Zierikzeesche ft Nieuwsbode
BAL. 1
UI JUHI'
lil fiscUig i
AKKER.CACHET5
De Plechtige Uitvaart van
H.M. de Koningin-Moeder
abonnement:
Woensdag 28 Maart 1934 zierikzeesche courant. ®0,s1VimergaÏg
advertentien
H.H. Adverteerders
weer een (gezellig
Prijs p. 8 maanden ƒ1.50, franco
p. post ƒ1.80. Voor het buitenl.
per jaar ƒ10.—. Afzonderlijke
nummers 5 cent. Verschijnt des
Maandags, Woensdags en Vrij
dags. Tel. No. 32. Postgiro 137677.
van 1—s regels 60 ets., van 4
regels en daarboven 20 ets. per
regel. Reclames 30 ets. per regel.
Bij contract belangrijke korting.
Mn IOROO Inzending op den dag van uit-
Uitg.-Redacteur M. J. KOSTEN
gave vóór 10 ure.
Olt lummtr bestaat uit 3 bladaa.
"eerste blad
Wegens liet Paaschfeest
zal de Nieuwsbode a.s. Maandag
niet worden uitgegeven.
die in verband met het a.s. Paasch
feest een groote advertentie
wenschen te plaatsen in ons num
mer van a.s. Vrgdag gelieven er
voor te zorgen dat deze Donderdag
morgen in ons bezit is.
DE DIRECTEUR
Geen wonder met al die
zieke menschen om U heen!
Weesl Gij echter verstandig.
Neem dadelijk 'n "AKKER
TJE" en vanavond voor 't
Nederlandsch n&ar gaan nQg eeru Tien
teg6n één dat Ge daarmede
alle narigheid voorkomt en
morgen gezond en fiksch
opstaat. "AKKERTJES" wer
ken buitengewoon bij Griep.
Per 12 stuks slechts 50 cent.
Gebruikt dus voortaan uitsluitend:
Volgens recept van Apotheker Dumonf
"AKKERTJES"
Bovengenoemde prijs wordt verhoogd
met bijslag voor omzetbelasting
Aan 't Voorhout Het stoffelijk overschot wordt
uitgedragen De rouwstoet Langs
den weg In Delft De rouw
dienst in de Nieuwe Kerk
Wereldpolitieke Vraagstukken
Doumergue's radiorede
Met -eenvoudige openhartigheid heeft
de Fransche min.-president in zijn radio
rede de moeilijkheden geschetst, waar
voor zich regeerirug en volk geplaatst
zien. Doumergue herinnerde er aan ooider
welke dreigende omstandigheden hij nu
ru,im zes weken geleiden de Zware be-
winidstaak had aanvaard. Het gevaar van
burgeroorlog werd door den president
van de republiek lals geenszins denkbeel
dig geschetst. Naast de noodzakelijke sa-
ne'ering van 's lands financiën
klemde steeds nadrukkelijker de eisch,
(dat het vertrouwen lm|oet worden hler-
steld in overheid en gezag, hetwelk tjott
in zijn grondvesten geschokt blijkt, temr
gevolge van hetgeen bet onderzoek jn
de verschillende z w e n d ie 1 a f f a i r e s
en dan in hoofdzaak in de zaak Stajvisky,
aan het licht brengt op het gebied van
corruptie, die sommige leidende kringen
heeft aangetast.
Frankrijk, hetgeen reeds op het ter
rein van de algemeene buitenlandsche
politiek in zulk een louzekeren toestand
verkeert tengevolge van het natioin|alia-
tische réfreil in Dutschlan/d, dat in een
toenemende militarisme van den nuhitep
riek zooveel sterkeren nabuur tot uiting
komt, behoort zich rekenschap te geven
van (deze zijn positie en het gevaar od
der de oiogen te zien, hetwelk zijn leven
bedreigt. De eenige redding van
land en volk ligt in krachtige
aaneensluiting, terzijde stelling
van politieke veeten en violstrekte 'eens
gezindheid', teneinde die mioreele ten fn-
nanciëele gezondmaking van het diemio|-
cratische repub'Iikeinsche regimie te kun
nen tot stanjd brengen. De krachten moe
ten tot het uiterste woirden ingespannen
om tdie eensgezindheid te bereiken pn
al(dus het gevaar voor burgeroorlog te
bezweren. Minister Doumergue karakte
riseerde in dit beroep op het land jde
tflflk1, twaarvoor dit zich ziet gesteld, als
een nieuwe slag aan (die Marne inder
tijd ging het om d'e militare beslissing;
thans geldt het, het financiëele en mo-
reele leven van Frankrijk Ie redden.
