De schatgraver. HET LEELÜKE HONDJE. V verdisconteerd, in de minimum straf die hij kon opleggen, n.l. fO.BO b. 1 <1. h. W.a L. te Thiol en, een vrijwel ano- laog geval, waar een leerplichtig kind uit een gezin van 11 kinderen, waarv'oor de mloeder vrijwel alleen staat, bessen had igeplukt werd 'wei schuldig verklaard, doch zonder toepassing van straf. A. V. te Tholen wiens wtoniin/g buiten het rayfon der waterleiding viei zoolang de Verordening bepaalde dat de perc. die minstens 40 M. buiten de hoofdhuis waren igébouwld, was er nu wel in be trokken, nu die kring is teruggebracht tot 25 M. De desbetreffende verklaring tot aansluiting had hij niet willen tee kenen omidat hij dlooir de veelvuldigheid van regenwater gieen behoefte aan het leidingwater heeft. Als hij nu inderdaad tot afname van dat water gedlwlongen wordt, dan moeten ze 't zelf maar aan leggen, dan zal hij hun dat niet beletten. Ter onderteekening van het formulier gaf de Kantonrechter hem een maand tijd, alvorens het vonnis f 10 b. of 10 d. h. in kracht van gewijsde gaat. Daar zou verd. dan nog eens over denken. J. W. H. te Poortvliet had in den 'boomgaard van Murre aldaar enkele appelen Opgeraapt en meegenomen, waar toe hij van den eigenaar, zdoal niet dit jaar, dan toch het vorige, toestemming had verkregen. intusschen bleek van de zijde van den eigenaar het tegendeel, terwijl het re gister van verd. niet geheel blank meer was. Eisch en vonnis f4 b. of 4 jd'. h. M. P. te S t.-M a ar tens dij k stond terecht wegens het uittrekken en dief stal van uien op het land van J. L. Mol aldaar. Uit de verhandeling bleek, dat verd. genoemden landbouwer had be zocht en teruggaande over een blok land, bezaaid met zilveruien, had hij er enkele uitgetrokken en daarna weggeworpen. De bedoeling is er uit gedistilleerd Idat verd. met deze uitjes had willen aantoonjem, dat ze schimimelziek waren, voortkomen de uit de substantie van den grond en dit land voor ideze cultuur dus niet ge schikt zou zijn. Intusschen pacht de heer Goesing telkenmale dit land, zoodat deze daarvoor niet zoo beducht is. De kantonrechter zag er wel oneerlijke concurrentie in, maar met Iden Ambt. was Z.E.A. het eens, -dat de uien nilet weder rechtelijk zijn toegeëigend, er geen dief stal is gepleegd en dus juridisch uit spraak moet volgen.'Overeenkomstig dien eisch sprak de kantonrechter den vierd. vrij. A. D. te Tholen, die zonder Jicht had gereden, hetgeen ieder kan overkomen, was bij de constateering brutaal opgetre den; dat moest hij nu boeten met f2 b'. iof 2 d. h. C. S., huisvrouw van F. A. S. te T h o- Ien, werd schuldig verklaard aan over treding der leerplichtwet, doch geen straf werd toegepast, omdat de moeilijke huise lijke omstandigheden verzachtend in re kening werden gebracht. ook in dit geval komen niet van één kant LANDBOUW m VEETEELT. Bij het Fruitinvoer-Monopolie. S i na as a p pe 1 c ons u m>p t ie in 3 jaren tij ds met een derde ge stegen. Het woord is thans aan de bo o.mg a a r d b e z i 11 e rs, om een beter product te le veren Veertien dagen na de overrompelend snelle en als zóódanig ter zake doel treffende instelling van het monopolie van 'den graaninvoer is afgekondigd de monopoliseering van den fruit-import. In tegenstelling