Situatie in Indonesië wordt steeds slechter Alamein sneuvelde. Na zijn dooi verzocht zij oin een gevaarlijke op dracht in Frankrijk. Zij werd Lu April 1941 per parachute neerge laten in Frankrijk en later door de Duitsehers gearresteerd in een door de Gestapo omr.ngd huis, waar zij had gevochten tot haar krachten haar begaven. Vóór haar executie werd zij vreeselijk gemarteld, maar geen woord kwam over haar lippen. Posthuum werd haar het Britsche George-kruis verleend vooir haar' dapperheid. Schwarzhuber deelde ook mee, dat een der straffen bestond uit vijf en twintig stokslagen, toe te dienen door andere gevangenen, die extra-rantsoenen kregen. Carmen tyory, een der Zestien beklaagden, barstte in tranen uit, toen een Deensche getuige vertelde dat eiken nacht twee of drie baby's in de zuigelingenafdeeling van het kamp stierven van honger of door verstikking. 80 tot 90 procent van de baby's in deze afdoeüng stierf; op order van de directrice van het ziekenhuis, die zich onder de be klaagden bevindt, werden de baby's niet verzorgd. Stewardess redde baby het leven bij de ramp van de „City of Cairo" Eenige dagen geleden naderde een groote Constellation, de „City of Cairo", het vliegveld' Shannon in Ierland, eein der laatste voor dat het toestel de groote sprong over den Oceaan naar Amerika waagt. Plotseling zag het grondpersoneel van het vliegveld een geweldige steekvlam en de „City of Cairo" werd toegevoegd aan de lijst van verongelukte vliegtuigen. Van de 23 inzittenden bleken er 12 te zijn gedood. De redding der overigen was buitengewoon moei lijk, want het vliegtuig was terecht gekomen te midden van moerassen. De omwonenden hielpen zooveel zij konden en stelden hun roeibooten ter beschikking voor het transport der gewonden. Ook deze ramp had haar „wonderbaarlijke" redding, die van den vijf maanden ouden Char les Delaby, zoontje van een Améri- kaansch soldaat en een Fr arische moeder. Hij werd gered door de tegenwoordigheid van geest der stewardess, miss Ferguson, die den kleine door een noodluik naar be neder. gooide, toen zij merkte dat eer. ramp onvermijdelijk was. Be dekt met modder werd de baby door zijn redders gevonden en men is er in geslaagd hem in leven te houden, tot groote verheugenis vati miss Ferguson, die met de baby in hetzelfde ziekenhuis te Limerick wordt verpleegd. Ook Zwitserland moest Duitsche „gouw" worden Spionnageproces tegen Zwitsersch advocaat In de hoofdstad van het Zwit sersche kanton Graubiinden, in Chur, werd kort geleden een spionnage proces behandeld, waarvan de be klaagde, de in Oostenrijk geboren Zwitsersche advocaat Dr. Barwisch, een medeplichtige van Seyss In quart is. De zaak-Barwisch behoort tot de zwaarste spionnage-aange- legtnheden in Zwitserland. Ze werd echter eerst in den herfst 1945, dus na den oorlog, ont dekt en dan nog niet door de Zwitsersche overheden, maar door een emigrant, die gedurende den oorlog in Zwitserland vertoefde en later te Salzburg in dienst trad van het Amerikaansche bevrijdings leger. Hier werd hij belast met het ziften der documenten van Dr. Seyss Inquart en ontdekte daarbij stuk ken, waaruit klaar en duidelijk bleek, dat de advocaat Dr. Bar- wirsch te Davos, nauwe betrek kingen onderhield met Seyss In quart, Kaltenbrunner en andere nazi-functionarissen in Duitschland Sjahir dringt Een officieele Ned. woordvoerder heeft meegedeeld, dat Indonesische troepen in den omtrek van Medan Maandag laat in den avond met zware artillerie het vuur geopend hebben. De Nederlandsche troepen antwoordden met zware artillerie en brachten na drie en een*'half uur vuren de Indonesische artillerie tot zwijgen. Met het oog op de militaire situatie hebben Nederl. troepen de telefooncentrale, die voordien in republikeinsche handen was, bezet. Dinsdagochtend begon de artille rie opnieuw te vuren, terwijl buiten de stad concentraties van de Lasjkar ra'jat (volksleger) werden bericht. Naar aanleiding van deze actie heb ben Ned. troepen Kotamasoem be zet. Er werd eenig verzet geboden, waarbij aan Nederlandsche zijde een doode te betreuren was. Cjahrir heeft verklaard, dat hij nog geen officieele rapporten over de gevechten had ontvangen en er dus nog geen oordeel over had gevormd. Wel was hij van oor deel, dat de situatie in de