Zierikzeesche ft Nieuwsbode BAL. 1 UI JUHI' lil fiscUig i AKKER.CACHET5 De Plechtige Uitvaart van H.M. de Koningin-Moeder abonnement: Woensdag 28 Maart 1934 zierikzeesche courant. ®0,s1VimergaÏg advertentien H.H. Adverteerders weer een (gezellig Prijs p. 8 maanden ƒ1.50, franco p. post ƒ1.80. Voor het buitenl. per jaar ƒ10.—. Afzonderlijke nummers 5 cent. Verschijnt des Maandags, Woensdags en Vrij dags. Tel. No. 32. Postgiro 137677. van 1—s regels 60 ets., van 4 regels en daarboven 20 ets. per regel. Reclames 30 ets. per regel. Bij contract belangrijke korting. Mn IOROO Inzending op den dag van uit- Uitg.-Redacteur M. J. KOSTEN gave vóór 10 ure. Olt lummtr bestaat uit 3 bladaa. "eerste blad Wegens liet Paaschfeest zal de Nieuwsbode a.s. Maandag niet worden uitgegeven. die in verband met het a.s. Paasch feest een groote advertentie wenschen te plaatsen in ons num mer van a.s. Vrgdag gelieven er voor te zorgen dat deze Donderdag morgen in ons bezit is. DE DIRECTEUR Geen wonder met al die zieke menschen om U heen! Weesl Gij echter verstandig. Neem dadelijk 'n "AKKER TJE" en vanavond voor 't Nederlandsch n&ar gaan nQg eeru Tien teg6n één dat Ge daarmede alle narigheid voorkomt en morgen gezond en fiksch opstaat. "AKKERTJES" wer ken buitengewoon bij Griep. Per 12 stuks slechts 50 cent. Gebruikt dus voortaan uitsluitend: Volgens recept van Apotheker Dumonf "AKKERTJES" Bovengenoemde prijs wordt verhoogd met bijslag voor omzetbelasting Aan 't Voorhout Het stoffelijk overschot wordt uitgedragen De rouwstoet Langs den weg In Delft De rouw dienst in de Nieuwe Kerk Wereldpolitieke Vraagstukken Doumergue's radiorede Met -eenvoudige openhartigheid heeft de Fransche min.-president in zijn radio rede de moeilijkheden geschetst, waar voor zich regeerirug en volk geplaatst zien. Doumergue herinnerde er aan ooider welke dreigende omstandigheden hij nu ru,im zes weken geleiden de Zware be- winidstaak had aanvaard. Het gevaar van burgeroorlog werd door den president van de republiek lals geenszins denkbeel dig geschetst. Naast de noodzakelijke sa- ne'ering van 's lands financiën klemde steeds nadrukkelijker de eisch, (dat het vertrouwen lm|oet worden hler- steld in overheid en gezag, hetwelk tjott in zijn grondvesten geschokt blijkt, temr gevolge van hetgeen bet onderzoek jn de verschillende z w e n d ie 1 a f f a i r e s en dan in hoofdzaak in de zaak Stajvisky, aan het licht brengt op het gebied van corruptie, die sommige leidende kringen heeft aangetast. Frankrijk, hetgeen reeds op het ter rein van de algemeene buitenlandsche politiek in zulk een louzekeren toestand verkeert tengevolge van het natioin|alia- tische réfreil in Dutschlan/d, dat in een toenemende militarisme van den nuhitep riek zooveel sterkeren nabuur tot uiting komt, behoort zich rekenschap te geven van (deze zijn positie en het gevaar od der de oiogen te zien, hetwelk zijn leven bedreigt. De eenige redding van land en volk ligt in krachtige aaneensluiting, terzijde stelling van politieke veeten en violstrekte 'eens gezindheid', teneinde die mioreele ten fn- nanciëele gezondmaking van het diemio|- cratische repub'Iikeinsche regimie te kun nen tot stanjd brengen. De krachten moe ten tot het uiterste woirden ingespannen om tdie eensgezindheid te bereiken pn al(dus het gevaar voor burgeroorlog te bezweren. Minister Doumergue karakte riseerde in dit beroep op het land jde tflflk1, twaarvoor dit zich ziet gesteld, als een nieuwe slag aan (die Marne inder tijd ging het om d'e militare beslissing; thans geldt het, het financiëele en mo- reele leven van Frankrijk Ie redden. Teneinde dlien slag te winnen, zal de regeering-Douimergue niet