aJ' Kip
Ziirikzesschi Nieuwsbode
Pliitw -
TWEEDE BLAD
Vergankelijkheid.
FEUILLETON.
EEN DAPPER MEISJE.
BINNENLAND.
Uil Stad en Provincie.
O Yo Yol (Wijze: O Kovacs).
«34T
Eerst wou je er beslist niet in
O Yo Yo!
Dat spelletje vond men te min,
O Yo Yo!
Maar toen men zei: Dit spel is Fransch
O Yo Yo,
O ja, toen won je 'tspel met glans!
Refrein: O Yo, Yo, jij kleine rakker,
O Yo Yo, jij bent subiet
Bij miljoenen favoriet!
In deze tijden, zoo gedrukt
O Yo. Yo!
Ben jij het meest gevraagd product,
O Yo Yo!
Men smeekt welhaast den winkelier,
O Yo Yo,
Geef mij toch Yo Yo! geef toch hier!
Refrein: O Yo Yoenz.
'tWerd een triomftocht door het land!
O Yo Yo!
Een spel voor elke rang en stand,
O Yo Yo!
Nu staat heel de familiekring,
O Yo Yo,
Te spelen met zoo'n dansend ding
Refrein: O Yo Yoenz.
Al mijn papieren slaan zoo slecht,
O Yo Yo!
Had ik ze maar in jou belegd
O Yo Yo!
Dan maakte ik nu op z'n minst
O Yo Yo,
Daarmee een kapitale winst
Refrein: O Yo Yoenz. J.
bahoorend* Dl] dl
vin Vrijdag 21 Oot. 1932, Na. 12379
Al het aardsche is vergankelijk. Al wat
op de aarde leeft is naar zijn vorm ver
schijning in tijd en ruimte. En wat aldus
in den tijd verschijnt, moet weer daaruit
verdwijnen. En zoo zien we de natuu®
in haar oneindige verscheidenheid van
Wisselende vormen, onderworpen aan het
proces van ontstaan en vergaan, met dien
verstande echter, dat uit de stof der ont
bonden vormen weer nieuwe worden op
gebouwd. Die immer zich herhalende ver
andering" is zoo gewoon, dat zij wellicht
daarom tot velen niet meer spreekt. Wel
echter, zoo die verandering opvallend
wordt. Dan blijkt zij in staat om! gedach
ten aan vergankelijkheid te kunnen op
wekken, die op hun beurt weer voeren
naar de gedachten over leven en dood.
Bij 'de innige betrekking, welke er be
staat tusschen mensch en natuur, is deze
laatste voor hem, die zich voor haar
ontvankelijk toont, altijd als een ppen-
baring.
Er is nu zulk een fijne, teere en on
eindig gedifferentieerde stemming in de
natuur. Een beeld ditmaal van een vollen
herfst, waarin de boomen betrekkelijk
nog weinig van al te vroege najaarsstor
men hebben te lijden gehad. We behoeven
niet eens ver te gaan voor het genieten
hiervan, al zal dan de eene landstreek
een nog grooter verscheidenheid vertoo-
nnen dan de andere. Het kleurig wielkenld
loof van een enkelen boom onder het
gouden najaarslicht, een oud geveltje (er
gens in een stille straat, (droomend in
den warmen herfstgloed, zijn dikwijls top
zichzelf al in staat om iets van de stem
mige herfstschoonheid uit te drukken.
De sfeer is anders, gevoeliger nu. Ook
inniger en rijker, wijl het afstervend1 ge
bladerte, als in een laatste felle opleving
van diepe kleuren, de bosschen [nog in
volle glorie zet.
Wellicht is die herfststemming overal
weer anders, alhoewel vervuld van toen
diepen weemoed om de schoonheid', die
vergaat... maar ook van een juichenden
toon, die weet en getuigt van de dingen
dies levens, welke onvergankelijk zijn.
De weelde en pracht der herfsttinten
op zichzelf, zijn alreeds meer dan louter
aardsche verschijningen, daar zij als het
ware een poort openen naar een boven-
aardsche schoonheid, waarvan deze een
afspiegeling is.
In de herfststemming wordt iets van
's levens mysterie onthuld. En daarom
maakt deze den gevoeligen imlemsch zoo
ernstig.
Het is gewoonlijk alleen op de ver
gankelijkheid, waarop wij ons blind sta
ren. Alsof er daarboven en daarachter
verder niets meer zijn zou.