Teneinde dlien slag te winnen, zal de
regeering-Douimergue niet aarzelen de
meest scherpe maatregelen te nemen. Op
fïnancüëel gebied moet de reddng w|o(r-
den verkregen door het levenspeil van
den staat naar benedien te drukken;
op moreel terrein Idoor die schuldigen
aan ide zwendeliarijen zonder aanzien /dies
persoions op te spogen en te bestraffen.
Het is thans een .week .geleden, dat
Koningin Emma na een kort ziekbed
aan Haar Koninklijke Nabestaanden, aan
land en volk ontviel. Groot was de ont
roering, die door allen ging, toen zij
vernamen: de Koningin-Moeder is riet
meer.
Allerwege rouwde men, uiterlijk en in
nerlijk, cm het verscheiden van de zoo
geliefde Vorstinne. Deze nationale be
wogenheid1 bleek hij het défilé, dat in
ontróerenden eenvoud zoo treffend Was;
zij bleek overduidelijk bij de plechtige
uitvaart van H.M. de Koningin-Moeder,
welke Dinsdag beeft plaats gevonden.
De schaduwen van dit ooigenblik wier
pen zich reeds «enige dagen vooruit.
Reeds Maandagavond vereenigden zich
ontelbare scharen van allerlei richtingen
en gezindten in een plechtige Ure des
Gedenkens om' in de kerkgebouwen in
een godsdienstig samenzijn aan haar 'ge
voelens van droefheid uiting, te geven.
De roepstem van den Raad van Minis
ters had aldus alomi weerklank gevon
den. Dinsdag, was het dan een !dag van
rouw' voior ons gehee.le land, imaar wel
zeer in het bijzonder voor de vorste
lijke residentie, nu het stoffelijk over
schot van de Koningin-Moeder vanuit
Haar paleis aan het Lange Voorhout
wordt uitgedragen om te worden ter
ruste gelegd in de Koninklijken grafkel
der van de Oranjes en hun Verwanten
in de oude Prinsenstad, het naburige
Delft.
Strenge politiemaatregelen wiaren noo-
dig om de orde te handhaven.
Het statige Voorbout bood al vroeg
een ongekend schouwtooneel. Langs die
fraaie lanen dikten zich gaandeweg de
rijen tot e.°n compacte menigte, wielke
zich daar langs den weg geschaard had,
zoo dicht mogelijk bij het paleis van
de betreurde doode. Maar ondanks de
aanwezigheid van die duizendkoppige
schare verstomde elk rumoer. Veeleer
heerschte er een aangrijpende, beklem
mende stilte, welke slechts verbroken
wordt door het gebeier der klokken,
waarmede wijding wordt gegeven aan
de droeve plechtigheid, wielke zich straks
voltrekken gaat. Onder den indruk daar
van wachten de duizenden.
Inmiddels gaan de uren voorbij en
wordt het tegen half tien. De militaire
troepen komen aanmarcheeren. Zij be-
hooren tot onderdelen van onderschei
dene eenheden onzer weermacht. Eein
detachement van de Brigade Grenadiers
en Jagers betrekt de «erewacht bij het
paleis. De om'floierste vaandels niet vaan
del wacht van de Jagers en het muziek
korps van het Vde Regiment Infanterie.
De verdere troepenmacht dient voor de
afzetting van het begin van de te volgen
weg!: Voorbout en Kneuterdijk. Het is een
vertegenwoordiging van bet geheele le
ger, een groote verscheidenheid van wleer-
maohtsaf deelingen.
Inmiddels is de Koninklijke Familie
met de vorstelijke verwanten van wijlen
H.M. de Koningin-Moeder en de verdere
vorsten en vorstinnen, 'die voor de be
grafenis zijn overgekomen, in het paleis
samengekomen.
De oud-hofprediker, de hoogbejaarde
ds. Weiter, leidde daar een rouwdienst.
Het uur van vertrek nadert meer en
meer.
Vo,or zoover het Voorhout niet is af
gezet, is bet één menschen men i gte. Tal
rijke deputaties hebben m de omgeving
van bet paleis een plaats gekregen. Daar
staan o.nv. enkele honderden burgemees
ters uit de verschillende plaatsen van ons
land',
De rouwstoet.
Tegen half elf wordt in de nabijheid
van het paleis de rouwstoet opgesteld.
