Zierikzeeseha Hiauwsbode
TWEEDE BLAD
Rustig en kalm,
S V» doap
bihoorendi bij dt
via Vrijdag 18 Dio, 1031, 10. 12249.
ALGEMEENE VERGADERING
ran het
WATERSCHAPSBESTUUR VAN
SCHOUWEN,
óp Maandag 14 December.
(Vervolg).
De voorzitter beantwoordt de alge-
meene beschouwingen. Hij merkt op, dat
het in elkaar zetten der begrooting de
moeilijkste dag in het jaar is. Met de
meest mogelijke zorg en accuratesse
wordt de begrooting opgemaakt. Nu
zijn de hier gehoorde klanken wel niet
mooi, maar ze zijn in de mode. Toen
het D. B. gereed was met deze begroo
ting, is het trotsch geweest Het is een
klein kunstje om deze zaak af te breken,
maar om het beter te doen, wacht het
D.B. af.
Den heer Faber kwam de verminde
ring van de buitengewone lasten met f 5
per H.A. vreemd voor,
Toen het D. B>. bijeen kwam, voor de
samenstelling der begrooting, heeft men
gezegd, rekening te zullen houden met
die menschen, welke soms een stuk vee
moesten verkoopen om hun lasten te
betalen. Het D.B. zeide: zoo mogelijk
moet er wat af. Nu was de vraag, waar
het af kan. Schouwen heeft een zee
wering van 33 K.M. Ieder jaar moet een
stuk opgeknapt worden, om niet ineens
voor groote uitgaven te staan. Nu zegt
men wel, dat kan nog wel wat wachten,
maar men moet verantwoord zijn.
Wat de zeewering aan Flaauwers aan
gaat, dat kon men riskeeren, omdat men
ter plaatse over een groote vooroever
beschikt.
Spr. betoogt, dat de gevoerde alge-
meene beschouwingen te veel zijn ge
houden in de gedachte, dat men de reke
ning voor zich had. Men heeft de be-
begrooting, dus een raming voor zich,
waarin elasticiteit moet zitten.
Het D.B. is uitgegaan van het stand
punt de begrooting zoo zuinig mogelijk
in elkaar te zetten. Nu heeft niemand
dat blijkbaar geconstateerd, hetgeen spr.
tegenvalt en onbillijk noemt.
Wat de wegen betreft: men vergisse
zich niet en houde rekening met de
Commissie voor de Grindwegen.
Aangeroerd is ook de kwestie van sala
risverlaging. In 1925 zijn de tractementen
herzien en ze zijn vastgesteld voor 5
jaar. Vorig jaar zijn ze opnieuw vast
gesteld, maar niettemin hebben we deze
kwestie bij de begrooting besproken. De
salarissen in Schouwen zijn in de eerste
plaats niet op een peil als bij Rijk en
Provincie en in de tweede plaats is het
verlagen een teere kwestie. Onze amb
tenaren zijn reeds niet te hoog bezol
digd. Verlaging kan dan ook het D. B>
niet voorstellen.
De heer Klompe heeft de steenslag
in het geding gebracht. Deze kwestie
is nader onderzocht. We hebben een
drukproef laten nemen met steenslag uit
de Vier Bannen en uit Schouwen. De
proef viel ten voordeele van Schouwen
uit.
Wat het motorgemaal aangaat: steeds
in gezegd, wij vinden het een zegen voor
Schouwen, maar laten wij elkaar goed
in de oogen zien en willen weten, dat
prof. Visser vergeten heeft te zien, dat
er in den Osse een weg was. Nu heeft
men het gemaal moeten plaatsen op de
vleugels van de sluis, waardoor de uit
gaven aanmerkelijk zijn gestegen. Spr.
raadt aan verder over deze zaak maar
te zwijgen en er geen hommeles over
gaan maken.
De brug aan Cauwesweg is niet noo-
dig geweest en is nog niet noodig. Dat
is een vergissing geweest, geeft de voor
zitter toe, nadat de heer Klompe bij in
terruptie er op had gewezen, dat het
een erge fout is geweest.
