WATERSCHAP .SCHOUWEN" Buitengewone algemeene vergadering gehouden op Donderdag 18 Juli Voorzitter de heer S. J. Gast. Af- Iwezig met kennisgeving Jhr. A. vain- Cit- ters. Overigens zijn alle heeren present. Tot onderzoek der geloofsbrieven van de nieuw benoemde hoofdingelanden^ de heeren P. L. Vis en C. J. van Schelven benoemt de voorzitter een commissie, b staande uit de heeren van Gastel, Vriv- sendorp en Verbeek, tijdens (welk onder zoek de voorz. de pas geopende open bare vergadering schorst, totdat de com missie met de haar opgedragen taak ge reed kwam. Bij de heropening brengt de heer van Gastel rapport uit, waarin voorgesteld wordt tot toelating der ge noemde heeren te besluiten. Conform dit advies wordt dan ook besloten, waarna op verzoek van den voorzitter de ont vanger-griffier de «nieuw benoemden' de vergadering binnenleidt. Staand© voor de tafel der heemraden léggen zijl de bijl d© wet vereischte eeden af, bij' welke plechtigheid de hoofdingelanden zich van hunne zetels verhieven, om weer plaats te nemen als de voorzitter de nieuw- benoemdeo als volgt toespreekt: Mijne Heeren, U hebt zoo juist uw eed afgelegd en daarmede beloofd de belangen van Schou wen in al zijn vormen te zullen behar tigen en u hebt dat moeten doen in een zeer bijzonderen tijd. Vooral in dezen tijd is dit geen ge makkelijke taak. Het is thans geen tijd om veel te praten, zeker ook niet om voorspellingen te doen, maar ons werk moet zijn voort gang hebben. U beide zijt nog jong en u kunt nog vele jaren onze zaak dienen. Daar om wensch ik u, ik heb dat persoonlijk reeds gedaan, namens deze alg. verga dering, geluk met uwe benoeming tot Hoofd-Ingeland van het Waterschap Schouwen. U, meneer Vis, is wethouder der ge meente Haamstede. U weet dus uit ondervinding hoe moei lijk het op dit oogenblik is om bestuur der te zijn. U, meneer van Schelven, is Raadslid van Brouwershaven, ook| u weet, dat tel kens en telkens zich vragen voordoen die een oplossing vragen. U beide weet ook, dat er velen naast u staan, die meenen alles beter te kun nen dan u jdat kunt, maar u zult er zoo goed als ik van overtuigd zijn, dat wan neer u eenmaal een zaak tot oplossing hebt helpen voorbereiden, dat u het beste daarvoor naar uwe meening hebt gekozen. Ik hoop, dat u het Bestuur van Schouwen ook zoo wilt bezien.. Ik zeg dit niet om een slot op uw mond te leggen. Integendeel, ik hoop, dat uwe critiek en naar ik hoop, uwe opbouwende critiek, aanleiding zal kunnen zijn, dat wij tezamen onze zaken in het belang van ons Waterschap op de beste wijze zullen weten te behartigen. Meneer Vis, uw familienaam komt voor in het aloude Schouwen; uw overgroot vader, n.l. de heer W. Vis Pz. was Hoofd ingeland van Schouwen. Ook uw groot vader de Oude en uw oom de Oude zijn nauw bij ons Waterschap betrokken ge weest; de eerste als Hoofd-Ingeland, de tweede als Heemraad. Allen zijn zeer verdienstelijke mannen voor ons Water schap geweest. Ik hoop dat men dit later ook van,' u zal kunnen zeggen. Meneer van Schelven, uw vader werd in 1913 Hoofd-Ingeland en bij zijn in stallatie deed hij de voorspelling, dat hij het kort zou zijn. In 1917 bedankte hij inderdaad. Waarom weet ik niet. Ik spreek den wensch uit, dat u meer dere jaren met veel belangstelling onze vergaderingen zult bijwonen. Ik geef u de