RAD TIJD! LIEFDE'S NAZOMER Zware fundering blootgelegd van enorme ronde burcht uit de 13e eeuw ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE maandag si december 195e no. isoso Japanners gewagen van barbaarse toestanden in gevangenkampen in Siberië Tien uur zware arbeid met gering voedsel Japanners, die vrijdag uit Rus sische krijgsgevangenschap in To kio terugkeerden, hebben de toe standen in de gevangenkampen in Noord-Siberië „hels" genoemd. Zij verklaarden dat er In deze kampen ook Duitsers, Polen, Hon garen en Oekrainiërs zijn. Zij schatten het totale aantal gevan genen in de Siberische kampen op 1.300.000. Allen zouden als „verdorven misdadigers" behandeld worden en gedwongen worden om per dag tien uur zware arbeid te doen. De meeste kampbewoners zouden in de uranium-, goud-, chroom- en mangaanmijnen van de Siberische hooglanden werken. De tempera tuur in dit gebied daalt vaak tot 50 graden Celsius onder nul, aldus de Japanners, die hieraan toevoeg den dat het voornaamste voedsel uit fijngemalen havermout bestond, onverschillig welke arbeid een ge vangene moest verrichten. Volgens hen zijn duizenden gevangenen door ondervoeding om het leven ge komen. Zij verklaarden voorts, dat er elke zomer veel gevangenen per Ziekenfondspremie voor bejaarden In het Staatsblad is geplaatst een Koninklijk Besluit, waarbij de pre mie van de ziekenfondsverzekering voor bejaarden voor het jaar 1957 wordt bepaald op 55 cent per week voor verzekerden met een inkomen van f 2400 of minder en op 110 cent per week voor verzekerden met een inkomen hoger dan f 2400. Dit K.B. is een uitvoeringsbesluit van de wet op de ziekenfondsver zekering voor bejaarden, die even eens in het Staatsblad is geplaatst. HET VAN DE Als wij staan aan het einde van 1956, worden wij ons meer dan op andere jaren bewust van de tumul- teuze ontwikkeling, die de wereld en daarmede ook wij doormaken. Juist op Schouwen-Duiveland ge voelen wij het zo, omdat nog maar zo heel kort geleden één ding den ken en doen beheerstede stormramp. Zozeer werden wij in beslag genomen door het rampge- beuren en wat nadien plaats vond, dat wij bijna de kijk op de wereld verloren. Een eiland zat diep in de misère en al te licht werd men daar geheel door in beslag genomen. Trouwens het leven in al zijn scha keringen werd door die ramp over schaduwd Het gaf een fundamen tele wijziging aan ons bestaan. In 1956 evenwel ervoeren wij, dat naarmate hier het leven zich ver der normaliseerde, daar die grote en brandende wereld was, die de aandacht opeiste en de ramp wel even de aandacht had afgeleid, maar ook deze katastrophe slechts een rimpeling teweeg bracht op het wijde watervlak der wereld, die er ger stormen moest doorstaan. In dit opzicht is 1956 immers gewor den tot een jaar van onzegbaar leed en van diepe teleurstelling. Er zijn feiten aan te wijzen, die uiterst moedontnemend zijn en die ernstige twijfel doen rijzen aan de toekom stige ontwikkeling van landen en volkeren. Het is niet pessimistisch, dit op de Oudejaarsavond van 1956 nuchter te constateren. Veel illusies zijn stukgeslagen en de woonoorden vol vluchtelingen op onze eigen Schouwen-Duivelandse grond her inneren er aan, dat de machten van ondergang en vernietiging, van ge weld en barbarij de wereld niet zijn uitgebannen, maar nog een drieste en geweldige invloed hebben. Ke ren wij echter ook op deze Oude jaarsavond tot onszelf in. Dan volgt de ontdekking dat er ook in eigen leven veel heeft ontbroken. Er wa ren fouten en