Den heer Gast beantwoordend, zegt de
voorzitter, dat de financiëele toestand
van Schouwen, niettegenstaande zijn vele
leeningen, nog niet zoo ongunstig is. Al
de werken, die worden voorgesteld, zijn
preventieve werken. Alleen de heer Kre-
pel heeft gewezen op de prestatie van
het D. B., n.l. de verlaging van de buiten
gewone lasten. Deze spreker had het
ook over het motorgemahl. De licht-
installatie daarvoor kost te veel. Dat
is een tegenvaller. Reeds wordt overwo
gen daarvoor een beter manier te vin
den. Hierna volgden re- en dupliek.
De heer Mol her/nnert er aan, dat de
lichtinstallatie f400 zou kosten, maar het
werd f 1344,57.
De heer Gast verdedigt zijn geleverde
critiek op de begrooting, die zeker geen
rekening is. Spr. herinnert daarbij aan de
ïangar bij 't Stoomgemaal, waarvan de
>ouwkosten hooger zijn geweest dan de
•amïng.
De voorzitten antwoordt, dat zulks bui-
'm de schuld is van het D. B. De beton-
okken voor de hangar moesten grooter
orden, dan opgegeven was. Het was
k voor het D. B. een tegenvaller, die
n niet heeft kunnen voorzien.
,Je heer den Boer heeft ontevreden
fanken beluisterd. Als commissielid kan
H.ij zeggen, dat de begrooting opgemaakt
onder een zekere noodtoestand. De
/erlaging van de buitengewone lasten met
5 per H.A. is een noodmaatregel. Met
ie meening, het Reservefonds op te ma-
en, kan spr. niet meegaan.
De voorzitter maant tot voorzichtigheid
't voeren van fin. critiek en dringt
op aan, vooral niet te scherp te zijn,
»it laatste voegt hij den heer Klompe
toe, wien hij herinnert aan een door
hem gehouden toespraak, waarin aange
drongen werd op innige samenwerking.
Nu is vorige week Donderdag een ge
heime vergadering gehouden, waarover
spr., nadere inlichtingen vragend, ten ant
woord kreeg, dat mag ik niet zeggen 1
De heer Klompe houdt zich aan het
eenmaal door hem gesproken woord,
maar de toestand moet er naar zijn, om
innig te kunnen samenwerken.
Het doel der alg. vergadering is van
het begin af geweest, aldus de heer
Blom, om hoffelijk tegenover den voor
zitter te staan. Toen de vermindering
van het getal dijkbazen aan de orde
kwam, bleek de voorzittter zijn bekend
standpunt te hebben verlaten.
De voorzitter antwoordt, dat er een
groot verschil is, waar men zit in deze
vergadering.
De heer Krepel wil een kwestie behan
delen, blijkbaar een persoonlijk verschil
tusschen den voorzitter en spreker, maar
deze krijgt te hooren, dat zulks hier
niet te pas komt.
De heer van Gastel merkt op, dat men
vorige week geen geheime zitting heeft
belegd, maar een Ronde Tafel-Conferen
tie heeft gehouden.
Nadat nog heemraad Boot gewaar
schuwd 'had voor extra aflossing van
leeningen en de heer Smallegange be
toogde, dat het niet zoo gemakkelijk is,
het juiste tijdstip daaroor uit te kiezen,
worden de algemeene beschouwingen ge
sloten en komt de artikelsgewijze be
handeling der begrooting aan de orde.
Rapporteur der commissie tot nazien
dezer begrooting is de heer Hoogen-
boom.
Begonnen wordt met de Uitgaven.
Bij hoofdstuk II, art. 1 b, rijswerken en
steenglooiingen, zegt de commissie deze
post van f 13600 te hebben vergeleken
met de vorige begrooting ad f46000. Zij
vraagt zich af of het wijs beleid is, om
de bezuiniging zoover door te trekken,
dat ook het herstel van de glooiing aan
de Prommelsluis wordt uitgesteld. Der
halve heeft de commissie zich overtuigd
van de dringende noodzakelijkheid van
dit herstel en stelt voor de benoodigde
post voor dit werk op de begrooting uit
te trekken.
