Zierikzeesche Nituwsbode TWEEDE BLAD Uit Stad en Provinoie. bihooriidi bl) d« vu Mundig 22 Dvo. 1930, io. 12096. SEROOSKERKE. Vergadering van den raad dezer gemeente, op 12 December 1.1. Voorzitter de burgemeester. Afwezig met kennisgevnig weth. P. Goemans. Bij de opening zegt de voorzitter, dat zoo juist is overleden, de heer Jac. de Roo, die, zooals algemeen bekend is, vele jaren achtereenvolgens is geweest: lid van den raad, weth., ambtenaar van den Burger lijken Stand, voorzitter van het Burger lijk Armbestuur enz. enz., dat hij dus in vele functies de gemeenschap heeft gediend. Als we een oordeel willen vel len over de wijze, waarop de over ledene een en ander heeft vervuld, dan moeten we in onze gedachten terug gaan naar den tijd toen de Roo in het volle leven stond en dan kan niet anders worden gezegd, dan dat hij met voort varendheid, durf en ijver zich van zijn taak heeft gekweten. Samenwerking met hem was een aangename. De gemeente is hem veel dank verschuldigd. Wij allen zullen hem dan ook met dankbaarheid blijven herinneren. Door Ged. Staten is voor het tijdvak eindigende 31 December 1932 ontheffing verleend van de verplichting tot het ge ven van onderwijs in de lichamelijke oefening. Een verzoekschrift van dhr. A. C. de Oude c.s. om in verband met de crisis in den landbouw, de haventarie ven te verlagen, wordt, als zijnde on gezegeld, ter zijde gelegd. Eenzelfde lot onderging om dezelfde reden, een ver zoek van gebr. Oosse om vermindering van pacht voor de grasetting van de dijken rond de haven. Tot leden van de commissie tot wering van schoolver zuim worden benoemd de aftredenden, de heeren P. A. Legemate, P. Berre- voets Sr. en W. L. van de Linde. Tot leden der commissie van toezicht op het lager onderwijs, de heeren M. Bakner en C. Hart Cz. De pensioensgrondslag van den heer W. H. Verduijn den Boer, gemeentearts, worden vastgesteld als vac cinateur en doodschouwer, als armen- arts en als schoolarts. De omvraag heeft tot resultaat dat een voorstel gedaan wordt om reductie te verleenen op de pachtprijzen der grasetting, aan de ha- vendijken. Dit voorstel, behelzende een vermindering van 30 o/o wordt aange nomen, mits de gemeenteraad van Noord- welle daaraan zijn goedkeuring verleent. Tenslotte deelt de voorzitter nog mede, dat het raadsbesluit tot verkoop van boomen is goedgekeurd en dat B. en W. hebben bepaald de verhooging daar van te houden in Januari a.s.; dat de waterloozing van „Domineesput" aange bracht is en de resultaten reeds zicht baar zijn; dat dé*" heffingsverordeningen door de Kroon zijn goedgekeurd en dat aan de onderwijzeres verlengd ziekte verlof is verleend t/m. 31 December 1930. Hierna volgde sluiting. VERGADERING VAN DEN GEMEENTE RAAD TE ZIERIKZEE, gehouden op Dinsdag 16 December. (Vervolg). Bij art. 2, achterstallige inkomsten, merkt de begrootingscommissie op, dat het haar aandacht trok, dat bij de achter stand van sommige huren nog bedragen voorkomen van 1926 en '29, waarbij zelfs de gemeente Duivendijke nog nalatig bleef haar bijdrage, betreffende het Nijver heidsonderwijs te betalen. B. en W. antwoorden, dat de achterstal lige inkomsten! voor een groot deel reeds zijn geïnd. De nieuwe gem.