verzekering, dat uw Bestuur in alle vriendschap met u hoopt samen te werken in het waarachtig be lang van ons Waterschap. Ik hoop, dat wij op uw beider medewerking mogen rekenen. Ik verklaar u hiermede voor geïnstal leerd en ik verzoek plaats te nemen op de voor u bestemde zetel. De nieuw© hoofdingelanden1 nemen de daarop voor hun bestemd© plaatsen in, waarna eerst de heer Vis en daarna de heer van Schelven den voorzitter da^k zeggen voor de Welwillende woorden ge. sproken bij! hun installatie. Hoofdingeland'Krepel herdacht D© voorzitter verzoekt dan opnieuw) de heeren op te staan, teneinde, een Woord ter herdenking aan te hooren in verband met het verscheiden van den heer M. K. Krepel. De voorzitter sprak als volgt: Mijne Heeren! Na onze laatste samenkomst is ons wederom een lid van onze algemeene vergadering ontvallen. Op 1 Juni j.l. n.l. overleed de heer Krepel, die 17 jaren onafgebroken Hoofd-Ingeland van ons Waterschap is geweest. De heer Krepel werd n.l. in de April- vergadering van 1923 geïnstalleerd., een Hoofd-Ingeland dus, die ik nog een vijf tal jaren als collega en later als voor zitter heb medegemaakt. De heer Krepel was een belangstellend lid in onze vergaderingen, iemand, wien het niet was aangeboren zijn meening, zooals men dat wel eens noemt, onder stoelen of banken te steken. Met de zelfde belangstelling hebben wij vaak zijne peroraties kunnen aanhooren en af gescheiden of wij het met hem eens waren, hadden wij als eerlijke menschen zijn meening te waardeeren. Thans rust op mij de plicht Tiern dank te brengen I voor alles wat hij in het belang van ons 1 Waterschap heeft gemeend te moeten j doen Uw bestuur heeft hem ook namens 1 u de laatste eer "helpen bewijzen. Zijn nagedachtenis leve bij ons voort. Voorzitter memoreert dezen tijd Nadat de heeren Weer zijln gezeten houdt do vooiTzitter de volgende toe spraak- Mijne Heeren Toen ik zooeven onze beide nieuwe leden installeerde, heb ik gezegd: wij beleven een bijzondere tijd. Het is geen tijd van praten, ook niet om voorspel lingen te doen, maar onze zaken moeten z'n voortgang hebben. Ook daarvoor zijn wij thans bij elkaar, waarvan u straks meer zult hooren. Het is niet miin be doeling om lang stil te staan bij al dat bijzondere, maar ik herinner mij de Sep- tembervergadering van het vorig jaar, waarin ik ook heel even de algemeene toestand >met u besprak en ik den wensch uitsprak, dat wij een spoedigen vrede zouden beleven. Dit alles heeft niet zoo mogen zijn. Integendeel, het betrof toen de oorlog, waarin wij toen nog niet betrokken wa ren, doch op 10 Mei j.l. werd dit anders en u allen weet zoo goed als ik, wat daarvan het gevolg is geweest. Wijl (w'areii zob gaarne Nederlander ge bleven. Het heeft miet zoo mogen zijln ©n Iwljl zijin alHen zopals wij hier zitten, ©en geslacht géworden -dat veel1 heeft meegemaakt. Wanneer ik begin bii het jaar 1900, be leefden wij een tijdvak waarin een- te- 1 v-reden mensch leefde. Daarop volgde de oorlog 1914—1918, met al z'n gru welen en moeilijkheden en daarna een tijdvak tot 1928, waarin en waarna men het woord tevrreden niet meer kende. Daaro pvolgde een tijd van wisselin gen, die fhen het beste kan bestem pelen met het woord malaisetijd. En toen men aan dat alles, hoe on- v gaarne ook, was gewoon geraakt, kwam de groote slag. j Ook wij