Nadat bet Militair escorte zich had ge-
fonnYeerd, reed de rouwstoet van bet
Koninklijk Huis voor.
Om elf uur rijdt de rouwiwagen vopr
het paleis-bordes. Het plechtige 'mjonvent,
waarop het stoffelijk overschot van H.M.
de Koningin-Moeder naar buiten w'ordt
gedragen ter aanvaarding van Haar laat-
sten tocht, is aangebroken. Dof gerommel
van omfloerste trommels, verhooigiend de
stem'mihg van dit ontroerende ©ogenblik,
verbreekt alleen de doodscbe stilte, welke
alomi beerscht.
De kist van blank eikenbout, ,op de
hoeken met zilver gemonteerd, bevatten
de bet stoffelijk hulsel van de grijze
Vorstinne, Wordt uit bet Paleis gedra
gen. Kamerbeeren van de Moeder des
Vaderlands verrichten dit laatste dienst
betoon en plaatsen de kist in den rou;w-
wagen. Diep ontroerd' ontblootte de over-
talrijke schare het hoofd. De treurmuziek
van het muziekkorps van het Vde Re
giment, onder leiding van Zijn kapel
meester v. d. Glas, doet klagende rouw
tonen van Grieg's „Ases Tot" hooien. Het
is de klacht van Peer Gynt oirn zlijn ge
storven imloeder.
iRouWwagen en lijkkist dragen bet stem
pel van vorstelijke soberheid. De hemel
van den wiagen is afgezet met een zil
veren omlijsting en dra,agt een zilveren
kroon, terw'ijl apn de vier boeken zwarte
struispluimen met zilveren franje Zijn
aangebracht. De galat ok is gedrapeerd
met Zwart fluweel, omzoomd niet zilve
ren franje en draagt ter weerszijden bet
Koninklijk wapen in zilver. De kist even
eens gedrapeerd met zwart fluweel, af
gezet met zwart zilveren franje an ga
lons, 'w'ordt overdekt met een zwart flu
weel-en kleed, dat tot dicht b'ij den be-
ganen grond afhangt. Op het lijkkleed
Wlorden de Kroon van de ontslapen Vor
stin, benevens hare o'-deteekenen, ge
hecht op een roioid fluweelen kussen,
geplaatst. De rouw'wagen wordt getrok
ken door 8 met rouwkleeden gedekte
paarden, Waarvan 6 van den bok be
stuurd, terw'ijl bet voorste span do.on.eeo
postillon wordt bereden. De vier slippen
van bet rouwkleed worden gedragen door
hooge hofdignitarissen.
De 24 kamerbeeren, die het stoffelijk
overschot van Hare Majesteit naar buiten
hadden gedragen, stelden zich ter weers
zijden van den rouw'wagen op.
Dadelijk achter den rou'wlwa.gen stel
den zich te voet de officianten ,en het
personeel van 'w'ijlen H.M. |de Koningin-
Moeder lop.
Langzaam1 reed de stoet bet voorplein
af. In bet eerste hofrijtuig achter den
rouw'wagen reden in den stoet mede hof
dames van de overleden vorstin. Dan
volgiden een aantal gala-hofrijluigen, be
stemd voor de vorstelijke personen. In
het voorste hadden plaats genomen Prins
Hendrik en de Vorst van Waldeck, broe
der van Koningin Emma. In deze volg-
rijtuigen waren o.a. gezeten de Zweed-
sche Prins Eu gen, Prins Karei van Bel
gië, Prins Felix van Luxemburg en de
verdere reeds vroeger vermelde vor
stelijke familieleden.
De stoet trok langzaam verder. De
kop was reeds uit bet gezicht verdwenen.
Toen kwamen de officianten en perso
neel van H.M. de Koningin, die tijdens
het Regentschap tfan Konjngin-Bmima de
thans ontslapen vorstin gediend hebben,
alle bejaarde (m'enschen, die hun ontroe
ring nauwelijks me-ester zijn. De bloemen
en kransen, welke in de laatste dagen in
zoo overstelpenden getale bij de baar
van de Koningin-Moeder waren neerge
legd', w'erden in de bloemenwagens ge
laden en aldus volgden OiOik deze laatste
bewijzen van trouw en aanhankelijkheid
uit alle kringen, van Haar Volk, Konin
gin Em'ma. De klaagtonen van de treur
muziek, ten g-ehoore gebracht door de
Kon. Militaire Kapel, Zijn zoo goed als
Weggestorven, slechts heel flauw hoorde
m'en nog de klanken uit de verte, toen
de rouw'wagen zich in beweging zette.
