B IJ VOEGSEL FEUILLETON. liëfdi Int ié oist behoorandt DIJ da fsa Vrijdag 7 Aug 1031, ao 12191. VERGADERING VAN DEN GEMEENTE RAAD TE ZIERIKZEE, gehouden op Dinsdag 4 Augustus. (Slot). Dr. van der Kiüast meent, dat bij dit van hooger hand opgelegd reglement, de autonomie van den raad wordt aange tast en vreemden de lakens hier gaan uitdeelen. De heer Panny zegt, dat ook Fabri cage dit reglement heeft ingezien en ge- toest aan de verschillende opmerkingen, gemaakt door de diverse vakbonden. Ver schillende eischen zijn niet door Fabri cage aanvaard. Zoo ontmoette de werk tijd van 81/2 ,uur per dag en een< 48-urige week ernstige bedenkingen, evenals het beëindigen van den werktijd op Zater dagmiddag 1 uur. Dit zou tengevolge hebben, dat de werklieden in vasten dienst te zamen per week 84 uur min der werkten, waardoor uitbreiding van het personeel met 2 man niet kan uit blijven. Uitbreiding van het aantal va- cantiedagen acht de oommissie ook niet noodig. De heer Catshoek merkt op, dat, wan neer B. en W. het reglement hadden op gemaakt in den geest van den raad, het hier ook wellicht bij acclamatie werd aangenomen. Wellicht heeft men in an dere plaatsen meer geluisterd naar de vakbonden, dan B. en W. van Zierikzee. Het reglement is hier niet heelemaal nieuw, omdat reeds een werkliedenregle ment bestaat. De heer Enzlin heeft ge zegd, dat bij vergelijking J>ij particulieren het gemeentepersoneel er veel beter voor staat. Spr. acht dat niet juist. In particu liere bedrijven in andere plaatsen zijn wel degelijk bepalingen t. a. v. de werk lieden gemaakt. Wanneer men in de meeste Zeeuwsche steden verder gaat dan hier, dan is de hier gehoorde pessi mistische toon al te kras. De heer de Broekert onderschrijft het! betoog van den heer Enzlin en betoogt, in tegenstelling met den vorigen spr., dat in dezen tijd ook eens gedacht moet worden aan hen, die de belastingen mo gen opbrengen. De. pessimistische toon mag gehoord worden in dezen voor land bouwers en zakenmensehen moeilijken tijd. De heer Versteeg merkt op, dat de 'huidige samenstelling van de Commissie van Fabricage zoo is, dat hij er vood de arbeiders niet veel van verwachte. (De leden van die commissie protesteeren tegen deze uitlating). Den voorzitter doet het genoegen, dat de heer Enzlin het ontwerp heeft beoor deeld naar zijn eigen merites. Voor het college van B. en W. was het niet ge makkelijk een ontwerp te maken, dat voldeed aan de eischen van de wet en om al de ambtenaren onder bepaalde artikelen te brengen. Bovendien kon het reglement niet op ongunstiger tijd ko men. Evenwel B. en W. hebben zulks niet uitgevonden, maar zij moeten vol doen aan den eisch, dat vóór 1 Sept. het reglement er moet zijn. Wat 't rap port van Fabricage betreft, het gaat niet aan reeds te voren te zeggen, dat van deze commissie niets te verwachten is. Overgegaan wordt thans tot behande ling van het ontwerp en wel hoofdstuk voor hoofdstuk. Bij hoofdstuk II bepleit de heer Cats hoek invoering van een commissie voor georganiseerd overleg, omdat men dan kan onderzoeken wat onder de ambte naren leeft. Zijn er grieven, dan kunnen die door genoemde commissie onderzocht worden. De voorzitter antwoordt, dat bij instel ling van een commissie voor G. O., men in aanraking komt met verschillende ver- eeniglngen en bonden. Gezien 't aantal werknemers hier, acht spr. het beter, Uit het Engelsch van L. G. MOBERLY. 