5t MÊIÊÊÊÊÊËÊSÊS3Ë Uit Stad en Provincie BIJVOEGSEL Zierikzeesche Nieuwsbode FEUILLETON HET GEHEIM DER ZEVEN WIJZERPLATEN DE BESCHAVING NADERT ADDIS ABEBA Voor slechts 172 ets. doet H.Z. het zware waschwerk. Qoedkooper kunt U het toch niet wenschen. Maar toch zult U verrukt zijn over de veilige werking. ZELFWERKEND WASC.II Ml D D EI. 1 7 /2 CTS PER GROOT De „beschaving" dringt maar voorwaarts In het hart vian Afrika, Binnenkort doet ze haar intree Ook in Addis Abeba. Overal waar de bevolking Haar verschijnselen ontmoet Wordt ze, volgens de berichten, (Met oprecht gejuich begroet. Groote stalen vogels zwermen Boven 't Abessijnsche land, En die strooien allerwegen Bommen uit, met milde hand. Menschen, huizen, hospitalen Worden weggemaaid als gras Alle leven wordt vernietigd Door het „vriend'lijk" mosterdgas. Strijdmachines rollen verder Op het Abessijnsche erf En hun stalen monden braken Dood, vernieling en verderf. Vreemd is het dat nog niet ieder De „beschaving" sterk waardeert Maar het zoo verouderd stelsel Der barbaarschheid prefereert. J. S. feestje dat imlevnoulW Crane ter eere van Pennie geeft, bezwijkt Jerry voor de ver leiding door één vain jnrs. Crane's kost bare colliers te stelen. Hij: verbergt de juweelen in Pennie's teddy.-beer. 's Avonds in bed vindt Pennie echter het halssnoer en is diep' geschokt doior de ontdekking dat haar vader een dief is, 's Nachts haalt Jerry het snoer uit de beer en brengt het naar Felix Evans. Pennie is den volgenden dag zeer over stuur en als zij Toni de reden vertelt, geeft deze voor dait zij het snoer gestioilen heeft, opdat Pennie haar geloiojf in haar vader izial behouden. Deze opoffering van Toni is Jerry ech ter teveel. Hij' gaat naar Evans oim het collier terug te halen, maar dit lukt niet Zonder dat de revolvers een iwiqondlje meespreken. Evans iwlordt daarbij gedocjd en Jerry gewond. Zijn pijnen verbergend, brengt hij, het snoer bij' Mrs. Crane terug en vraagt deze Pennie alsnog te willen adopteeren, opdat de toekomst vian het kind gewaarborgd Zal zijn. Jerry en Toni nemen aan het station roerend afscheid vian Pennie, die met jmJrs. Crane naar haar nieuwe school gaat. Daarna zegt Jerry Toni vaarwel, want hij zal imlmiers moeten vluchten ials hij niet iwtil dat Pennie een gevangenisboef tot vader krijgt. Elk oogenblik Ikian het lijlk van Evians worden gevonden. Maar de Zwaargewonde Jerry is aan het eind van zijn krachten en bezWij'mlt. Als hij* bij'kojïïilt is afijn leven geredmaar op den achtergrond staan eenige politie mannen. Toni weet hem te troosten z'iji zJwieert hem1 eeuwig trouw en verze kert dat Pennie zijn misstap niet erg zal vinden, omdat hij1 zich daarna zoq prach tig gedragen heeft. SCHARENDIJKE. De Kolenbond E.M.M. voor de gemeenten Ellemeet, Eikerzee en Duivendijke hield op 21 April in café Kooman een buitengewone alge- meene vergadering onder leiding van zijn voorzitter, dhr. C. Padmos. Het op de agenda voorkomende punt: omzetting in een vereeniging op coöp. grondslag had klaarblijkelijk de belangstelling van vele leden; de opkomst was zeer bevredigend te noemen. De voorzitter wees in zijn openingswoord op de door den heer Wijnkoop tot den Minister van handel, nijverheid en scheepvaart gestelde vra gen, waarin de aandacht wordt geves tigd op het voornemen der zoogenaamde kolenconventie ionn per 1 Mei a.s. op nieuw de saneering van den kolenhan del ter hand te nemen en deze zoo mogelijk nog straffer te doen zijn dan in het afgeloopen jaar het geval was. waarvan prijsopdrijving het gevolg zai zijn en waardoor voornamelijk de kleine man zal worden getroffen. Hij zette ver volgens uitvoerig uiteen, dat de vesti ging der vereeniging op coöp. grond slag om verschillende redenen noodza kelijk is, waarna het daartoe strekkende bestuursvoorstel z.h.st. werd aangenomen. Tot bestrijding der daaraan noodzake lijk verbonden kosten zal de contributie