Het werk van 't Zeeuwse klederdrachten-comité
GEDACHTEN ROND
HET KERKEZAKJE
v
KAN EEN HUISVROUW
NOG RONDKOMEN
De oorlogshandelingen van 1940 lieten het prachtige stadhuis van Middel
burg als een bijna onherstelbare ruïne achter. Drie jaar na de oorlog is
het exterieur van het fraaie gebouw zo goed als gereed. Met het herstel
van het interieur zal echter nog enige tijd gemoeid zijn.
Het geschenk voor
H.K.H. PrinsesWilhelmina
Enige dagen geleden heeft te Goes
een bijeenkomst plaats gehad van
Üe voorzitster en vice-vooirzits[ter
van het Landelijk .Comité Verzame
ling Nederlandse Klederkrachten",
met een aantal leden van de ge
westelijke commissie, die in Zee
land de belangen daarvan behartigt.
In April is dit comité begonnen
opnieuw een collectie klederdrach
ten bijeen te brengen, nu de be
staande in het Openluchtmuseum te
Arnhem door de oorlogshandelingen
was verloren gegaan. Onder leiding
van de Commissaris der Koningin
in de provincie tracht ieder gewest
een volledig beeld te geven van
(die nationale costuums, zoals deze
nog bij' voortduring of bij bijzondere
gelegenheden door mannen, vrou
wen en kinderen in stad en lande
worden gedragen.
Deze unieke collectie, die voor
ons land van zo uitzonderlijke cul
turele betekenis is, zal een ge
schenk zijn aan H.K.H. Prinses Wil
helmina ter gelegenheid van Haar
50-jarig Regeringsjubileum,* ter ver
vanging van de verloren gegane,
die aan de jeugdige vorstin bij Haar
troonsbestijging in 1898 werd aange
boden.
De commissie heeft zich geens
zins ontveinsd, dat het bijeenbren
gen van een dergelijke verzameling
in de tegenwoordige omstandighe
den veel werk, moeite en tijd zou
kosten. Dit mag evenwel geen reden
Zijn ,om het niet te ondernemen en
te voltooien en de tijd en moeite
er aap, te geven om het gewenste
doel te bereiken. Nu er een half
jaar is gewerkt en door de ver
schillende provincies hard is ge
wérkt. Zijn wie langzamerhand zover
gekomen, dat we de lijst kunnen
opmaken van hetgeen nog ont
breekt. Van den beginne af aan
was het wiel duidelijk, dat de ge
volgen van de oorlog ook op dit
gebied zich maar al te sterk zou
doen gevoelen. Immers, al die jaren
konden geen nieuwe kledingstukken
worden gekocht; veel is er ver-
naaid en verknipt om de kinderen
ini de kleren- te steken en de tex-
tielpositie na d'e oorlog is van dien
aard, dat er maar zeer weinig
opnieuw kan Worden aangeschaft.
Voor dit laatste heeft het Comité
de medewerking gekregen van de
Minister van Sociale Zaken, die het
buitengewone culturele belang van
deze actie heeft ingezien, juist nu
er een algemene neiging is, dat
het dragen van het nationale cos-
tuum verloren -dreigt te gaan. Meer
dan ooit moet Nederland trachten
dit beeld te bewaren, dat eeuwen
lang bij ons heeft behoord en waar
uit ook nu nog tot landgenoot en
vreemdeling een waardevolle tra
ditie spreekt.
Zware taak
Voor Zeeland is de taak van het
uitgebreide en deskundige comité
wel bijzonder Zwaar. Ook andere
delen van ons land zijn door de
verwoestingen van de oorlog smar
telijk getroffen en moeten weer
opnieuw beginnen, maar Zeeland
ziet zich voor de volgende moeilijk
heden geplaatst: eensdeels wordt
het nationale costuum er in veler
lei variëteiten gedragen en meer
dan Jn andere provincies; aan de
andere kant is Zeeland naar ver
houding minder bevolkt en is het
zeer zwaar getroffen in de strijd
voor onze vrijheid. Het verdient
dan ook krachtiger geholpen te
worden dan menig ander gewlest,
waar mét goede W'il en toewij
ding de volksdrachten wel bijeen te
krijgen zijn.