-ontvanger doet alle moeite den achterstand geheel te doen verdwijnen. Bij art. 60, kosten van officiëele ont vangsten, geraamd op f120, vraagt de commissie inlichtingen. Deze post is, antwoorden B. en W., uitgetrokken, omdat in 1930 telkens offi ciëele ontvangsten ten stadhuize plaats hadden eni dit in 1931 mogelijk weer het geval zal zijn. Bij 75, kosten buitengewone tijdelijke politiediensten, zegt de commissie, dat haar de post van f600 hoog voorkomt. Zij is van oordeel, dat geen rekening is gehouden met de gewijzigde politie verordening en zag graag het uitgetrok ken bedrag in overeenstemming gebracht met de vermoedelijk benoodigde gelden. B. en W. antwoorden, dat deze post niet te hoog is geraamd. De overuren zijn betaald volgens de bestaande ver ordening. De heer Versteeg merkt op, dat z. i. bij de staking in April heelemaal geen extra-politiediensten noodig waren. Weth. Koopman antwoordt, dat de rijks- veldwacht niet uit dezen post is be taald. Het derde kwartaal, waarin de ker mis is gehouden, vroeg het leeuwendeel van de uitgegeven f 680. Spr. geeft in overweging de kwestie der overuren weer te herzien, want met de tegenwoordige regeling komt het te duur uit voor de gemeente. De extra diensten waren v.n.l. voor particulieren. De voorzitter zegt toe, de regeling der overuren te zullen herzien. Bij 80, afkoop persoonlijke diensten, stelt de commissie voor, nu de brand weer is gereorganiseerd, de post van f 10 te schrappen. De verordening omtrent verplichte dienst is nog niet ingetrokken, antwoorden B. en W. Begin 1931 komen dienaangaande voorstellen in den Raad. Bij 92onderhoud lantaarnsenz. spreekt dr. v. d. Kivast over de korting die de gemeente krijgt voor iedere Ma. gas, nu de gasfabriek, als bedrijf, zich heelemaal moet bedruipen. Weth. Koopman meent, dat de ge meente deze reductie toekomt. In som mige gemeenten geeft men retributie voor den aanleg van buisleidingen. De ge meente is hier ook niet overgegaan tot electrische straatverlichting, wat mis schien voordeeliger uit zou komen. Dr. v. d. Kwast betoogt, dat de ge meente al reductie krijgt door 't vast rechttarief. De heer Doeleman meent, dat de f 7200, die de gasfabriek van de gemeente krijgt, een heel mooie post is. De heer Versteeg herhaalt zijn vraag in de vorige vergadering gedaan tot het plaatsen van een lantaarn hoek Hoofd poortstraat—Ravenstraat. De voorzitter zal zulks in de gascom- missie bespreken, waarna voorstellen dien aangaande irx den Raad komen. Art. 99 betreft de Burgerwacht. De minderheid der begrootingscommissie is van oordeel, dat deze post in 't belang der gemeente dient te worden geschrapt. Tot nu toe bleven B. en W. in gebreke de bestaansnoodzakelijkheid daarvan voor onze gemeente op goede gronden aan te toonen. B. en W. merken op, dat zij het instU tuut beschouwen als een aanvulling van de politie en wenschen handhaving. In stemming gebracht, verklaren de heeren Gerritsen, Catshoek en Versteeg zich tegen die handhaving. Dr. van der Kwast onthield zich. Bij art. 109a, verzekering autospuit, ver- zoekt de heer Doeleman opzending der polis aan den verzekenaar, vragende hem of deze de later aangebrachte clausule honoreert. Aldus zal geschieden. Art. 118kosten ontsmettingsdienst vraagt de commissie, hoe het staat met de oprichting van een barak, om gereed te zijn bij eventueel voorkomende epide mische ziekten? Over het oprichten van zoo'n barak zijn reeds onderhandelingen gaande, ant woorden B. en W. Bij 129a, verzoekt de heer Gerritsen een besloten zitting voor inlassching van een nieuw artikel 129a. De openbare vergadering wordt hier op gesloten, te zes uur geschorst en te 8 uur heropend. De tribune is nu meer dan vol. Bij' volgnummer 147, onderhoud stra ten en pleinen, acht de commissie het