ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE Landbouw- GEEN VREDE - GEEN OORLOG WAARIN OPGENOMEN DE ZIERIKZEESCHE COURANT 1797-1889 WERELDNIEUWS Frankrijk's precaire regeringsproblemen DONDERDAG 8 MEI 1947 No. 15584 101e Jaargang ABONNEMENT Prijs per 3 maanden bij vooruitbetaling in Zierikzee f 2.75, daar buiten f 3,—. Losse nummers 10 ct. Verschijnt iederen werkdag Admin.: Schuithaven B 94. Tel. 32. Giro 137677 Redactie: Lange Nobeistraat A 171 Uitg.: N.V. Drukkerij v/h. Lakenman Ochtman Lange Nobeistraat A 171, Zierikzee ADVERTENTIËN 12 cent per m.m. Bij contract speciale prijzen. Succesjes maximum 15 m.m. (4 regels) f 1,— per stuk. problemen Het ie de plicht der regering, met alle haar ten dienste staande mid delen, te zoeken naar een oplossing van de problemen, die zich voor doen, als gevolg van de stijgende Nederlandse bevolkingsaanwas. Het is na de oorlog wel overduidelijk geworden, dat economische expan sie, d.w.z. het vergroten van de naitonale economische mogelijkhe den, niets minder betekent, dan een kwestie van zijn of niet zijn. Wij willen op de wijze, die velen zich daartoe hebben gedacht, hier niet dieper ingaan. Zoveel is zeker, dat industrialisatie in dit verband het toverwoord van onze tijd is gewor den. Misschien biedt de industrie nog zulke mogelijkheden, dat het economisch totaalbeeld er geheel anders door wordt, nu evenwel is Nederland nog een agrarisch land, en de belangstelling, zowel van volk als regering, dient vooralsnog op dit agrarisch karakter te zijn ge richt. De indruk wordt wel eens gewekt, dat van particuliere zijde, maar meer nog van regeringswege, de toekomstmuziek der industriali satie zo mooi wordt gevonden, dat men tegelijk verzuimt, aan de land bouw, de zo hoog nodige aandacht tè wijden. De landbouw verkeert in een netelige. positie. Het baker praatje, dat het de boerenstand al tijd goed gaat, is even onijbjgisch als onwaar en kan zeker onder de huidige omstandigheden alleen in de mond worden genomen, door hen, die kwalijk profijt van dit fabeltje denken te trekken. Deland- bouw worstelt met moeilijkheden, die in het groot gezien te splitsen zouden zijn in organisatorische en financiële. n e organisatie van de landbouw ie een teer punt. Juist temeer kan bet daarom beangstigen, dat de regering de verordende bevoegd heid voor de landbouw, alsmede het totaal organisatorisch werk, uit sluitend aan zich houdt. Immers, de regering heeft al zo veel te or denen, de departementen zijn over stelpt met werk, een groot ambte naren-corps zoekt moeizaam zich een weg door de paperassen en hoe. gemakkelijk kunnen de typische landbouwwensen en verlangens in deze zee van papier verdrinken. Nog erger is het dat door deze uitgebreide overheidsbeweging de volksvertegenwoordiging, door de vele details, nauwelijks meer in staat is de landbouw, in openbare behandeling, recht te doen weder vare». Ee» groot deel van deze land bouwzaken behoort ter behartiging niet uitsluitend aan de overheid te worde» overgelaten. Zeer wel de noodzakelijkheid van regeriingsbe- moeiftig inziende, kunnen er niet temin wegen worden opengelaten, die voeren tot een met publiek rechtelijke bevoegdheid beklede or ganisatie, die op baste van een zekere zelfstandigheid', de eigen, in dit geval landbouwzaken, behartigt. De voorzitter van de Stichting van de Landbouw, de heer H. D. Louwies, heeft op een onlangs ge houden persconferentie in dit ver band een treffende vergelijking ge maakt met de waterschappen. De Rusland en Amerika staan tegen over elkander op het politieks schaakbord'. De een is bang de ander wat toe te geven uit angst', dat de eigen positie er door ver zwakt en die der tegenpartij er door versterkt wordt. Het is geen vrede, het is