met het graanblesluit Wias het op handen zij'n van dit tweede (monopolie reeds eenigen tijd bekend (door een m'ededeleling van den minister zélf). Den laatsten tijd is de invoer dan ook zeer groot geweest; zoo wierden b.v. vorigen Maandag le Rotterdam aange voerd bijna 32.000 kisten sinaasappelen, dat is dus meer dan een millioen kilo. De vruchten-invoer is vooral in het loo- pende jaar, zéér sterk gesteglen. Zoo is b.v. die consumptie (invoer min weder uitvoer) van sinaasappelen in drie jaren tijds gestegen van 51.7 tot 68.3 millioen kilo, |dat is dus mlet 32 o/0 en cdat on danks (de crisis. Daartegenover staat echter, dat onzte uitvoer van fruit aan alle kanten sterk wlordt belemmerd. Zoo heft Engeland b.v. 4 peints invoerrecht op appels en pieren (behalve op die uit de Domjinions) en van 23 cents per kilo druiven. De Noor- schie landen hebben evleneens hooge ta riefmuren, terwijl Frankrijk en Polen tot scherpe c ontingenteering zijn overgegaan, olm) van Duitschland maar te zwijgen! Hiet gevolg is dan ook geweest, dat het binnenlandsche fruit bijna waarde loos is gew'orden. Wanneer de Nederlandschie fruitklwiee- kers thans, dank zij1 het fruit-invoermio- nopolie, zijn kansen verbeterd zal ziien, o,ml zijn producten méér dan tot dusver op de binnenlandsche markt en naar te hopien is tegen een rtendabelen prijs te plaatsien, dan rust op hem óók de plicht, om' dusdanige cultuurtechnische maatre gelen te treffen, dat d'e kwaliteit yan zijn fruit aan hoogere eischen gaat vol doen, speciaal wat betreft appels len pieren. De Zeeuwlschie rijkstuinbouwcon- sulent van der Plassche heeft er na een studiereis naar de Amieriikaanstihe fruitcentra de aandacht op gevestigd, hoè veel in Nederland nog ontbreekt op het stuk van sorteering, verpakking, herhaalde bespuiting, enz.! De liefde kan Vee op Tholen Ingevolge de officieel gehouden vee- telling in het eiland Tholen en St.-Phi- lipsland bedraagt het aantal veehouders 470. Het aantal runderen is 6474, waar van 1983 stuks melkvee en 458 drachtig jongvee. Stand van het fruit. Op 23 Augustas. Het onderstaand overzicht betreffende den stand van het fruit en de warmoe- zerijgewaesen op 23 Augustus is, onder medewerking der Rijkstuinbouweonsu- lenten, samengesteld naar gegevens, ver strekt door de correspondenten der direotie van den Landbouw. De stand van de appelen loopt zeer uiteen, ten gevolge van de vorst in het voorjaar en van de droogte. In vereohillende streken hebben de vruohten zioh eerst na half juli goed ontwikkelt. In Zuid- Holland, Noord-Brabant en Limburg big ft de stand van de appelen bij dien in de meeste andere streken, aanmerkelijk ten aohter. De boomen, welke goed be spoten zjjn, vertoonen een beteren stand dan het onbespoten gewas. Over het geheel genomen, staan de appelen iets beter dan het gemiddelde. De stand van de peren is minder goed dan die van de appelen. Waar een kraehtige ziektebestrijding beeft plaats gevonden, zijn de vruohten van goede qualiteit. De druiven hadden aanvankelijk van de droogte te lijden. Na de gevallen regens heeft het gewas zioh hersteld, zoodat de stand thans goed genoemd kan worden. Land- en tuinbouworganisaties. Blijkens een opgaaf in de mede- deelingen van de direotie van den land bouw bedroeg het aantal landbouw organisaties in ons land in 1933 2361 met 214,544 leden tegen 198,675 leden in 1932, verdeeld over 2083 organisaties. Het aantal georganiseerde landbouwers is bijna weer even groot als is in 1920, toen het 216,719 bedroeg. Het aantal tninbonwvereenigingen daalde van 647 met 94,162 leden in 1932 tot 622 met 91,161 leden. KERKNIEUWS. Geref. Gem. ST.