Zierikzeesche Él Nieuwsbode N.V. AMSTERDAMSCHE ELEMENTENFABRIEK abonnement: Woensdag 20 Aug. 1930. zierikzeesche courant. j***"*®- «0.12043. advertentien Inzending Advertentiën ■itarl|]klO uur op doadag v. oitgaaf Schrijvende in het zand feuilleton. DE DOCTORES. v/h. Gebr. PETERS, bericht, dat haar nieuwe uitgebreide prijscourant van zwakstroom-, sterk stroom- en radio-artikelen op aanvraag, gratis aan H.H. Handelaren wordt toegezonden. AMSTERDAM, C., Prinsengracht 220-224. binnenland. Uit Stad en Provinolo. Vóór het inzeepen PUROL rrjj» per 3 maanden f 1,50, franco per poat f 1,80. Yoor het buitenland per jaar f 10, Afiondorlijke nummers 5 oent. Var-schijnt Mnd., Wnsd. en Vrgd. Tel. No. 32. - Poetgiro 13T6TT. DE LOOZE. Ult(.-Mutur U. J. KOSTEN. ran 18 regels 30 etc., ran 4 regels en daarboten 20 ets. per regel. Beolames 30 ota. p. regel. Bjj eontraot belangrijke korting. Ineending op den dag ran alt- gare vóór 10 ar*. a^— Want wat gebeurt er binnen in ons, wanneer we een aangedaan on recht vergeven? 1$ het niet dat we, terwijl we een reden voor vergelding hebben uit een oogpunt van recht, nietteminterwille van een hooger belang dat recht opgevenDe geest der vergevensgezindheid is de triomf over ons eigenbelang Iemand vertelde onlangs in een krant een heel simpel, naïef gevalletje, zonder eenig commentaar. Een moeder namelijk, sloeg haar kleine meid van 5 jaar gade, toen die zat te spelen en toen zag ze op een gegeven oogenblik, dat de dreu mes een touw om de pooten van haar hondje bond. Ze berispte het kind, waar op de hummel met een ernstig gezichtje om vergeving vroeg. Die natuurlijk aan de kleine zondares gegeven werd. Het kind speelde een paar uur rustig buiten, kwam toen binnen en vroeg: „Ben ik nou zoet geweest, Mam?" „Ja, hoor, heel zoet, antwoordde haar moeder, maar je moet niet de hond vastbinden". „O, mam", merkte de kleine meid zachtjes op, „U heeft me straks vergeven", begint u er nu weer over". Toen daagde er even een nieuwe gedachte en de moeder ze« hartelijk: „Nee, zeker niet!" Een erg naïef kindergebeurtenisje, niet waar? Inderdaad, maar een dat verschei dene van ons misschien nog wel eens even te denken kan geven, omdat het in kinderlijke eenvoud den nadruk legt op het principe der ware vergevensge zindheid. Het is een machtig mooi iets: vergeven. Het is de mentale houding van het afzien van de vergelding, de wraak, die ons rechtens ten volle toe kwam, maar die we vrijwillig opgeven, uit een gevoel van zuivere naastenliefde, omdat we gezien hebben, dat de ge moedsgesteldheid die den ander tot zijn daad of woord van onrecht ten onzen opzichte dreef, gewijzigd is, dat hij zijn daad betreurt en het verkeerde ervan inziet. Wanneer dan het aangedane on recht vergeven wordt, begint de ver- gevene op een schoone lei. De heele zaak is> ^fgedaan, we hebben te toonen dat onze vergeving oprecht gemeend en ge voeld was, door hem opnieuw te ver trouwen en in de oprechtheid van zijn berouw te gelooven. Zoodat we ook niet het recht hebben, „er nog eens over te beginnen". En dat is iets, dat sommigen van ons nog wel eens mochten bedenken". Heel moeilijk hoeft dit niet te zijn. We hebben slechts eens goed in gedach ten te houden, hoe wij ons zouden ge voelen, wanneer wij in zulk een positie verkeerden. Wanneer wij een fout had den gemaakt, er spijt van hadden ge kregen, de onjuistheid hadden ingezien en erkend en rechtgezet, het gracieuse gebaar van de vergeving in ontvangst hadden genomen.... en dan later moesten ondervinden, dat de man die eerst onze spijtbetuiging aanvaardde „er nog eens weer over begon". Wij zouden dat ook onprettig vinden. Bovendien, we hebben als menschen het recht niet, elkaar eventueele werkelijke of vermeende tekortkomingen en fouten zoo zwaar aan te rekenen. En daarnaast is het uit psyphologisch oogpunt ten eenen- male onjuist, na pardoneering van een fout die door den bedrijver ervan in gezien en betreurd werd er nog eens op terug te komen. Immers door deze houding aan te nemen, deze verwachting van een herhaling van de fout, baant men er juist den weg voor. We plakken als 12 Maar het Engelseh. „Maar natuurlijk denk ik aan jou, lief ste", zei hij vol teederheid, „en je moet dan maar doen zooals je wilt!" „Morgen om drie uur", zei de profes sor tot MacBride, toen die afscheid nam. „Ik heb Stourton een briefje geschre ven, om hem te vertellen, dat wij komen". MacBride ging naar