over het jaar 1936 met f0.25 per lid worden verhoogd. De concept-statuten werden vervolgens voorgelezen en on gewijzigd aldus vastgesteld. Tot leden der commissie van toezicht werden ge kozen de heeren A. C. de Jonge te Ellemeet; D. P. Steenland te Eikerzee en Ph. de Jonge te Duivendijke. Naar aanleiding van een daartoe strekkende vraag zegt de voorzitter toe, dat in het vervolg bij aflevering der kachelkolen een rouleerstelsel zal worden toegepast, zoodat om beurten men den eersten dag der lossing daarvoor zal in aanmerking komen Nog deelde de voorzitter mede, dat door het bestuur zal worden na gegaan in hoeverre het bestaande huis houdelijk reglement aan de thans vast gestelde statuten kan worden aangepast en zal t.z.t. een ontwerp aan de ver gadering worden aangeboden. Waarna sluiting. behoorende bij de van Vrijdag 24 April 1936, No. 13102 De stedebouwer van het nieuwe Turkije Exclusief interview met professor Herman Jansen Hoe Ankara uit het woestijnzand verrees Een va!n de mooiste steden ter ulereld. is op het oogenblik de Turksche hoofdstad Ankara, die in dein tijd van zeven jaren ge heel vorens de ideeën van den Duitschen stedebouivUku'ndige prof. Herman Jansen 'is opgebouwd. „Wanineer ,u in Ankara het station1 verlaat", vertelt prof. Jansen, „dan ziet u zich voor een groiot park. Daarachter verrijst de zgi oude stad, met de vesting luit den tijd van de kruisvaarders". Hij neeTnt eenige foto's ter hand en Wijst /mij cp de machtige muren vain de oude ves ting, die jde omliggende schilderachtige huizen geheel overschaduwen. Het park tusschen station en stad moet het ont staan vain eenleelijke „stationswijk", z'ppr als men in zooveel Europeescihe steden vindt, verhinderen. „Hoe kan mep Waardevolle oude stads- deelen, zooals mén deze in Ankara vindt, in stand houden en iin overeenstemming brengén met het huidige streven, de ste den open te leggen vpoir het autover keer?" „Dat gaat zeer goed! Wijl moeten slechts onderscheid makein tusschen onrustige en rustige plaatsen. Tot de pnrust behoort het verkeer. In schooine, ;qude stadswij ken moet echter volkom eb rust heerso'hen. Zoo'n ;oiud stadsgedeelte is ee|n museum In musea msg mén ook niet rondrijdein, daar moet men te voet gaain. Maar ove rigens doet dit er (niet toe. Geen middel eeuw sche stad is in doorsnee groioter dan 1000 a 1200 meter. Dus late me'n de oude stad ongemoeid. De verkeers wegen kunnen gemakkelijk daarbuiten in cle nieuWe stadsdeelein aangelegd worden. Nog niet zoo1 heel lang geleden Wilde de stad Neurenberg' i>.v. eeim grooten ver keersweg dwars door de .prachtige ,oiude stad laten aalnleggen. Slechts op het al lerlaatste oogenbiik heb ik dit barbaar- sehe plan bog kunnen verhinderen. Hoe een moderne stad er uit moet zien „Hoe moet naar u'wl meening een mo derne stad er uitzien, om aiam de eischen van 't steeds drukker iwpndenjde verkeer* te kunnen voldoen?" „Ik geef de voorkeur aan eebïge hojofd- verkeersaders met zoo Iwtsinig mogelijk kruispunten. Deze-verkeersaders zou men moeten kubnen vergelijken met spoor - Wegen. Ook daar vi'ndt men niet om de 100 meter een o'rib'ewlaakten overweg. En nu iets over Ankara. De regee- ringsWijk én de hoogeschool heb ik in het zuiden van de stad gebouwd. Alle samenwerkende instanties, vooral ook de .ministeries liggen hier vlak bij elkaar. In het zuidoosten van de stad msg slechts de industrie haar tenten opslaan. Bij de heerschende Windrichting blijft de woon stad van iade - rook eb onsmakelijke luchtjes verschoond. Dat is nogal een verschil met vele van o'nze West-Eurq- peesche steden i in het zuid-iwlesten liggen temidden van schitterende .parken het stadion, het vliegveld eb de renbaan. Ankara heeft binnen zeer korten tijd een groote uitbreiding ondergaan. Vooral de groeiende industrie heeft daaraan mede gewerkt. Het was dus noodig voior goede arbeiderswijken te Zorgen. Ook deze wij