Zierikzeesche Nituwsbode
TWEEDE BLAD
Uit Stad en Provinoie.
bihooriidi bl) d«
vu Mundig 22 Dvo. 1930, io. 12096.
SEROOSKERKE. Vergadering van den
raad dezer gemeente, op 12 December 1.1.
Voorzitter de burgemeester. Afwezig met
kennisgevnig weth. P. Goemans. Bij de
opening zegt de voorzitter, dat zoo juist
is overleden, de heer Jac. de Roo, die,
zooals algemeen bekend is, vele jaren
achtereenvolgens is geweest: lid van den
raad, weth., ambtenaar van den Burger
lijken Stand, voorzitter van het Burger
lijk Armbestuur enz. enz., dat hij dus
in vele functies de gemeenschap heeft
gediend. Als we een oordeel willen vel
len over de wijze, waarop de over
ledene een en ander heeft vervuld, dan
moeten we in onze gedachten terug
gaan naar den tijd toen de Roo in het
volle leven stond en dan kan niet anders
worden gezegd, dan dat hij met voort
varendheid, durf en ijver zich van zijn
taak heeft gekweten. Samenwerking met
hem was een aangename. De gemeente is
hem veel dank verschuldigd. Wij allen
zullen hem dan ook met dankbaarheid
blijven herinneren.
Door Ged. Staten is voor het tijdvak
eindigende 31 December 1932 ontheffing
verleend van de verplichting tot het ge
ven van onderwijs in de lichamelijke
oefening. Een verzoekschrift van dhr. A.
C. de Oude c.s. om in verband met de
crisis in den landbouw, de haventarie
ven te verlagen, wordt, als zijnde on
gezegeld, ter zijde gelegd. Eenzelfde lot
onderging om dezelfde reden, een ver
zoek van gebr. Oosse om vermindering
van pacht voor de grasetting van de
dijken rond de haven. Tot leden van
de commissie tot wering van schoolver
zuim worden benoemd de aftredenden,
de heeren P. A. Legemate, P. Berre-
voets Sr. en W. L. van de Linde. Tot
leden der commissie van toezicht op het
lager onderwijs, de heeren M. Bakner
en C. Hart Cz. De pensioensgrondslag
van den heer W. H. Verduijn den Boer,
gemeentearts, worden vastgesteld als vac
cinateur en doodschouwer, als armen-
arts en als schoolarts. De omvraag heeft
tot resultaat dat een voorstel gedaan
wordt om reductie te verleenen op de
pachtprijzen der grasetting, aan de ha-
vendijken. Dit voorstel, behelzende een
vermindering van 30 o/o wordt aange
nomen, mits de gemeenteraad van Noord-
welle daaraan zijn goedkeuring verleent.
Tenslotte deelt de voorzitter nog mede,
dat het raadsbesluit tot verkoop van
boomen is goedgekeurd en dat B. en
W. hebben bepaald de verhooging daar
van te houden in Januari a.s.; dat de
waterloozing van „Domineesput" aange
bracht is en de resultaten reeds zicht
baar zijn; dat dé*" heffingsverordeningen
door de Kroon zijn goedgekeurd en dat
aan de onderwijzeres verlengd ziekte
verlof is verleend t/m. 31 December 1930.
Hierna volgde sluiting.
VERGADERING VAN DEN GEMEENTE
RAAD TE ZIERIKZEE,
gehouden op Dinsdag 16 December.
(Vervolg).
Bij art. 2, achterstallige inkomsten,
merkt de begrootingscommissie op, dat
het haar aandacht trok, dat bij de achter
stand van sommige huren nog bedragen
voorkomen van 1926 en '29, waarbij zelfs
de gemeente Duivendijke nog nalatig bleef
haar bijdrage, betreffende het Nijver
heidsonderwijs te betalen.
B. en W. antwoorden, dat de achterstal
lige inkomsten! voor een groot deel reeds
zijn geïnd. De nieuwe gem.-ontvanger doet
alle moeite den achterstand geheel te
doen verdwijnen.
Bij art. 60, kosten van officiëele ont
vangsten, geraamd op f120, vraagt de
commissie inlichtingen.
Deze post is, antwoorden B. en W.,
uitgetrokken, omdat in 1930 telkens offi
ciëele ontvangsten ten stadhuize plaats
hadden eni dit in 1931 mogelijk weer het
geval zal zijn.
