ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE MAANDAG 21 OCTOBER 1940 OPGEW De Kern ABONNEMENT Erlja 11.60 p. kwartaal, Bulten Zierikzee 11.80. Voor het buitenland 110.00 p. Jaar. Afzonderlijke nummeri 6 cent. Ver- ■chijnt dagelijks, behalve Zondags. Uitgave: N.V. de Zierikzeesche Nieuwsbode, Zierikzee, Schuithaven B 94 Tel. 32, Postgiro 137677 - Dir.: A. J. de Looze - Uitg.-Red.: M. J. Kosten 97STE JAARGANG No. 14472 ADVERTENTIES ErIJs: SS cent per regel, minimum 80 cent, BIJ contract speciale prijzen. Grootte der letters naar plaatsruimte. „Succesjes" 60 cent. Inzending tot 's morgens 10 uur POLITIEKE ASPECTEN De maritieme verhoudingen in het verre Oo»t-Azië Kon men aan het begin van den tegen- wotordigen oorlog nog spreken van een overwicht van de vereenigde Engelsch- Amerikaansche vloot op de Japansche thans is de toestand geheel anders. De Engelsche vloot was, bij gelegenheid van het conflict in de Europeesche concessie in China, dat men „zich genoodzaakt zou kunnen zien, de Home-fleet naar het Oosten te zenden, ter bescherming van (de Britsche belangen", reeds lan gen tijd niet sterker dan een kruiser- eskade met vliegtuigdragers, torpedo jagers <èn duikbooten. Hiervan moesten nog verschillende eenheden worden afge staan ter versterking van de Middel- landsche Zee-vloot. Ook de kanonneer- booten verdwenen van de Yangtse. Bij den tegenwoordigen toestand van den oorlog, laten zich moeilijk omstan digheden denken, waaronder Engeland weder in staat zou zijn, een grootere zeestrijdmacht op de been te brengen. Ditzelfde kan van Amerika worden gezegd. Zooals algemeen bekend staat de Ame- rikaansche marinepolitiek in het teeken van een Japansch opdringen naar den Westelijken Stillen Oceaan. In verband hiermede werd Hawaï (Pearl Harber) danig versterkt en volgde de inrichting van luchtsteunpunten op de Midway, Wake- en Palmyra-eilanden. In het Zui den volgde de inbezitneming van de Phenix-eilanden, ondanks de tegenwer pingen van Engeland, waarmede men evenwel tot een compromis kwam. In het Noorden worden versterkingen aangelegd op de Aleoeten (Dutch Harber). Het na deel van al deze bases is echter, dat zij zoo ver van elkaar verwijderd liggen; meer dan 1000 zeemijlen. Een blokkade van Japan met zulke enorme gapingen zou natuurlijk nooit zijn door te voeren, zelfs niet wanneer men daarbij gebruik maakte van Singapore. Zelfs een vijandelijk Singapore, dat toch altijd nog 1440 zeemijlen van Hong kong verwijderd ligt, vormt een groot gevaar voor Japan, dat overal over ge wichtige observatieposten beschikt. En wat te zeggen van een tocht van Hawaï naar de Philippijnen meer dan 4000 zeemijlen? Amerikaansche deskundigen zijn het al lang eens over het risico van een der gelijke onderneming en over het ont breken van een veilig eind- en steun punt. Reeds twee maal probeerde het Amerikaansche ministerie van Marine het eiland Guam te versterken; doch twee maal ook weigerde het Congres, hierin toe te stemmen, uit bezorgdheid, dat Japan dit zou opvatten als een vijande lijke daad. Deze bezorgdheid valt zeer goed te begrijpen, want Guam ligt in de Japansche Mariannen. De versterking van Guam werd door den spreker van het Japansche ministerie van Marine als een „uitdaging" be schouwd en zou zeer zeker in een periode van spanning als thans bijna niet denk baar of door te voeren zijn. Sedert enkele dagen zijn de Japan sche troepen in China een nieuw offen sief begonnen, dat het voorspel vormen moet voor de noodzakelijke liquidatie van den Chineeschen oorlog. Over een 30 kilometer breed front hebben de Japanners van hun bases in Anwei en Tsjekiang, den strijd