moesten aan den oorlog deel- nemen én thans zijn wij door Duitsch- land overwonnen. Wie had dit enkele jaren geleden kunnen denken? Ik vraag u af, is het wonder, dat ik u zooeven zei, er is geen geslacht, dat zooveel heeft meegemaakt als wij? Laat ik met u den wensch mogen uiten, dat de oorlog spoedig tot het verleden behoort; doch dat er straks uit dit alles iets wordt geboren, dat beter is dan wij tot heden hebben mo gen beleven, niet alleen voor onszelf, doch ook voor het waterschap. j. Ontwatering Zuidhoek 1 Aan de iarde is thains de hoofdschotel der agenda, m.l. de 'bespreking pver de ontwatering van dejn Zuidhoek, met het voorstel van het Dag. Bestuur, dat tot aanneming van het voorstel, (naar aan- j leiding van het rapport van den iïige- nieur, adviseert. i D© voorzitter herinnert aan de circu- laire die de heeren hebben .ontvangen over de bemaling van den Zuidhoek. Reeds lang iwas het bestuur piver den molen ter plaatse niet uiterst content, totdat kort geleden, fwaarschijnlijSk ten- gevplge van het vallen van blommen in de nabijheid van den molen.1, de instal latie den schok niet heeft kunnen door staan, waardoor de molen brak. Thans moet er een andere installatie worden gemaakt, opdat dien polder weer droog gemalen kan worden. Voor een tij'delijke voorziening heeft het bestuur in de Beem- ster een pocmpinstallatie kunnen huren, na overleg te hebben gepleegd met alle mogelijke colleges. De gehuurde oliemo- 1 tor draait en werkt goed, maar koopen 1 kon men de installatie niet. De ingenieur heeft een rapport samengesteld, waar- mede het Dag. Bestuur zich vereenigt. 1 Het beste leek een electrisch contact gemaal op de Oosthavensluis. De heer Panny herinnert er aan,dat vroegere berekeningen hebben uitgewe- zen,"dat de Val de gunstigste plaats was, waar de bemalingsinstallatie kon worden gezet, terwijl men dan bovendien kon blijven beschikken over de uitwaterings sluis aan den Oosthavendijk, in geval van storing van de pompinstallatie. Spr. vraagt zich af of het verstandig is de Oosthavensluis dicht te maken, omdat men dan ook de achterdeur dicht doet. Bovendien is spr. bang, dat bij bedel ving van de toestroomingskanalen de Oosthavendijk een verzwakten voet krijgt De voorzitter antwoordt dat het D.B. dit natuurlijk ook onder het oog heeft gezien, nu heel de molen met toebehoo- ren is versleten. Het electrisch gemaaltje dient echter op de Oosthavensluis ge bouwd te worden, omdat het daar het meeste rendement geeft. Over vermin deren steun van den dijk behoeft de heer Panny zich niet ongerust temaken De heer den Boer is het niet eens met het in het rapport naar voren gebrachte, dat de ontwatering veel te wenschen overlaat; dat is niet zoo erg als het schijnt. De nieuw te maken kosten van f8000 kan hij dan ook niet zoozeer bil lijken, vooral niet Sis hij leest, dat de molen langzamerhand versleten raakt. Het verwondert hem dat nu de molen heeft gecapituleerd, dat er ook niet van we deropbouw wordt gesproken. Met f2000 herstelkosten meent spr. dat men een heel eind zou komen. Wanneer hij ver der leest, dat de nieuw te maken elec- trische installatie 25 M3. polderwater per minuut in de haven zal storten, dan heeft spr. daar ook wel bezwaren tegen. Voorts wijst spr. op den bouw van het gemaal in den Osse, dat pok veel duurder werd, dan