Bij 75, kosten buitengewone tijdelijke
politiediensten, zegt de commissie, dat
haar de post van f600 hoog voorkomt.
Zij is van oordeel, dat geen rekening
is gehouden met de gewijzigde politie
verordening en zag graag het uitgetrok
ken bedrag in overeenstemming gebracht
met de vermoedelijk benoodigde gelden.
B. en W. antwoorden, dat deze post
niet te hoog is geraamd. De overuren
zijn betaald volgens de bestaande ver
ordening.
De heer Versteeg merkt op, dat z. i.
bij de staking in April heelemaal geen
extra-politiediensten noodig waren.
Weth. Koopman antwoordt, dat de rijks-
veldwacht niet uit dezen post is be
taald. Het derde kwartaal, waarin de ker
mis is gehouden, vroeg het leeuwendeel
van de uitgegeven f 680.
Spr. geeft in overweging de kwestie
der overuren weer te herzien, want met
de tegenwoordige regeling komt het te
duur uit voor de gemeente. De extra
diensten waren v.n.l. voor particulieren.
De voorzitter zegt toe, de regeling der
overuren te zullen herzien.
Bij 80, afkoop persoonlijke diensten,
stelt de commissie voor, nu de brand
weer is gereorganiseerd, de post van
f 10 te schrappen.
De verordening omtrent verplichte dienst
is nog niet ingetrokken, antwoorden B.
en W. Begin 1931 komen dienaangaande
voorstellen in den Raad.
Bij 92onderhoud lantaarnsenz.
spreekt dr. v. d. Kivast over de korting
die de gemeente krijgt voor iedere Ma.
gas, nu de gasfabriek, als bedrijf, zich
heelemaal moet bedruipen.
Weth. Koopman meent, dat de ge
meente deze reductie toekomt. In som
mige gemeenten geeft men retributie voor
den aanleg van buisleidingen. De ge
meente is hier ook niet overgegaan tot
electrische straatverlichting, wat mis
schien voordeeliger uit zou komen.
Dr. v. d. Kwast betoogt, dat de ge
meente al reductie krijgt door 't vast
rechttarief.
De heer Doeleman meent, dat de f 7200,
die de gasfabriek van de gemeente krijgt,
een heel mooie post is.
De heer Versteeg herhaalt zijn vraag
in de vorige vergadering gedaan tot het
plaatsen van een lantaarn hoek Hoofd
poortstraat—Ravenstraat.
De voorzitter zal zulks in de gascom-
missie bespreken, waarna voorstellen dien
aangaande irx den Raad komen.
Art. 99 betreft de Burgerwacht. De
minderheid der begrootingscommissie is
van oordeel, dat deze post in 't belang
der gemeente dient te worden geschrapt.
Tot nu toe bleven B. en W. in gebreke
de bestaansnoodzakelijkheid daarvan voor
onze gemeente op goede gronden aan te
toonen.
B. en W. merken op, dat zij het instU
tuut beschouwen als een aanvulling van
de politie en wenschen handhaving.
In stemming gebracht, verklaren de
heeren Gerritsen, Catshoek en Versteeg
zich tegen die handhaving. Dr. van der
Kwast onthield zich.
Bij art. 109a, verzekering autospuit, ver-
zoekt de heer Doeleman opzending der
polis aan den verzekenaar, vragende hem
of deze de later aangebrachte clausule
honoreert. Aldus zal geschieden.
Art. 118kosten ontsmettingsdienst
vraagt de commissie, hoe het staat met
de oprichting van een barak, om gereed
te zijn bij eventueel voorkomende epide
mische ziekten?
Over het oprichten van zoo'n barak
zijn reeds onderhandelingen gaande, ant
woorden B. en W.
Bij 129a, verzoekt de heer Gerritsen
een besloten zitting voor inlassching van
een nieuw artikel 129a.
De openbare vergadering wordt hier
op gesloten, te zes uur geschorst en te
8 uur heropend. De tribune is nu meer
dan vol.
Bij' volgnummer 147, onderhoud stra
ten en pleinen, acht de commissie het
gewenscht de aandacht van B. en W. te
vestigen op den slechten toestand van
het Witte Eijestraatje. De commissie
wenseht voorts ingelicht te worden om
trent de plannen tot verbetering van het
Havenplein.