ken, van breede straten voorzien, lig gen geheel tusschën parken ingesloten. Dus in dén goheelen pan leg een duidelijke Het ware genoegen wordt slechts be reikt door inspanning, niet door een zich te laten gaan. Een geheimzinnig verhaal door AGATHA CHRISTIr 46 (Nadruk verboden) „Hij zön inderdaad geen voetafdrukken oip het pad achterlaten", zei Battle, „maar te cordeelen naar den vorm van den indruk en de Wijze waarop het gras Werd gehavend, geloof ik niet dat het pistool vanuit die richting iwïerd ge dooid. Ik denk dat het hier va:n het terras ward geworpen". „Heel Waarschijnlijk", zei sir Oswald. „Geeft dat iets hoofdinspecteur?" „O ja Battle?" onderbrak Georgle. .Heeft hethm er eigienl'ijk iets mee le maken?" „Misschien niet, mijnheer Lomax. Maar zoo willen we overal achter komen, weet u? Ik zou nu graag weten of een van de heeren dit pistool zou willen nemen om het te gooien. Zoudt u het willen doen, sir Oswald? Heel vriendelijk van u. Wilt u hier in de deur gaan staan. Gooit u het nu midden in het gras veld". j scheidirg tusschen plaatsen van rust en onrust". Prof. Janse'n besloot zijn interessant haal met de mededeeling, dat het €ot de taak van den modernen stedebouiw'kun- d:ge behoort, „door Jicht en lucht gezond heid in de woonwijken der steden te brengen". De Amerikaansche verkiezingsstrijd Sinds president Roosevelt op Paascb- maandag met een toespraak tot den Bond van Jong-Democraten den verkiezings strijd geopend heeft, is in de Vereenigde Staten de veldslag tusschen republikeinen en democraten in vollen gang. Reeds thans is het zoover, dat het geheelo politieke leven den invloed van dezen strijd ondervindt. De republikeinen streven er naar, de zitting van het parlement zoo lang mo gelijk te doen voortduren. Onder deze omstandigheden ligt het voor de hand, dat de belastingverhooging en de so ciale uitgaven van republikeinsche zijde heftig bestreden zullen worden. President Roosevelt daarentegen wenscht dat het Huis van Afgevaardigden zoo spoedig mogelijk verdaagd wordt. Daar om heeft hij de ratificatie van het nieuwe Londensche vlootaccoord dan ook voor- loopig uitgesteld. Roosevelt vreest name lijk, dat zijn tegenstanders deze gelegen heid tot een langdurig debat zouden benutten. Het feit, dat Roosevelt gebroken heeft met de oude traditie, dat een president niet aan zijn eigen herkiezing mag me dewerken, is natuurlijk door de repu blikeinsche pers gretig aangegrepen, om stemming tegen hem te maken. De Canadeesche reis van president Roosevelt Ook een eventueele reis van Roose velt naar Canada, die overigens nog geenszins vaststaat, heeft in het repu blikeinsche kamp veel stof doen op- waaien. Zoo schrijven de republikeinsche bladen bijvoorbeeld, dat Roosevelt Ca nada voor de idéé van een pan-Ameri- kaansche unie als een soort vredesblok tegen de Japansche wenschen naar ex pansie wil trachten te winnen. Uit betrouwbare bron wordt hier echter im'edegedeeld, idlat deze reis, indien Roo sevelt hem werkelijk zou ondernemen, niets anders dan een vriendschappelijke geste zou zijn. Er wordt hier zeer terecht op gewezen, dat in verband met de bij zondere positie, die Canada in het Brit- sche wereldrijk inneemt, de gouverneur van Canada onmogelijk over een derge lijke aangelegenheid, die betrekking heeft op de buitenlandsche politiek van het land, zou kunnen beslissen. Men ziet in Washington zeer goed in, dat Canada een belangrijk deelv van het Britsch imperium vormt en dat het daarom niet deel kan nemen aan regio nale verdragen, die bepaalde verplichtin gen in zich zouden sluiten. V/el tracht men hier de vriendschap pelijke banden met Canada zooveel mo gelijk te versterken. In het bijzonder heeft im'en daarbij het oog oip de han delsbetrekkingen tusschen de beide lan den. Plannen tot verdragen van politie ker! aard bestaan er echter niet. Het interview met Dr. van Schelven Een gewraakte uitdrukking