12 Nadruk verboden, HOOFDSTUK VI. Olive. „Heeft Eva mij haar geld nagelaten? O, Paps, maar ik zou Eva's geld niet kunnen aanraken. Alsof het zonder dat al niet erg genoeg is, dat ze dood is!' Olive, opgewonden en met betraande oogen, staarde haar vader aan. Ze stond bij hem in het kleine kamertje, zijn „studeerkamer", het eetnige vertrek in huis, waarin zijn vrouw hem veroor loofd had te rooken. Hij zat aan de schrijftafel met een officiëel uitziend document voor zich. „Ik begrijp je gevoelens volkomen!, kindje", meneer Davidson sprak tegen Olive nooit zoo aarzelend als tegen de rest van de familie „je vindt het natuurlijk geen prettig idéé om Eva's geld te gebruiken. Maar ze heeft het je nu eenmaal nagelaten; het was dus haar wensch, dat jij het kreeg en je zult haar wenschen toch zeker wel eer biedigen?" „Haar wenschen eerbiedigen? Natuur lijk! Ik wil alles doen wat Eva ge- wenscht'heeft. Er was toch niemand zoo!- als zij". direct contact met de ambtenaren te zoeken en niet met G. O. De heer Gerritsen ondersteunt het be toog van dhr. Catshoek en begrijpt niet, welke bezwaren B. en W. tegen een com missie voor G. O. kunnen hebben. Weth. Doeleman merkt pp, dat in groo- te steden of bij het Rijk wellicht G. O. wenschelijk is, maar gezien het weinige personeel, dat men hier heeft, acht hij al die soesah niet noodig. Spr. ziet het nut er niet van in. De heer Catshoek zegt, dat tal van gemeenten G. O. hebben, ook de prov. Zeeland en zet de werking van zoo'n commissie nader uiteen. Wanneer even- tueele kwesties eerst bij O. zijn geweest, zijn ze pasklaar voor den raad. De voorzitter vindt dit reglement beter* dan het instellen van een commissie voor G. O. Bovendien, wanneer een jaar met dit reglement is gewerkt, kan men (nog altijd wijzigingen aanbrengen. De heer Versteeg beveelt het voorstel van dhr. Catshoek aan. Grieven zullen er altijd zijn en door een commissie voor G. O. krijgt men een oplossing. In stem ming gebracht, wordt het voorstel-Cats hoek, tot het instellen van een commissie voor G. O., verworpen mlét 8 tegeln 5 st., n.l. die der heeren Guinée, Versteeg, Catshoek, Gerritsen en den Boer. Verschillende kleine wijzigingen wor den aangebracht in de hoofdstukken III en IV. Bij hoofdstuk V, dienst en werktijden, art. 14, lid 7, wenscht de heer Catshoek een toevoeging en wel dat een werk week wordt ingevoerd van 48 uur ,en 81/2 per dag. Weth. Doeleman wijst er op, dat men bij vastlegging van deze bepaling 2 vaste arbeiders meer in gemeentedienst zal moeten nemen.^ De 'heer Panny acht het op dit pogen- blik niet verantwoord de burgerij nog meer lasten op te leggen en hij is in principe tegen de voorgestelde wijziging. De heer Catshoek merkt op, dat Fa bricage heeft uitgemaakt dat bij aan neming van zijn voorstel 2 menschen meer in dienst zullen moeten worden genomen. Dit wordt evenwel door de arbeiders in dienst der gemeente be twijfeld. Andere gem.-werklieden werken uur per week en daarom zou ,spr. willen, dat de andere werklieden de zelfde rechten kregen. Hij olijft bij zijn voorstel. De heer Panny weerspreekt hetgeen dhr. Catshoek opmerkte t.a.v. de in dienst zijnde werklieden, dat zij in korteren tijd de te verrichten werkzaamheden zou den kunnen doen. De heer Gerritsen constateert dat op het oogen'blik 51uur in gemeentedienst wordt gewerkt. Het voorstel-Catshoek wordt, na in stemming te zijn gébracht, verworpen met 8 tegen 5 stemmen. Voor het voor stel stemden de heeren Guinee, Versteeg, Catshoek, Gerritsen en den Boer. - Over het al dan niet invoeren van den vrijen Zaterdagmiddag ontspint z:ch een nieuwe discussie. De heer Enzlin noemt het een 'begin selkwestie en hij staat op het standpunt die vrije Zaterdagmiddag niet te geven. De heer Doeleman wil een klein fi nancieel offer 'brengen en eenigszins ko men in den lijn van den tijd, om den vrijen