De voorzitter herinnert aan de debatten,
die over dit werk reeds een vorige maal
zijn gevoerd. Het D. Bi. acht dit werk
niet strikt noodig en stelt voor het niet
uit te voeren. Aldus wordt besloten, met
de stemmen van de hoofdingelanden den
Boer en Hoogenboom tegen.
Bij hoofdstuk II, art. 2c (wegen), vraagt
de commissie, bij deze bezuiniging van
f 10.000, vergeleken bij den dienst 1931,
hoe het D. B. zich voorstelt geheel zonder
aankoop van steenslag, de wegen in vol
doenden staat te houden.
Ook over deze kwestie is in de vorige
vergadering debat geweest, antwoordt de
voorzitter, die ook nu weer waarschuwt
voor verwarring met de Commissie van
Grindwegen. De wegen, - die tot Sehou-
wen's onderhoud behooren, zijn op het
oogenblik best. Niet onmogelijk is het,
dat het waterschap iets zal krijgen voor
de tertiaire wegen. De 2e en 3e klas
wegen zijn hier in uitstekenden staat;
daarvoor is geen macadam noodig.
De heer Blom informeert naar de weg
Zierikzee—Burgh.
De voorzitter antwoordt dat de kruin
breedte van den nieuwen weg 9 M. zal
moeten zijn, waar naast nog een fietspad.
Schouwen zal aan de kosten 25 pCt.
kunnen medebetalen,
bdlieerscht in Uw denken, handelen en
spreken zult ook gij zijn en blijven na
het gebruik van
MIJnhardt'ft Zenuwtabletten
Buisje 75 cent.
Bij Apothekers on Drogisten
dienst kan hij zich niet heelemaal ver
eenigen. Er is een ingenieur met 5 dijk
bazen. Kan dat niet minder? Naar spr.'s
'idee kan men bij vereenvoudiging van
dien dienst, bij een komende vacature,
afvloeien. Hij geeft het bestuur zulks
in overweging. Salarisvermindering acht
spr. verkeerd. Hij vreest daardoor ver
mindering van activiteit. Wanneer men
wil bezuinigen, tracht dan het systeem
te veranderen.
De voorzitter zegt toe, dat het D. Bi.
deze kwestie onder het oog zal zien.
Het is voorts eenparig van oordeel, dat
de tijd nog niet gekomen is, de bezoldi
gingen te verlagen, te meer, daar de
tractementen 't vorige jaar opnieuw zijn
vastgesteld. De voorzitter zegt, dat het
kantoor van den ontv.-griffier overbe
last is, en hij verzoekt van dezen func
tionaris vooral geen ambtenaar te ma
ken. Hij ontraadt verlaging voor alle
waterschapsambtenaren. Herinnerend aan
de val van het Eng. Pond, wijst spr. er
op,' dat niemand kan garandeeren, of
wij ook geen inflatie zullen krijgen, waar
door verhooging in plaats van verlaging
zai moeten worden voorgesteld.
De heer Klompe plaatst een interuptie.
Hij zou bij inflatie niet schromen de
ambtenaren te helpen.
De voorzitter wijst er op, dat men bij
Schouwen heel laat met de verhooging
van de salarissen is gekomen.
Op een vraag van dhr. Verbeek ant
woordt de voorzitter, !dat, wanneer er
een dijkbaasvacature komt, het D. B'. deze
opengekomen plaats eerst de alg. ver
gadering zal voorleggen. Wat de salaris
sen betreft, heeft Schouwen, in verge
lijking met andere polders, rijk en pro
vincie, geen hooge salarissen gegeven.
Heemraad Padmos wijst er op, dat de
salarissen 't vorige jaar voor 5 jaar
reglementair zijn herzien en vastgesteld.