In het interview, dat hij aan een ver tegenwoordiger wan het A.N.P. toestond HZ 23 B Sir Oswald deed het en liet het pistool I door de lucht vliegen met een krach- ligen Zwaai van zijn arm. Jimmy The- siger kwam dichter bij in ademlooze belangstelling. De hoofdinspecteur liep i het achterna als een geoefend apporteur. Hij kwam terug met een stralend ge zicht. „Juist mijnheer. Hetzelfde soort indruk. Ofschoon u het, tusschen twee haakje^, een goede tien meter verder gooide. Maar u bent dan ook een steviggebouvv- de man, nietwaar sir Oswald? Pardon ik geloof dat ik iemand aan de deur hoorde". Het gehoor van den hoofdinspecteur moest wel scherper zijn dan van de anderen. Geen van hen had een geluid gehoord, maar Battle bleek gelijk te hebben, want lady Coote stond buiten met een medicijnglas in de hand. j „Je medicijn Oswald", zei ze de kamer i binnenkomend. „Je bent vergeten in te nemien na je ontbijt". „Ik heb het heele druk, Maria", zei sir Oswald. „Ik wil geen medicijn heb ben". „Je Zoudt Ze noojt innemen, ials ik er niet Wlas", zei Zijn vrouw kalml, terwijl ze op hem! toeging. „Je bent juist een ondeugende kleine jongen. Drink Ze |mu op". En, gedWIee, gehoorzaiaiml, dnqnk de igpoio- te sfcaalmia;gnaat het drankje. en dat ook wij in ons blad opnamen, zijn dr. van Schelven de volgende zin sneden in de mond gelegd toen hij sprak over zijn indruk van het Abessijnsche volk „Het is een vrijgevochten, tuchtlooze bevolking. Italiaansch protectoraat zal zonder twijfel zegenrijk zijn voor dit volk, maar aan de andere kant gun ik niemand, dat hij zijn vrijheid verliest". Het „Handelsblad" heeft zich, naar aan leiding va,n deze uitlating, gewend tot dr. van Schelven en hem verzocht de bedoeling nader te willen aangeven. „Die regels in het interview heb ik absoluut niet zoo gezegd. „Ik heb op de voorgrond gesteld", verklaarde dr. van Schelven, „dat er niets over politiek in mocht komen. Ik heb dan ook alle politiek buiten gehouden en zeker heb ik niet gezegd, dat ik een Italiaansch protectoraat zegenrijk zou achten. Wel zei ik, dat de Abessijnen leiding noodig hebben, omdat hun organisatie ontbreekt. Leiding van Europeanen zou goed voor hen zijn, wanneer de Abessijnen gecivi liseerd werden, want het ontbreekt hun nog aan tocht en orde. Wanneer ik mijn escorte het uur van vertrek opgaf, dan werd niet vertrokken op dat uur, maar op het tijdstip, dat d,p Abessijnen goed achtten. Zij doen eenvoudig hun eigen zin. Wat de Negus in een paar jaar tijds overigens gepresteerd heeft, is eenvou dig wonderbaarlijk. Ik hoorde dit van geloofwaardige menschen, als den direc teur van de bank van Ethiopië. Op het gebied van wegenaanleg is er veel ge beurd. Ook de bestuursorganisatie is er aanmerkelijk verbeterd". Concertzaal-Bioscoop Vader's eerewoord Jerry en Toni Zijn avonturiers. Zij ko,- |m!en iaian geld op onwettige manieren en trekken over de grens telkens iails hun de grond te heet onder de vioieten iwlomdt. Wij Zien nog juist hoe Jerry opeens ergens in China [hun [hotel-rekening be- taialti met geld, dat hij aan de hotelon/dler- nem'ing iz'elf ontfutseld heeft door zich uit fe geven voor den accountant, en daarna, begeeft hij Zidh naiar Amlerika oim z'ijn zwager Higjginson 75.000 dollar af te Zetten in ruil voior het vqoigdschap over zijn dochtertje Pennie. Pennie's imloeder is al jaren doo|d en Jerry's fajmilie heef zich de opvoeding vian het kind aangetrokken. Het liefst Zou men zien, dat Jerry-de-iavionturier miaiar 'VOlkolmen afstand (vian het kind dééd. Jerry komt echter tjot de ontdekking dat Zijn dochter Pennie opgegroeid is tioit een (alleraardigst kind. En als hij merkt Welk! een onprettig tehuis Zij b'ij de Hig- ginsoins heeft, Ziet hij lyjain de 75.000 dol lar iaf en neemt Pennie imiee naar Parijs, Waar Toni is (achtergebleven. Het geld voor de overtocht verschaft hij zich dopr aan een bejaard heer, Felix