En zelfs dit aannemende, worden We
toch nog voortdurend door het vergan
kelijke geboeid. Toch gaat dit laatste
voorbij. En daarom is het leven vol te
leurstellingen, verbrokkeld als 't wordt
door verstoorde illusies. Maar 100k jaan
deze komt een eind, zooals aan elke
vreugd en smart. Gelijk ook ons leven
voorbij gaat, verkeerend in telkens an
dere omstandigheden, zoojdat geen twee
opeenvolgende momenten voor ons pre
cies hetzelfde beteekenen. Tijdens die
verandering Is wellicht elk vluchtig ver
langen, dat zich telkens op Wat anders
richt, een wisselende openbaring van jeen
eeuwig verlangen, waardoor we geroe
pen worden, zoo wij ons dat maa$ bewust
waren.
Alles wat vergankelijk is, heeft niette
min beteekenis voor de eeuwigheid. De
essence van elke gebeurtenis is als een
bezinksel door den levensstroom achter
Naar het Engelsch van
CH. GARVICE.
5 (Nadruk verboden).
„Dat doet me genoegen, (maar zijn deug
den interesseeren me niet in het minst.
Laten we over iets anders spreken1. La
ten we het bijvoorbeeld eens over jou
hebben. Daar ik er niet op gesteld ben,
dat Clifford] Revel, hoe braaf hij ook
mag zijn, de titel en de bezittingen erft,
zou ik graag een onderwerp willen be
spreken, dat mij den laatsten tijd heeft
bezig gehouden. Ik bedoel je huwelijk".
Lord Fane staarde zijn vader verbaasd
aan.
„Mijn.,."
„Ja, je huwelijk", hernam de markies.
„Ik veronderstel ten minste, dat je nog
niet getrouwidJ bent".
Lord Fane lachte hartelijk. „Nee, idaar
heb ik nog niet aan gedacht".
„Dat is toch niet verstandig", vervolgde
de markies. „Ik trouwde, toen ik twintig
jaar was en jij bent jnu al, vier-en-twintig.
En als ik zeg, als je toch besloten
jbent je nek te breken, zou het een,
zekere troost voor me zijn, als je een
zoon en erfgenaam naliet. Ik zou graag
willen, dat je hier eens over nadacht".
„Goedl, ik zal het doen", zei zijn zoon,
terwijl hij opstond.
„Dank je", antwoordde de markies. „Ga
je weg? Ik hoop niet, dat ik je opgehou,-
gelaten. Zoo is ook de vergankelijkheid
maar betrekkelijk, als gevolg van 'smen-
schen gebrekkige beschouwing.
Want zooals de tijdelijke persoonlijk
heid wellicht niet meer is 'dan de scha
duw van den waren mensch, zoo is ook
de visie van die persoonlijkheid op zijn
leven zwak en in hooge mate onvolko
men.
De werkelijkheid is echter in die sfeer,
waar alle dingen in ooirsprong zich be
vinden en de vergankelijkheid is opge
heven.
70 JAAR EN INVALIDE DOOR
RHEUMATIEK.
Nu werkt hij 12 uur per dag
De menschen beweerden, dat hij nooit
meer zou kunnen werKen. Het is wel
waar, 70 jaar is oud, maar al gauw toon
de hij 'dat de voorspellingen niet uit
kwamen. Nu werkt hij soms 12 uur per
dag. Maar laat 'them zelf vertellen:
„Ik ben 70 jaar en het is aan Kruschen
Salts te danken dat ik er nog ben.
Vorig jaar Kerstmis was ik door rheu-
matie* letterlijk dubbel gevouwen. Ik
kon mijn haar niet borstelen, mie niet
wasschen en zelfs geen theelepeltje op
tillen. De menschen voorspelden mttij, dat
ik nooit meer zou kunnen werken. Tegen
woordig werk ik harder dan menig jon
geman. In kan ongeveer 100 kilo tillen.
De menschen zeggen nu dat het ieien (mi
rakel is. Duizendmaal dank aan Uw Kru
schen Salts. Niets anders kan mij zoo
goed gezond houden. Ik neem het in Imijn
thee en heb velen el aangeraden hetzelf
de te doen. Ik kon zelf niet in- |of uit
bed komen, evenmin recht ,op zitten.
Miijn vrouw moest steeds een handdoek
om mijn nek doen om me te helpen. Ik
gaf dus heel wat last, maar nu Imlaak ik
soms werkdagen van 12 uur. Dit heeft
Uw Kruschen Salts gedaan." G. J.