-PHILIPSLAND. Tot ouderling is ,ge- koziein idihr. K. van Dijke; tot diaken Idhr. J. Vadiers. INGEZONDEN STUKKEN. (Buiten verantwoordelijkheid der redactie). Copie wordt niet teruggezonden. Zierikzee, 29 Augustus. Mynheer de Redacteur Verzoeke beleefd plaatsing van het volgende. De laatste weken wordt de radio ontvangst bij versohillende toestelbezit- tere, in de buurt van Pieterseliestraat, Manhuisstraat en Fonteine, voor een groot gedeelte, vooral 's avonds laat, onmogelijk gemaakt door een onver draaglijke storing, veroorzaakt door ventilator, stofzuiger of ander eleotrisoh apparaat. Voor degene, die van goede radio ontvangst houdt, is deze storing een groote last en wordt de gebruiker van genoemd storend apparaat beleefd ver- zooht zijn apparaat storingvrij te maken, opdat de radio-uitzendingen weer ten volle genoten kunnen worden. Met dank voor de plaatsing. EEN TOE8TELBEZITTER. Is er overproductie? Gezien allerlei crisisbepalingien, die el kaar miet een verbijsterende snelheid op volgen, schijnt de Regeering zich in het hoofd igehaald te hebben, dat er over productie is jn Nederland. Alsof er nu nog niet genoeg verorde ningen door Haar zijn uitgevaardigd', zal weer een nieuwe crisiswet afkomen, die de vernietiging beveielt van een deel der veestapel. Dit omdat er ook hier overproductie zou bestaan en er zóó veel vleesch zou zijn, dat Nederland het niet op kon. Niets 'is echter minder waar. Wanneer de Bewindvoerders eens de [moeite zouden willen nemien van rond te kijken in de groote steden, dan zou den zij zien, dat er ab'soluut geen vleesch teveel is en dat er zelfs een groot deel van de stadsbevolking geen vleesch kan eten, nooit of bijna nooit kan eten, om dat ide middelen om1 het te koopen hun ontbreken door werkloosheid. Is deze werkloosheid dan een gevolg van die beweerde overproductie? Zou het de verminderde koopkracht niet zijn? Hoe meer de Industrieel en de Winke lier wiorden gebonden door Wetten en Bepalingen (die steeds weer nul op 't request geven) zooveel temeer wordt werkloosheid 'bevorderd en alles nooide- loos duurder en moeilijker verkrijgbaar. De daaruit voortvloeiende werkloosheid is 'dan geen gevolg vanoverproductie rniaar van die toegepaste .dwangmaatre gelen, Hoe kan welvaart en werkverruiming lerugkeeren, zoolang alle energieke po gingen der zakenmensehen om meer le ven in de brouwerij van Handel en Pro ductie te brengen worden gebroken dooi den eenen crisismaatregel na den an deren Laat de Regeering zich niet langer bemoeien met zaken waarvan zie blijk baar geen verstand heeft. Wij zinken anders onherroepelijk sleieds dieper in het erisismloeras en dit om er dan nooit meer uit te komen. Aiie particuliere ini tiatief zal zoodoende doodgaan, terwijl de werkloosheid als onkruid zal voort woekeren! De verminderde koopkracht komt dan steeds dringender te drukken op het geheele volkshestel. Geelt de Industrie, de Handel en de Winkelstand dus vrijheid! Laat ze fa- brioeeren en verkoopen hoe te willen en wanneer ze willen en er komt werkverruiming voor iedereen en overal. RAADGEVER. ZEETIJDINGEN. ZIERIKZEE, 30 Aug. Uitgeklaard: Mo torschip „Aceüvïty", ledig, kapitein Joh Campbell, van Bergen op Zoom. 8P0RT- VOETBAL. NIEUWERKERK. N.V.V.