aarzelen de meest scherpe maatregelen te nemen. Op fïnancüëel gebied moet de reddng w|o(r- den verkregen door het levenspeil van den staat naar benedien te drukken; op moreel terrein Idoor die schuldigen aan ide zwendeliarijen zonder aanzien /dies persoions op te spogen en te bestraffen. Het is thans een .week .geleden, dat Koningin Emma na een kort ziekbed aan Haar Koninklijke Nabestaanden, aan land en volk ontviel. Groot was de ont roering, die door allen ging, toen zij vernamen: de Koningin-Moeder is riet meer. Allerwege rouwde men, uiterlijk en in nerlijk, cm het verscheiden van de zoo geliefde Vorstinne. Deze nationale be wogenheid1 bleek hij het défilé, dat in ontróerenden eenvoud zoo treffend Was; zij bleek overduidelijk bij de plechtige uitvaart van H.M. de Koningin-Moeder, welke Dinsdag beeft plaats gevonden. De schaduwen van dit ooigenblik wier pen zich reeds «enige dagen vooruit. Reeds Maandagavond vereenigden zich ontelbare scharen van allerlei richtingen en gezindten in een plechtige Ure des Gedenkens om' in de kerkgebouwen in een godsdienstig samenzijn aan haar 'ge voelens van droefheid uiting, te geven. De roepstem van den Raad van Minis ters had aldus alomi weerklank gevon den. Dinsdag, was het dan een !dag van rouw' voior ons gehee.le land, imaar wel zeer in het bijzonder voor de vorste lijke residentie, nu het stoffelijk over schot van de Koningin-Moeder vanuit Haar paleis aan het Lange Voorhout wordt uitgedragen om te worden ter ruste gelegd in de Koninklijken grafkel der van de Oranjes en hun Verwanten in de oude Prinsenstad, het naburige Delft. Strenge politiemaatregelen wiaren noo- dig om de orde te handhaven. Het statige Voorbout bood al vroeg een ongekend schouwtooneel. Langs die fraaie lanen dikten zich gaandeweg de rijen tot e.°n compacte menigte, wielke zich daar langs den weg geschaard had, zoo dicht mogelijk bij het paleis van de betreurde doode. Maar ondanks de aanwezigheid van die duizendkoppige schare verstomde elk rumoer. Veeleer heerschte er een aangrijpende, beklem mende stilte, welke slechts verbroken wordt door het gebeier der klokken, waarmede wijding wordt gegeven aan de droeve plechtigheid, wielke zich straks voltrekken gaat. Onder den indruk daar van wachten de duizenden. Inmiddels gaan de uren voorbij en wordt het tegen half tien. De militaire troepen komen aanmarcheeren. Zij be- hooren tot onderdelen van onderschei dene eenheden onzer weermacht. Eein detachement van de Brigade Grenadiers en Jagers betrekt de «erewacht bij het paleis. De om'floierste vaandels niet vaan del wacht van de Jagers en het muziek korps van het Vde Regiment Infanterie. De verdere troepenmacht dient voor de afzetting van het begin van de te volgen weg!: Voorbout en Kneuterdijk. Het is een vertegenwoordiging van bet geheele le ger, een groote verscheidenheid van wleer- maohtsaf deelingen. Inmiddels is de Koninklijke Familie met de vorstelijke verwanten van wijlen H.M. de Koningin-Moeder en de verdere vorsten en vorstinnen, 'die voor de be grafenis zijn overgekomen, in het paleis samengekomen. De oud-hofprediker, de hoogbejaarde ds. Weiter, leidde daar een rouwdienst. Het uur van vertrek nadert meer en meer. Vo,or zoover het Voorhout niet is af gezet, is bet één menschen men i gte. Tal rijke deputaties hebben m de omgeving van bet paleis een plaats gekregen. Daar staan o.nv. enkele honderden burgemees ters uit de verschillende plaatsen van ons land', De rouwstoet. Tegen half elf wordt in de nabijheid van het paleis de rouwstoet opgesteld. Nadat bet Militair escorte zich had ge- fonnYeerd, reed de rouwstoet van bet Koninklijk Huis voor. Om elf uur rijdt de rouwiwagen