Wanneer de ambtenaren niet accoord
gaan met een eventueele verlaging
krijgt het D. B<. dan volmacht te gaan
procedeeren tot de hoogste instantie, met
99 pCt. kans het pleit te verliezen?
Heemraad Boot herinnert er aan, dat
Schouwen's ambtenaren nooit genoten
van de hooge salarissen.
De heer Hocke vindt het heelemaal
geen bezwaar progressief te gaan ver
lagen. Hij is door de debatten niet van
zijn standpunt afgebracht. Spr. had graag
gezièn, dat een voorstel van het D. B>.
was gekomen, als „mooi gebaar".
De voorzitter had dat mooie gebaar
van de ambtenaren zelf willen hebben.
Hij zinspeelt er op, dat een vrijwillige
verlaging waarschijnlijk 't volgend jaar
komt.
De heer H. J. Gast wijst op do gedaalde
indexcijfers. Gaf men „duurtetoeslag" bij
stijging van die cijfers, laat men dan nu
„crisiskorting" toepassen
De heer Smallegange acht het inflatie-
gevaar geen motief om dat in 't geding
te brengen. Wat de salarissen betreft,
spr. ziet er niet zooveel in.
De heer Klompe meent, dat de amb
tenaren geen reden tot klagen hebben
te verminderen en tevens nu. de over 8
9 jaren onrechtmatig genoten gelden
terug te storten in 's Rijksschatkist.
De voorzitter voegt den heer Faber
toe, dat Schouwen zijn vingers niet zal
branden en de zaak nader zal onder
zoeken. Verder antwoordt spr. op een
vraag van de commissie, waarom voor
de gronden, vroeger tot de Oosterenban
behoorende, een hooger bedrag aan ge-
schot wordt geraamd.
De begrooting is hiermede afgehandeld.
De post onvoorzien wordt uitgetrokken
op f 14893.89 (eerst geraamd op f 11673.55)
en de begrooting met algem. stemmen
aangenomen. De commissie wordt dank
gebracht voor de accurate wijze waarop
zij de begrooting heeft nagegaan.
Namens de hoofdingelanden deelt de
heer Hocke mede, dat zij allen bereid
zijn bij te dragen tot het aankoopen
van een servies ten gebruike van het
Waterschapsbestuur.
De voorzitter dankt de heer Hocke
voor het initiatief en het college van
hoofdingelanden voor het cadeau, bij
gebruik waarvan spr, hoopt, dat men
aan den gezelligen kant zal zitten.
Daarna volgde sluiting.
over de behandeling, die hen ten deel
het levenspeil.
De heer Hocke stelt voor de ambte
naren met een salaris van f1000 te ver
lagen met 21/2' pCt., van 1001—2000 met
5 pCt., van 2001—3000 met 7i/2' pCt. en
van 3001 en daarboven met 10 pCt.
Het bestuur stelt voor de salarissen te
handhaven. Dit voorstel komt 't eerst
in stemming. Het wordt verworpen met
10—13 stemmen. Vóór stemden de voor
zitter, de 4 heemraden en de hoofdinge
landen van Schelven, Faber, Verbeek,
Smallegange en Bolle.
Het voorstel-Hocke wordt daarop aan
genomen met dezelfde stemmenverhou
ding. De voorstemmers van straks stem
den nu tegen.
Bij hoofdstuk VI, art. 2, stelt de heer
11. J. Gast voor, de toelage van 500,
voor het gebruik van een auto door
den ingenieur met f100 te verminderen.
In stemming gebracht wordt dit voorstel
verworpen met 13—10 stemmen. Tegen
stemden de voorzitter, de 4 heemraden
en de hoofdingelanden Verbeek, Hoo
genboom, Smallegange, Steur, Bolle
Hocke, den Boer en v. d. Stolpe.
Aangenomen wordt een voorstel-Krepel
om in 's landskamer een moderne W. C.
te bouwen.
Thans zijn de Inkomsten aan de
orde.
Bij hoofdstuk I, art. 1, vraagt de com
missie inlichtingen over een administra
tieve kwestie, waarop de voorzitter uit
voerig antwoordt.