Maar reeds klinken weer andere tonen,
nu van het jmuziekkorps van het Vde
regiment. Het is het Waldeksche volks
lied'.
Het was elf uur toen de vouwwagen
zich in beweging zette. En op dit mo
ment rolde van uit de verte het gerom
mel aan van het eerste minuutschot, door
een artillerie-batterij afgegeven. Zoowel
in Den Haag als in Delft staan de vuur
monden opgesteld, welke hun zware klan
ken door de lucht zullen doen galmen,
den ganschen lijd door tot aan het einde
der plechtigheid in de oude Prinsenstad.
Het tweede gedeelte van het militair
escorte volgde. Een detachement der Ko
ninklijke Marechaussee sloot den stoet.
Langs d ein W;eg.
Wellicht no ooit tevoren zag Den Haag
een mieinschenmenigte op hare straten als
Dinsdag. Er wias geein plaatsje op de da
ken, voor de vensters van de huizen,
op de balkons, op de stoepen en bor
dessen onbezet. Op de trottoirs stonden
de menschen samengepakt te Wachten
oml zelfs maar een glimp van den Ko
ninklijken rouwstoet te kunnen zien. Over
al waar er slechts op eenigerleiwijze ge
legenheid voor was, had men tribunes
gebouwd om belangstellenden gelegen
heid te geven het schouwspel gade te
slaan. Echter hing over het geheel een
plechtig zwijgen, Onder doodsche stilte
trok de stoet door de stad.
J Een schets te geven van de m'assale
I belangstelling zou eentonig worden; over
al w'as hetzelfde beeld; een eerbiedige
nvenschen menig teWelke zwijgend, het
voorbijtrekken van den stoet gadesloeg,
terw'ijl vaandels negen en alle hoofden
ontbloot werden.
De rouwstoet verliet het Haagsche ter
ritoir en was op Rijswijksch grondgebied
aangekomen. Vóór het Raadhuis stonden
daar Burgemeester en Wethouders met
den Raad opgesteld om' een laatsten
groet te brengen. Het zal ongeveer één
uur gewekt zijn, toen de stoet de Hoorn
brug bereikte en vervolgens over -den
nieuwen Rijksweg naar Delft voort
schreed.
De Koningin en de Prinses.
Zij, die de overleden Vorstinne het
naast stonden, wiaren in het paleis aan
het Lange Voorhout achter gebleven. De
Koningin en de Prinses met de vrouwe
lijke verwanten van wijlen H.M. de Ko
ningin-Moeder, vergezelden Haar niet op
den laatsten tocht. Zij zouden zich af
zonderlijk naar Delft begeven en daar
den stoet in de kerk opwachten. Zoo
dra het laatste gedeelte van den rouw
stoet de Hoornbrug was gepasseerd, werd
dit aan het paleis gemeld en reed een
aantal gesloten hofauto's voor, Iwaarin
H.M. (m'et de Prinses en de overige da-
im'es uit Haar gezelschap plaats namen.
Langs den afgezetten weg werd naar -
de Hoornbrug gereden. Toen Werd de
oude Weg naar Delft gehoimen, wiaar
men geruimen tijd voordat de stoet in
zicht iwas, arriveerde. Bij de grens der
gemeente Delft stond de Burgemeester
om) H.M. op te wachten en naar de kerk
te begeleiden. In de vestibule van het
kerkgebouw Wachtte H.M. de Koningin
daarop de aankomst van den stoet ai.
In Delft.
Langs den nieuwen Rijksweg ging de
stoet verder naar Delft. Ook daar brand
den langs den weg de lantaarns, welke
m'et rouw! omfloerst waren.
Op de markt w'aren geen deputaties
en ge^n vaandels toegelaten. Op deze his
torische plek stond de bevolking zonder
onderscheid van rang ,of stand dicht op
een gepakt de aankoimlst van de Ko
ninklijken stoet af te wiaohten.
Bij het bereiken van de kom' der ge
meente Delft hadden de slippendragers
en kam'erheeren hun rijtuigen w'eer ver
laten en zich ter 'weerszijden van den
rouw'wagen opgesteld.
Op d'e m'arkt voor de Kerk standen
de mariniers met de marinekapel, onder
leiding van den kapelmeester Leistikow.
De Koninklijke Militaire Kapel speelde
bij het oprijden van het plein en Zwlenkte
toen uit den stoet.