aangebonden met twintig Chineesche divisies. Van de oevers van den Jangtse tot aan die van den Tsien-tang strekt zich het geweldige nieuwe front uit. Bovendien bombardee ren Japansche marine- en legervliegtui gen Cfcineesche centra verder in het binnenland. Het „incident" bij de Marco Polo-brug in den zomer van 1937 breidde uit tot gevechten, tot een reeks min of meer regelmatige veldslagen en eindelijk tot een grooten Japanschen veldtocht in China. Telkens en telkens werden Chinee sche legers verslagen, telkens en telkens herstelden zij zich weer, en weken de scharen van Tsjiang Kai-sjek verder terug. Naarmate de Japanners meer het binnenland indrongen, werden hun ver bindingslijnen langer, werd het moeilijker het land tusschen de strategische punten in gelegen, te beheerschen en kostte het tot een grooten oorlog uitgegroeide inci dent aan Japan meer en meer menschen, materiaal en geld. Intusschen bleven de Chineesche gueril- la-troepen voortdurend de Japanners hin deren en belemmerden zij den invaller uit het veroverde deel van het land het volle voordeel te trekken. Na de eerste successen der Japansche legers, nadat 1 een deel van het onmetelijke land mili tair in hun macht was gekomen en Tsjiang Kai-sjek zijn regeeringszetel naar het diep in het binnenland gelege Tsj oen kin g had overgebracht, ver slapte de strijd. Ongeveer twee jaar gin gen voorbij zonder dat de oorlog uit een sleepend stadium kwam. i De Europeesche oorlog, de verzwakking van Frankrijk en Engeland in het Verre Oosten gaven Japan, mits het zich tegen anderen min of meer kon dekken, nieuwe kansen in China. Deze dekking kreeg het door het sluiten van het Drielandenpact en het weder actief optreden tegen Tsjiang Kai-sjek is daarop dan ook spoe dig gevolgd. Troepen in Indochina, i van wier activiteit nog niet veel wordt vernomen, doch die op het juiste mo- ment moeten worden ingezet, bedreigen Tsjiang Kai-sjeks toegangsweg naar Bir ma, nadat de weg door Indochina was afgesneden. Met die dreigende Japan- I sche legermacht in het zuiden moet hij nu het hoofd bieden aan een nieuwen i geweldigen aanval van Oost naar West, waarin de Jangtse een extra bedreiging vormt. Want langs dien grooten water- weg is Tsjoenking te bereiken, al ligt de stad nog vele honderden kilometers van het huidige front af. DE JAPANSCH-INDISCHE ONDERHANDELINGEN over de levering van petroleum Naar te Bandoeng verluidt aldus United Press zouden de besprekingen tusschen Nederlandsch-Indië en Japan in een impasse zijn geraakt, daar de Japanners groote hoeveelheden ruwe olie verlangen, terwijl de Nederlandsch- Indische autoriteiten slechts geraffineer de olie naar Japan willen exporteeren om de Nederlandsch-Indische raffinade rijen in bedrijf te kunnen houden en het daarin geïnvesteerde kapitaal te bevei ligen. l |g[:gj Van officieele zijde wordt evenwel met den meesten nadruk 'ontkend, dat Japan druk op Nederlandsch-Indië zou uit- J oefenen. Men weigerde nadere uiteen- zettingen over den stand der onderhan- i delingen te geven. De onderhandelingen worden tusschen particuliere oliemaat- I schappijen, namelijk de Royal Dutch Shell en de Standard Vacuum Oil «enerzijds, j en de Japenneezen anderzijds gevoerd. De correspondent te Tokio van de „Deut- i sche Allgemeine Zeitung" seinde aanzijn blad: j - j De Japansche onderhandelingen met j Nederlandsch-Indië zijn, niettegenstaande een optimistisch communiqué eigenlijk nog geen stap verder gekomen, hoewel van niet-officieele zijde is gemeld, dat j over petroleumleveranties een overeen- komst zou zijn getroffen. In de Japansche openbare meening valt langzamerhand een