geen oorlog, doeh oen tussen toestand, geen „blitz krieg", maar een „sitzkrieg". Intussen kan Europa niet blijven wachten op de afloop van dit spel van wederzijds wantrouwen en Europa doet dat ook niet. Ieder land voert een politiek tot versterking van zijn eigen bestaan. Doch in Europa met z'ijn kleine landen, die veel sterker van eikaars markten afhankelijk zijn, dan staatkundige reuzen als Amerika en Rusland., leidt deze politiek tot internatior naai, doch binnen-Europees econo misch verkeer. Dat verkeer wordt vastgelegd in talrijke handelsovereenkomsten. Er gaat dan ook geen week voorbij of men hoort van nieuwe verdragen tussen verschillende Europese sta ten, totdat tenslotte ons oude we relddeel is overdekt met een net van ruilhandels-overeenkomsten. Langzamerhand ontwikkelt zich over heel Europa weer een interna tionaal handelsverkeer. Terwijl de grote mogendheden hun „Sitzkrieg" uitvechten, worstelen de Europese staten om weer op de been te komen. Als dat lukt komt daarmee wellicht automatisch een einde aan de spanning tussen de grote mo gendheden en zullen we ide Sitz krieg hebben verslagen door er de ,,werk"-vrede voor in de plaats te hebben gesteld. p aul Ramadier, de Franse pre mier, heeft op de bestuursver gadering van de Socialistische partij verklaard, dat de coalitie-regering (zonder de communisten, die niet meer met dit kabinet wensen sa men te werken) in ieder geval met haar werk moet voortgaan. Frankrijk maakt een crisis door, welke misschien van meer betekenis is, dan die welke het sinds het einde van de oorlog heeft gekend. Deze crisis betreft de vraag of de loonstop, welke de regering vol strekt noodzakelijk acht, om eeh ongeremde inflatie tegen te gaan, gehandhaafd zal worden of niet. Sinds Januari heeft Ramadier ge tracht bij1 de arbeiders het besef te wekken, dat alleen door. harder werken bij het bestaande loonpeil op den duur verbetering is te be reiken. Met vakbonden was de re gering overeengekomen de loonstop in ieder geval tot 1 Juli te hand haven, om 'dam de toestand op nieuw te overzien'. Tegen die datum hoopt mem een vermeerdering van productie, zowel 'als een verlaging der prijzen bereikt te (hebben en daarmede de doel treffendheid van de gevoerde po litiek te hebben 'bewezen. Ramadier wil op de ingeslagen weg voortgaan, zonder de commu nisten, die dan in plaats van sabor teurs openlijke tegenstanders zullen zijn en de grote en kjeine partijen die behalve de communisten deel van zijn kabinet uitmaakten, zijn het daar ook mee eens. Het is voor de socialisten dan' ook geen kwestie van regeringsbeleid, maar van op portuniteit of zij het herziene mini- sterie-Ramadier zullen steunen of een kabinetscrisis zullen uitlokken. Amerika moet het verdrag met Italië bekrachtigen George Marshall, de Amerikaanse minister van buitenlandse zaken, heeft er voor gewaarschuwd dat „■de situatie in de wereld op losse schroeven zou komen te staan, in dien de Verenigde Staten het vre desverdrag met Italië niet zouden bekrachtigen. We zouden dan weer dezelfde houding aannemen als in 1920". waterschappen zijn typische voor beelden van publiek-rechtelijke or ganisaties, die de belangen van alle betrokkenen, in hecht organisato risch verband, zelfstandig beharti gen. Planten we dit idee nu over op het terrein van de landbouw, dan komen wé tot «en soortgelijke organisatie, die de belangen van alle landbouwbedrijfsgeno ten voorstaat en zodoende een groot deel van de ordenende be voegdheid van de staat overneemt. Is de realisering van dit plan van het z.g. landbouwschap een kwestie van tijd, het is goed dat elke landbouwer zich reeds nu op de verstrekkende betekenis van zulk een toekomstige organisatie gaat bezinnen, in het besef dat eminente