vopr het paleis-bordes. Het plechtige 'mjonvent, waarop het stoffelijk overschot van H.M. de Koningin-Moeder naar buiten w'ordt gedragen ter aanvaarding van Haar laat- sten tocht, is aangebroken. Dof gerommel van omfloerste trommels, verhooigiend de stem'mihg van dit ontroerende ©ogenblik, verbreekt alleen de doodscbe stilte, welke alomi beerscht. De kist van blank eikenbout, ,op de hoeken met zilver gemonteerd, bevatten de bet stoffelijk hulsel van de grijze Vorstinne, Wordt uit bet Paleis gedra gen. Kamerbeeren van de Moeder des Vaderlands verrichten dit laatste dienst betoon en plaatsen de kist in den rou;w- wagen. Diep ontroerd' ontblootte de over- talrijke schare het hoofd. De treurmuziek van het muziekkorps van het Vde Re giment, onder leiding van Zijn kapel meester v. d. Glas, doet klagende rouw tonen van Grieg's „Ases Tot" hooien. Het is de klacht van Peer Gynt oirn zlijn ge storven imloeder. iRouWwagen en lijkkist dragen bet stem pel van vorstelijke soberheid. De hemel van den wiagen is afgezet met een zil veren omlijsting en dra,agt een zilveren kroon, terw'ijl apn de vier boeken zwarte struispluimen met zilveren franje Zijn aangebracht. De galat ok is gedrapeerd met Zwart fluweel, omzoomd niet zilve ren franje en draagt ter weerszijden bet Koninklijk wapen in zilver. De kist even eens gedrapeerd met zwart fluweel, af gezet met zwart zilveren franje an ga lons, 'w'ordt overdekt met een zwart flu weel-en kleed, dat tot dicht b'ij den be- ganen grond afhangt. Op het lijkkleed Wlorden de Kroon van de ontslapen Vor stin, benevens hare o'-deteekenen, ge hecht op een roioid fluweelen kussen, geplaatst. De rouw'wagen wordt getrok ken door 8 met rouwkleeden gedekte paarden, Waarvan 6 van den bok be stuurd, terw'ijl bet voorste span do.on.eeo postillon wordt bereden. De vier slippen van bet rouwkleed worden gedragen door hooge hofdignitarissen. De 24 kamerbeeren, die het stoffelijk overschot van Hare Majesteit naar buiten hadden gedragen, stelden zich ter weers zijden van den rouw'wagen op. Dadelijk achter den rou'wlwa.gen stel den zich te voet de officianten ,en het personeel van 'w'ijlen H.M. |de Koningin- Moeder lop. Langzaam1 reed de stoet bet voorplein af. In bet eerste hofrijtuig achter den rouw'wagen reden in den stoet mede hof dames van de overleden vorstin. Dan volgiden een aantal gala-hofrijluigen, be stemd voor de vorstelijke personen. In het voorste hadden plaats genomen Prins Hendrik en de Vorst van Waldeck, broe der van Koningin Emma. In deze volg- rijtuigen waren o.a. gezeten de Zweed- sche Prins Eu gen, Prins Karei van Bel gië, Prins Felix van Luxemburg en de verdere reeds vroeger vermelde vor stelijke familieleden. De stoet trok langzaam verder. De kop was reeds uit bet gezicht verdwenen. Toen kwamen de officianten en perso neel van H.M. de Koningin, die tijdens het Regentschap tfan Konjngin-Bmima de thans ontslapen vorstin gediend hebben, alle bejaarde (m'enschen, die hun ontroe ring nauwelijks me-ester zijn. De bloemen en kransen, welke in de laatste dagen in zoo overstelpenden getale bij de baar van de Koningin-Moeder waren neerge legd', w'erden in de bloemenwagens ge laden en aldus volgden OiOik deze laatste bewijzen van trouw en aanhankelijkheid uit alle kringen, van Haar Volk, Konin gin Em'ma. De klaagtonen van de treur muziek, ten g-ehoore gebracht door de Kon. Militaire Kapel, Zijn zoo goed als Weggestorven, slechts heel flauw hoorde m'en nog de klanken uit de verte, toen de rouw'wagen zich in beweging zette. Maar reeds klinken weer andere tonen, nu van het jmuziekkorps van het Vde regiment. Het is het Waldeksche volks lied'. Het was elf uur toen de