gewenscht de aandacht van B. en W. te vestigen op den slechten toestand van het Witte Eijestraatje. De commissie wenseht voorts ingelicht te worden om trent de plannen tot verbetering van het Havenplein. B. en W. zeggen in hun antwoord, dat de straten in orde gebracht worden, zoo- dra de straatmaker beschikbaar is. Het niet in orde brengen van het Ha venplein vindt zijn oorzaak in 't feit, dat de gemeente niet de beschikking over een wals kon krijgen. In het ko mende voorjaar zal net Havenplein in orde worden gemaakt De heer Catshoek vraagt hoe B. en W. het plein denken te verharden? De voorzitter: Met goudeliet, welk ver hardingsmateriaal ook op de Prov. we gen wordt gebruikt. De heer Gerritsen informeert of de kosten voor de straatwerken nu komen ten laste van de gemeente of van de P.Z.E.M.? Weth. Koopman: De P.Z.E.M. moet betalen. Met 1 Jan. wordt de rekening opgemaakt. De heer Doelemen zou van de f11240, die geraamd worden voor straatwerken, de post van de P.Z.E.M. niet willen af trekken. Hij' houdt echter zijn voorstel aan tot bij' „onvoorzien". De heer Versteeg bepleit verbetering van de Balie, met een gedeelte der gel den, voortvloeiende uit de opbrengst van de Paardenloterij. j De voorzitter merkt op, dat die gel den nier ter beschikking staan van den I raad, maar spr. zal met de wenschen van dhr. Versteeg rekening houden. Bij 163, onderhoud plantsoenen, ge raamd op f 890,—, vraagt de heer Koop man f 200 meer voor deze post, nu de nieuw aan te schaffen boomen duurder zijn geworden. De heer Versteeg wil deze post op f 1100 brengen, welk laatste voorstel h.st. aangenomen wordt. Bij 165, bruggen, vraagt de heer de Broekert, waarom die post zooveel hoo- ger wordt geraamd? De klapbrug moet vernieuwd worden, antwoordt de voorzitter. Do heer de Broekert vraagt verder re organisatie van de bediening der brug gen, want deze Iaat te wenschen over; ook het toezicht daarop. B. en W. zeggen toe, daaraan hun aandacht te zullen wijden. Bij 166, onderhoud pompen en riolen, deelt de voorzitter mede, dat de teeke- ning van het nieuwe rioleeringsplan thains gereed is. Volgnummer 168, omvat bediening en onderhoud van klokken, uurwerken enz. De commissie merkt op, dat het in den stadhuistoren aanwezige uurwerk veelal niet den juisten tijd aangeeft, hetgeen in een groot deel der stad meermalen tot verwarring aanleiding geeft. Zij verzoekt B. en W. die maatregelen te nemen, wel ke zullen blijken noodig te zijn voor een juiste tijdaanwijzing. Aangaande deze kwestie is reeds van B. en W. een brief uitgegaan tot den aannemer, met verzoek voor regelmatige gang van het uurwerk zorg te dragen. I Het college zal andermaal den aanne mer aanschrijven. Bij niet voldoening zal hem het onderhoud ontnomen worden. De heer de Broekert merkt op, dat het uurwerk op de Z.-Havenpoort heele maal geen tijd aanwijst. De heer Doele man vraagt B. en W. er kracht bij te willen zetten dat de klok in orde ge houden of in orde gemaakt wordt. De voorzitter antwoordt, dat de klok op 't Kraanplein thans loopt. Wat de Stadhuisklok betreft, daarover is, na in gekomen klachten een brief uitgegaan naar den aannemer. De heer Catshoek vraagt of B. en W. van oordeel zijn, dat het ligt aan de bediening. Wanneer dat het geval is, dan is de brief ad rem. Ligt het aan het uurwerk dan dienen andere maatregelen genomen te worden. Weth. Timmerman antwoordt, dat uit een der raderen van het uurwerk een tand stuk is. Dat moet hersteld worden. Voorts heeft de aannemer