U moet de rheumatiek overmeesteren,
voor zij U overmeestert. Wjacht niet
eerst tot de rheumatiek haar inies dieper
en dieper in U heeft gezet, en tenslotte
de gemartelde gewrichten U plat terneer
doen liggen. Neen, zoek direct naar die
hoofdoorzaak van Uw rheumatiek en
neem afdoende maatregelen.
Rheumatische toestanden zijn het ge
volg van een teveel aan urinezuur in
't lichaam.
Twee van de ingrediënten van Kru
schen Salts hebben het vermogen urine-
zuur-kristallen op te lossen. Weer an
dere dezer zouten sporen de organien
aan om deze opgeloste kristallen, langs
den natuurlijken weg te verwijderen. Be
halve deze zijn er nog andere zouten in
Kruschen, welke voorkomen, dat het voed
sel in de ingewanden kan gaan gisten en
tevens zorgen dat urinezuur en ander©
lichaamsgiften, welke de gezondheid zou
den ondermijnen, zich niet weer kunnen
ophoopen. Bedank dus wel, dat het de
„kleine dagelijksche dosis" Kruschen is,
die Uw lichaam zuivert van urinezuur
en U uit de klauwen v,an de rheumatiek
houdt.
Kruschen Salts is uitsluitend verkrijg
baar bij alle apothekers en drogisten a
ƒ0.90 en ƒ1.60 per flacon.
Nu is het de meest geschikte tijd, dit
alles eens zelf te ondervinden op 't
oogenblik kunt U Kruschen Salts probee
ren op onze kosten. Want door heel Hol
land zijn onder de apotoekers en dro
gisten duizenden flacons Kruschen ver
deeld, die verpakt zijn met een gratis
proefflacon. U kunt dezen gratis proef-
flacon gebruiken zonder den gewonen
flacon Kruschen te openen. En als U na
deze proef niet volkomen tevreden bent,
kunt U den grooten flacon terugbren
gen bij den winkelier waar U hem kocht
en hij zal U Uw ƒ1.60 (uw geheele uit
gave) zonder omwegen terugbetalen.
Maar vergeet niet, dat de gratis proef
flacon alleen verpacht is bij de groot©
maat van ƒ1.60 en dan nog slechts voor
een beperkten tijd.
Gaat dus naar Uw apotheker of dro
gist, voordat hij deze groote proefpakken
uitverkocht heeft. (Adv.)
'den heb. Ik! vrees, dat je het hier tamelijk
vervelend) zult vinden. Doe me het ge
noegen om je eigen wenschen niet op te
offeren aan je kinderplicht".
„O, ik zou hier graag een tijdje willen
blijven, als u er niets op tegeni heb, ant
woordde zijn zoon blozenld.
„Natuurlijk heb ik er niets op tegen",
riep idle markies verrast uit. „Als ik m!e
goedl voel, zal ik gaarne van je gezel
schap genieten".
Na deze woorden verliet Lord Fane
het vertrek.
HOOFDSTUK III.
Enkele uren voordat Lord Fane Lela
in de porseleinkamer ontdekt had, Scheen
idle Abbey weinig aantrekkingskracht voor
hem te bezitten. Nu besloot hij minstens
nog een paar weken op zijn voorvaderlijk
kasteel door te brengen. Hij begaf zich
naar de stallen en koos een vurige Ier-
sche merrie uit. Hij reed door 't park
en over de uitgestrekte landerijen van
de Farintoshbezitting. Dit alles zou hem
of zijn verre neef Clifford! Revel toebto-
hooren; zijn neef zou klit alles krijgen,
als hij ongetrouwd stierf. Misschien had
de markies hem/ nog niet zoo'n slechten
raadl gegeven. Maar waar moest hij een
vrouw zoeken? Plotseling verscheen voor
zijn oogen1 het visioen van een meisje
met groote, bruine oogen en het bloed
stroomde hem! naar het gelaat. Toen
schudde hij beschaamd het hoofld; het
leek hem heiligschennis toe om (die ge
dachte aan een huwelijk te verbinden
met dit onschuldige kind.
Hij vroeg zich af, of Idle markies haar
VERSOBERING STAATSUITGAVEN.
Het verbond van Nederl. Werkgevers
doet in een adres aan de Tweede Kamer
„niet voor het behoud van den wel
stand van het kleine percentage meer
gegoeden in Nederland, maar wel in het
belang van de groote schare van econo-
mischen arbeid afhankelijke arbeiders"
een beroep op de vertegenwoordigers
van het Nederlamdsehe volk om de re
geering in haar financieele politiek thans
niet te volgen.