laatste 2 maanden voort durend slechter is geworden. Hij weet dit aan het uitstel van. de onderteekening van het verdrag en hun materiaal over Zwitserland leverde, voortdurend landverraad pleegde en aan Duitschland plan nen overmaakte voor den „An schluss" van Zwitserland en de we deroprichting van het land als Duit sche gouw. Tijdens het proces te Neurenberg poogde Seyss Inquart zich als een bedrogene te doen doorgaan, doch het spionnageproces te Chur be wees duidelijk dat die misdadiger, toen hij nog te Ween en verbleef en later toen hij in Holland ver toefde, van grootsche politiek droomde en Zwitserland wilde „be vrijden" en bij het Rijk inlijven. Bij dit spionnageproces kwam dui delijk tot uiting in welken gevaar lijken toestand Zwitserland zich bevonden heeft, zonder het te ver moeden, want noch de contra-tspi- onnage noch de verschillende po lities van het Eedgenootschap wis ten wat Barwirseh in het schild voerde. Het is de ironie van het lot, dat een gewezen emigrant Zwitserland op die manier voor zijn gastvrijheid bedankte. Minister van Kleffens 31 December 1946 is Nederlandsch lidmaatschap van den Veiligheids raad geëindigd en daarmee tevens de functie van Nederlandsch ver tegenwoordiger bij dat college, den minister zonder portefeuille, rar. E. N. van Kleffens. Deze zou het verlangen koesteren, zoodra er een rustige diplomatieke post vrij komt, deze toegewezen te krijgen. Op het oogenblik bestaat er een dergelij ke vacature niet. De geruchten dat mr. van Kleffens gezant te Bern zou worden, kunnen op dit moment niet worden bevestigd. Intusschen valt uit het voorafgaande op te maken, dat binnen afzienbaren tijd mr. van Kleffens als minister zon der portefeuille zal aftreden. Ir. Louwens over het voedselvraagstuk Op de algemeene vergadering der Groninger Maatschappij voor den Landbouw haaide de heer Ir. S. L. Louwes, bijzonder adviseur van den directeur-generaal van de F.A.O., eer. en ander aan uit een uitvoerig rapport van de Food and Agri culture Organisation, waar in het minimum-niveau voor de ver schillende landen wordt aangegeven, dat bereikt zal worden, wil er van een behoorlijke voeding sprake zijn. Wanneer in 1960 de bevolking op spoed aan van Linggadjati, hetgeen, naar hij zei, de positie van hen, die naar eer. vreedzame oplossing van de moeilijkheden streven, steeds moei lijker maakt. Aan beide zijden wil len de politieke leiders een ramp als die van Vietnam voorkomen, maar dan is een snelle onderteek ktning van het verdrag in den oor- spronkeiijken vorm eerste eisch. De strijd in Medan Volgens de laatste berichten uit Medan concentreeren de extremis ten zich buiten de stad. De Repu blikeinsche leiders hebben de stad verlaten De toevoer van de water leiding van Medan is door de Re publikeinen afgesloten. De Neder landsche troepen hebben de tele fooncentrale bezet, welke centrale door Indonesiërs wordt bediënd. Van andere deelen van Sumatra en ook van Java komen berichten binnen over allerlei kleine scher mutselingen. Op de Moesi, nabij Palembang, hebben Indonesiërs een Ned. schip beschoten. Hierbij zijn twee Neder landers zwaar en twee licht ge wond. met 25 <y0 Zou zijn vermeerderd, dan zullen de minimum-weiischen van de F.A.O. zijn, dat de wereld- granenproductie moet toenemen met 21 o/o, de verbouw van bol- en knolgewassen, aardappelen etc. met 27 o/0l suiker 12 o/0, vetten 34 o/o, erwten, boonen en sojaboonen 80 o/o, groenten en fruit 163 o/0, vleesdh 46 o/0 en melk 100 o/0. Dit is alleen mogelijk als de tech niek van de landbouweconomie vooruitgaat. Dit beteek ent: meer gebruik van kunstmest, werktuigen enz. De voor den oorlog gevoerde politiek, n.l. om te trachten door beperking van de productie het vraagstuk op te lossen, was in wezen in strijd met de werkelijke behoeften van de wereld. Men moet niet wachten tot het verschijnsel van overproductie zich voordoet, men moet te voren trachten vast te stellen of er kans is op een, economischen storm. Rede van prof. Gerbrandy Scherpe critiek op hei kabinet In een op Donderdagavond j.l. uit gesproken radiorede heeft prof. Gerbrandy in zijn kwaliteit van voorzitter van het Nationaal Comité handhaving der Rijkseenheid in zeer scherpe woorden gesproken over „den ernstigen toestand waarin wij ons bevinden