vouwwagen zich in beweging zette. En op dit mo ment rolde van uit de verte het gerom mel aan van het eerste minuutschot, door een artillerie-batterij afgegeven. Zoowel in Den Haag als in Delft staan de vuur monden opgesteld, welke hun zware klan ken door de lucht zullen doen galmen, den ganschen lijd door tot aan het einde der plechtigheid in de oude Prinsenstad. Het tweede gedeelte van het militair escorte volgde. Een detachement der Ko ninklijke Marechaussee sloot den stoet. Langs d ein W;eg. Wellicht no ooit tevoren zag Den Haag een mieinschenmenigte op hare straten als Dinsdag. Er wias geein plaatsje op de da ken, voor de vensters van de huizen, op de balkons, op de stoepen en bor dessen onbezet. Op de trottoirs stonden de menschen samengepakt te Wachten oml zelfs maar een glimp van den Ko ninklijken rouwstoet te kunnen zien. Over al waar er slechts op eenigerleiwijze ge legenheid voor was, had men tribunes gebouwd om belangstellenden gelegen heid te geven het schouwspel gade te slaan. Echter hing over het geheel een plechtig zwijgen, Onder doodsche stilte trok de stoet door de stad. J Een schets te geven van de m'assale I belangstelling zou eentonig worden; over al w'as hetzelfde beeld; een eerbiedige nvenschen menig teWelke zwijgend, het voorbijtrekken van den stoet gadesloeg, terw'ijl vaandels negen en alle hoofden ontbloot werden. De rouwstoet verliet het Haagsche ter ritoir en was op Rijswijksch grondgebied aangekomen. Vóór het Raadhuis stonden daar Burgemeester en Wethouders met den Raad opgesteld om' een laatsten groet te brengen. Het zal ongeveer één uur gewekt zijn, toen de stoet de Hoorn brug bereikte en vervolgens over -den nieuwen Rijksweg naar Delft voort schreed. De Koningin en de Prinses. Zij, die de overleden Vorstinne het naast stonden, wiaren in het paleis aan het Lange Voorhout achter gebleven. De Koningin en de Prinses met de vrouwe lijke verwanten van wijlen H.M. de Ko ningin-Moeder, vergezelden Haar niet op den laatsten tocht. Zij zouden zich af zonderlijk naar Delft begeven en daar den stoet in de kerk opwachten. Zoo dra het laatste gedeelte van den rouw stoet de Hoornbrug was gepasseerd, werd dit aan het paleis gemeld en reed een aantal gesloten hofauto's voor, Iwaarin H.M. (m'et de Prinses en de overige da- im'es uit Haar gezelschap plaats namen. Langs den afgezetten weg werd naar - de Hoornbrug gereden. Toen Werd de oude Weg naar Delft gehoimen, wiaar men geruimen tijd voordat de stoet in zicht iwas, arriveerde. Bij de grens der gemeente Delft stond de Burgemeester om) H.M. op te wachten en naar de kerk te begeleiden. In de vestibule van het kerkgebouw Wachtte H.M. de Koningin daarop de aankomst van den stoet ai. In Delft. Langs den nieuwen Rijksweg ging de stoet verder naar Delft. Ook daar brand den langs den weg de lantaarns, welke m'et rouw! omfloerst waren. Op de markt w'aren geen deputaties en ge^n vaandels toegelaten. Op deze his torische plek stond de bevolking zonder onderscheid van rang ,of stand dicht op een gepakt de aankoimlst van de Ko ninklijken stoet af te wiaohten. Bij het bereiken van de kom' der ge meente Delft hadden de slippendragers en kam'erheeren hun rijtuigen w'eer ver laten en zich ter 'weerszijden van den rouw'wagen opgesteld. Op d'e m'arkt voor de Kerk standen de mariniers met de marinekapel, onder leiding van den kapelmeester Leistikow. De Koninklijke Militaire Kapel speelde bij het oprijden van het plein en Zwlenkte toen uit den stoet. Zachte treurmuziek bleef klinken, ter wijl de markt zich imeer en meer vulde m'et militairen te paard en te voet, hof- rijtuigen, totdat eindelijk de rouw'wagen tot het Kerkplein genaderd