zekere ongerustheid te constateeren over de vermeende uit- I stelpolitiek der Nederlandsch-Indische re- j geering, welke misschien een ongunstige j uitwerking zou kunnen hebben voor Oost- I Indië. i |l De verklaring der Nederlandsch-Indi sche regeering, dat het niet in de bedoe ling ligt aan de Engelschen of Amerii- kanen in het Oostaziatisch gebied steun- punten voor de vloot te verleenen, heeft op politiek gebied ten minste een ge ruststellenden invloed uitgeoefend, i Dit bericht van den Duitschen corres pondent mag van belang geacht worden, in verband met telegrammen van pers agentschappen, die wisten te berichten, dat Japan met Nederlandsch-Indië een overeenkomst zou hebben gesloten over petroleumleveranties, welke 40 pet. van de totale Japansche behoefte zouden uit maken. Deze berichten werden tot nu toe niet bevestigd. i -aasgggg Op grond van de resultaten van het tot dusver ingestelde onderzoek hebben de speciale commissies van onderzoek van het hof van cassatie en van het ministerie van justitie de gevangeneming gelast van een aantal hoogwaardigheids- bekleeders van het regiem-Carol. Het gaat hier om den vroegeren minis ter van openbare veiligheid generaal Ma- rinescu, den vroegeren commandant van de gendarmerie, generaal Bengliu, kolo nel Zeciu, kolonel Macovearu en denma- i joor der gendarmerie Dinulescu. Hun wordt ten laste gelegd verantwoordelijk te zijn voor den moord op Codreanu en zijn aanhangers. ICHICO KOBAYASHI, de leider der Japansche missie in Nederl. Oost Indië, waar de besprekingen over de petroleumleveranties worden gevoerd. Duitsch weermachtsbericht Dover door verdragend geschut beschoten Het opperbevel van de Duitsche weer macht maakte Zaterdag bekend: Duitsche duikbooten hebben de laat ste dagen 31 vijandelijke koopvaardij schepen met gezamenlijk 173,650 b.r.t. in houd tot zinken gebracht. Hiervan wer den 26 schepen uit krachtig beschermde konvooien weggeschoten. Het luchtwapen zette zijn vergeldings- aanvallen op de Britsche hoofd stad ondanks de ongunstige weersge steldheid voort. Daarbij gelukte het, een belangrijke installatie van de waterleiding te vernielen. Bij aanvallen op andere plaatsen in Zuid-en Midden-Engeland kreeg een wapenfabriek verscheidene zware treffers. In troepenkampen werden barakken en tenten vernield. In een kamp vielen bommen ,op aangetreden man schappen. Ook des nachts ondernamen zware ge vechtsformaties aanvallen op Londen met talrijke bommen van allerlei kaliber en verwoestten haven- en industriecomplexen ten Noorden en Zuiden van de Theems. Andere aanvallen waren gericht op de havenwerken van Liverpool en op wapenfabrieken in Birmingham, welke tal rijke branden tengevolge hadden. Duit sche zeestrijdkrachten gingen voort met het leggen van mijnen in de Britsche kustwateren. Vijandelijke torpedomotor- booten, welke Duitsche bevoorradings schepen trachtten te naderen werden ver dreven en trokken zich met gebruikma king van de mist terug. Duitsche marine-artillerie en vèrdra- gend geschut van het leger bestreden met succes vijandelijke kustbatterijen en be schoten de havenwerken van Dover. Bij nachtelijke vluchten naar Noord- en West-Duitschland wierpen eenige Brit sche vliegtuigen op verscheidene plaat sen bommen zonder schade te veroor zaken aan militaire inrichtingen. Daaren tegen worden weer talrijke woonhuizen getroffen. Twee eigen vliegtuigen zijn niet teruggekeerd DISTRIBUTIE VAN KAAS E«n ons kaas per persoon per week De secretaris-generaal, wnd. hoofd van het departement van landbouw en vis- scherij deelt mede, dat op heden Maan dag 21 October een aanvang zal worden gemaakt met de distributie