Er is in elke provincie, pok in
Zeeland, spontaan gegeven, menig
maal als een bijzondere hulde aan
Koningin Wilhelmina uit verering
en -dankbaarheid- Het comité hoopt,
dat H.K.H. in het a.s. voorjaar het
geschenk in ontvangst zal willen
nemen, hetgeen dan zo mogelijk
in de vo-rm van een défilé zal ge
schieden. Hiervoor zullen mannen,
vrouwen en kinderen uit de ver
schillende provincies in hun nati
onale coistuums worden uitgeno
digd om op deze wijze uiting te
geven aan de hulde, die zij aan
de „Moeder des Vaderlands" willen
brengen.
Voor Zeeland hopen Wij, dat het
met een voltallige collectie van
haar mooie klederdrachten zal kun
nen komen: van elke stad en dorp
©en man en vrouw, een jongen en
een meisje. Zeeland heeft op zijln
minst 20 verschillende Costuums.
Hiervan zijln er nog slechts 6 ter
beschikking en dezezijn nog niet
eens alle compleet.
Op de bijeenkomst te Goes nu
is uitvoerig besproken hoe door
vereende krachten Zeeland een vol
ledige bijdrage zal kunnen leveren
Behalve textielpunten is ook de
mogelijkheid van aankoop niet uit
gesloten. Wij' doen dan ook een
beroep op alle Zeeuwen om ons
te helpen en hun medewerking aan
het comité te geven. Met aller
samenwerking zal het toch moge
lijk kunnen zijn, dat de thans nog
ontbrekende costuums worden bij
eengebracht, terwijl opk zij, die
geen coistuum of detail daarvan be-
zittten, door een geldelijke bijdrage
hun sympathie voor dit doel kun
nen betuigen, zoidat de Commissie
voor Zeeland deze winter haar taak
grotendeels zal kunnen voltooien.
De Cent geminacht
behalve op Zondag
„Zij waren in grote getale bij
elkaar. Allemaal behorend tot het
zelfde vak, allemaal van gedegen af
stamming, allemaal in de belasting
even hoog aangeslagen. Zij ver
schilden alleen in leeftijd", zo be
schrijft het parochieblad „Sursum
Corda" (R.K. Bisdom Haarlem) een
vergadering vancenten.
Het blad heeft op die vergadering
maar weinig vrolijke klanken ge
hoord. De centen leven blijkbaar
in een slechte tijd: ze zijn niets
meer waard. Wat kan de mens nog
met een cent uitrichten? Vroeger,
ja toen waren de tijden beter. In de
snoepwinkel kochten kinderen een
lange staaf drop of een pijp zoet
hout voor een cent. In de tabaks
zaak konden de heren voor 3 centen
al een beste sigaar bemachtigen.
Maar nu: de cent wordt gemin
acht. Behalveop Zondag, zo
kwam in de vergadering van cen
ten vast te staan. Want op Zondag
dan gaan de centen in flinke hoe
veelheden het kerkezakje binnen.
De klacht van „Sursum Corda"
staat niet alleen. Er zijn vrijwel geen
plaatsen waar de kerkcent een on
bekende verschijning is. Zeker, vroe
ger werd de cent ook wel aangetrof
fen. Een bekend raadsel op de la
gere school luidde: Wie is er vromer,
het dubbeltje of de cent? Antwoord:
de cent, want die komt vaker in de
kerk! Maar ja, dat raadsel deed op-
gapg in de tijd toen een cent nog
wél waarde had.
De veelvuldige verschijning van
centen in het kerkezakje behoeft
niemand tot moedeloosheid te stem
men over de geestelijke gesteldheid
van de kerkgangers. Ongetwijfeld
staat het niet best, wanneer men
's Zondags uit zijn beurs de munt
stukken loost, die in de week vrij-
Ingezonden mededeling
Het is meestal een hele toer de
eindjes aan elkaar te knopen. Als
je hoort wat een huishouden tegen
woordig kost
Maar toch kunt XJ wel bezuinigen.
'Let allereerst op de kwaliteit. Dat
is het belangrijkste. Koop betere
waar en spaar bovendien geld. TJ
krijgt van elke tien gulden, die U
aan de Gruyter's artikelen besteedt,
één gulden terug. Week in, week
uit. Altijd. Daar kunt U mee rekenen.
wel geen waarde hebben. Dit is te
erger, wanneer men de achtergrond
van de kerkcollecte beziet. Een
straatcollecte geschiedt ten bate van
een of ander „goed doel". Maar een
kerkcollecte is feitelijk bestemd voor
Christus zelf. Men geeft het geld
aan Hem en Hij machtigt de diena
ren der kerk om in Zijn naam de
gelden uit te reiken aan behoefti-
gen, of ze te gebruiken tot onder
houd van de kerkedienst.