was. Toen zweeg alle muziek. Onder treffende stilte reed de wlagen voorot, tot op korten af stand van de Nieuwe Kerk. Toen zette de Marine Kapel het Wilhelmus op de oude toonzetting in en onder deze plech tige tonen w'erd de kist door de kamer beeren in (de kerk gedragen. Hier w'achtte H.M. de Koningin. Neen, het was de dochter, die Haar Moeder ontving. In de Kerk. Langzaam werd de kist naar het koor gedragen en daar op een catafalk ge plaatst. De Koningin, de Prinses en de vorstelijke personen schaarden er rond om'. Het dwarsschip was voorts geheel bezet m'et autoriteiten, ministers, staats raden, deputaties uit de Staten-Generaal, hoogwaardigheidsbekleeders, gezanten en vertegenwoordigers van onderscheidene corporaties en colleges. De kerk was in grijze en witte tinten gekleed. De 12 pilaren van den graf kelder der Oranje's weren eveneens om hangen 'met parelgrijze banden met af hangende linten. De rouwdienst. Terw'ijl de kist naar 'binnen gedragen werd, speelde het orgel het W.aldecksche volkslied. Buiten was alle muziek opge houden. Het kerkorgel w'erd voor deze gelegenheid bespeeld door den blinden organist W. van Thienen. De leiding van het imuzikale gedeelte berustte b'ij dr. Joh. Wagenaar. Op het orgel hadden zich drie bazuinblazers opgesteld. Alle aanwezigen zongen daarna gezjanig (209 1 )eO 3. Plechtig klonken deZe 'woor den uit den vervolgbundel, begeleid dioor het kerkorgel en drie bazuinen, door de groote ruimte. VervoLgens hield de hofprediker, pro-f. dr. H. Th. O bh ink, hoogleeraar aain de Utrechtsche Universiteit, de volgende rede: Het nvoge niemand verwonderen dat wij hier, staande aan den ingang van een grafkelder, zijn begonnen met een Paaschlied op de lippen en het lezen van het Paaschevangelie dat ons spreekt van overwinning van den dood door het leven. Immers hier, b'ij de lijkbaar van ons aller Koninklijke Moeder, der Vor stin die zoo wonderlijk bemind was door het. Nederlandschc Volk mogen wij niet enkel ons hoofd buigen en treuren om den zwaren slag die ons geliefd Vorsten huis en ons Vaderland heeft getroffen,, maar moeien wij ook roemen in de wonderlijke liefde Gods, die id'en d'ooid zijn scherpen prikkel heeft ontnomen en het graf van zijn wreedheid heeft be roofd'. Haar, naar het Koninklijke woord, „ons aller Moeder", wier gansche leven één machtig getuigenis was van de liefde van Christus, dragen wij in de „Stille Week" naar Haar laatste rustplaats, die toch niet „Haar laatste rustplaats" is, want reeds rijst de Paaschzon boven Haar graf. God heeft Haar 2jóó begenadigd, Haar, die naast veel levensvreugde ook veel zware smart heeft gekend in Haar Leven, dat Haar die ééne smart waar voor Zij1 vreesde: het ©ogenblik van het afscheid nemen van die Haar het liefste op aarde waren, is bespaard gebleven. God sloot haar oogen zoo vredig toe en nam Haar tot zich zonder scheidings- smiart. En nu staan w'ij hier en gedenken Haar, deze begenadigde vrouw. Het zou ge makkelijk zijn bij deze lijkbaar te prij zen en te danken voor alles wat Zij voor ons Land en Volk gedaan heeft en ge- w'eest is. Ja, het zou gemakkelijk zijn en verleidelijk ook. Er zou veel te zeg gen zijh, veel dat bekend is en nog meer dat niemand weet. Maar wij zullen dat niet doen. Allereerst niet, omdat de ma jesteit van den dood verbiedt de groot heid van een m'ensch te roemen, maar ook Omdat wij daarmee niet zouden spre ken in den geest van Haar, die wij straks ten grave zullen dragen. Hier is iets anders om over te spre ken. Dat rijke leven wias zo,o rijk en heerlijk door de voortdurende gemeen schap 'met Hem' die de bron is van lalle waarachtige grootheid. De liefde van Christus was de