Bij hoofdstuk II, art. 2, vestigt de
heer Faber de aandacht op een kwestie,
de visscherijen rakende en wel eenige
perceelen van het Rijk, liggende voor
de Zuidkust van Schouwen. Op aandrang
van den Minister van Waterstaat zijn
deze perceelen indertijd ingetrokken,
maar ze worden zonder vergunning be-
vischt door C. J. Schot B.Wz. te Zierik
zee, die hiervoor reeds gedurende 8 :9
jaar f 150 aan Schouwen betaalt. Hoe
spr. dat noemen moet, hierover laat hij
zich niet uit, hetgeen de Minister van
Waterstaat te zijner tijd wel zal tioen.
Deze kwestie dateert uit den tijd van
den worigen voorzitter, maar men had
dit niet moeten bestendigen. Spr. stelt
voor den betrekkelijken post met f150
van het brugdek Bs 84 (Oudeweg, Kerk-
werve) door een dek van Siegwartbalken
te duur. (De kosten worden geraamd op
f640). Spr. vestigt de aandacht op een
betonnen brug bij Moriaanshoofd, die
even goed voldoet.
De voorzitter geeft toe, dat het een
dure grap is, maar de levensduur van
het brugdek met Siegwartbalken wordt
geschat op 60 jaar, zoodat de onkosten
niet meer dan f10 per jaar bedragen.
De oude brug kostte f 12 per jaar.
De heer Klompe gelooft, dat een goede
betonbrug ook wel 60 jaar mee kan.
De ingenieur wijst er op, dat Schou
wen een openbaar wegennet heeft, waar
mede men rekening dient te houden.
Wil men een betonnen brug bouwen,
dient men er aan te denken, dat naar
mate de belasting stijgt, ook de kosten
hooger worden en niet zooveel lager
als men het brugdek herstelt met Sieg
wartbalken.
Na ruggespraak neemt het D. B>. dit
voorstel terug. Men zal het met ge
wapend beton uitvoeren, bij wijze van
proef.
Bij hoofdstuk IV, rentebetaling en af
lossing, geeft de heer Verbeek 't D.B.
in overweging in studie te nemen of
niet op korteren termijn kan worden ge
leend.
Hierna wordt de vergadering geschorst
tot kwart voor twee.
Bij de heropening stelt de voorzitter
aan de orde hoofdstuk V, bezoldigingen-
De heer Faber .stelt voor de schade
loosstelling voor de hoofdingelanden te
schrappen.
De voorzitter ontraadt dit voorstel.
De heer Klompe meent, dat deze ge
ringe vergoeding niets met de salarissen
heeft te maken. Spr. is er beslist tegen,
dat de jaarwedden van voorzitter en
heemraden zouden worden verlaagd.
De voorzitter stelt namens 't D. B'.
niet op dit voorstel in te gaan. Willen' de
hoofdingelanden iets doen, laten zij- dan
aan Schouwen een servies aan te bieden,
dat nu geen eigendom is.
De heer Faber trekt zijn voorstel in.
De heer Verbeek kan met de toege
kende salarissen in 't algemeen mede-
gaan. Met de samenstelling van de techn.
PROV. STATEN VAN ZEELAND.
In de Dinsdag gehouden vergadering
was alleen de heer Joziasse wegens ern
stige ongesteldheid afwezig.
Het voorstel tot het voeren van een
rechtsgeding, inzake de geëischte schade-
vexgoeding voor een in November 1930
te Breskens in het water gereden auto,
wordt z.h.s. aangenomen.
Het afwijzei'id voorstel, inzake het ver
zoek om subsidie van het onderwijsfonds
voor de scheepvaart, gaf aanleiding tot
discussie. De heer de Baare (S.D.A.P.)
wees er 0.0. op dat van de 10.000
schipperskinderen er thans 700 aan den
v/al vei toeven om school te gaan, waar
van 78 in Zeeland. Spr. stelt voor even
als in Limburg 25 cent per week en
per kind toe te kennen.