verzuimen en dik wijls stond veel baatzucht tegen over weinig naastenliefde Noch voor het persoonlijk, noch voor het wereldleven zal er hoop zijn, als ieder mens voor zichzelf met deze zaken geen ernst maakt en niet er kennen wil, dat wij gezamenlijk verantwoordelijk zijn. Uit die er kenning immers zal de wil ont spruiten het beter te doen. Want - en dat is de troost op de laatste dag van het jaar - er komt weer een nieuw jaar met nieuwe kansen en nieuwe mogelijkheden. Door alle verschrikkingen heen wentelt het rad van de tijd met een vermanen de gelijkmatigheid. Het „leer ons onze dagen tellen, opdat wij een wijs hart bekomen", die oude bij belse vermaning, komt weer tot ons op dit ernstig uur Geluk en voor spoed, rampen en tegenspoeden zul len aan ons verspild zijn, als dit „wijze hart" ontbreekt. Om daartoe te geraken echter wordt het nieuwe jaar, als een geschenk, ons weer be reid. 1957 geeft een nieuwe kans voor de wereld en voor onszelf, om met een Paulinische beslistheid te vergeten hetgeen achter is en ons te strekken naar hetgeen voor is, jagende naar het wit, tot de prijs der roeping Gods. vrachtboot naar de kampen van Kolyma worden gebracht. Deze kampen droegen de bijnaam van „de graven" omdat de bewoner slechts de keuze had tussen „wer ken of sterven". Geen gevaar voor oudejaarsavondoliebol Oliebollen en appelbeignets zul len op oudejaarsdag lustig in de Nederlandse keukens kunnen sud deren en bakken. Dit is de gerust stelling van de zijde van de sla olie-industrie aan de Nederlandse huisvrouw. Geruchten doen de ron de dat er niet voldoende slaolie zou zijn, maar het tegendeel is waar. Weliswaar is er op het ogenblik in de winkels enige schaarste aan slaolie, omdat onder de invloed van oorlogsgeruchten viermaal zoveel is gekocht als normaal, maar dat de Nederlandse -industrie tekort zou schieten in de voorziening is on juist. De Nederlandse slaolie-indu strie heeft op het ogenblik voldoen de voorraden om in januari meer dan voorheen af te leveren, doch de buffervoorraden zijn door de hamsterwoede zodanig geslonken, dat er bijna geen afleveren meer aan was. Onderzoek in Ambonezen-woonoord te Westkapelle Met betrekking tot de houding van de in het woonoord Westkapel le verblijvende groep Ambonezen die blijven weigeren de verzorging zowel van de oudere Ambonezen als van de jeugd op zich te nemen, wordt vernomen dat de minister van Justitie zijn .ambtgenoot van Sociale Zaken en Volksgezondheid heeft verzocht een rapport over de gezondheidstoestand in het kamp te mog enontvangen In het bijzon der de kinderen in dit kamp zouden namelijk aan ondervoeding lijden. Zodra dit rapport de minister van Justitie heeft bereikt zal hij nagaan welke maatregelen getrof fen moeten worden om de kinderen voor ernstige ziekten te behoeden De minister zal dan o.a. overwegen of het gewenst is de ouders tijdelijk uit de ouderlijke macht te ontzet ten. BODEMONDERZOEK BIJ SLOT .MOERMOND' Dikte der fundamenten varieert van 1 'I2 tot 2 meter (Van een medewerker) Kleine toevalligheden kunnen grote gevolgen hebben. De archeolo gie, die tal van voorbeelden ervan kan noemen, is er weer met écn verrekt. Enkele weken geleden zag de heer L. Evertse, hulpkeurmeester te Renesse, die sinds de februari-ramp van 1953 een waakzaam oog houdt op het slot „Moermond", dat een paar arbeiders van de ruilver kaveling een brok muurwerk aan het daglicht brachten, vlak naast en buiten de gracht aan de oostzyde van het slot. Nadat dit gemeld was aan de Ryksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek (de R.O.B.) te Amersfoort, vonden enkele deskundigen van die dienst, die een kykje kwamen nemen, de situatie zodanig, dat een nader onderzoek zeker gewenst was. De herverkavelingsautoriteiten geven ook hieraan weer hun volle medewerking en de Cultuurtech nische Dienst verleent zijn hoogge waardeerde hulp door het beschik baar stellen van een dragline en enkele grondwerkers. Onder leiding van de heer J. G. N. Renaud, de wetenschappelijke ambtenaar van de R.O.B., die in 't bijzonder zijn taak vindt in het on derzoek van oude kastelen in Ne derland, bijgestaan door ir. Trimpe Burger en de heer Bloemendaal, hebben thans na enkele weken ploeteren in water en slik, verbluf fende vondsten gedaan. Behoudens een enkele uitzonde ring, waren de oudheidkundigen tot nu toe van mening, dat het oude slot van Jan van Renesse, dat vol gens de Rijmkroniek van Melis Stoke (plm. 1300), in 1297 na bele gering met de grond gelijk gemaakt is, gestaan had op de plaats van het tegenwoordige Moermond. Zij wer den in die mening versterkt door in de zomer van 1943 gevonden zware funderingen aan de rand van de gracht in het zuideinde van de tuin. Niemand heeft echter ooit vermoed, dat de grondvesten van de oude burcht gezocht moeten worden in het stuk land, dat aan de oostzijde van de gracht grenst. Noch enige benaming van dat perceel, noch WERKGEVERSVERBONDEN WERKEN MEE AAN POLITIEK VAN PRIJSSTABILISATIE Diepgaand overleg met minister in eigen kring Het Verbond van Nederlandsche Werkgevers, het Centraal Sociaal Werkgevers-Verbond, het Katho-I liek Verbond van Werkgeversvak-' verenigingen en het Verbond van Prot. Christelijke Werkgevers in Nederland hebben zich naar zij mededelen, gedurende de laatste dagen in eigen kring en met de mi nister van Economische Zaken diepgaand beraden over de in de naaste toekomst in het industriële bedrijfsleven te voeren prijspolitiek. Het belangrijkste vraagstuk, dat hierbij in het geding was, is de voortzetting in het komende jaar van het beleid van prijsstabilisatie, waaraan genoemde vier verbonden hun medewerking hebben verleend. In overeenstemming met het unanieme advies van de Sociaal Economische Raad, waarin de be vordering van een stabiel prijs- en loonniveau als één van de centrale doelstellingen van de economische politiek wordt aanbevolen, hebben de vier centrale werkgeversverbon den besloten, opnieuw aan een po litiek van prijsstabilisatie mede te werken. Zij stellen zich ten volle achter de beginselen en doelstellin gen van dit beleid. DE SAMENVOEGING VAN POLDERS EN WATERSCHAPPEN Gedeputeerde Staten zullen de hoofdingelanden benoemen (Slot). Wat de stemverhouding t.o.v. de landgrootte verder betreft geldt voor 31 ha. of meer, doch minder dan 51 ha., 4 stemmen. 51 ha., doch minder dan 75 ha., 5 stemmen en voorts voor elke 25 ha. meer dan 75 ha. 1 stem, met dien verstande dat in totaal niet meer dan 10 stemmen kunnen wor den uitgebracht. Voor het gebouwd geldt, dat stemrecht wordt verleend voor hen die zijn aangeslagen naar een be lastbare opbrengst voor de grond belasting van ten minste f 500, en zal voorts het volgende meervou dige stemrecht gelden bij een be lastbare opbrengst van: f 600 of meer, doch minder dan f 1600, 2 stemmen; f 1600 of meer, doch minder dan f 3100, 3 stemmen; f 3100 of meer, doch minder dan f 5100, 4 stemmen; f 5100 of meer, doch minder dan f 7500, 5 stemmen en voorts voor elke f 2500, meer dan f 7500, 1 stem, met dien verstande, dat