gezegd, dat hij driemaal per dag de klok gelijk zal laten zetten. Bij kosten van de algemeene be graafplaats, merkt de commissie op, dat de mem. v. toelichting betreffende dezen post o. m. vermeldt: hernieuwing dak, enz. woning grafdelver, f840. De commissie is ter plaatse geweest, heeft alles opgenomen en bevonden, dat door de voorgestelde vernieuwing, de on houdbare, niet doelmatige en gebrekkige indeeling, met al den aankleve van dien, niet zal worden weggenomen. Zij komt tot' de conclusie, dat het voteeren van f840, voor daksverbetering, enz., als weg geworpen geld moet worden beschouwd, waarom zij voorstelt B. en W. uit te noodigen, t. a. v. deze woning met een nieuw plan met kostenberekening te ko men voor algeheele vernieuwing. B. en W. handhaven hun voorstel, om de woining in kwestie te verbeteren voor het uitgetrokken bedrag van f840. Voor deze som kan de woning in beteren toestand gebracht worden en niet alleen het dak. Het huisje wordt opgetrokken, terwijl op den zolder slaapkamertjes ko men. Dr. v. d. Kwast onderschrijft de op merkingen van de commissie. Beter acht spr. het, een nieuw gebouwtje daar te zetten en hij ondersteunt het voorstel der commissie ter plaatse een nieuw ge bouwtje te zetten. De voorzitter^ geeft toe, dat de toestand in die woning verbetering behoeft en daarom kreeg de bouwmeester opdracht de zaak eens op te nemen en advies te geven aan de C. v. F. Voor f840 is het huisje in bewoonbaren toestand te brengen. Het is ten slotte een technische kwestie. De heer Paring deelt mede, dat een teekening is gemaakt voor verbetering van de bedoelde woning. Het dak wordt opgetrokken, op den zolder komen twee kamertjes. De bedsteden worden uitge broken en er komt een nieuwe trap. Alleen de uitwendige vorm van 't huisje wordt uit een oogpunt van aesthetica, gehandhaafd. De heer Catshoek zegt, dat al de ge noemde verbeteringen niet staan in de M. v. T. maar hij kan nu, gehoord de toelichting van de C. v. F., met het ge dane voorstel medegaan. Bij 170, kosten gemeentereiniging, wijst de commissie op den onhygiënischen toe stand bij den Krakeelput. B. en, W. zeggen toe aan dien put hun aandacht te zullen schenken. Het ligt in de bedoeling om op het terrein grond te storten en het terrein langs den weg dan met opgaand hout te beplanten, Bij 191, vraagt de heer Gerritsen een afschrift van een staat van gemeente eigendommen en informeert tevens naar de reeds het vorige jaar gemaakte opmerkingen door de begrootingscomntis- sie over enkele perceelen gemeentegrond, die nog' te verpachten zouden zijn. De voorzitter antwoordt, dat een schrift, als door den vorigen spr. be doeld, tegen betaling der kosten ver krijgbaar wordt gesteld en, dat, wat de onverpaehte percèelen betreft, dit kleine hoeken en kanten zijn, die niet te ver pachten zijn. De heer Gerritsen merkt op, dat het er om gaat de zaak in orde te hebben. Bij 195, visscherijpacht, vraagt de heer Gerritsen inlichtingen over onverpaehte visseherijperceelen. Weth. Koopman verstrekt hierover na dere inlichtingen en wijst op de ge voerde onderhandelingen omtrent die per ceelen met den voorzitter van het vis- scherijbestuur. Men is het nog niet eens kunnen worden, aan wie de perceelen behooren. Het college is ten deze even wel diligent. Bij 220, belooning van kweekelingen, merkt de heer Gerritsen pp, dat de raad een kweekelinge met akte benoemd heeft tot onderwijzeres aan school A, Nu zou het wel eens kunnen gebeuren, dat men aan school B, waar weer