-Excelsior (Oos- terland): 3—1. OUD-VOSSEMEER. O.V.C. I—Dosko I (Bergen op Zoom): 1—1. TftAJMTOJTOLWVW AARDAPPELPRIJZEN AMSTERDAM. Marfetoverzicht der vorige week inge zonden door Firma Jac Knoop, Makelaars in aardappelen, Nassaukade 158, telef. 81431, Amsterdam. Afgeloopen week was de aanvcer van aardapppelen niet groot en de prijzen iets stijver. Oorzaak niervan is, dat de landbouwers niet willen verkoopen en afwachten welke maatregelen de regee ring zal nemen. 28 Augustus werden de volgende prij zen Igemuakt per 100 k.g.: Zeeuwsche bon ten f3.20—3.60; id. bl. 13.20—3.60; id. hl. eigenh. f2—2.40; id. eigenh. f2—2.40; id. bonte poters f2—2.40; id. eigenh. f2 —2.20; Zeeuwsche bonte eigenh. f2—2.40; Zeeuwsche uien f 1.80—2.10. ST.-ANNALAND. Aardappel veiling van 30 Aug. 13550 k.g. witte eigenh. f2; 11500 k.g, bl. id. f2—1.20; 3000 k.g. Zeeuw sche bonte f2.60 en f2.50; 6200 k.g. id. bl. f2.55 en f2.50; 5400 k.g. aardappe len, 2e soort f 0.80 en f 0.70. Groep Scher- penisse: 9200 k.g. bl. eigenh. fl.70 en f 1.60; 1500 k.g. witte id. fl.60; 800 k.g. Zeeuwsche bonte poters f 1.20. Tony wa? ëën" jongen van Bijna negen jaar, toen een oom van hem uit Indië kwam en zijn verlof in d? woonplaats van Tony's ouders doorbracht. Nu was deze oom de peetoom van Tony en zij v.-aren dus niet weinig blij elkaar te zien en zeer trots op elkaar. Oom Tony nam zijn neef dikwijls mee uit, als hij ging wandelen of als hij wel eens in de om streken uit rijden ging. Zulke tochtjes waren natuurlijk heerlijk en Tony zorg- dp dan ook wel dat zijn huiswerk altijd keurig netjes er uitzag en af was en dal hij zijn lessen goed kende. De onderwij zer on school begreep niet hoe 't kwam. dat. Tonv den laatsten tijd ineens zoo veranderd was en vroeg het hem op een keer. Tony lachte even en vertelde toen. dat Zij stonden *s morgens al heel vroeg op en gingen dan heele verre wandel tochten maken. Zij namen brood en melk in een groote hoeveelheid mee in een rugzak, zoodat zij den heelen dag den tijd hadden. Eens op een morgen kwam zij bij een zeer boschrijk «gedeelte en Tony vond. dat het nu hier precies leek op een he- fooverd bosch. Hij was er van overtuigd, dat als hij nu zijn schop bij zich had gehad, dat hij dan beslist een groote schat gevonden zou hebben. Oom Tony lachte hem uit, maar onze jongen was er niet van af te brengen. „Welnu, dan gaan we hier morgen weer naar toe", zei oorn Tony, „en dan neem je je schop mee." Dat was afgesproken en den volgen zijn peetoom uit Tndië over was en dat den morgen al vroeg waren zij bij den hij heel dikwijls met hprn moe uit mocht, maar natuurlijk al leen onder voorwaarde, dat al tijd zijn huiswerk af was en hij zijn lessen kende. Zoo kwam dus het logee ren van Oorn Tony hem nog ten gnede ook. Maar eindelijk werd het vacantie en nu zouden zij samen uit logeeren gaan op de Veltnve. Oom Tony was eerst al eens vooruit gegaan en had nu op een boerderij een heerlijke gelegenheid gevonden, waar zij samen konden wonen. Dat be viel hem dadelijk en een paar dagen daarna kwam hij met zijn neef aan. Ook onze Tony \vas uitgelaten van blijdschap, toen hij de boerderij had bezich tigd, maar nog het meest, toen de boerin hem al de kippen en kuikens en kalfjes had laten zien. 