Zaterdagmiddag in te voeren :bij de gemeente. Bij een practische werk- verdeeling zal de invoering van dien vrijen middag slechts een klein finan cieel offer vragen, al kan hij de invoe ring van dié vrije Zaterdagmiddag over het algemeen niet toejuichen, daar de wereld er met niet werken niet kan komen. Een voorstel-Enzlin, om in art. 14 van hoofdstuk V, de vrije Zaterdagmiddag te schrappen, wordt verworpen met 7 tegen 6 stemmen. Tegen stemden de heeren Timmerman, Doeleman, Guinée, Versteeg, Catshoek, Gerritsen en den Boer. Bij hoofdstuk VI, art. 16, wenscht de heer Catshoek in te lasschen, dat wan neer een ambtenaar langer dan 1 dag een hoogere ambtenaar moet vervangen, deze ook hetzelfde salaris ontvangt als de afwezige hoogere ambtenaar. „Ze was een lief meisje, een heel lief meisje; ik kan me soms nog heelej- maal niet indenken, dat ze al zoo vroeg van ons weggenomen is. Maar we moeten ons in het onvermijdelijke schikken; wij menschen kunnen het waarom van de dingen niet doorgronden". „Paps, jij bent een groote schat en ik ben dol op je omdat je alle moeilijk heden in .het leven zoo wijsgeerig opl- neemt". Olive kwam dichter naar haar vader toe en legde haar arm om zijn hals. „Ik mis Eva zoo verschrikkelijk", barstte ze plotseling uit. Haar 'Zin -eindigde in een snik en haar vader trok haar op z'n knieën en lief koosde haar, zooals hij gedaan had toen ze nog klein was. Er was een sterke band tusschen hem en zijn jongste doch ter, een vriendschapsband; zonder ooit overleg te plegen, stonden ze als bij intuïtie altijd met z'n tweeën pal tegen over Mevrouw Davidson, die zich nooit eenige moeite gegeven had om haar man en haar jongste dochter te begrijpen, Zoomin als ze zich ooit verdiept had in de gemoedstoestand van wie aan ook, die anders was dan zij. Olive en haar vader waren daardoor als vanzelf op elkaar aangewezen en zij was de eenige van zijn kinderen, die zoo af en toe in zijn studeerkamer kwam, -om een ge zellig praatje te houden. „Ik mis Eva ook", zei hij zacht", ze was altijd zoo aardig en attent voor me. Maar het fieit, dat je haar mist, hoeft geen aanleiding voor je te zijn, om haar geld te weigeren. Integendeel, De heer Enzlin ziet de billijkheid nier van in, maar wenscht het voorstel te amendeeren, door i.p.v. te lezen 1 dag, één week. De voorzitter ziet evenzeer de billijk heid van dit voorstel in, maar acht net voor een kleine gemeente als de onze niet direct noodig en het kost boven dien weer geld. In theorie is voor het voorstel iets te zeggen. De heer Gerritsen steunt het voorstel- Catshoek uit een billijkheidsoogpunt. Dr. v. d. Kwast zou den vervanger van den hoogeren ambtenaar liever een gratificatie willen geven. Het geamendeerde voorstel-Catshoek wordt hierop in stemming gebracht en aangenomen met 7 tegen 6 stemmen. Te gen stemden de heeren Timmerman, Doe leman, Panny, Quant, van Schelven en de Broekert. Verder wenscht de heer Catshoek ook het overwerk te regelen en vast te leg gen in dit reglement. De voorzitter adviseert, waar de over-* werkuren geregeld zijn 'bij de verschil lende voorschriften en instructies, niet in .dit ontwerp op te nemen. Het voor stel wordt verworpen, met alleen de stemmen van de heeren Catshoek en Versteeg voor. Bij hoofdstuk VIII, vacantie en verlof, stelt de heer Catshoek voor, 12 werk dagen vacantie te geven aan het ge meentepersoneel. Met 9 tegen 4 stem- Inen wordt dit voorstel verworpen. Vóór stemden de heeren Versteeg, Catshoek. Gerritsen en den Boer. Bij art. 21 van Hoofdstuk 8, aanspraak in geval van ziekte, wijst de heer Ger ritsen op de logischer Rijksregeling, waar men onderscheid