een andere kweekeling met akte zal moeten komen, men voor het uitgetrokken be drag niet slaagt. Daarom stelt spr. voor dien post van f 800 te ramen op f 1300, opdat B. en W. desnoods over f 500 meer kunnen beschikken voor een tijde lijke leerkracht. De voorzitter antwoordt dat B. en W. als richtsnoer f 600 hebben aangenomen voor jongelui die zonder eenige ervaring in de school komen. Kan men daarvoor niemand krijgen, dan eerst zal men gaan verhoogen. De heer Versteeg stelt voor de ra ming met f 200 te verhoogen en dus te brengen op f 1000. De heer de Broekert gaat met dit voorstel mede. De sprong van f 800 op f1300 acht spr. te hoog. De heer Gerritsen merkt op, dat het niet gaat om die f 1300. Men zegge B. en W. met het geld zoo zuinig moge lijk te zijn, maar het onderwijs moet nummer één zijn. De heer Doeleman voelt meer voor het idée-Versteeg. Weth. Koopman meer voor het voorstel-Gerritsen, te meer daar B. en W. hebben toegezegd in de vorige vergadering dat er geen stag natie zal komen in het onderwijs. De heer Gerritsen verdedigt nader zijn voorstel en dringt op aanneming aan, waartoe de raad besluit na toezegging van den voorzitter, dat niet meer zal worden gebruikt dan noodzakelijk is. De heer de Broekert verzocht aanteekening dat hij tegen stemde. De heer Catshoek vraagt B. en W., of zij niet de toezegging willen doen, de samenvoeging van de scholen A en B eens nader te bezien en het onderzoek willen kenbaar! maken aan den raad. De voorzitter zegt toe, deze kwestie nog eens te zullen nagaan. Reeds is deze zaak met de 3 schoolhoofden besproken, maar deze heeren zagen geen oplossing. De commissie vereenigt zich met het af wijzend advies van B. en W., om aan de schoonmaakster van School A geen sala- risverhooging toe te kennen. No. 255 omvat huur of vergoeding ge bruik van schoollokalen. De commissie vraagt tegen welken datum de Z.L.M- de huur van een gedeelte van School B werd opgezegd en zoo die datum mocht zijn verstreken, de verdere toegang tot de school te ontzeggen voor leerkrachten en leerlingen. B. en'W. deelen mede, dat het 4e lokaal van School B tegen 1 Dec. j.l. werd op gezegd. De gemeente heeft het eerst 1 Jan. noodig en tegen dien datum heeft de Z.L.M. elders een lokaal gehuurd. De voorzitter verstrekt nadere toelich tingen. De Z.L.M. bouwt een nieuwe school. De architect is al benoemd en men zoekt naar geschikte bouwgrond. Bij 296, subsidie biz. bewaarscholen, merkt de commissie op, dat het haar be vreemdt, dat de bewaarschool „Reho- both" ook nu weer subsidie vraagt, niet- van dhr. Timmerman, een regeling werd getroffen voor subsidieering van de R.-K. en Chr. Bewaarschool, neerkomend ,op f6 per kind en per jaar. Aangenomen mocht worden, dat dit een algeheele bevrediging en afdoende oplossing zou brengen in de subsidieering van de bewaarschool. Nu dit niet het geval schijnt te zijn en het zich laat aanzien, dat ieder jaar op verhooging van subsidie zal worden aangedrongen, advi seert de comm. niet tot verhooging van subsidie over te gaan. Ze wenseht echter een uitzondering te maken voor wat be treft de R.-K. school, daar deze door het vorige jaar aangenomen voorstel, in stede van vooruit, f 50 achteruitging. Hier mag veilig gesproken worden van een mis verstand. Dit dient uit den weg geruimd door een besluit, dat de te verleenen sub sidies zullen bedragen f 6 per kind en per jaar, tot een minimum van f 350. B. en W. wenschen hun voorstel in dien zin te wijzigen, dat aan de Chr. Be waarschool f 700 en aan de R.