in to taal niet meer dan 10 stemmen kunnen worden uitgebracht. Eveneens is stembevoegd de in geland die wegens in het water schap gelegen ongebouwde en ge bouwde eigendommen te zamen in het geschot wordt aangeslagen naar een grondslag overeenkomende met een belastbare opbrengst voor de grondbelasting van tenminste f 500, waarbij 1 ha. ongebouwd wordt ge rekend voor f 100 belastbare op brengst gebouwd. De benoeming van de dijkgraaf en gezworenen geschiedt voor de Duivendijk. eerste maal op een aanbeveling van drie personen, door Ged. Staten aan de Kroon voor te leggen. De be noeming der hoofdingelanden ge schiedt voor de eerste maal door Ged. Staten die zoveel mogelijk een keus doen uit hen, die bij de op te heffen polders en waterschappen bestuursfuncties bekleden. Het ge- schot van elk der op te heffen pol ders of waterschappen zal geleide lijk worden aangepast aan het ge middelde van het totaal dezer pol ders of waterschappen, zowel naar boven als naar beneden, op dezelfde basis als het naar het (hogere) ge- schot toegroeien van vronen en vrijlanden. De op de polders en waterschappen berustende schulden blijven ten laste van deze lichamen, ook na de herverkaveling. STAD EN PROVINCIE ZIERIKZEE „Stad en Lande" van Schouwen-Duiveland Op woensdag 9 januari wordt een vergadering gehouden van de Ver eniging „Stad en Lande van Schou wen-Duiveland". Als spreker zal optreden ir. J. A. Trimpe Burger te Amersfoort, die het onderwerp zal inleiden: „De opgravingen van „Brabers" te Haamstede". De lezing wordt toegelicht met tekeningen en lichtbeelden. Aan de technische hogeschool te Delft slaagde voor het kandi daatsexamen civiel ingenieur onze vroegere stadgenoot de heer J. van de terreingesteldheid duidde aan, dat hier vroeger een mach tig bouwwerk heeft gestaan. De dragline, buitengewoon be kwaam en voorzichtig bediend dooi de heer Westra te Renesse, bracht in één dag de zware fundering van wat eens de westmuur van het slot is 'geweest, te voorschijn en later nog talrijke andere resten. Hoewel het onderzoek nog pas in zijn beginstadium verkeert, kan toch reeds worden vastgesteld, dat hier sprake is van een x-onde burcht van zodanige omvang, als de heer Renaud in ons land nog niet heeft aangetroffen. De dikte der fundamenten vari eert van 1% tot 2 m. en bestaat uit de typisch 13e eeuwse moppen van 28 X 14 X 7 cm. De stenen zijn van een prachtige rode kleur en aan el kaar gemetseld, deels met leem, deels met kalk. De „tichelrieë" In de nabijheid ligt een stuk land, bij oude Renessenaren nog bekend als „de tichelrieë" (steenbakkerij), een benaming, die duidelijk aan toont, dat de stenen daar ter plaat se zijn gebakken. De aangrenzende zg. „weel" is dus vermoedelijk ont staan door het uitgraven van de be nodigde grondstof. De eerste, hier afgedrukte foto, toont een deel van de westmuur, die vlak tegen de oostgracht van het huidige Moermond ligt. De ron de vorm is hierop duidelijk te zien. De tweede afbeelding laat het zware muurwerk zien (2 m. dik) van de grondvesten van een toren. De hierbij geplaatste foto's zijn gemaakt door de heer D. Hack te Renesse, die met zijn camera de op gravingen van dag tot dag volgt. Het is jammer, dat aan de zuid zijde tot nu toe niets anders is ge vonden dan een puinvoor. Vermoe delijk heeft men bij de sloping de wellicht te voorschijn brengen. Ali de zaak klopt, zal dit 13e eeuws aardewerk moeten zijn, want de burcht heeft alleen in die eeuw be staan. Onderzoek terrein Slot Intussen is men ook