maakt tusschen perso nen, die langer of korter in dienst zijn. In dit ontwerp scheert men allen over een kam. De voorzitter is van oordeel, dat het ontwerp aan billijke eischen voldoet; bo vendien kan men niet alles gaan regle menteeren. De heer Gerritsen is het daarmede niet eens en stelt voor vast te leggen, dat wanneer iemand langer dan 10 jaar in gemeentedienst is, bij ziekte 18 maan den uitkeering te geven. Alleen de hee ren Versteeg, Gerritsen, Catshoek en den Boer verklaren zich hiervoor, zoodat liet voorstel verworpen is. Een voorstel-Catshoek, om in art. 22 vast te leggen, dat bij wijze van' proef, de [helft voor het aantal reglementair vastgestelde va-cantiedagen wordt onthou den, Wordt door B. en W. overgenomen, evenals een ander voorstel betreffende het opleggen van straffen en het toedie nen van berispingen. Het reglement is hiermede afgehandeld en het wordt, met de daarin aangebrach te Wijzigingen, z.h.s. aangenomen en vast gesteld. De agenda is hiermede afgewerkt. De voorzitter richt thans een woord van af scheid tot ide twee led-en, die in dei nieu we samenstelling van den raad niet zul len terugkeeren, n.l. de heeren Enzlin en Guinée. Zich tot den laatste richtend, zegt -de voorzitter, dat hij' met hem ge durende twee jaren op de méést aange name wijze heeft samengewerkt in de verschillende raadscommissies, vooral ook door de vriendelijke manier van zaken doen -en de belangstelling voor de ge meentebelangen. Spr. dankt hem, voor wat hij in de afgeloopen periode heeft gedaan. Tot den heer Enzlin zich wendend, zegt de voorzitter, dat deze in den raad verscheen als een vallende ster aan het firmament. Slechts even verschenen om dadelijk Weer onder te duiken in het heelal. Wij hebben, zoo vervolgt de voorzitter, UW adviezen op prijs gesteld, en uw helder inzicht betreffende landbouwzaken gewaardeerd. Al is de zittingsperiode kort geweest, zij moge voor U aange name herinneringen hebben achtergela ten. (Applaus). De heer Guinée1 dankt den voorzitter voor diens vriendelijke woorden van af scheid. Wat hij voor de gemeente heeft gedaan, deed hij zander eerzucht. Gedu rende twee jaar heeft ook hij met den kindje, ik vind dat je het gebruiken moet lop een wijze, die zij prettig ge vonden zou hebben. „Paps", Olive sprak aarzelend, legde een [hand op beide wangen van haar vader en keek hem diep in de oogen.) „Ik weet wat ik met Eva's geld zou willen doen als het werkelijk aan mij gaat hooren en ik geloof dat ik daarmee ge heel in haar geest handel". „Hoe wil je het dan gebruiken?" Er kwam een teedere uitdrukking in zijn oogen toen hij het bezielde gezichtje van zijn dochter zag. „Ik zou graag voor iets willen studee- ren, dat bevoegdheid geeft voor een maatschappelijken werkkring, speciaal op het gebied van socialen arbeid. Ik wil niet mijn heele leven niets doen. En zelfs al zou ik hetgeen ik geleerd heb, nooit in practijk behoeven te brengen, dan is het toch altijd goed als je wat kent". „Studeeren? Een maatschappelijken werkkring? Sociale arbeid?", vroeg me neer Davidson bedrukt, „bedoel je daar mee dat je het huis uit wilt?" Er kwam een prop in zijn keel bij het vooruit zicht de kleine, dappere kameraad te moeten verliezen, die hem het leven thuis dragelijk maakte. „Ik hoef daarom toch niet uit huis te gaan", antwoordde ze, direct radend wat er in haar vader omging. Er zijn immers zooveel dingen, die ik leeren kan zonder weg te gaan, als je me liever thuisi houdt". „Of ik je liever thuis houdt?" Haar vaders arm legde zich vaster om haar EEN K L M.