Adressant veroorlooft zich in het al
gemeen als zijn indruk voorop te stellen
dat de regeering er zich bij het ontwer
pen van haar voorstellen te weinig re
kenschap van heeft gegeven, dat 'dezto
de tendenz hebben de werkgelegenheid
in Nederland ongunstig te beïnvloeden.
De ondernemers kunnen zich nu een
maal niet een verstijving van de markt
verhoudingen veroorloven, zooals ten on
rechte de arbeidersvakbonden wanen, dat
wel in hun vermogen ligt.
Ten aanzien van een voorgesteldie hef
fing van dertig opcenten opi Ide igemeente-
fondsbelasting en de vermogensbelasting
wordt opgemerkt, dat in dezen tijd een
belasting van hen, wier 'draagkracht niet
belangrijk verminderd zou zijn, alleszins
gerechtvaardigd ware; van de voorge
stelde heffing kan zulks allerminst wor
den gezegd. Oojc zij, wier inkomen reelds
zeer belangrijk daalde, worden aan deze
voor girootere inkomens inderdaad rigou
reuze opcentenheffing onderworpen.
STEUN AAN GROVEN TUINBOUW.
Die heer Ch. L. van die Bilt; heeft in de
zitting van ide Tweede Kamer te kennen
gegeven, idat Ideze week nog een wets
ontwerp is te verwachten tot steunver
lening aan idem groven tuinbouw. Spr»
vroeg of idit idan nog Wieze week in de
afdeelingen zal komen. De voorzitter
antwoordde hem, (dat hij, zoolang het
ontwierp nog niet is verschenen, geen
toezegging kan (doen.
ZIERIKZEE. Zooals uit ide advertentie
in idit nummer blijkt, zal 1de aloip bekende
A. N. W. B., Toeristenbond voor Neder
land, op Donderdag 27 October een
Bondsavond organiseeren, bestaanJdje in
een expositie van het Bondswerk en
Bondsuitgaven, een lezing en de vertoo-
ning van een serie met zorg uitgekozen
lantaarnplaatjes. Dat |de'A. N.W. B. toen
instelling van algemeen nut is en eigenlijk
de vriend van iedereen, die het toerisme
beoefent, hetzij per auto, motor, trein
boot, te voet ,of te paard van iedereen
ook, idie deelneemt aan, het verkeer op
de wegen, mag^algemeen bekend worden
geacht.
Maar het is toch goed, dat de A.N.W.B.
zich in verschillende plaatsen komt vej1-
toonen;, omdat zelfs de lelden piet alles
weten van het omvangrijke Bondswerk,
(dat in het algemeen belang en in hun
belang tot stand: is en wordt gebracht.
Iedere toerist en weggebruiker vindt
zijn belangen bij den A.N.W.B. veilig.
Hij weet, dat deze vereeniging de best
geoutilleerde vereeniging is op het ge
bied van toerisme te land en te watep,
idat zij 'banen effent en veilig maakt, en
het ideële genot van reizen en tpekken
verschaft op een wijze, die bewondering
en erkenning heeft gevonden.
D© reisinlichtingen en reisplannen ,en
voor buitenlandsche tochten daarenboven
ide onmisbare girenSdocumtonten, die hij'
verschaft, geven den toerist een bron
van genot.
De Bondskaarten en -gidsen behooren
tot de volledigste en beste op diti gebied.
Het is inderdaad' een prachtig ver
schijnsel, dat de Bondsbtolangen zoozeer
Volksbelangen zijn, dat bevordering van
ide belangen, die jde A. N. W. B. voorstaat,
identiek is met Ide bevordering van de
belangen, welke heel de natie raken en
ten goede komen aan elkeen.
Daarom raden Wij iederen automobilist,
kemd|e; plotseling bekroop hem de vrees,
idat hij haar zou ontdekken en de oude
man het meisje zou wegsturen. Toen hij
het voorplein Weer opreed, zag hij tot
zijn verbazing, dat de wijzers van de
klok zes uur aanwezen, |den tijd, waarop
hij zou idineeren.
Na zijn eenzaam idiner begaf hij zich
naar 'da bibliotheek, toen hij een meisje
hoorde zingen. Hij herkende de stem
onmiddellijk, hoeweï Lela dien morgei?
niet gezongen had. Hij zag haar niet,
maar begreep, Idlat ze zich in een van1 id©
kamers boven ide bibliotheek bevond.