begonnen met een onderzoek op het terrein van het bestaande slot, doch tot nu toe zijn nog geen positieve re sultaten te boeken. Het oudste deel van het tegenwoordige gebouw heet gesticht te zijn in 1339 door Arnoud van Haemstede, de zoon van Witte. Nu de muren van bin nen zijn afgekapt, komen allerlei details voor de dag, die evenzoveel vragen doen rijzen naar de bouw geschiedenis van Moermond en di© ook de ouderdom problematisch maken. De heren Renaud en van Beveren, de architect, die belast is met de restauratie, die beiden zeer geïnteresseerd zijn in die bouwge- stenen, die gemakkelijk zonder ze te beschadigen waren weg te ne men, tot onder toe opgeruimd en alleen het vaste muurwerk laten zitten. Aan de binnenzijde van de ring muur zijn op enkele plaatsen inge heide palen te voorschijn gekomen, waarvan de betekenis tot nu toe niet duidelijk is. Er wachten intussen nog meer problemen op verklaring. Zo ligt bv. in de gracht een fundering of vloer van plm 7 m. breedte, waar van het niet zeker is of men met een stuk omgevallen muur van het verwoeste slot of met iets anders te doen heeft. Ook de gracht, die het oude slot omringd heeft, wacht nog op onder zoek. Tot nu toe zijn geen scher ven gevonden. Nu zijn die in fun deringssleuven ook weinig te vin den, doch de oude gracht kan er schiedenis, hebben hier een inge wikkelde puzzle op te lossen. Men heeft mij nog gewezen op het gevaar, dat dit artikel tal van nieuwsgierigen naar het opgra vingsterrein zal lokken. Daarom is het goed hier mede te delen, dat het hele gebied van Moermond (waar momenteel ook de herbeplan ting aan de gang is) streng verbo den is voor onbevoegden en de po litie zal overgaan tot verbalisatie bij overtreding van dit verbod. He laas is deze maatregel voor een goe de gang van zaken nu eenmaal noodzakelijk. J. M. DE NOOIJER. Man kocht postzegels 'k De zeventigjarige George X •j* Lofts, die reeds vanaf zijn y X zesde jaar een verwoed ver- zamelaar van postzegels is, X rende vrijdag naar het post-. X A kantoor in de plaats zijner inwoning, om nog gauw post- *t* X zegels van twee penny voor X •j* Kerstkaarten te kopen. Hij 'j* kocht, voor een bedrag van •j. ongeveer twintig gulden, een uit 240 exemplaren bestaand X veld - en kwam thuis tot de v ontdekking dat zijn aankoop f X omstreeks f 127.000 waard X y was. De postzegels bleken y X. namelijk de gebruikelijke X X gaatjes in de hoeken te mis- sen, hetgeen ze voor verza- .j. meiaars waardevol maakt. v Deskundigen menen, dat het *t* X in Groot-Brittannië nog nooit X •j* eerder is voorgekomen, dat X van een geheel vel postze- X gels de hoeken niet door- •j* boord werden. X FEUILLETON 54 Oorspronkelijke roman door HENK VAN HEESWIJK Niet alzo de vakbond. Er komt een brief, die nogal scherp gesteld is. Min of meer een ultimatum. Tom laat een koel briefje terugstu ren, waarin hij meedeelt, alleen op behoorlijke brieven te zullen rea geren. Ja, hij zal zich door een vak bond de wet laten stellen. Also f hij nog geen moeilijkheden genoeg te overwinnen heeft. Een der vakbondsleiders vraagt een paar dagen later belet. Tom ontvangt hem. De man begint hoog van de toren te blazen en betoogt, dat het ontslag van vijftien perso neelsleden, waarbij nota bene de bedrijfsleider, niet geaccepteerd kan worden. Midden in zijn woordenstroom onderbreekt Tom hem. En dan ver telt hij precies hetzelfde als hij een paar dagen geleden gedaan heeft tot de arbeiders. En hij besluit: ,Wat dunkt u, is beter? Vijftien mensen ontslaan, die