-VLIEGTUIG is Dinsdagmiddag wegenmotordefect nabij het vliegveld Waalhaven te Rotterdam van geringe hoogte neergestort en vernield. De piloot en de mecanicien werden gewond. Een jongen, die zich in de nabij heid van het neerstortende vliegtuig bevond, bekwam ernstige "verwondingen. De passagiers van het vliegtnig bleven vrijwel ongedeerd. burgemeester vriendschappelijk samenge werkt, al was er ook wel eens verschil van meening. Spr. dankt den secretaris voor diens bereidwilligheid en den raad voor zijn vriendschappelijke houding. De heer Enzlin dankt voor de vriende lijke afscheidswoorden en -de vriendschap pelijke wijze, waarop de voorzitter ook hem is tegemoet getreden. Spr. dankt voor de ondervonden sympathie en al is hij kort lid van dezen raad geweest, spr. zal daaraan -de aangenaamste her inneringen bewaren. De heer Catshoek beeft bij de rond vraag een klacht over werkloozen naar voren te brengen. Veertien dagen geleden zijn bij hem twee werkloozen gekomen, die 'met f5,75 paar huis waren gestuurd. Waar de raad indertijd besloot, dat taan gezinshoofden f8,50 zou worden uitge keerd, vraagt jspr. restitutie van het loon. Den voorz. is 'dit geval bekend. Spre kende over de werkeloosheidsverzorging, zegt spr. dat deze 's zomers anders be handeld moet Worden dan in den winter. Zoo moet imen in den zomer ruimte laten, dat de menschen Zelf iets kunnen verdienen. Aan enkele werkeloozen is gezegd, dat ze bessen konden gaan pluk ken. Maar heel kort zijn ze daar aan bezig geweest, want de werkgever nam 40 menschen ,uit Oosterland in zijn dienst. De voorzitter betoogt, dat met opzet in den zomer 3 dagen van de week de gemeente niet helpt, om ruimte te laten en de prikkel te laten bestaan, zelf er wat bij te verdienen, opdat de werklust niet heelemaal wordt uitgeschakeld. Den heer Catshoek is dat messentrekken ook bekend, en de werkeloozen, die dat niet wilden, zijn f3 beboet. In de week, dat zulks voorviel kregen de menschen minder loon, maar de 2de week kregen ze hetzelfde loon als in de week, waar in de boete was toegepast. Daarin ligt z. i. een groote onbillijkheid. Nu betaalt de winkelier de werkeloozensteun, omdat de menschen hoe. langer hoe meer in het krijt komen te staan. Wanneer een ar beider werkloos is en niet in z'n onder houd kan voorzien, dan moet men hem niet met een paar centen naar huis sturen. De heer Doeleman wijst er op, dat er wel werk was, gezien het feit, dat 50 menschen pit Oosterland f9 per week verdienden. Bessenplukken kan ieder en de heer Catshoek zou goéd doen hier heep en hij lachte zenuwachtig, méar mijn, lieve meid", voegde hij er haastig aan toe, „we moeten in de -eerste plaats doen, wat het beste voor jo,u is. Als jij er je hart op hebt gezet om iet si nuttigs te leeren, mag ik je daarbij niet in den weg staan. Maar ik weet niet of je moeder...." „Hoor eens Paps, wat ik voorstel, is volkomen redelijk en als wij het daar over eens zijn is dat meer dan voldoende, vind ik. Zoo rijk ben jij toch nieft hè?" „Zeker niet!" „Nu, dan is er immers niets tegen dat ik iets leer, waarmee ik, als het noodig zou zijn, mijn brood kan verdienen!" „Neen, natuurlijk is daar niets tegen. Mijn zaken gaan goed, uitstekend zelfs, maar als ik zou komen te vallen, hebben jullie 'meisjes en je moeder niet genoeg om op denzelfden voet te blijven leven als nu. Daarom vind ik het een heel) ver standig idee van je om' iets te gaan leeren, waardoor je je nuttig kunt ma ken en je brood kunt verdienen. Maar je moeder zal er wel een heeleboel tegen hebben in te brengen". „Dat spreekt vanzelf. Ze heeft tegen alles wat in te brengen. Behalve als ik eens met een hertog of een graaf aan kom, maar probeert U moeder te over tuigen, Paps". „Ik zal het probeeren", was het niet zeer hoopvolle antwoord, maar ik be twijfel of ik haar tot mijn inzicht zal i kunnen bekeeren". 