oorspronkelijk was geraamd. Bij het graven en breken kan men voor ver rassingen komen te staan. De breuk in de as had men moeten constateeren. Een duidelijke omschrijving voor het herstel van den molen, naast het rapport, zou hem aangenaam zijn, weshalve hij niet direct tot het maken vap een nieuw ge maal over wenscht te gaan. De voorzitter herinnert er aan, dat aan het voortdurend onderhoud van den metallieken molen, in den loop der jaren veel geid is verdiend. De zaak weer opknappen, nu het versleten is, acht hij ongewenscht. Hij bestrijdt den heer den Boer dat de overlast van binnenwater in den Zuid hoek niet zoo erg zou zijn. Juist daarom is men met het plan gekomen. Spr. schat de totale onkosten op rond f 10.000. Hij geeft dan het woord aan deri ingenieur ter verdediging van zijn rapport. Deze antwoordt den heer den Boer op de door hem gedane opmerking over het ge maal aan den^Ósse, dat hij het. Ossege- maal raamde op f 80.000, terwijl prof. Visser het op^ f36000 had geschat. Maar er kwam nog een zelfde bedrag' bij, zoo dat spr. het bij het juiste eind heeft ge had. Den heer Panny antwoordt hij, naar aanleiding van diens opmerking over het dichtmaken van de Oosthavensluis, dat voor goede loozing, alle drempels van de poldersluizen zouden moeten verlaagd, als gevolg van (de inklinking van den bodem in den polder. Ter voorkoming van storing in de bemaling maakt men in groote polders twee gemalen, maar dat is hier niet noodig. Wat het bezwaar van den heer Panny, inzake den havendijk betreft, het gemaal wordt zoo gemaakt, dat uitschuring-, van het stortbed niet plaats heeft. De opmerking van den heer den Boer over de breuk van de as, kan hij niet aanvaarden, omdat die niet te constateeren-' is, als gevolg van den bouw van het mechanisme boven in den molen.- En wat de ontwatering aangaat, deze is onvoldoende, omdat de bergruim te te klein is. Dat men dëh molen in de Vail heeft geplaatst kon 'niet anders, omdat de techniek in die I dagengeen andere mid delen behalve een stoomgemaal wist. Het voorgestelde contact-gemaal is de eenige goede oplossing, waarbij ook de kosten van bediening geen rol spelen, terwijl het onderhoud miniem is. Na deze uiteenzetting is de heer Panny nog ongerust over .het dichtmaken van de Oosthavensluis, waarna de ingenieur de toezeggingStfoet voorziéni-ngen té tref fen, opdat men, in geval van storing, toch het overtollige polderwater kan uit slaan. De heer Panny raadt voorts aan de bedelving te laten geschieden als werkobject, waarvoor men subsidie kan krijgen. De ingenieur antwoordt dat men hierover nog komt praten. De heer van Gastel vraagt of de cijfers in 't rapport genoemd juist zijn en niet zullen tegen vallen, waardoor er nog een halve be maling achterna komt. De voorzitter meent dat de raming aan den hoogen kant is, juist voor even- tueele tegenvallers.' De heer Steur vraagt of de felle instrooming van het water in de haven geen bezwaren, zal opleve ren? De ingenieur antwoordt, dat door bizondere voorzieningen, de snelheid al geleid is, voor het water de haven' in komt. Nadat de voorzitter nog had me degedeeld, dat het Dag. Bestuur het er nog niet over eens is, hoe de zaak zal worden gefinancierd, wordt, zonder stem ming, besloten het voorgestelde werk uit te voeren, waarop de vergadering wordt gesloten. LANDBOUW