's Avonds mocht hij mee naar het land om de koeien te zien melken en de paarden on de veulens te zien. Nu het was er .heer- JJjk. zelfden boom van den vorigen dag. To ny herkende hem direct, omdat zijn stam zoo gek er uitzag. „Net een Zoe- bra, oom Tony," had hij den vorigen clag gezftgd. Tony begon dadelijk te graven, maar hoe diep hij ook' ging, hij moest beken nen, dat er niets bijzonders was. Dan maar eens op een andere plek gepro beerd. Ook hier wachtte hem een teleur stelling. Oom Tony troostte hem en zei,- dat hij immers wel had gezegd,dat er heusch nergens iets begraven Ifig. Maar hoewel het huilen Tony nader stond dan het lachen, zoo voelde hij zich' teleurge steld, besloot hij toch door te zetten en ging weer een eind verder aan het gra ven. En jawel, daar stuit hij op iets hards. Hij riep zijn oom er bij en ook deze kon haast niet verder, omdat er iets in den grond zat, waar de schop niet doorheen kon. Het leek wel een netwerk van wor tels. Héél voorzichtig probeercfen zij nu die wortels weg te snijden en' na veel moeite konden zij hun handen er onder steken. Zij trokken de laag omhoog en wat vonden zij daar: een nestje met kleine konijntjes, waar de moeder ang stig piepend bij zat. Zij moesten even lachen en maakten toen het nest weer vlug dicht, maar Tony was blij, want hij had toch iets gevonden. r l -5*- Tim, het leelijkste hondje, dat er, ooit bad rondgeloopen, ontmoette op een morgen, dat hij met een doodongelukkig gezicht op de boerderij rondliep, Kwak, de eend. „Goeden morgen" zei Kwak, „beiï jo ziek?" „Dat niet direct", zuchtte Tim, .«ik wenschte alleen, dat ik niet zoo vreesebjk ieelijk was, dat is alles." „Ik ben ook de leelijkstevan mijn heele familie." zei Kwak vol sympasthie. „Niets aan te doen." „Dat is waar", beaamde Tim, „maar il zal wel niet eens zoo veel mooier zijn"; hij wendde het hoofd1 verdrietig af. „Maar het dochtertje van mijn baas mag van haar vader een van mijn broertjes en zusjes voor biaatrzelf hou den, en vanavond zal zij kifezen. wie dat wezen zal. Tk zon toch zoo grakig de uit verkorene willen zijn, maar ik denk,- dat ze er niet over zal denken, zoo'n leeiij- kerd als ik ben te willen hbuden." „Daar kun je niets van; zegigen/'^zei Kwak in gedachten verzjonken. „Het is niet altijd de leelijkste. die 't. het slechtst gaat in de wereld. Er waa^ vroeger eens een vreeselijk Ieelijk eendje en moeder vertelde me, dat hij later een prachtige zwaan is geworden". „Wat gek," riep Tim uit. „Zeg Kwak, wordt jij later ook een zwaan?" „Ik hoop het", antwoordde deze. „Weet je dat dan niet?" vroeg Tim. „O, neen, zooiets weet je nooit van te voren; dat gebeurt plotseling; op een goeden dag, als je 's morgens wakker wordt, ben je plotseling een zwaan." „Maar ik zou toch denken", zei Tim hard snuivend, „dat, als je heusch een zwaan zou worden, je dan toch de ge voelens van een zwaan moet