Zachte treurmuziek bleef klinken, ter
wijl de markt zich imeer en meer vulde
m'et militairen te paard en te voet, hof-
rijtuigen, totdat eindelijk de rouw'wagen
tot het Kerkplein genaderd was. Toen
zweeg alle muziek. Onder treffende stilte
reed de wlagen voorot, tot op korten af
stand van de Nieuwe Kerk. Toen zette
de Marine Kapel het Wilhelmus op de
oude toonzetting in en onder deze plech
tige tonen w'erd de kist door de kamer
beeren in (de kerk gedragen. Hier w'achtte
H.M. de Koningin.
Neen, het was de dochter, die Haar
Moeder ontving.
In de Kerk.
Langzaam werd de kist naar het koor
gedragen en daar op een catafalk ge
plaatst. De Koningin, de Prinses en de
vorstelijke personen schaarden er rond
om'. Het dwarsschip was voorts geheel
bezet m'et autoriteiten, ministers, staats
raden, deputaties uit de Staten-Generaal,
hoogwaardigheidsbekleeders, gezanten en
vertegenwoordigers van onderscheidene
corporaties en colleges.
De kerk was in grijze en witte tinten
gekleed. De 12 pilaren van den graf
kelder der Oranje's weren eveneens om
hangen 'met parelgrijze banden met af
hangende linten.
De rouwdienst.
Terw'ijl de kist naar 'binnen gedragen
werd, speelde het orgel het W.aldecksche
volkslied. Buiten was alle muziek opge
houden. Het kerkorgel w'erd voor deze
gelegenheid bespeeld door den blinden
organist W. van Thienen. De leiding van
het imuzikale gedeelte berustte b'ij dr.
Joh. Wagenaar. Op het orgel hadden
zich drie bazuinblazers opgesteld.
Alle aanwezigen zongen daarna gezjanig
(209 1 )eO 3. Plechtig klonken deZe 'woor
den uit den vervolgbundel, begeleid dioor
het kerkorgel en drie bazuinen, door
de groote ruimte.
VervoLgens hield de hofprediker, pro-f.
dr. H. Th. O bh ink, hoogleeraar aain
de Utrechtsche Universiteit, de volgende
rede:
Het nvoge niemand verwonderen dat
wij hier, staande aan den ingang van
een grafkelder, zijn begonnen met een
Paaschlied op de lippen en het lezen
van het Paaschevangelie dat ons spreekt
van overwinning van den dood door het
leven. Immers hier, b'ij de lijkbaar van
ons aller Koninklijke Moeder, der Vor
stin die zoo wonderlijk bemind was door
het. Nederlandschc Volk mogen wij niet
enkel ons hoofd buigen en treuren om
den zwaren slag die ons geliefd Vorsten
huis en ons Vaderland heeft getroffen,,
maar moeien wij ook roemen in de
wonderlijke liefde Gods, die id'en d'ooid
zijn scherpen prikkel heeft ontnomen en
het graf van zijn wreedheid heeft be
roofd'.
Haar, naar het Koninklijke woord, „ons
aller Moeder", wier gansche leven één
machtig getuigenis was van de liefde van
Christus, dragen wij in de „Stille Week"
naar Haar laatste rustplaats, die toch
niet „Haar laatste rustplaats" is, want
reeds rijst de Paaschzon boven Haar
graf. God heeft Haar 2jóó begenadigd,
Haar, die naast veel levensvreugde ook
veel zware smart heeft gekend in Haar
Leven, dat Haar die ééne smart waar
voor Zij1 vreesde: het ©ogenblik van het
afscheid nemen van die Haar het liefste
op aarde waren, is bespaard gebleven.
God sloot haar oogen zoo vredig toe
en nam Haar tot zich zonder scheidings-
smiart.
En nu staan w'ij hier en gedenken Haar,
deze begenadigde vrouw. Het zou ge
makkelijk zijn bij deze lijkbaar te prij
zen en te danken voor alles wat Zij voor
ons Land en Volk gedaan heeft en ge-
w'eest is. Ja, het zou gemakkelijk zijn
en verleidelijk ook. Er zou veel te zeg
gen zijh, veel dat bekend is en nog meer
dat niemand weet. Maar wij zullen dat
niet doen. Allereerst niet, omdat de ma
jesteit van den dood verbiedt de groot
heid van een m'ensch te roemen, maar
ook Omdat wij daarmee niet zouden spre
ken in den geest van Haar, die wij straks
ten grave zullen dragen.