EN VEETEELT Da pluimveehouderij Aan een beschouwing in De Pluimvee bode ontleenen wij het volgende: Een zeer langdurigen winter, met re cord diepte-pferioden hebben wij achter den rug. De begindatum van het offici- eeie broedseizoen werd dan ook zonder meer gepasseerd, terwijl he|U 3 a 4 weken duurde, alvorens men aan zijn broed- contingent begon. De eerste uitkomsten waren hoogst onbevredigend, matig wa ren de resultaten toen de hennen zich wat waren gaan herstellen, en uitstekend, nadat de hennen alle wintergevolgen van zich hadden kunnen afschudden. Had het broedseizoen op normale wijze afgewik keld kunnen worden, dan zou het sei zoengemiddelde nog wel mee zijn ge vallen. Nu weet ieder kuikenbroeder, dat de kwaliteit der kuikens minder goed is, naarmate de broeduitkomsten minder zijn Het ligt dus 'voor de hand, dat de vroeg ste kuikens van dit jaar niet de beste kwaliteit vertegenwoordigen, waarmede wij de eerste oorzaak van een minder vlotten opfok hebben aangeduid. De later geboren kuikens stonden er dus beter voor. Maar ook hier kwam een felle tegenslag door de voedermoeilijk heden, de oorzaak van kuikenvoedersa- menstellingen vormend, welke minder dan die van andere jaren waren. Onge twijfeld zal dit zich scherper gaan de- monstreeren, wanneer deze kuikens een maal jonge leghennen geworden zullen zij'n en van hen prestaties worden ver wacht. Als gunstige factor komt daar dan echter weer tegenover te staan, dat de huisvestingsmogelijkheden ruimer zul len zijn, hetgeen de legprestaties ten goede komt, zooals wij zulks ook in de tweede helft van de jaren 1914—1918 hebben meegemaakt. Beide genoemde oorzaken vallen dus buiten het bereik van den kuikenopfok- ker. Mogelijk zal ook het aantal jonge hen nen nog fw'el ingekrompen moeten wor den. Mioicht «dit het geval wérden, dan zal het sterk aanbeveling verdienen', tijdig uit te zien, twle een overschot betere jonge hemneln krijgt ein deze bij! voorbaat bespreken, 'waarna de eigen ejn van. min der kw'aliteit zijnde hennen kunnen wor den opgeruimd. LAND- EN TUINBOUW De tarwe-oogst in Europa Het International© Lalndbouhv-Instituut te Rome publiceerde in vroeger© jaren in Juni steeds een eerste raming van den tarweio,ogst in Europa. De „Kölni- sche Zeitung" meldt nu, dat het Insti tuut thans geen cijfermateriaal kan bé kend geven, daar vele oorlogvoerende en neutrale Staten iln« de tegenwoordige omstandigheden van de publicatie van statistieken afstand hebben gedaan. Toich beschikt 'het Instituut pyer voldoende ge gevens, Wiaaruit men een indruk! vain den stand van den piogst va(n dit jaar ka'n: verkrijgen. Aan de hand va|n dit materiaal komt het instituut tot «de conclusie, dat de tarweoogst in de Balkanl'andem slech ter zal zijn dan de voorspoedige oogsten van 1939 ©n 1938. In all© andere Euro,- peescbe Staten schijlnt «een middelmatige p,ogst te kunnen 'worden verwacht. M«en dient «er echter rekening mede te houdein. dat allerlei pngeKvjone factoren, Zoioals de min of meer onregelmatige werkzaam heden op 'het veld «en voorts ook de verwoestingen een invloed ,op de op brengst van den p«ogst Zulleln uitoefenen. Van d© grootste beteeklenis voor dezen opbrengst zal het Weer zijln gedurende het tijdperk, «hetwelk ons nog van den oogst in «de verschillende landejn scheidt. KERKNIEUWS