1 Deze veronderstelling bleek juist, want Mevrouw Davidson verzette zich met eens te zeggen, dat de menschen moeten trachten in de eerste plaats zelf den kost te verdienen en in de tweede plaats te komen om steun bij de gemeente. De heer Catshoek moet er ook eens op wijzen, dat er ook plichten zijn en de menschen verplicht zijn voor hun gezin te zorgen. Krachten om bessen te plukken heeft ieder. Oosterland heeft f450 verdiend en Zierikzee zou het cadeau moeten geven. Spr. meent, dat niet altijd mag opgeko men worden voor krachten, die de maat schappij bederven. De heer Catshoek betoogt, dat door hem hier meermalen is gezegd, dat de menschen moeite moeten doen om werk te krijgen. Nu moet het niet voorgesteld worden, dat spr. zulks heelemaal zou uit schakelen. Dit is een absolute leugen. Wat de kwestie van het bessenplukken betreft: 10 menschen zijn uitgenoodigd om bessen te plukken in den tuin van de firma Koopman. Ze zijn er heenge gaan, maar het bessenplukken viel erg tegen, doordat het product slecht was. Spr. geeft toe, dat sommigen niet wilden plukken. Van 7—9 zijn er menschen ge weest in den tuin, maar na 9 uur moesten ze niet meer terug komen. Spr. wijst er op, dat het voor een volslagen arbeider niet gewenscht is kinderwerk te laten verrichten. De voorzitter Wijst-op de groote moei lijkheid van het te werk stellen. Sommi gen zeggen: ik wil wel werken, maar dat werk is niet voor ons. De heer Catshoek herhaalt zijn voor stel om aan de twee werkeloozen, als nog f2,75 uit te keenen. De voorzitter acht het niet verstandig dergelijke part. dingen aan een stemming te onderwerpen. Wanneer dhr. Catshoek de verzekering gegeven wordt, dat de 2 'bedoelde men schen alsnog 'zullen Worden geholpen, zal hij Zijn voorstel intrekken. Weth. Doeleman ontraadt het voorstel aan te nemen. Het wordt verworpen met alleen de stemmen van de heeren Cats hoek en Versteeg voor. Hierop volgde sluiting der vergadering. KERKNIEUWS. Ned. Herv. Kerk. Bedankt: Voor St:-Philipsland, O. J. v. Rootselaar te Poortvliet. hand -en tand tegen het plan. Een aan nemelijke reden kon ze er echter niet tegen aanvoeren -en Olive was zich met groote voldoening bewust, dat de onaf hankelijkheid, die Eva's geld haar ver schafte, haar pad effen maakte. „Nu, doe wat je niet laten kunt", ver klaarde mevrouw Davidson bits, na hef tige en vruchtelooze discussie, „het is nutteloos om met twee zulke stijfkoppen als je vader en jou te redeneeren. Tk hoop alleen maar, dat deze dwaze stap, je nooit berouwen zult. Ik wasch mijn handen in onschuld!" Dat was zoo haar gewone stopwoord, wanneer ze merkte dat in den strijd met echtgenoot en jongste dochter, een nederlaag onvermijdelijk was. „Enfin", zei Olive, toen ze met haar vader nog eens napraatte over de hou ding van haar moeder, „het is nu een maal -niet anders, ik geloof niet, dat er één -onderwerp bestaat, waarover moe der en ik het eens zijn. Goddank is Toby altijd dezelfde meening toegedaan als U en ik". „Toby?" vroeg meneer Davidson ver wonderd, „is dat Denis Hardcastle? Och, och, in mijn jonge jaren waagde een meisje het (niet zoo gauw -een jongen bij een dergelijk fbijnaampje te noemen". En bijna (ontsteld keek hij zijn dochter aan, die haar uiterste best deed om haar evenwicht te bewaren op de leuning van Zijn stoel, haar geliefkoosde plaatsje, waarop ze zich ook voor dit vertrouwe lijk gesprek had neergezet. (Wordt vervolgi)t

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1931 | | pagina 3