Hier is iets anders om over te spre
ken. Dat rijke leven wias zo,o rijk en
heerlijk door de voortdurende gemeen
schap 'met Hem' die de bron is van lalle
waarachtige grootheid. De liefde van
Christus was de stuwkracht van Haar
gansche leven, de altijd vloeiende bron
van Haar vroomheid en vreugde, het
geheim' van Haar gezegend werk. Chris
tus heeft gezegd dat wij zoo hebben te
leven dat de m'enschen onze goede wier
ken ziende, onzen Vader, die in den
Hemel is, verheerlijken. Zoo te leven
dat de menschen óns er om prijzen,
is al veel, maar méér is het als het zoo
ver komt dat de menschen óns en óns
doen ziende, erkennen, die hier meer
is dan menschelijk kunnen en deswege
onzen Vader in den hemel verheerlijken
voor wat Hij' door menschen doet. Zóó
was Haar werk en Haar leven.
Zoo zien w'ij dan nu over menschelijke
daden en menschelijke deugden heen naar
Hem', uit Wien, door Wien en tot Wien
aile dingen zijn en danken Hem' voor
wat Hij ons Vorstenhuis en ons Land
en Volk heeft geschonken in dit heer
lijk leven dat wij zoo noode uit ons
leven zullen missen.
En Wij kunnen niet nalaten aan deze
plaats onze geëerbiedigde Koningin en
Onze Prinses Juliana gelukkig te prijzen
dat God Haar de genade verleent op
deze wijze en m'et izulke gevoelens Haar
zoo beminde Moeder en Grootmoeder
ten grave te geleiden, en daarbij zich
gedragen te weten door de gebeden van
alle die bidden hebben geleerd. Wij wie-
ten en getuigen hier m'et dankbaarheid
aan God dat menschelijke Majesteit zich
ootmoedig 'buigt voor Gods liefde in
Christus. God1 zij geloofd, die ons Volk
in Oranje zulk een Vorstenhuis gaf.
Zoo is het dan Waarlijk niet enkel
rouW die ons hier samenbrengt, maar
ons bart is vol van dank en geluk voor
Gods groote liefde, zoodat 'wlij aan deze
lijkbaar Paaschliederen kunnen zingen,
liederen der overwinning in den mond
van sterfelijke m'enschen.
Am alia van Solms nam bij Haar hu
welijk als levensleuze: quid reddam' Do
mino (Wat zal ik den Heer vergelden)?
Wij doen dat ook hier bij deze lijkbaar.
Wiat zullen 'wij volk van Nederland, den
Heer vergelden, voor wat Hij ons gaf
in dit zoo begenadigde leven? Wij wil
len elkander hier b'ij deze lijkbaar be
loven dat w'ij den band tusschen Oranje
en Nederland die ons Land en Volk
reeds tot zoo grooten zegen is geweest,
niet alleen bewaren m'aar versterken en
daardoor toonen dat Wij bij elkaar be
boeren en bij elkander willen blijven en
samen ontvangen den zegen dien Gods
goedheid ons nog zal willen schenken.
Geloofd zij Jezus Christus! Amen.
Na de rede van professor Obblnk zon
gen alle aanwezigen, wederom' 'begeleid
door orgel en bazuinen, gezang 273
1 en 11.
Daarna was het plechtige oogenblik
aangebroken dat de gordijnen, welke de
grafkelders der Oranje's aan de oogen
van ieder onttrekken, werden weggescho
ven en de kist met het stoffelijk hulsel
van Koningin Em'ma de steenen trap
werd' afgedragen omi te worden bijgezet
in de gew'elven van de oude kerk, waar
reeds zoovele groote figuren der dy
nastie waarmede Zij Haar leven ver
bonden had, rusten.
Toen de kist in den grafkelder Werd
gedragen, speelde het orgel, onder ba
zuingeschal het oude WilhelmUs.
Zoo werd dus Koningih Em'ma ter
kerke ingedragen 'met het „Mein Wal
deck" en werd zij' te ruste gelegd onder
de tonen van het „Wilhelmus".
Treffend beeld van Haar leven. Zij,
van Waldeckschen bloede, nagestaard
'door een Nederlandsehe natie als de
hooge Vorstelijke Vrouwe, (die Haar hart
had verpand aan ons land en volk.
Niemand verliet na dit oogenblik zijn
plaats. Eerst dan, waarneer de Koninklijke
familie met gevolg en de verdere vor
stelijke personen, het bedehuis hebben
verlaten om naar de Residentie terug
te keeren, komt er beweging in de schare
en verlaten de aanwezigen, diep onder
den indruk van het droevig gebeuren,
het Kerkgebouw,.