B. en W. zeggen in hun antwoord, dat
de straten in orde gebracht worden, zoo-
dra de straatmaker beschikbaar is.
Het niet in orde brengen van het Ha
venplein vindt zijn oorzaak in 't feit,
dat de gemeente niet de beschikking
over een wals kon krijgen. In het ko
mende voorjaar zal net Havenplein in
orde worden gemaakt
De heer Catshoek vraagt hoe B. en
W. het plein denken te verharden?
De voorzitter: Met goudeliet, welk ver
hardingsmateriaal ook op de Prov. we
gen wordt gebruikt.
De heer Gerritsen informeert of de
kosten voor de straatwerken nu komen
ten laste van de gemeente of van de
P.Z.E.M.?
Weth. Koopman: De P.Z.E.M. moet
betalen. Met 1 Jan. wordt de rekening
opgemaakt.
De heer Doelemen zou van de f11240,
die geraamd worden voor straatwerken,
de post van de P.Z.E.M. niet willen af
trekken. Hij' houdt echter zijn voorstel
aan tot bij' „onvoorzien".
De heer Versteeg bepleit verbetering
van de Balie, met een gedeelte der gel
den, voortvloeiende uit de opbrengst van
de Paardenloterij.
j De voorzitter merkt op, dat die gel
den nier ter beschikking staan van den
I raad, maar spr. zal met de wenschen
van dhr. Versteeg rekening houden.
Bij 163, onderhoud plantsoenen, ge
raamd op f 890,—, vraagt de heer Koop
man f 200 meer voor deze post, nu de
nieuw aan te schaffen boomen duurder
zijn geworden.
De heer Versteeg wil deze post op
f 1100 brengen, welk laatste voorstel
h.st. aangenomen wordt.
Bij 165, bruggen, vraagt de heer de
Broekert, waarom die post zooveel hoo-
ger wordt geraamd?
De klapbrug moet vernieuwd worden,
antwoordt de voorzitter.
Do heer de Broekert vraagt verder re
organisatie van de bediening der brug
gen, want deze Iaat te wenschen over;
ook het toezicht daarop.
B. en W. zeggen toe, daaraan hun
aandacht te zullen wijden.
Bij 166, onderhoud pompen en riolen,
deelt de voorzitter mede, dat de teeke-
ning van het nieuwe rioleeringsplan thains
gereed is.
Volgnummer 168, omvat bediening en
onderhoud van klokken, uurwerken enz.
De commissie merkt op, dat het in den
stadhuistoren aanwezige uurwerk veelal
niet den juisten tijd aangeeft, hetgeen in
een groot deel der stad meermalen tot
verwarring aanleiding geeft. Zij verzoekt
B. en W. die maatregelen te nemen, wel
ke zullen blijken noodig te zijn voor een
juiste tijdaanwijzing.
Aangaande deze kwestie is reeds van
B. en W. een brief uitgegaan tot den
aannemer, met verzoek voor regelmatige
gang van het uurwerk zorg te dragen.
I
Het college zal andermaal den aanne
mer aanschrijven. Bij niet voldoening zal
hem het onderhoud ontnomen worden.
De heer de Broekert merkt op, dat
het uurwerk op de Z.-Havenpoort heele
maal geen tijd aanwijst. De heer Doele
man vraagt B. en W. er kracht bij te
willen zetten dat de klok in orde ge
houden of in orde gemaakt wordt.
De voorzitter antwoordt, dat de klok
op 't Kraanplein thans loopt. Wat de
Stadhuisklok betreft, daarover is, na in
gekomen klachten een brief uitgegaan
naar den aannemer.
De heer Catshoek vraagt of B. en
W. van oordeel zijn, dat het ligt aan
de bediening. Wanneer dat het geval is,
dan is de brief ad rem. Ligt het aan het
uurwerk dan dienen andere maatregelen
genomen te worden.
Weth. Timmerman antwoordt, dat uit
een der raderen van het uurwerk een
tand stuk is. Dat moet hersteld worden.
Voorts heeft de aannemer gezegd, dat
hij driemaal per dag de klok gelijk zal
laten zetten.