van kaas. Onder kaas wordt verstaan alle soorten binnen- en buitenlandsche kaas, ook smeerkaas, echter met uitzondering van de z.g. kwark. Gedurende de eerste distributieperiode welke zal loopen van Maandag 21 Octo ber tot en met Zondag 27 Optober a.s., geeft bon no. 26 van het algemeen distri butiebonboekje recht op het koopen van één ons kaas. Met nadruk wordt er ech ter op gewezen, dat deze bon ook ge durende de daarop volgende week, dus van Maandag 28 October tot en met Zondag 3 November a.s. geldig blijft, terwijl tevens gedurende laatstbedoelde week een nieuwe bon zal worden aange wezen, welke eveneens recht zal geven op het koopen van één ons kaas. Kleine gezinnen, welke anders slechts gesneden kaas zouden kunnen koopen, kunnen door eerst de tweede week hun bonnen in te leveren, op deze wijze toch een stuk kaas koopen. REDE VAN Dr. H. COLIJN O-er het samengaan van C.-H. en A.-R. partij Naai- „De Standaard" mededeelt heeft de oud-minister dr. H. Colijn te Rotter dam een rede gehouden voor een ge combineerde vergadering van de A.R.- Kiesvereeniging aldaar en de Kamerkies- kring der C.H.-Unie. Aan deze rede is het volgende ontleend: Dat het verleden na de gebeurtenissen van Mei met een critisch oog moet wor den bezien, behoeft op zichzelf geen ver wondering te baren, maar wel is er aan leiding tot die verwondering, wanneer men over den dag van 10 Mei hoort spre ken, als over den eersten dag van een nieuwe schepping. Natuurlijk -is dat een dwaze zienswijze. Maar aan den anderen kant moet men de zaken ook niet zoo zien, alsof men na het einde van den oorlog op onver anderde wijze zal gaan doorwerken. Dat is even onjuist. Overigens heeft spr. er bij vorige ge legenheden reeds uitvoerig op gewezen, dat 't afbrekend oordeel over het verle den in menig opzicht volkomen onjuist moet worden geacht. Dat verleden had zeker gebreken, maar met die gebreken zijn de resultaten op bijna elk terrein zóó geweest, dat Nederland, waar het niet heelemaal aan de spits stond, toch in elk geval een eereplaats onder de volkeren innam. Het komt spr. voor, dat dit besef thans algemeener is dan een paar maanden geleden, al mag dit er nu ook weer niet toe leiden om dat verleden onveranderd terug te wenschen Na de waarschuwing, om nuchtere z 'a k e 1 ij k h e i d te betrachten, wenscht spr. er daarentegen evenzeer den nadruk op te leggen, dat men niet bang moet zijn voor hervormingen, die werkelijk noodzakelijk blijken. Spr. zelf althans be hoort tot degenen, die openstaan voor iedere noodzakelijke of wenschelijke her vorming. Alleen is hij niet zoo hervor mingsgezind, dat hij met het grijpen naar het nieuwe zou willen prijsgeven het goede, dat het verleden ons heeft ge bracht. Onder dit voorbehoud zal men de toekomst moedig onder de oogen moe ten zien, onszelf niet bedriegend door de oogen te sluiten voor wat om ons heen plaats grijpt. Voor Chr. Historischen en Antirevolu- tionnairen moet het mogelijk zijn een lijn te ontdekken, die gevolgd moet worden bij de oplossing van vragen, die er reeds zijn en die er straks nog zul len komen. Vanuit een aldus verkregen eenheid van visie kan men dan de hand uitstrekken naar samenwerking met anderen op het punt van staat kundig en maatschappelijk beleid, waar bij eenzelfde doelstelling aanwezig is. Spr. besloot met te zeggen, dat de bange tijd nog niet voorbij is, dat het einde van de moeilijkheden nog niet in het zicht is en dat wij daarom goed zul len doen ons te stalen door ons sterk geloofsvertrouwen. DE AMERIKAANSCHE PR(ESIDENTS- VERKIEZINGEN. In tegenstelling met de veelvuldig Verspreide meen in g, dat Roo sevelt bijl