niet voldoen de doordrongen zijn van hun plicht jegens het bedrijf, waarvoor ze werken, of alle vijf en tachtig men sen op straat zetten wegens liqui datie? Dit bedrijf, meneer, heeft circa vijf jaar met verlies gewerkt. En dit bedrijf is een N.V., waarin de aandeelhouders graag wat winst zien. De laatste vijf jaren hebben ze geen cent dividend ontvangen. Integendeel. Er is opnieuw geld ge stort, om het bedrijf weer gezond te maken. En daarvoor was het no dig, dat het personeel ingekrompen werd. Beroerd voor degenen, die daarvan de dupe werden, maar er is immers werk genoeg? Nu weet u precies hoe de zaken hier er voor staan. Van terugname is natuurlijk geen sprake. Het ontslag is goed gekeurd door het Gewestelijk Ar beidsbureau, Er wordt verder niet meer over gesproken. En als uw organisatie daarmee geen genoegen neemt en maatregelen wenst te ne men, wel, mijnheer, gaat uw gang. Maar dan sluit ik binnen een week de hele fabriek en staat iedereen op straat. U kunt kiezen of delen" En daarmede was ook dit onder houd afgelopen. Zoals hij verwacht had, hoorde hij niets meer van de vakbond. Een week daarop kwamen de vertegenwoordigers aan de beurt. Tom had de adressen van de heren en besteedde er een morgen aan om ze eens langs te rijden. Bij de eerste de beste was het al raak. Inplaats van op reis te zijn, was de man brutaalweg bezig zijn voortuintje te maaien. Tom zette zijn wagen stil aan de trottoirband en bekeek de werkende man, die niet vermoedde, dat zijn nieuwe baas in zijn onmiddellijke nabijheid was. Na een paar minuten stapte Tom uit en liep het pad op. „Zo, Van Hoven, een mooie tuin is toch maar alles, niet?" De man schrok op, alsof hij door een wesp was gestoken. Toen hij zijn baas tegenover zich zag staan, werd hij beurtelings wit en rood en ten leste stamelde hij: „Ikik voelde me vanmorgen niet erg lek ker, meneer, vandaar „Vandaar, dat je maar aan het tuinieren bent geslagen", viel Tom hem in de rede. „Gezond werk, vooral met dit mooie weer. Je hebt groot gelijk, hoor. Ik zou zeggen: blijf maar aan het grasmaaien en geef mij je treinabonnement en j© legitimatiekaart. Vandaag nog zal je ontslagbrief aangetekend wor den toegezonden. Bij de kassier kun je je salaris tot en met gisteren halen". Bij nummer twee ving hij bot; d© man was inderdaad op reis. Maar Tom had z'n woorden klaar. „Waar kan uw man vandaag zijn, me vrouw?" vroeg hij aan de echtge note, die hem opendeed. „Voor zover ik weet, in Gronin gen, meneer". „Mooi, laat hem dan morgenoch tend, vóór hij weer op reis gaat, even op mijn bureau komen. Har telijk dank voor de moeite". Nummer drie zat rustig thuis een boek te lezen. Doch deze man was niet verlegen. „Vóór elf uur kan ik toch niet bij de winkeliers terecht. Ik zit net te wachten op de koffie en was van plan om met de trein van half elf te vertrekken". „Laat die trein maar wegrijden zonder jou en geef me je abonne ment en je legitimatiekaart". Maar deze man was agressiever en weigerde. Tom, die geen scènes wenste, liet de man tenslotte zijn papieren houden, maar deelde hem mede, dat ook hij per aangetekend schrijven zijn ontslag zou krijgen en slechts uitbetaald kreeg tot dit tijdstip. Daarna reed hij weer terug naar de fabriek Of de andere twee al dan niet op reis waren, interes seerde hem op dit moment niet. Zijn beide ontslagen collega's zou den de anderen wel inlichten. En zij zouden er ongetwijfeld leergeld uit trekken. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1956 | | pagina 5