Bij kosten van de algemeene be
graafplaats, merkt de commissie op, dat
de mem. v. toelichting betreffende dezen
post o. m. vermeldt: hernieuwing dak,
enz. woning grafdelver, f840.
De commissie is ter plaatse geweest,
heeft alles opgenomen en bevonden, dat
door de voorgestelde vernieuwing, de on
houdbare, niet doelmatige en gebrekkige
indeeling, met al den aankleve van dien,
niet zal worden weggenomen. Zij komt
tot' de conclusie, dat het voteeren van
f840, voor daksverbetering, enz., als weg
geworpen geld moet worden beschouwd,
waarom zij voorstelt B. en W. uit te
noodigen, t. a. v. deze woning met een
nieuw plan met kostenberekening te ko
men voor algeheele vernieuwing.
B. en W. handhaven hun voorstel, om
de woining in kwestie te verbeteren voor
het uitgetrokken bedrag van f840. Voor
deze som kan de woning in beteren
toestand gebracht worden en niet alleen
het dak. Het huisje wordt opgetrokken,
terwijl op den zolder slaapkamertjes ko
men.
Dr. v. d. Kwast onderschrijft de op
merkingen van de commissie. Beter acht
spr. het, een nieuw gebouwtje daar te
zetten en hij ondersteunt het voorstel
der commissie ter plaatse een nieuw ge
bouwtje te zetten.
De voorzitter^ geeft toe, dat de toestand
in die woning verbetering behoeft en
daarom kreeg de bouwmeester opdracht
de zaak eens op te nemen en advies
te geven aan de C. v. F. Voor f840 is
het huisje in bewoonbaren toestand te
brengen. Het is ten slotte een technische
kwestie.
De heer Paring deelt mede, dat een
teekening is gemaakt voor verbetering
van de bedoelde woning. Het dak wordt
opgetrokken, op den zolder komen twee
kamertjes. De bedsteden worden uitge
broken en er komt een nieuwe trap.
Alleen de uitwendige vorm van 't huisje
wordt uit een oogpunt van aesthetica,
gehandhaafd.
De heer Catshoek zegt, dat al de ge
noemde verbeteringen niet staan in de
M. v. T. maar hij kan nu, gehoord de
toelichting van de C. v. F., met het ge
dane voorstel medegaan.
Bij 170, kosten gemeentereiniging, wijst
de commissie op den onhygiënischen toe
stand bij den Krakeelput.
B. en, W. zeggen toe aan dien put hun
aandacht te zullen schenken. Het ligt in
de bedoeling om op het terrein grond
te storten en het terrein langs den weg
dan met opgaand hout te beplanten,
Bij 191, vraagt de heer Gerritsen een
afschrift van een staat van gemeente
eigendommen en informeert tevens naar
de reeds het vorige jaar gemaakte
opmerkingen door de begrootingscomntis-
sie over enkele perceelen gemeentegrond,
die nog' te verpachten zouden zijn.
De voorzitter antwoordt, dat een
schrift, als door den vorigen spr. be
doeld, tegen betaling der kosten ver
krijgbaar wordt gesteld en, dat, wat de
onverpaehte percèelen betreft, dit kleine
hoeken en kanten zijn, die niet te ver
pachten zijn.
De heer Gerritsen merkt op, dat het
er om gaat de zaak in orde te hebben.
Bij 195, visscherijpacht, vraagt de heer
Gerritsen inlichtingen over onverpaehte
visseherijperceelen.
Weth. Koopman verstrekt hierover na
dere inlichtingen en wijst op de ge
voerde onderhandelingen omtrent die per
ceelen met den voorzitter van het vis-
scherijbestuur. Men is het nog niet eens
kunnen worden, aan wie de perceelen
behooren. Het college is ten deze even
wel diligent.
Bij 220, belooning van kweekelingen,
merkt de heer Gerritsen pp, dat de
raad een kweekelinge met akte benoemd
heeft tot onderwijzeres aan school A,
Nu zou het wel eens kunnen gebeuren,
dat men aan school B, waar weer een
andere kweekeling met akte zal moeten
komen, men voor het uitgetrokken be
drag niet slaagt. Daarom stelt spr. voor
dien post van f 800 te ramen op f 1300,
opdat B. en W. desnoods over f 500
meer kunnen beschikken voor een tijde
lijke leerkracht.