Maar het merendeel der kerkgan
gers denkt daar niet bij. Uit achte
loosheid deponeert men een cent in
de collecte, zonder zich te realise
ren, dat zo men buiten de kerk
niets aan centen heeft de kerk
zelf er van centen evenmin komen
kan
De gemeente moet te dezer zake
opvoeding ontvangen. Hier en daar
wordt dat ook gedaan, zoals valt aan
te tonen.
CIJFERS
4
De Hervormde gemeenteleden te
Arnhem vinden in hun kerkblad ge
regeld een overzicht van de kerk-
collectes. In het jaar 1947 werden
in totaal.61.720 centen gecollec
teerd in de gewone kerkdiensten,
wat neerkomt op ongeveer duizend
losse centen per Zondag. Het groot
ste aantal centen ontving men op
lste Kerstdag! Nota bene: de dag,
waarop iedereen feestelijk te voor
schijn komt. Maar zie, al hadden de
kerkgangers thuis misschien lekker
nijen en extraatjes staan, de kerk
kwam er bekaaid af met (naast an
dere geldstukken natuurlijk) 1.727
centen.
In Oud-Beijerland maakt men het
nog een graadje erger. Deze ge
meente is veel kleiner dan Arnhem,
maar het kerkbezoek is er zeer goed
te noemen. Hier haalde men nog in
het begin van dit jaar 2000 centen
per Zondag op. Dit houdt in, dat er
jaarlijks 100.000 centen geteld moe
ten worden door de diakenen van
Oud-Beijerland!
In een andere gemeente vertelde
de predikant dat er tijdens de Paas-
Gedenkboek Coöp. Suiker
fabriek „Dinteloord"
Ter gelegenheid van het 40-jarig
bestaan der Coöp. Suikerfabriek! en
Raffinaderij1 „Dinteloord" is een ge
denkboek uitgegeven, waaraan grote
Zorg besteed en waarvan de voor
studie werd verricht door de heer,
J. J. Mol Jr. te Oud-Gastel. Door
de voorzitter, de heer J. M- van.
Bommel van Vloten, werd deze
bouwstof tot een gedenkboek ver
werkt. De inhoud hiervan heeft te
groter waarde, omdat de samen
steller zich niet in de eerste plaats
heeft beperkt tot een droge opsom
ming van feiten, doch een duidelijk
beeld! geeft van de ontwikkeling
der suikercultuur in het algemeen.
De noodzaak om de tegenstellingen
tussen boer en fabrikant te over
bruggen, was de reden tot de op
richting van de Coöperatieve Sui
kerfabriek, waartoe op 24 Oct. 19Qf
werd besloten. In de zomer vani
1909 kwam de fabriek gereed. De
groei van de coöperatie wordt imi
het gedenkboek in prettig leesbare
stijl beschreven, terwijl vele 'duide
lijke foto's het boek aantrekkelijk
maken.
Dinteloord zocht altijd samenwer
king met andere coöperaties en
daarom wordt het samengaan met
Ide V.C.S. gezien als een winst,
want de coöperatieve suikerprodu-
oenten staan nu niet meer als con
currenten tegenover elkaar.
Bij1 Zijn terugkeer in Amerika
heeft Paul Hofman, de gedelegeer
de voor het Marshall-plan, medege
deeld, dat de Franse stakingen een
laatste poging der communisten Zijin
om het herstelplan voor Europa te
doen mislukken.
dagen bijna 14 cent per kerkganger
werd genoteerd. Dat lijkt vrij goed.
Maar wat heeft in het dagelijks le
ven een bedrag van veertien centen
voor waarde? Een brood, een liter
melk, een pakje margarine, een
doosje sigaretten of een ons bónbons:
al deze artikelen zijn voor veertien
centen niet te koop. Doch de kerk
wordt er wel mee opgescheept.
Wij merkten reeds op, dat dit
meest uit onnadenkendheid ge
schiedt. Er zijn ook voorbeelden van
gemeenten, die (nadat zij op een en
ander waren gewezen) haar leven
hebben gebéterd. Doch wanneer men
de kerkcent niet wegdoet na her
haaldelijk vermaan, dan staat de
zaak er wel somber voor. Een ge
meente zonder offervaardigheid is
een dode gemeente.
Zeer terecht sprak onlangs iemand
uit: „De duivel hoeft zich over een
kerkecent niet ongerust te maken".
Inderdaad, zo'n kerk richt zich zelf
ten gronde.