belangen op het spel staan. Zo ais men weet, zullen 'de ver dragen met Hongarije, Roemenië en' Italië binnenkort in de Amerikaanse senaat in discussie'komen, om daar na eventueel geratificeerd te wor den. Eik verdrag moet een meerder heid! ivain tweederden van het aantal stemmen halen, en aangezien er tegen het verdrag met Italië een aanzienlijke oppositie bestaat, is het niet zeker of het vereiste aantal stemmen bereikt zal worden. Van daar Marshalls ernstige waarschu wing aan de senaatscommissie. „Uitblijven van de ratificatie zou de ernstigste gevolgen kunnen heb ben", aldus Marshall. (Hij doelt daarmee waarschijnlijk op de steeds wassende invloed van de communis ten in Italië). ,,De wereld zou alle vertrouwen in onze leiding verlie zen". Polen's voedselpositie is slecht geworden Tenzij Polen het graantekort van naar schatting 180.000 ton zeer spoe dig zal kunnen aanvullen, zullen de rantsoenen van de Polen togen Augustus tot 1000 caloriën per dag moeten worden teruggebracht. De voedseltoestand in Polen i6 WEERBERICHT Verwachting tot den avond- van 8 Mei: Vrij heldere nacht met op sommige plaatsen nevel of mist en zwakke wind, overdag iets toene mende wind1 tussen Oo6t en Zuid. Over bet algemeen zonnig en vrij warm weer met in de namiddag wat bewolking met nergens buien vorming. 8. Zon op 4.59, onder 20.14. Maan op onder 6.33. Laatste kwartier 13 Mei 9.08. Hoogwater te Zlertkzee over de maand Mei- 8. 5.20 v.m. 17.42 n.m. Hoogwater te Bruinisse 15 mm. later dan te Zierikzee. Laagwater Zierikzee 5.50 uur na hoogwater. slechter geworden, daar de zendin gen van de U.N.R.R.A., tengevolge van de strenge winter rond de Oostzee, belangrijk zijn vertraagd. Bovendien zal Polen dit jaar veel minder hulp krijgen dan het vorige jaar, daar de U.N.R.R.A. binnenkort haar werkzaamheden zal stopzetten. Bovendien moet men niet verwach ten, dat Rusland' evenveel hulp zal bieden als het vorige jaar. De boeren en meelfabrikanten heb ben echter in het geheel geen voor raad kunnen vormen, en de rege ring is reeds gedwongen geweest, het dagelijkse broodrantsoen te ver minderen van 300 tot 190 gram Daarbij 'komt, dat de broodprijzen voortdurend stijgen. Men hoopt nu, dat de cre- dieten, die' Amerika en Canada aan Polen hebben verleend, uitkomst zouden kunnen brengen. Het Aziatisch nationalisme is bezig de oude banden te ver breken. Nieuwe staten worden ge boren, die hunkeren naar eigen per soonlijkheid en zich te pas en te onpas op hun eigen individualiteit laten voorstaan. Slechts enkele van hun beste leiders begrijpen en heb ben de moed te zeggen, dat zelf beschikking en vorming van eigen staatkundige persoonlijkheid slechts zin kan hebben, indien zij is opge nomen in een hoger verband. Aldus prof. Schermerhorn voor radio-Ba- tavia op de bevrijdingsdag. De opbouw van een samenleving der volkeren binnen Indonesië is ons Nederlanders niet ingegeven door een laaghartige „verdeel-en- heers'-politiek, maar door hetzelfde beginsel, waarin gesteld wordt, dat de eenheid in een gemeenschap het steTkst is, indien ieder der persoon lijkheden van deze gemeenschap weet, dat door dit geheel tenslotte ook hef eigen individuele bestaan gediend en beschermd wordt en op de duur zelfs pas daardoor in stand gehouden kan worden. Thans zijn wij hiervan nog ver verwijderd." Volgens spreker schijnt het levens motto te zijn: „Ieder voor zich en de duivel hale de achtersten." Op deze herdenkingsdag is het echter goed zich te bezinnen op de weg, die de mensen en de volken inge slagen hebben en zich af te vragen of er geen andere weg bestaat, die naar een hoger doel leidt en meer uitzicht biedt op een duidelijke samenleving.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1947 | | pagina 1