na en in verband met het resultaat der debatten in de Tweede Kamer over Linggadjati." Na het goed recht bepleit te heb ben in de oppositie te blijven tegen een gang van zaken die onze con stitutie bedreigt, concludeerde prof.' Gerbrandy dat het aangaan van een wederzijdsche verbintenis met de republiek Indonesia in wezen een grondwetsverandering beieekent. Het schept uit eigen grondgebied een staat, die onze grondwet niet kent en gaat dan met dien staat een binding aan, welke de grondwet niet toelaat Men gaat in den zadel helpen de in zonde van het Japansche fascisme ontvangen en in de on gerechtigheid van terreur geboren republiek. Zij zal heerschen over de bewoners van Java, Sumatra, Madoera, officieel. Of men die structuur al camoufleert met een pseudo-grondwettelijke gevel, ver andert niets aan het feit, dat men het bestaande koninkrijk denatu reert. De daad, welke aan deze repu bliek officieele macht en gezag gaat verleenen met alle daaraan verbon den consequenties, wordt niet grond wettig door in een motie te zeg gen, dat ze grondwettig moet zijn. Men negeert alle groepen en stre vingen, die daarvan niets moeten hebben. Men waagt 85 procent der bevolking van Nederlandsch-Indië aan dit avontuur. Fel liet spr. zich ook uit over de houding van Dr. van Mook. Onze grondwet, zei hij, wordt in werkelijkheid gewijzigd door één Nederlander, n.l. Hubertus Johan nes van Mook, die misschien meent dat het zoo moet, maar in wiens hart zeker onze constitutie niet leeft. Na enkele constructieve gedachten uitgewerkt te hebben, sprak prof. Gerbrandy zijn ergernis uit over de wijze waarop gesold wordt met de koninklijke rede van 1942. Onzen gezant van Franco wegroepen en Soekarno tot heerschappij brengen, wie snapt van dit beleid neg iets? De Spoorwegen in 1946 Het afgeloopen jaar is er door de Nederlandsche Spoorwegen hand gewerkt. Van de 21 groote bruggen werden er 15 vernield. Aan het be gin van 1946 waren er 4 gerepa reerd. In den loop van het jaan werden vrijwel alle hersteld en her opend. De nog niet gerepareerden, die te Zaltbommel, Hedel en Slie- drecht zullen aan het begin van 1947 gereed zijn. Gemiddeld is er nu 80 procent van de vooroorlog- sche capaciteit door de werkplaat sen bereikt. Aan het herstel van de 72 vernielde stationsgebouwen werd hard gewerkt. Het aantal trei nen, dat op werkdagen rijdt, steeg in 1946 van 924 op 1544. Voor de spoorwegen was 1946 een jaar, waarin teleurstellingen en tegensla gen niet ontbraken, maar waarin voldoening over hetgeen bereikt werd overheerscht. Brug over de Eendracht De hoofdingenieur-directeur van den rijkswaterstaat in de directie Zeeland maakt bekend, dat gedu rende de montage van de brug te Tholen de scheepvaart door die brug verboden is met uitzondering van de tijden waarop weinig stroom gaat, hetgeen als regel het geval is van een half uur voor tot een halt uur n a laagwater. Gedurende den tijd, dat de scheep vaart verboden is, zullen op de brug de daarvoor in het aLgemeen reglement van politie voor rivieren en rijkskanalen genoemde seinen worden getoond. Van het restant van de in Ame rika aangekochte schoenen, 360.000 paar, zullen 200.000 paar aan de noodgebieden worden verstrekt ai de overige 160.000 onder de winke liers worden verdeeld. Heden eindigt de verkoop van de nieuwe kinderzegels, welke voor frankeering geldig blijven tot 31 December 1947. Op 31 Januari a.s. worden van wege de Vereeniging „Het Ned. Trekpaard" te Goes hengstenkeurin- gen gehouden. Op 9 Januari komt de Eerste Kamer in openbare vergadering bij een. Dan is o.m. aan de orde eet* naturalisatie-ontwerp voor 20 per sonen die hun Nederlanderschap verloren, doordat zij deelnamen aan den Spaanschen burgeroorlog. Uit een 20-tal plaatsen van Pa lestina worden aanvallen van Jood- sche terroristen op Britsche troepen geme'd. In Jeruzalem werden vuur- gevechten geleverd tusschen Jood- sche verzetslieden en Engelsche militairen. Toen de Fransche minister van Koloniën, Motet, te Hanoi aankwam, werd hij door scherpschutters on der vuur genomen, doch de minis ter bleef ongedeerd. Na een onderhoud met Sjahrir verwachtte dr. van Mook dat do ongeregeldheden op Sumatra spoe dig zouden ophouden.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1947 | | pagina 2