De heer v. d. Putte (A.R. Ged. Staten)
wijst op de komende wet, waarin de
Provincies gedwongen zullen worden bij
te dragen voor de sehippersscholen.
De heer de Baare handhaaft zijn voor
stel, omdat niet alle kinderen op de
sehippersscholen kunnen gaan.
De hee. van 'tHoff (A.R.), stelt de
vraag of men nog Wel nieuwe subsidies
mag geven'?
Het voorstel-De Baare wordt met 23
tegen 18 stemmen verworpen en dat
van Ged. Staten z.h.st. aangenomen.
Bij do behandeling van het voorste 1
tot herziening van het Provinciaal we
genplan bepleit de heer Hamelink (S.D.
A.P.), gezien het feit dat men nu hinder
heelt van onwillige onderhoudsplichtigen
bij de wegverbetering, er bij de Tweede
Kamer op aai, te dringen de Waterstaats-
wet te vei anderen, waardoor deze licha
men kui.nen worden uitgeschakebd. Dit
nemen Ged. Staten over.
De heer Goossens bepleit met klem
verbetering van den weg Driekwart-
Philippine en de heeren de Jonge (C.H.),
Catshoek (S.D.A.P.) en van Duijn (C.H.),
spieken over het rijwielpad langs den
weg Zierikzee—Sehuddebeurs en de wen-
schelijkheid om ook aan de wandelaars
te denken.
Het voorstel om renteloooze voorschot
ten te geven voor verbetering van ter
tiaire wegen en wel f 52.400 voor een
onder de gemeente Grijpskerke (Walche
ren) en van f23.500 voor wegen in den
polder Vier Bannen van Duiveland, wor
den z.h.st. aangenomen, nadat resp. op
aandrang van den heer Bosselaar (A.R.)
en den heer van de Zande (lib.), beslo
ten i. de aflossingstermijn van 20 op
30 jaar te brengen.
Gei. Staten hadden voorgesteld afwij
zend te beschikken op het verzoek van
de Commissie voor de Hygiene van het
Kind on. f500 extra subsidie per jaar.
De heer Staverman (V.D.) houdt een
wo 11:1 pleidooi voor deze instelling, daar
bij gesteund door den heer de Baare
(S.D.A.P.) De heer v. d. Putte (A-.-R.,
Ged. Staten), zegt dat het principe om
gem subsidies te verhoogen in het ge
drang komt. Het voorstel-Staverman om
de f 500 wel toe te staan wordt aange
nomen met 24 tegen 16 st.
Een voorstel-de Baare om in afwij
king van het voorstel van Ged. Staten,
wel te voldoen aan het verzoek om ver
hooging van de subsidie voor drank
bestrijding van f600 op f 1000, kan slechts
7 stemmen verwerven.
Hierna waj. de vergadering toe aan de
beg. ooting 1932.
De heer Onderdijk (S.D.A.P.), 'becriti-
seeide de houding van de meerderheids-
pai tijen, die bij de verkiezing van leden
van Ged. Staten de uiterste partijen niet
hoorde en nu heeft de Vrijheidsbond,
die mindei st. behaalde dan de S.D.A.P.,
wel een zetel. Het was goed mogelijk
geweest dat de S.D.A.P. geen zetel aan
vaard had, maar spr. meent dat men
allen er in moet kennen.
Spr. wijst er op, dat van 1920 tot 1929
f 2.840.463 overschot op de rekening is
vei kregen. Spv. zegt dat er onnoodig
groote sommen zijn bespaard en men
weet nu reeds voor 1933 nog een over
schotje te hebben, maar zoo is nooit iets
goeds tot stand te brengen. Men ver-
gete ook niet dat evenals in Brabant
reeds geschiedde, meevallers bij aanbe
stedingen goed mogelijk zijn. Spr. meent
dat men voor de wegen best kan leenen
en ze dan spoediger uitvoeren.
De heer van Dalsum Volkswilpartij)
houdt een onbegrijpelijk verhaal, Waar
uit alleen kan worden opgemaakt, dat
hij de salaxdssen zou willen veriagen,
maar er toch geen voorstel voor zal
doen.