De voorzitter antwoordt dat B. en W.
als richtsnoer f 600 hebben aangenomen
voor jongelui die zonder eenige ervaring
in de school komen. Kan men daarvoor
niemand krijgen, dan eerst zal men gaan
verhoogen.
De heer Versteeg stelt voor de ra
ming met f 200 te verhoogen en dus te
brengen op f 1000.
De heer de Broekert gaat met dit
voorstel mede. De sprong van f 800 op
f1300 acht spr. te hoog.
De heer Gerritsen merkt op, dat het
niet gaat om die f 1300. Men zegge B.
en W. met het geld zoo zuinig moge
lijk te zijn, maar het onderwijs moet
nummer één zijn.
De heer Doeleman voelt meer voor
het idée-Versteeg. Weth. Koopman meer
voor het voorstel-Gerritsen, te meer daar
B. en W. hebben toegezegd in de
vorige vergadering dat er geen stag
natie zal komen in het onderwijs.
De heer Gerritsen verdedigt nader zijn
voorstel en dringt op aanneming aan,
waartoe de raad besluit na toezegging
van den voorzitter, dat niet meer zal
worden gebruikt dan noodzakelijk is. De
heer de Broekert verzocht aanteekening
dat hij tegen stemde.
De heer Catshoek vraagt B. en W., of
zij niet de toezegging willen doen, de
samenvoeging van de scholen A en B
eens nader te bezien en het onderzoek
willen kenbaar! maken aan den raad.
De voorzitter zegt toe, deze kwestie
nog eens te zullen nagaan. Reeds is deze
zaak met de 3 schoolhoofden besproken,
maar deze heeren zagen geen oplossing.
De commissie vereenigt zich met het af
wijzend advies van B. en W., om aan de
schoonmaakster van School A geen sala-
risverhooging toe te kennen.
No. 255 omvat huur of vergoeding ge
bruik van schoollokalen. De commissie
vraagt tegen welken datum de Z.L.M-
de huur van een gedeelte van School B
werd opgezegd en zoo die datum mocht
zijn verstreken, de verdere toegang tot
de school te ontzeggen voor leerkrachten
en leerlingen.
B. en'W. deelen mede, dat het 4e lokaal
van School B tegen 1 Dec. j.l. werd op
gezegd. De gemeente heeft het eerst 1
Jan. noodig en tegen dien datum heeft
de Z.L.M. elders een lokaal gehuurd.
De voorzitter verstrekt nadere toelich
tingen. De Z.L.M. bouwt een nieuwe
school. De architect is al benoemd en
men zoekt naar geschikte bouwgrond.
Bij 296, subsidie biz. bewaarscholen,
merkt de commissie op, dat het haar be
vreemdt, dat de bewaarschool „Reho-
both" ook nu weer subsidie vraagt, niet-
van dhr. Timmerman, een regeling werd
getroffen voor subsidieering van de R.-K.
en Chr. Bewaarschool, neerkomend ,op
f6 per kind en per jaar.
Aangenomen mocht worden, dat dit
een algeheele bevrediging en afdoende
oplossing zou brengen in de subsidieering
van de bewaarschool. Nu dit niet het
geval schijnt te zijn en het zich laat
aanzien, dat ieder jaar op verhooging van
subsidie zal worden aangedrongen, advi
seert de comm. niet tot verhooging van
subsidie over te gaan. Ze wenseht echter
een uitzondering te maken voor wat be
treft de R.-K. school, daar deze door het
vorige jaar aangenomen voorstel, in stede
van vooruit, f 50 achteruitging. Hier mag
veilig gesproken worden van een mis
verstand. Dit dient uit den weg geruimd
door een besluit, dat de te verleenen sub
sidies zullen bedragen f 6 per kind en
per jaar, tot een minimum van f 350.
B. en W. wenschen hun voorstel in
dien zin te wijzigen, dat aan de Chr. Be
waarschool f 700 en aan de R.-K. be
waarschool f 500 wordt toegekend, in
verband met de verhouding van de gods
dienstige gezindheid der bevolking.
(Wordt vervolgd.)
MOEDER's KERSTWENSCH.