de a.s. verkiezingen vjoioir het presidentschap zal over wannen, verklaar de de uitgever van het Washingtomsehle tijdschrift „Pathfinder", Emil Hurja, dat Roosevelts republikeinsche tegencandidaat Willkie met een meerderheid van IV2 tot 3 millioen stemtnlen zal zegevieren. Emil Hurja heeft doioir zlijln rake voorspellin gen over de verkiezingsuitslagen van 1932 en 1936 in de Ver. Staten een nationale bekendheid verworven. (P.I-B-) De maritieme machtsverhoudin gen in het Verre Ooiten van Azië Hervatting van den oorlog door Japan tegen China Een ons kaas per persoon per week. Prijsregeling voor de zuivel Verhooging van de meelprijzen Wit en bruin brood duurder Dr. H. Colijn over een mogelijk samengaan van C.-H. en A.-R. DE VERDUISTERING In het belang van de naleving van de bepalingen ten aanzien van de verduis tering. Zonsondergang 21 Oot. 18 nnr 32 min. Zonsopgang 22 Oot. 8 uur 19 min. 22 Oot. Maan op: 21,14 Maan onder: 12,00 Hoog- en Laagwater te Zierikzee Hoogwater; Laagwater: 22 Oot. 5,47 18,05 11,32 Bfj de vroeger geldende tijdsaanwijzing dient 1,40 uur te worden bijgevoegd. WIT- EN BRUIN BROOD WORDT DUURDER Verhooging van broodbloem en -meel De secretaris-generaal, waarnemend, hoofd van het departement van landbouw en visscherij, maakt het volgende benend: Zooals bekend is en ook reeds bij een vorige gelegenheid werd medegedeeld, heeft de overheid er sinds het uitbreken van den oorlog in Augustus 1939 steeds naar gestreefd door haar prijzenpolitiek een stijging van de prijzen voor de eerste levensbehoeften zooveel mogelijk te voorkomen. Daar echter de richt prijzen voor den oogst 1940 over de geheele linie zijn verhoogd, moet thans worden overgegaan tot een p r ij s v e r- hoog.ing van tarwe en rogge, welke producten de grondstoffen zijn voor de broodbereiding. Aangezien intusschen ook de bakkerij- kosten door de oorlogsomstandigheden aanmerkelijk zijn gestegen en ook deze kosten uiteindelijk in den broodprijs moe ten worden verdisconteerd, heeft de over heid besloten om niet de geheele richt- prijsverhooging bij de prijsbepaling van bloem en meel in rekening te brengen, teneinde de noodzakelijke prijsstijging van het brood zoo klein mogelijk te doen zijn. Een en ander heeft geleid tot de vast stelling van de volgende prijzen met ingang van 21 October 1940, alles onder de gebruikelijke verkoopsvoorwaarden Tarwebloem f 16,20, tarwemeel f 14,05, roggebloem f 16,20 per 100 kg. Op grond van het bovenstaande moet worden verwacht, dat de broodprijsstij ging als gevolg van de vermelde factoren tot 1 leent per brood van 800 gram be perkt zal blijven. Het droge stofgehalte van bruinbrood (tarwebrood) zal bovendien worden ge lijk gemaakt aan dat van wittebrood, zoodat per eenheid meer meel in dat brood moet worden verwerkt dan tot nu toe. Tengevolge hiervan kan de prijs voor dat brood maximaal één cent meer stijgen, zulks echter met dien ver stande, dat bruinbrood in geen geval duurder mag worden dan wittebrood. De overheid zal er evenwe\ door het geven van restitutie voor zorgdragen, dat voor zuiver roggebrood de oude prijs kan worden gehandhaafd. In het algemeen zal deze prijsverhoo- ging ook niet van invloed zijn op den prijs van overige bakkerij-artikelen (ge bak e.d.) De Duitsche overheid heeft bekend ge maakt, dat de in Frankrijk geïnter neerde krijgsgevangenen pakketten mo gen ontvangen, elke maand een vaji vijf kg inhoud. Binnenkort zullen bijzonder heden worden meegedeeld hoe de fa milieleden der krijgsgevangenen brieven en pakketten aan de krijgsgevangenen kunnen zenden. 1

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1940 | | pagina 1