BONS, DIE GELDIG ZIJN Brood. Van 15 Juli tot en met 21 Juli is op de bons 61 tot en met 70 van het broodbonboekje per bon (van elk Dommer zijn er twee bons) 100 gr. brood verkrijgbaar. Onge bruikte broodbonneD van deze serie blijven geldig tot en met 25 Juli. Tarwebloem en bakmeel. Bon 90 (algemeen distributieboekje) Geldig tot en met 2 Augustus, recht geven- do op 2]/, ons tarwebloem, tarwe meel, boek weitmeel,roggemeel, rogge meel oi zelfrijzend bakmeel. Bon 75 blijft, voor dezelfde hoeveel heid, nog geldig tot en met 26 Juli. Thee en koffie. Van 6 Juli tot en met 2 Aug. wordt op bon 85 een half ons thee of een half pond koffie beschikbaar gesteld. Suiker. Van 28 Juni tot en met 25 Juli geeft bon 80 van het Alge meen Distributiebonboekje reobt op één kg. sniker. Distributiebonnen moeten nauwkeurig op de perforatie worden afgescheurd Boter of margarine: Bon 67 en 68 (algemeen distributie boekje). Geldig van 15 tot en met 28 Jnli, elk reoht gevend op 250 gram boter of mar garine of vet. Petroleum. Van 15 Juli tot en met 28 Juli geeft petrolenmzegel Periode III reoht op 2 liter, uitsluitend voor kookdoeleinden en als men niet over andere kookgelegenheid beBohikt Geref. Geim. POORTVLIET. Zondag 21 Juli, 10,30, 3 en 7 uur, ds. van Neerbos uit Rilland Bath. Bediening H. Avondmaal en H. Doop ^Vacaturen in de Hervormde Kerk Het aantal vacaturen in «die NedL Herv. kerk bedrpieg op 1 Juli, volgens het „Doetinchemseh© Weekblad" totaal! 223, tegen 233 op 1 Januari j.l. en 232 op 1 Juli van het vprige jaar; over- de provincies verdeeld':' Gromingeta 31, Fries- land 38, Drente 8, Overijlssel' 7, Gelder land 31, Utrecht 13, Np,ord-Ho«lland 42, Zuid-Holland' 32, Zeeland 10, N.-Bf abant 8 ©n Limburg 3. t EDe Algemeene;Synode bijeen Woensdag is te 's-Gravenhage de 125ste vergadering der Algemeene Synode der Ned. Herv. Kerk aangevangen. De zitting werd geopend door Dr. W. H. Weeda van Oosterland, als oudste predikant in diensttijd, welke voorging in gebed en voorlas) 1 Kor. 19 1—5. Naar aanleiding van dit schriftgedeelte sprak Dr. Weeda een openingsrede uit, waarin Z.Eerw. o.a. wees op de buiten gewone omstandigheden waarin wij leven en er den nadruk op legde, dat de drang tot samenbinding en samenwer king sterker moet worden. Tot voorzitter koos de vergadering ver- vblgens Ds. J. W. J. Addink, predikant te Heeze (N.-Br.) en als vice-president Ds. P. de Bruijn te Driebergen. De president nam hierop de leiding van de vergadering over. Hij dankte voor het vertrouwen in hem gesteld en Dr. Weeda voor diens leiding. Spr. wekte op tot verootmoediging en geloofsver trouwen en stelde voor een getuigenis te doen uitgaan van de Synode, waar mede de vergadering algemeen accoord ging. Besloten wera aan de dienaren van de kerk te verzoeken dit getuigenis van den kansel voor te lezen. ONDERWIJS CHR. ULO SCHOOL ZIERIKZEE- Bevorderd naar klas II: C. P. v. d. Berg, W. M. B«éije, J. Bienefelt. J. Boi- lijn, L. W. Boiogert; C. J. Catsman, D.i J. Droioger. J. D. Drooger, D. K. Fokker, H. Kloet, J. C. Lokker, N. de Oude, H. T. de Rijke, T. N. Schiettekatte, H Schot, E. M. Slager, N. K. van SpTunder, B. Tim'merman, M. G. J. bijl de Vaate, D. de Waal. Uit kla9 I niet bevorderd 7 leerlingen. Bevorderd van klas II naar klas III. W. Bastmeiier, J. Bermen, E. Hoogen- doorn, T. «de