hebben." Hij staarde een poosje in gedachten voor zich uit en vervolgde toen lang zaam: „Waar zouden kleine, leelijke hondjes in kunnen veranderen? Tk denk niet in een zwaan, denk jij wel?" „Hm", zei Kwak. „ik vermoed, dat je in een ander soort hond kunt veranda ren." „Zou ik?" vroeg Tim een beetje wei felend „Kijk, ik hen een spaniel. Dat wist je zeker niet, hé?" Zoo zaten ze een poosje zij aan zij cn verwonderden zich over zwanen en hon den, Ieelijk- en niet Ieelijk en zoo meer. Tenslotte zei Tim: „Wat zegt jouw moe der er van?" „O, kwak, kwak, meer niet. En de jouwe?" „De mijne," hernam Tim het woord, „die zegt: woef waf, iemand is alleen naooi als hij dat zelf wil." „Wat beteekent dat?" „Wel, als je zoo eerlijk bent als goud en zoo moedig als een leeuw, dan komt het er niet op aan hoe Ieelijk je bent." „Dus mooi zijn wil eigenlijk zeggen, „goed" zijn?" f' „Ik denk het. Maar ik ben bang, dat ik ook beelemaal niet goed ben. Het is soms heel moeilijk, dat verzeker ik je", knikte hij. „Dat is waar", zei Kwak en knikte ook. „Kom," zei Tim, „er is niets aan te doen, maar ik moet weer naar huis. Goeden dag. Vergeet niet me te zeggen, wanneer je van die zwaanachtige gevoe lens krijgt, zal je?" en weg tippelde hij. den weg naar huis af. Terwijl hij in ge dachten voortliep, werd zijn aandacht getrokken, door iets, dat in de modder lag. „Kijk uit", zei hij tot zichzelf, „maar wat is dat? Dat is de lievelingspop van mijn vrouwtje Arabella en nog wel in haar mooie jurk. Hoe komt zij hier? Zij is zeker uit den wagen gevallen. Tk zal haar voorzichtig mee naar huis nemen. En met zorg droeg hij de mooie pop aan haar kleeren. Zij was nogal groot en haar voetjes raakten iederen keer den grond als hij liep. Zij was zwaar ook en zoo nu en dan moest hij haar even laten liggen om weer op adem te komen en hij wenschte thuis te zijn. Zijn vrouwtje liep in den tuin en zocht en zocht, toen zij Tim zag aanko men, die even later haar pop aan haar voeten neerlegde. ..Arabella", riep zijn vrouwtje, „Tim heeft mijn pop gevon den! O, wat ben jij een lief hondje!" Tim ging bij haar zitten en kwispelde verheugd met zijn staartje. Den volgen den morgen ontmoette hij zijn vriendje Kwak weer bij de sloot. „Kwak," riep hij verheugd. „Zij heeft mij gekozen. Zij koos mijl Tk ben nu hef. hondje van mijn vrouwtje! Is dat niet heerlijk?" „Wat", riep Kwak. „Heeft zij jou uit al je broertjes en zusjes gekozen? En vond zij je dan niet je weet wel?" „Leelijk?" vroeg Tim. „Poeh! mijn vrouwtje zegt, dat ik heelemaal niet lee lijk ben. Zij zegt, ik ben juist heel mooi. Heusch!" Kwak keek hem heel lang en onder zoekend aan. „Hm," zei hij, „jij hebt be paald iets heel erg goeds gedaan." DE DENKER. Frits was vreeselijk slordig en geen enkele morgen kon hij zich herinneren,- waar hij den vorigen avond al zijn kleeren had gelaten. Moeder was dik wijls de wanhoop nabij, maar zelfs straf hielp niet. Op zekeren 'dag liepen zij in een mu seum en zagen daar een reproductie van een groot schilderij van Rodin, ge titeld: De denker. Friets blijft er even voor staan en zegt dan tegen diin moeder: Hij zit ze ker na te denken, waar hij zijn kleeren heeft gelaten."

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1933 | | pagina 6