-K. be waarschool f 500 wordt toegekend, in verband met de verhouding van de gods dienstige gezindheid der bevolking. (Wordt vervolgd.) MOEDER's KERSTWENSCH. M'n kind, we zijn voor jaren nu gescheiden, Ik heb je in zoo lang niet meer gezien, Ik zit in stilte vaak aan je te denken, Denk jij wel eens aan moeder nog misschien Ach, wat gebeurde is zoo lang geleden, Jij' was precies als vader soms kon zijn, Wat trotsch en stug, maar 'k heb je niet begrepen, Ik liet je gaan en dat doet moeder pijn! Nog zie ik je door 't kleine tuintje loopen, Je keek niet om, ik wenkte door de ruit, 'k Heb bij de voordeur nog je naam geroepen, Ik sloot de deur en toen was alles uit! Nu heel veel later komen de gedachten Aan alles.... alles, wat ik in je mis, Je hebt me wel een enk'le brief geschreven, Maar weet je nog wat moeders liefde is? Er was toch altijd zon in onze woning, Nog zie ik je zoo blij verwonderd staan, Wanneer de Kerstboom in de kamer brandde, Met al die zilv'ren sierseltjes er aan! Wat hebben we toen zachtjes vaak gezongen, De Eng'lenzang, waarvan 'k de woorden las, Dan zaten we zoo innig naast elkander, Alsof de hemel op de aarde was! Kind, kom met Kerstmis naar je oude moeder, Mijn liefde wacht je, als uit vroeger tijd, Ik heb zoo vaak in donk're najaars dagen Mijn armen zoekend naar je uitgebreid. O, laat er vrede in ons leven komen, De vrede, die weer ware liefde schenkt, Omdat het: „Eer zij God", uit vroeger jaren, Ons beiden naar denzelfden Kerstboom wenkt! INGEZONDEN STUKKEN. (Buiten verantwoordelijkheid der redactie). Copie ivordt niet teruggezonden. Zicrikzee, 18 December 1980. Mijnheer de Redacteur, In het Maandagnummer van uwe ge achte courant vraagt U zoo eenvoudig weg: „Wat mag onze oude stadhuisklok toch raankeeren?" Uw bescheiden toon is voor mij een prikkel om te komen tot een openlijke bekentenis. Want ik voel mij schuldig te dezen. Ook ik had wisselingen, schommelingen in de tijds aanwijzing van dat eerwaardig instrument opgemerkt. Deze schommelingen bezorg den mij en hun, die mèt mij werken, last, ongemak, verdriet, schade. Maar toen ik deze ervaringen rijker werd, was het mijn plicht geweest, dat verstand te too nen, hetwelk eigenzin en waan verbant. Ik was eigenzinnig en bracht me zelf in dem waan, dat er iets haperde aan de klok. Ik besloot, hoe ongeduldig toch, na weken on maanden van ongerief en tijdverspilling, mij te wenden tot de edi- len van de stad om hen deelgenoot te maken van mijn leed en te vragen om- verandering. En ik schreef een brief, waarin ik vertelde van het dagelijksch verdriet van de menschen en menschjes, met wie ik leef. Wel stelde ik de klok daarin voor als de machtige, aan wier invloed men zich niet kan onttrekken, maar deze huldebetooging ging helaas gepaard met de verzuchting, dat zij an ders moest worden, en dat, dat is mijn fout. In hun antwoord meldden bestuur- deren van onze stad mij, dat zij „den aannemer van de bediening der klokken hadden aangeschreven, om maatregelen te nemen, dat een regelmatige gang van de s tadhuisklok is". Zoo ben ik dus oor zaak, dat een wenk is gegeven aan den klokbediener, aan wiens deskundigheid toch niemand twijfelt, en de machtige klok wil mij het onvoegzame van mijn daad laten voelen. Het is, als zeide zij mij vermanend: „Hoe nu, jammert ge over het verlies in uw bedrijf van 7 maa|l 3 a 4 Jminuten daags? Is het leven dan niet lang genoeg om een verlies van een simpele 21 a 28 minuten per dag in gelatenheid