M'n kind, we zijn voor jaren nu
gescheiden,
Ik heb je in zoo lang niet meer gezien,
Ik zit in stilte vaak aan je te denken,
Denk jij wel eens aan moeder nog
misschien
Ach, wat gebeurde is zoo lang geleden,
Jij' was precies als vader soms kon zijn,
Wat trotsch en stug, maar 'k heb je niet
begrepen,
Ik liet je gaan en dat doet moeder pijn!
Nog zie ik je door 't kleine tuintje
loopen,
Je keek niet om, ik wenkte door de ruit,
'k Heb bij de voordeur nog je naam
geroepen,
Ik sloot de deur en toen was alles uit!
Nu heel veel later komen de gedachten
Aan alles.... alles, wat ik in je mis,
Je hebt me wel een enk'le brief
geschreven,
Maar weet je nog wat moeders liefde is?
Er was toch altijd zon in onze woning,
Nog zie ik je zoo blij verwonderd staan,
Wanneer de Kerstboom in de kamer
brandde,
Met al die zilv'ren sierseltjes er aan!
Wat hebben we toen zachtjes vaak
gezongen,
De Eng'lenzang, waarvan 'k de woorden
las,
Dan zaten we zoo innig naast elkander,
Alsof de hemel op de aarde was!
Kind, kom met Kerstmis naar je oude
moeder,
Mijn liefde wacht je, als uit vroeger tijd,
Ik heb zoo vaak in donk're najaars
dagen
Mijn armen zoekend naar je uitgebreid.
O, laat er vrede in ons leven komen,
De vrede, die weer ware liefde schenkt,
Omdat het: „Eer zij God", uit vroeger
jaren,
Ons beiden naar denzelfden Kerstboom
wenkt!
INGEZONDEN STUKKEN.
(Buiten verantwoordelijkheid der redactie).
Copie ivordt niet teruggezonden.
Zicrikzee, 18 December 1980.
Mijnheer de Redacteur,
In het Maandagnummer van uwe ge
achte courant vraagt U zoo eenvoudig
weg: „Wat mag onze oude stadhuisklok
toch raankeeren?" Uw bescheiden toon
is voor mij een prikkel om te komen
tot een openlijke bekentenis. Want ik
voel mij schuldig te dezen. Ook ik had
wisselingen, schommelingen in de tijds
aanwijzing van dat eerwaardig instrument
opgemerkt. Deze schommelingen bezorg
den mij en hun, die mèt mij werken,
last, ongemak, verdriet, schade. Maar toen
ik deze ervaringen rijker werd, was het
mijn plicht geweest, dat verstand te too
nen, hetwelk eigenzin en waan verbant.
Ik was eigenzinnig en bracht me zelf
in dem waan, dat er iets haperde aan de
klok. Ik besloot, hoe ongeduldig toch,
na weken on maanden van ongerief en
tijdverspilling, mij te wenden tot de edi-
len van de stad om hen deelgenoot te
maken van mijn leed en te vragen om-
verandering. En ik schreef een brief,
waarin ik vertelde van het dagelijksch
verdriet van de menschen en menschjes,
met wie ik leef. Wel stelde ik de klok
daarin voor als de machtige, aan wier
invloed men zich niet kan onttrekken,
maar deze huldebetooging ging helaas
gepaard met de verzuchting, dat zij an
ders moest worden, en dat, dat is mijn
fout. In hun antwoord meldden bestuur-
deren van onze stad mij, dat zij „den
aannemer van de bediening der klokken
hadden aangeschreven, om maatregelen
te nemen, dat een regelmatige gang van
de s tadhuisklok is". Zoo ben ik dus oor
zaak, dat een wenk is gegeven aan den
klokbediener, aan wiens deskundigheid
toch niemand twijfelt, en de machtige
klok wil mij het onvoegzame van mijn
daad laten voelen. Het is, als zeide zij
mij vermanend: „Hoe nu, jammert ge
over het verlies in uw bedrijf van 7
maa|l 3 a 4 Jminuten daags? Is het leven
dan niet lang genoeg om een verlies
van een simpele 21 a 28 minuten per
dag in gelatenheid te dragen? Is het niet
vriendelijk van mij, dat ik, door U in
onzekerheid te laten ten aanzien van
den waren tijd zeg, wat is „ware
tijd"? er U toe breng, bij reisplannen
wat heel vroeg naar het tramstation te
gaan, zoodat ik U opbouwende bezig
heden doe opvatten, als b.v. het tellen
van het aantal straatlantaarns tusschen
„Klein-Maja" en het tramstation? Heb ik
u niet herhaaldelijk gesticht door, als
ge uit Duiveland kwaamt en de poort
klok zes uur aanwees bij uw passeeren,
terwijl de kleine-kerk-klok, als ge daar
aankwaamt, ook zes uur wees, er voor
te zorgen, dat het zes uur bleef, als ge
de Meelstraat instevendet, zoodat ge
thuiskwaamt met de streelende zekerheid,
dat de snelheid, waarmede gij u voort
beweegt, bij het stijgen der jaren niet
vermindert, maar integendeel die van
hypermoderne vervoermiddelen overtreft?