Vreezerid, dat ze hem zou opmerken eni
haar gezang zou staken, leunde zij tegen
Iden muur. Jaren later kon hij zich het
eenvoudige liedje nog herinneren. Hij1 liep
naar het raam en stond' voor haar.» „Stoor
ik?" vroeg hij bedeesd. „Ik hooirde u
zingen en ik kon niet* weggaan".
Ze antwoordde niet onmiddellijk, maar
keek vanuit het raam op hem neer, alsof
ze zich verbaasde over de verandering
in zijn uiterlijk.
„Ik zong voor mijd grootvader, maar
nu is hij in slaap gevallen. Dus u bent
nog niet vertrokken?"
„Nee, nog niet," antwoordde hij.
Ze glimlachte en boog zich voorover
om een roos te plukken. „Grootvader
had gehoord, 'dat u vanavond weg zou
gaan".
„Ik blijf hier voorloopig nog".
Lord Fane wierp een blik in de kamer
ton zag den bibliothecaris in een armstoel
zitten.
„ïk zöl hem niet wakker maken", mom
pelde hij. „Dacht u, dat ik weg Was ge
gaan. D»at was ook mijn plan".
motorrijder, wielrijder, voetganger, Water-
toerist, ruitertoerist, alsmede den koet
sier, den voerman, Iden landbouwer, kort
om' ieder, die van jde land- en waten
wegen gebruik maakt, hetzij voor ge
noegen, hetzij vpor beroep of bedrijf,
den Bonldsavond te bezoeken.
-rr In het verslag van de vergade
ring van Maandag, waarin besloten werd,
actie te voeren voor het behoud van de
tram, zijn een paar fouten geslopen. In
het comité van actie is gekozen weth.
Sw'agemakers te Steenbergen. Voorts
moet gelezen worden in 't betoog van
den heer v. d. Wieijde in plaats van „n a"
1 Jan. „tegen" 1 Jan.
De B.B.N., Bond van Bedrijfsauto-
houders in Nederland, meldt ons, dat
op 20 October aan de Tweede Kamer
van de Staten-Generaal een adres w|erd
aangeboden in verband met de voorstel
len van de Comniissie-Welter. In dat
adres, Idat voorzien is van de handteeke-
ningen van 23655 personen uit alle krin
gen van het Nederlandsche bedrijfsleven
en het autotransportbedrijf werkzaam,
wordt het verzoek gedaan, aan de plan
nen van de Comta'ssie-Welter ten aanzien
van het autotransport geen uitvoering te
verleenen. jMede wordt verzocht, geen
goedkeuring te héchten aan ide voorstel
len tot het invoeren van bijzondere in
voerrechten op benzine.
HAAMSTEDE. Op uitnoodiging der afld.
Westelijk-Schouwen van de Ned. Ver
eeniging voor Huisvrouwen trad Woens
dagnamiddag j.l. in de zaal van Hotel
Bom, als spreker op dhr. J. ide Wit, amb
tenaar der P.Z.E.M. Verscheidene dames
waren opgekomen; ook w'aren aanwezig
de heeren Streefkerk, Everwijn en Min-
kema. Na opening en welkom' door de
presidente der afdeeling, mevr. Klunder,
verkreeg dhr. de Wit het woord. Voor
ide pauze behandelde spr. de voordeelen
van electr. koken; na de pauze de
apparaten en haar behandeling en de
tarieven. Diuidelijk deed dhr. (de Wit
„O, ja", antwoordde ze. „Waarom bent
u idan gebleven?"
Hij keek een oogenblik naar het puntje
van zijn sigaar. Zou hij vertellen, dat
hij om haar...? Nee, dat zou niet verstan
dig zijn.
„Och, ik, eh i,k ben hier zoo lang
niet geweest", zei hij.
„Ja, dat is zoo. Waar gaat u hierna
heen"
„Naar Londen", antwoordde hij vol
vu,ur. „Bent u wel eens in Londen ge
weest?
„Neen".
Niet? Wat zou ik het ,u graag eens
laten zien: Het is een prachtige stad.
Bent u wel eens in een schouwburg
geweest?"
„Neen, maar ik geloof, dat het buiten
toch het mooiste is", zei ze met een
grappig vertoon van koppigheid.
„Dan maakt u zeker veel wandelingen;?"
vroeg hij.
„Ja, grootvadleir en ik wandelen vaak
in het park".
„In het park", (riep hij1 uit. „Datj is niets:
Ik bedoel de heuvels en d© valleien".