Jonge, H. de. Jonge, K. Kic©lmans (vooriw.), C. de Oude (voiorw.), D. J. v. «d. Pann© (voorlwl.), J- L. Rogge band, P. S. d© Rijke, L. Verlwést, J. v. d. Weele. Niet bevorderd: 3 leerlingen. Bevorderd van klas III naar klas IV. A. M. Bienefelt, M. J. C. Boot, G, Cats man, A. J. Fokker, W. van 't Hof (voor<w.) J. d© Jpnge. J. J- Oosterling, C. Slager, L. A. van Sphinder, P. C. Uij'T, C. P„ v. d. Velde, H. Vertoin (voorW.) Niet bevorderd': 3 leerlingen. BLOEM EN MEEL Het blijkt nog niet voldoende bekend, dat onder geen voorwaarde bloem of meel mag worden verkocht op brood- bonnen. Hierop mag uitsluitend brood- Iwbrden verstrekt en niets anders. Bloem en meel kunnen- uitsluitend gorden be trokken op de voor tarwebloem enz. aan gewezen blonneln van het algemeen dis- triblutiebpekje; thans dus de bonnen- num mers 75 «en 90. FINANTIEEL NIEUWS De koers voor Kass3nscheine Zooals gemeld, is de herleidingskoers voor Reichskreditkassenscheine vastge steld op 133 pf. of mark 1.33 per gulden, nadat dit totdusver M. 1.50 was geweest. Het betreft hier -een aanpassing aan den officieelen koers voor rijksmark, zooals die onlangs door de Nederlandsche Bank werd opgegeven en die 75.28—75.43 be draagt. Herleidt men dit tot pf. dan komt men vrijwel uit op een koers van 133 pf. per gulden. Voor het overige zij er de aandacht op gevestigd, dat deze nieuwe koers voor Reichskreditkassenscheine weinig meer dan tHeoretische waarde heeft, daar dit papier vrijwel niet meer in omloop is en nagenoeg geheel door Nederlandsch geld is vervangen. Van den aanvang af hebben de betrok ken autoriteiten zich op het standpunt gesteld, dat de Nederlandsche geldcircu latie zoo veel mogelijk van vreemde ele menten vrij gehouden moest worden. Toen de Duitsche troepen ons land be zetten, moest er echter een betalingsmo- gelijkheid worden geschapen en om nu de verhouding zoo eenvoudig mogelijk te maken, nam men daarvoor een koers van M. 1.50 voor den gulden aan. Gewoon in omloop kwamen de kassenscheine ech ter niet, want de winkelier, die ze in betaling nam, bracht ze naar zijn bank en deze leverde ze op haar beurt bij de Nederlandsche Bank af. Op het oogen blik wordt er evenwel ooK door de Duitsche troepen met Nederlandsch geld betaald, waarvoor de Nederlandsche Bank de gelegenheid heeft opengesteld. Wel licht zal het restant van de nog niet ingeleverde kassenscheiné op deze wijze spoedig verdwijnen. Rotterdamsche Bankvereeniging n.v. Maandstaat per 30 Juli. Debet: Kas, kassier en daggeldlee- ningen f 23.369.278.09; Ned. schatkistpapier f 100.543.871.83; Ander overheidspapier f9.363.200.14; Wissels f7.853.522 96; Ban kiers in binnen- en buitenland f 23 874.829.39 Effecten en syndicaten f8.205.480.87; Pro longatie en voorschotten tegen effecten f 17.999.912.18: Debiteuren f73.634.761.54; Deelnemingen (incl. voorsch.) f 1.369.179.66 Gebouwen f 3.045.141.75 Totaal f 269.259.178.41. Credit: Kapitaal f 45.000.000Reserve f 17.000.000; Dep. op termijn f7,976.564.99; Crediteuren f 188.048.940.59; Geaccepteer de wissels f4.975.202.17; Door derden ge accepteerd f61.296.29; Diverse rekeningen en overloopende saldi f6,197.174.37. Totaal 269.259.178.41. Zondagartsendienst Zierikzea Zondag 21 Juli: D.r. van Hoprtn en Dr. Verspyck.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1940 | | pagina 2