stuwkracht van Haar gansche leven, de altijd vloeiende bron van Haar vroomheid en vreugde, het geheim' van Haar gezegend werk. Chris tus heeft gezegd dat wij zoo hebben te leven dat de m'enschen onze goede wier ken ziende, onzen Vader, die in den Hemel is, verheerlijken. Zoo te leven dat de menschen óns er om prijzen, is al veel, maar méér is het als het zoo ver komt dat de menschen óns en óns doen ziende, erkennen, die hier meer is dan menschelijk kunnen en deswege onzen Vader in den hemel verheerlijken voor wat Hij' door menschen doet. Zóó was Haar werk en Haar leven. Zoo zien w'ij dan nu over menschelijke daden en menschelijke deugden heen naar Hem', uit Wien, door Wien en tot Wien aile dingen zijn en danken Hem' voor wat Hij ons Vorstenhuis en ons Land en Volk heeft geschonken in dit heer lijk leven dat wij zoo noode uit ons leven zullen missen. En Wij kunnen niet nalaten aan deze plaats onze geëerbiedigde Koningin en Onze Prinses Juliana gelukkig te prijzen dat God Haar de genade verleent op deze wijze en m'et izulke gevoelens Haar zoo beminde Moeder en Grootmoeder ten grave te geleiden, en daarbij zich gedragen te weten door de gebeden van alle die bidden hebben geleerd. Wij wie- ten en getuigen hier m'et dankbaarheid aan God dat menschelijke Majesteit zich ootmoedig 'buigt voor Gods liefde in Christus. God1 zij geloofd, die ons Volk in Oranje zulk een Vorstenhuis gaf. Zoo is het dan Waarlijk niet enkel rouW die ons hier samenbrengt, maar ons bart is vol van dank en geluk voor Gods groote liefde, zoodat 'wlij aan deze lijkbaar Paaschliederen kunnen zingen, liederen der overwinning in den mond van sterfelijke m'enschen. Am alia van Solms nam bij Haar hu welijk als levensleuze: quid reddam' Do mino (Wat zal ik den Heer vergelden)? Wij doen dat ook hier bij deze lijkbaar. Wiat zullen 'wij volk van Nederland, den Heer vergelden, voor wat Hij ons gaf in dit zoo begenadigde leven? Wij wil len elkander hier b'ij deze lijkbaar be loven dat w'ij den band tusschen Oranje en Nederland die ons Land en Volk reeds tot zoo grooten zegen is geweest, niet alleen bewaren m'aar versterken en daardoor toonen dat Wij bij elkaar be boeren en bij elkander willen blijven en samen ontvangen den zegen dien Gods goedheid ons nog zal willen schenken. Geloofd zij Jezus Christus! Amen. Na de rede van professor Obblnk zon gen alle aanwezigen, wederom' 'begeleid door orgel en bazuinen, gezang 273 1 en 11. Daarna was het plechtige oogenblik aangebroken dat de gordijnen, welke de grafkelders der Oranje's aan de oogen van ieder onttrekken, werden weggescho ven en de kist met het stoffelijk hulsel van Koningin Em'ma de steenen trap werd' afgedragen omi te worden bijgezet in de gew'elven van de oude kerk, waar reeds zoovele groote figuren der dy nastie waarmede Zij Haar leven ver bonden had, rusten. Toen de kist in den grafkelder Werd gedragen, speelde het orgel, onder ba zuingeschal het oude WilhelmUs. Zoo werd dus Koningih Em'ma ter kerke ingedragen 'met het „Mein Wal deck" en werd zij' te ruste gelegd onder de tonen van het „Wilhelmus". Treffend beeld van Haar leven. Zij, van Waldeckschen bloede, nagestaard 'door een Nederlandsehe natie als de hooge Vorstelijke Vrouwe, (die Haar hart had verpand aan ons land en volk. Niemand verliet na dit oogenblik zijn plaats. Eerst dan, waarneer de Koninklijke familie met gevolg en de verdere vor stelijke personen, het bedehuis hebben verlaten om naar de Residentie terug te keeren, komt er beweging in de schare en verlaten de aanwezigen, diep onder den indruk van het droevig gebeuren, het Kerkgebouw,.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1934 | | pagina 1