te dragen? Is het niet vriendelijk van mij, dat ik, door U in onzekerheid te laten ten aanzien van den waren tijd zeg, wat is „ware tijd"? er U toe breng, bij reisplannen wat heel vroeg naar het tramstation te gaan, zoodat ik U opbouwende bezig heden doe opvatten, als b.v. het tellen van het aantal straatlantaarns tusschen „Klein-Maja" en het tramstation? Heb ik u niet herhaaldelijk gesticht door, als ge uit Duiveland kwaamt en de poort klok zes uur aanwees bij uw passeeren, terwijl de kleine-kerk-klok, als ge daar aankwaamt, ook zes uur wees, er voor te zorgen, dat het zes uur bleef, als ge de Meelstraat instevendet, zoodat ge thuiskwaamt met de streelende zekerheid, dat de snelheid, waarmede gij u voort beweegt, bij het stijgen der jaren niet vermindert, maar integendeel die van hypermoderne vervoermiddelen overtreft? En hoeveel surprises bereidde ik u niet, door b.v. des avonds den pas te ver snellen en zoo uwe dienstbode, die gij verdacht.van gebrek aan ordelievendheid, ©en tiental minuten vroeger in uwe wo ning terug te voeren, dan gij haar ver wachtte, of ook wel door plots den pas in te houden en zoo een uur, dat gij wildet vasthouden, omdat het een uur van geluk of genot was, 70 in stede van 601 minuten te laten duren? Met welk recht beknorde uwe vrouw u nog over laat-thuiskomen? Of deed ik U niet ge- reedelijk een'excuus aan de hand voor uw gedrag, door 't genoeglijke uur in socië teit of café als het ware mèt u te door leven en mijn voortgaan een wijle te staken? Het was goed, zooals ik het deed. Ik was goed, maar gij zijt ondankbaar. En daarvoor zult gij gestraft worden. Nu ga ik zoo loopen, dat ge de kluts heelemaal kwijt raakt. En dan pas zult ge beseffen, hoe genoeglijk en knus, hoe. verstandig en weloverwogen mijn dartelen was, waarover gij u vermat te klagen". Ja, mijnheer de Redacteur! zoo is het. Want sedert ik geklaagd heb en sedert de verbeteringsmaatregelen getroffen zijn, is de klok ontstemd en spot met alle berekeningen, en gelijkzettingen van ons, burgers. Ik beken het, ik heb het verdiend. Maar, dat de medeburgers mèt mij getroffen worden, dat kwelt mij en daarom wil ik door een openlijke belijdenis mijn ge weten ontlasten, hopende, hierdoor H.M. de Klok te verbidden. d. N. BURGERLIJKE STANDEN. Over de maand November. BRUINISSE. Geboren: 14, Arie Antho- nie, z. van D. M. Bal en M. J. Quist; 20, Jacoba Jannetje, d. van J. C. Keste- loo en D. van Oeveren. Gehuwd: 7, Leendert van den Berge, 32 j. jm., en Marino Dorst, 21 j. jd., (van Oosterland); 14, Pieter Schraver, 26 j. jm., en Cathalina Bolijn, 30 j. jd.; 25, Daniël Dingeman Jumelet, 23 j. jm., (te Batavia), en Dina Maria van den Berg, 23 j. jd. Overleden: 3, Lauwerina van de Vel de, 59 j., wed. van D. van Popering; 9, Louise Henriëtte Gideonse, 87 j., wed. van Z. Hoogerheidc; 13, Pieternella van den Berg, 73 j., echtgenoote van J. C. Schikker; 18, Joost Uil, 71 j., wedn. van P. Hage; 20, Jan van den Berge, 61 j., ongehuwd. STAVENISSE. Geboren: 4, Johannis, z. van Izaëk Wesdorp en Maria Johanna Hage; 7, Willem, z. van Hubrecht Scher- penisse en Cathorina II. Goedegebuure; 11, Izaak Willem, z. van Jozua Abraham Nortier en Pieternella Hanse. Overleden: 13, Janna Moerland, 75 j., wed. van Martinus Stoutjesdijk. Levenloos aangegeven: 29, Een kind van C. Buijs en Maria Hout. Gehuwd: 6, Gerrit Marlnus de Vries, 21 j. jm., (van Zalt-Bommel) en Maria Moerland, 19 j. jd.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1930 | | pagina 5