„Ik ben nooit buiten het park geweest".
„Wilt u Idan" hij aarzelde eenj oogen
blik eens met mij meegaan?"
„Met u? Waarheen?"
„Ik wou morgen gaan rijden. Er staat
een brikje in de stal, dat niemand ooit
gebruikt. We zouden een prachtige rit
kunnen maken. U gaat toch mee» niet?"
Ze keek hem weifelend aan. „Als groot-
Vader het goed vindt", zei ze ten slotte.
Hiermee moest de jongeman tevreden
zijn. „U moet beslist meegaan", riep hij
uit.
de voordeelen van het electrisch koken
boven het vlamkoken uitkomen; bij het
eerste door een mimimumgebruik van
water, geen damp en vochtigen aanslag
in de keuken, geen kooklucht in huis,
geen aanbranden of overkoken, smake
lijke bereiding en weinig voedselverlies,
geen rook, walm of vuile panbodems,
gelijkmatige verwarming door isolatie,
geen onuitstaanbare warmte zooals bij
vlamkoken, geen brand- of ontploffings
gevaar, geen zorg voor brandstof en
.niet minder vlug koken.
In ide pauze, waarin ververschingen
werden gepresenteerd, kregen de dames
gelegenheid ide kookdemonstratie van
mevr. Minkema en haar helpster op de
Therma- en Homannfornuizen te zien. Met
groote belangstelling werd de bereiding
gevolgd van een smakelijk menu, waar
voor slechts het luttel bedrag van 10
cent aan stroomgebruik benodigd Was.
Ook het gereedmaken van gebak, enz.
werd belangstellend gevolgd. Onderwijl
gaf ide gramofoiom het nummer Doe
het electrisch". Na de pauze gaf spr.
een kort ©verzicht der toestellen, for
nuizen, ovens, kookplaten (ook het toren-
koken), de verschillende modellen pan
nen, waarvoor een vlakke bodem ver-
eischt wordt. Modellen van een en ander
waren ter vergadering aanwezig, waar
onder ook de snel- en expreskoker.
Tenslotte behandelde spr. het kook-
tarief, dat zeer matig is; staande de ver
gadering werden reeds ©enige bestellin
gen gedaan. De prettige lezing van dhr.
de Wiit en de proef op de som door
de kookdemonstraties hebben de verg.
uitstekend voldaan. Gemak, eenvoud, hy-
giène, goedkoop en vlug, kan het aan
trekkelijker? Mevr. Klunder dankte bij-
het einde spreker, bestuursleden der P.Z.
E.M. en Mevr. Minkema voor hun wel
willendheid en sprak den wensch uit,
dat ook in deze omgeving het electrisch
koken ingang moge vinden.
BURGH. Onder voorzitterschap van jhr.
R. Röell hield Woensdagavond j.l. de af-
„St... st. U hebt grootvader wakker
gemaakt. Ik moest nu gaan. Goedien
nacht, Lord! Fanel"
„Goeden nacht!" zei hij, terwijl hij haar
hand! greep en de zachte vingers in de
zijne nam. „Tot ziens. Ik kom u mor
genochtend! halen".
„Ja, goeden nacht". Ze keerde zich om
en ging heen.
Hij keek een oogenblik naar 't raam;
toen viel zijn oog op !de roos, die ze op
de vensterbank gelegd had, toen ze hem
de hand gaf.
Hij greep haar en drukte zijn lippen op,
de rooide bloem.
HOOFDSTUK IV.
Op 't zelfde oogenblik, dat Lord Fane
en Lela bij het raam van de Abbey ston
den, leunde Clifford tegen ide muur van
Mevrouw Dirayton's eetkamer in Mayfair,
Mevrouw Drayton en haar dochter fwlaren
bekende personen in (de uitgaande We
reld. Niemand wist precies, wito Mevrouw
Drayton was en niemand stelde er eenig
belang in, sinds een prins uit een regee-
rend' huls op een bal verzocht hadi voor
gesteld te worden aan „die dame in het
goud' lame".
Deze dame was mtovrouw Drayton's
dochter, en van af dat oogenblik was
haar succes verzekerd. Men haastte zich
de beide dames uitnoojdiglngen te zenden
voor bals en partijen.
Dezen avond gaf mevrouw Drayton een
zeer exclusieve partij, en in de klein©
kamers bevond zich een uitgelezen ge
zelschap.
Mevrouw Drayton onderhield zich met
haar gasten. (Wiordt vervolgd),
l