De voorzitter zegt, dat de beschouwin
gen van den spreker niet te volgen
waren.
De heei Vogelaar (A.R.), zegt, dat een
kleine opschuiving naar links, geen aan
leiding was om verandering te brengen
in het college van Ged. Staten. Spr. wijst
op den diep slechten toestand en op
dj loonsverlagingen direct in Duitsch-
land en door de inflatie indirect in En
geland en zegt, dat men hier moord en
brand schreeuwt voor 5 of 10 pCt. ver
laging,. Hij begrijpt niet er dat nog
een licl der Staten optimist kan zijn, en
vraagt of men geen rekening heeft ge
houden niet het dalen van het nationaal
bezit en met de bedrijven, die geen in
komsten hebben. Door de daling van
het indexcijfer zijn de salarissen feite
lijk geslegen. Spr. zou het verstandig
gevonden hebben als Ged. Staten met
een loonsverlaging Waren gekomen.
De heer Moelker (V.B.), juicht het toe
dat er een potje is. Hij ziet ten toestand
ook zeer somber in. Als niemand meer
iets heeft, waar moet den de belasting
van daan komen?
De heer v. d. Wart (C.H.) wil geen
paniekstemming verwekken, maar ziet de
toekomst ook duister in. Hij wil echter
in het oog houden, dat de salarissen in
Zeeland lager zijn dan elders.
De heer Overhoff (S.D A .P.), bespreekt
speciaal de werkloosheid. In 53 der ruim
100 Zeeuuwsche gem. zijn ongeveer 5000
Zeeuwsche gemeenten zijn ongeveer 5000
werkloozen. In 24 dezer gemeenten is
een werkverschaffing, 14 hebben een
steunregeling, 15 doen niets. Er .zijn in
Zeeland veel groote werken, die kunnen
worden uitgevoerd als werkverruiming;
de regeering kent ze, doch het provin
ciaal bestuur kent ze niet.
Spr. stelt daarom namens zijn fractie
voor Ged. Staten te verzoeken onver
wijld een commissie in te stellen, die
onderzoekt waar werkobjecten zijn en
die samenwerkt met de Rijkscom. en
doet een tweede voorstel om f 50.000
ter beschikking te stellen van Ged. Sta
ten om reeds direct in die richting
werkzaam te kunnen zijn. De financien
moeten dat kunnen dragen.
De heer Kodde (St.-Geref.) meent, dat
men vergeet, dat er zonder het potje
een tekort van f 30.000 zou zijn. Men had
vroeger door nog hooger belasting nog
meer m°eten potten. Spr. wil bij de
samenstelling van Ged, Staten de pro-
tentantsch-rechtsche groepen laten samen
gaan. De provincie heeft inzake de werk
loosheidsbestrijding alleen een indirecte
taak, een commissie zal niets uithalen
en alleen weer geld kosten.
De heer de Pauw (S.D.A.P.), becriti-
seert het dat Ged. Staten zoo weinig
weten van de stoombootdiensten. Dit
bleek weer in de afdeelingen. Men moet
reclame maken voor d*e diensten. Den
heer van Dalsum wijst spr. er op. dat
de salarissen en loonen in Zeeland niet
te hoog zijn.
De heer Dumoleijn (R.-K.) zegt, dat
zijn fractie zich inzake de verkiezing
van leden van Ged. Staten aansluit bij
hetgeen de A.R. heeft opgemerkt.
De heer Vogelaar (A.R.) vi*eest. dat
als men de provincie geld beschikbaar
doet stellen, het rijk dit toch in min
dering brengt voor zijn bijdrage en voelt
veel meer streekcommissies, dan voor
een provinciale. Eerstgenoemde komen
vlugger en beter op de hoogte waar
werkobjecten zijn.
De heer Staverman (V.D.) heeft niets
tegen de samenstelling van Ged. Staten
maar wel tegen de wijze waarop de
samenstelling tot stand is gekomen.