrouwen niet weten hoe zij
dit zelf moeten maken, laten wij hier
het recept nog eens volgen. Men
heeft nodig: 250 gr. suiker, 5 eetle
pels melk en Vz lepel custardpoeder.
De suiker en de custardpoeder moe
ten goed dooreen geroerd worden
en met de melk zachtjes laten smelten.
De vloeistof inkoken totdat een gor
dijntje van suikerstroop blijft hangen
tussen de tanden van een vork en ook
de laatste druppel die van de vork
afloopt, een draadje trekt. De pan
van het vuur nemen en de massa
kloppen totdat deze dik is en ondoor
zichtig begint te worden. Niet onge
duldig zijn s.v.p. De stroop uitgieten
in ingevette borslplaalvormen op een
vet aanrecht of vetvrij papier. Wan
neer de figuren geheel koud en stijf
zijn, ze op de zijkant zetten om te
drogen.
U weet zeker wel, dal er niets bo
ven eigen maaksel gaat. Het is lek
kerder, goedkoper en u weet wat er
in zit.