En hoeveel surprises bereidde ik u niet,
door b.v. des avonds den pas te ver
snellen en zoo uwe dienstbode, die gij
verdacht.van gebrek aan ordelievendheid,
©en tiental minuten vroeger in uwe wo
ning terug te voeren, dan gij haar ver
wachtte, of ook wel door plots den pas
in te houden en zoo een uur, dat gij
wildet vasthouden, omdat het een uur
van geluk of genot was, 70 in stede
van 601 minuten te laten duren? Met welk
recht beknorde uwe vrouw u nog over
laat-thuiskomen? Of deed ik U niet ge-
reedelijk een'excuus aan de hand voor uw
gedrag, door 't genoeglijke uur in socië
teit of café als het ware mèt u te door
leven en mijn voortgaan een wijle te
staken? Het was goed, zooals ik het
deed. Ik was goed, maar gij zijt
ondankbaar. En daarvoor zult gij gestraft
worden. Nu ga ik zoo loopen, dat ge
de kluts heelemaal kwijt raakt. En dan
pas zult ge beseffen, hoe genoeglijk en
knus, hoe. verstandig en weloverwogen
mijn dartelen was, waarover gij u vermat
te klagen".
Ja, mijnheer de Redacteur! zoo is het.
Want sedert ik geklaagd heb en sedert
de verbeteringsmaatregelen getroffen zijn,
is de klok ontstemd en spot met alle
berekeningen, en gelijkzettingen van ons,
burgers.
Ik beken het, ik heb het verdiend. Maar,
dat de medeburgers mèt mij getroffen
worden, dat kwelt mij en daarom wil
ik door een openlijke belijdenis mijn ge
weten ontlasten, hopende, hierdoor H.M.
de Klok te verbidden. d. N.
BURGERLIJKE STANDEN.
Over de maand November.
BRUINISSE. Geboren: 14, Arie Antho-
nie, z. van D. M. Bal en M. J. Quist;
20, Jacoba Jannetje, d. van J. C. Keste-
loo en D. van Oeveren.
Gehuwd: 7, Leendert van den Berge,
32 j. jm., en Marino Dorst, 21 j. jd., (van
Oosterland); 14, Pieter Schraver, 26 j.
jm., en Cathalina Bolijn, 30 j. jd.; 25,
Daniël Dingeman Jumelet, 23 j. jm., (te
Batavia), en Dina Maria van den Berg,
23 j. jd.
Overleden: 3, Lauwerina van de Vel
de, 59 j., wed. van D. van Popering; 9,
Louise Henriëtte Gideonse, 87 j., wed.
van Z. Hoogerheidc; 13, Pieternella van
den Berg, 73 j., echtgenoote van J. C.
Schikker; 18, Joost Uil, 71 j., wedn. van
P. Hage; 20, Jan van den Berge, 61 j.,
ongehuwd.
STAVENISSE. Geboren: 4, Johannis, z.
van Izaëk Wesdorp en Maria Johanna
Hage; 7, Willem, z. van Hubrecht Scher-
penisse en Cathorina II. Goedegebuure;
11, Izaak Willem, z. van Jozua Abraham
Nortier en Pieternella Hanse.
Overleden: 13, Janna Moerland, 75 j.,
wed. van Martinus Stoutjesdijk.
Levenloos aangegeven: 29, Een kind
van C. Buijs en Maria Hout.
Gehuwd: 6, Gerrit Marlnus de Vries,
21 j. jm., (van Zalt-Bommel) en Maria
Moerland, 19 j. jd.