Evans, een Waardelopze goudmijn te verkappen. In Franrijk heet Toni hen Welkom en het drietal vestigt Zidh ,aan de Rivièra. Jerry, zich bewlust van zijn nieuwe ver antwoordelijkheid |als vader, Ziet in een geregeld leven te ;m|oeten gaan leiden. Hij ontmeet echter Iwleer Felix Evians, die zich ontpopt ials een julwleelendief. Evans liet 'zich in NeW-York door Jerry slechts bedotten, oim! hem later tjoit mede plichtigheid te kunnen dwingen. Jerry Weigert echter iajle (medewerking. Een rijke weduwe, mevrouw Crane, miaakt aan het strand kennis met Penjniie. Zijl biedt Jerry laan het kind te adoptee ren, m)aar deze slaat dat ,af. Tijidens een Lady Coote glimlachte drqevig en lief tegen de anderen. „Stoior ik je. Heb je het heel druk? O, zie die revolvers eens. Vervelende lawaai makende mnorddaldige dingen. En als ik dan bedenk, dat je vannacht vermloorid had kunnen Zijn door den inbreker". „U moet wiel bang geweest zijn, toen u hoorde dat men niet wiist waar hij Wias, Lady Coote", zei Battle. „Eerst dacht ik er niet aan", bekende lady Goote. „Deze arme jongen hier..." Ze Wiees op JLmlmiy. „Die gewiond was.... en alles zooi vree- selijk, mlaiar Zoo opWiindend. Eerst toen m'ijnheer Bateman me vroeg wiaar sir Oswiald was, herinnerde ik me, diat hij een half uur te voren (uitgegaan wias voor een wandeling". „Zeker last van slapeloosheid, sir Os wiald „Ik slaap gewoonlijk uitstekend", zei sir Oswald, „maar ik moet bekennen, dat ik me gisteren ongewoon onrustig gevoelde. Ik dacht dat de nachtlucht mc goed zou doen". „U kwaamt door de glazen deur naar builen, is het niet?" Was het verbeelding of aarzelde sir Oswald alvorens te antwoorden? „Ja'" „En nog wel met je avondschoenen aan, in plaats van wandelschoenen aan te doen. Wat zou je doen als ik er niet was om voor je te zorgen?" 1 Ze schudde droevig het hoofd. „Ik vind Maria, als je er niets op te gen hebt, dat je ons alleen moet laten... we hebben nog veel te bespreken". „Dat weet ik, lieve, ik ga al". Lady Coote verdween, terwijl ze het leege medicijnglas droeg, alsof het een bokaal was, waaruit zij juist een doode- lijk gif had toegediend. „Nu Battle", zei George Lomax. „Het lijkt alles duidelijk genoeg. Ja volkomen duidelijk. De man vuurt een schot af, dat mijnheer Thesinger buiten gevecht stelt, hij werpt het wapen'weg, loopt langs het terras en het grintpad af". „Waar -mijn mannetjes hem hadden .moetenvangen", bracht Battle in het midden. „Uw mannetjes als ik het zeggen mag, schijnen buitengewoon nalatig te zijn. Ze zagen juffrouw Wade niet er in komen. Als ze niet zagen, dat zij er in kwam, konden ze ook evengoed niet zien dat de dief er uit ging". Hoofdinspecteur Battle opende den mond om te spreken, maar hij scheen daarvan af te zien. Jimmy Thesinger keek hem nieuwsgierig aan. Hij zou er heel wat voor hebben willen geven als hij jprecies geweten had, wat er in Battle's geest omging. „Het moet een kampioen hardlooper zijn geweest", was plies wat de pmn van Scotland Yard zich verwaardigde te zeggen. „Wat bedoel je, Battle?" „Wat ik zeg mijnheer Lomax. Ik zelf was om den hoek van het terras, nog geen vijftig seconden nadat het schot afgevuurd was. En om dien afstand naar mij toe en den hoek van het pad om te loopen, vóÖf ik om den hoek van het huis verscheen, moet hij zooals ik zeg een kampioenlooper zijn geweest". „Ik begrijp je niet, Battle. Je schijnt een idéé te hebben, dat ik... hm... het nog niet begrepen heb. Je zegt dat de mian niet over het grasveld ging en nu geef je te kennen... wat geef je eigenlijk precies te kennen? Dat de man het pad niet afliep? Waar ging hi} dan vo.gens jouwl opnieuw heen?" Als antwioord wees hoofdinspecteur Battle welsprekend met zijn duim naar omhoog. „Hé?" fcei George. De hoofdinspecteur wees nog duidelij ker. George keek omhoog naar het pla fond. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1936 | | pagina 6