huis, in gedachten verdiept. Hij wilde Queenie niet in haar genoegens belemmeren: zij moest genie ten, zooveel zij kon. Hij zag haar zoo graag vroolijk en lachende. Hij zou dan wel een onaangenaam mensch zijn als hij haar dat niet gunde! Het was een winderige middag en toen hij zijn jas toeknoopte, vond hij het boek dat hij van Margaret Frampton geleend had en dat hij haar wilde terugbrengen. Hijkeek eens even op zijn horloge, had nog wel wat tijd vóór het eten; dus begaf hij zich naar Margaret's woning en belde. Anna deed open. Miss Frampton was uit: zij was een arme zieke vrouw gaan opzoeken. MacBride fronste de wenkbrauwen en draalde even, toen hij iemand de buiten- het ware het etiket van minderwaardig heid op den mensch, die eens de fout be ging, en in plaats van hem te helpen, door ons vertrouwen dat de fout niet herhaald zal worden, leggen we door ons wantrouwen tot uiting komend in ons „er weer over beginnen" de fout op hem vast. Er staat in een schriftuurlijke passage een ontroerend voorbeeld van vergevens gezindheid en van de wijze, waarop wij de fouten en tekortkomingen van „de anderen" hebben te zien. Er wordt dan verteld, dat men een „overspelige vrouw" tot den „Meester" bracht, en die dus vol gens de Mozaïeke wetten gesteenigd moest worden. Wat de „Leermeester der menschen" daarvan wel zou zeggen... Er werd evenwel niets gezegd. Hij bukte zich en „schreef met den vinger in de aarde". Tot twee keer toe. Alsof daar mee gezegd moest zijn: grif eikaars fou ten en tekortkomingen niet in een rots, en houd er de herinnering niet voortdu rend levendig aan, maar schrijf ze veel eer in het zand, in het stof, ,om met één streek uitgewischt te kunnen worden. DE RIJKSMIDDELEN. De staat van ontvangsten der schatkist in de afgeloopen maand, toont met een totaal van f 41,778,891 een lagere op brengst van bijna f 1,7 millioen tegenover Juli 1929. Verschillende middelen laten een lagere opbrengst zien, waartegenover een enkele o.a. de accijns op gedistilleerd, suiker en tabak, de registratierechten en de in komstenbelasting iets meer tot 't totaal der middelen bijdroegen. De aandacht trekt de daling der op brengst van de Dividend- en Tantième- belasting, n.l. van f 5,1 millioen in Juli 1929 tot goed f 4 millioen in de afge loopen maand. Ook andere middelen welker opbrengst zeer nauw samenhangt met den oogen- blikkelijken economischen toestand en de veranderingen hierin zeer spoedig regis treert lieten in Juli hun teruggang zien. Zoo zien we dat de invoerrechten in de afgeloopen maand met f 5,2 millioen bijna 4 ton minder in de schatkist deden vloeien. Verder toonen ook de registratierech ten een niet onaanzienlijken teruggang tegenover 't vorige jaar toen de op brengst toch ook niet hoog te noemen was. In de eerste 7 maanden bracht deze belasting met nog geen f 16 millioen c.a. f 4,3 millioen minder op, dan in de eerste 7 maanden van 1929. Wel een aan wijzing hoe 1930 in economisch opzicht bij 1929 ten achter staat. Hetzelfde blijkt uit de lage opbrengst van het beurszegel, n.l. f 372,836 tegen f 603,964 in Juli 1929, toen de hausse van de effectenbeurs in vollen gang was. Ook de successierechten toonen in de afgeloopen maand een zeer lage op brengst. De Rijksinkomstenbelasting bracht 4 ton meer op. Verder zien wij een stij trap hoorde opkomen en dit Margaret bleek te zijn. „Ik kom u uw boek terugbrengen", zei hij. „Gaat u mee binnen?" Margaret ging hem voor en ofschoon er géén vuur brandde, vond MacBride de ka mer toch nog altijd even gezellig met de groole vaas chrysanten op tafel. Margaret deed haar hoed en mantel af en MacBride vond, dat zij bieek zag; waarschijnlijk was zij moe. „Wanneer gaat u weg, Mr. MacBride?" „Binnen veertien dagen". „Ik ga even na u". „Gaat u óók hier weg?" „Ja. Het was niet mijn plan, maar ik heb een aanbieding gehad van een zie kenhuis voor vrouwen en kinderen in Londen. Het is zeer verleidelijk". „Een ziekenhuis? Dus dan kunnen we elkaar nog wel ontmoeten?" „Nu, dat is de vraag? Het is een zéér drukke wijk, waar ik heenga. Ik mag ook patiënten aan huis gaan bezoeken. Aan het hoofd van het ziekenhuis staat een rijke dame. Het is een heel kleine inrichting; er zijn maar twaalf bedden". „Denkt u, dat u graag in Londen zult zijn?" „Ja, ik heb bijna altijd in een stad gewoond en u is van buiten afkomstig, niet waar?" „Ik heb mijn jongensjaren op de heu vels doorgebracht. Soms denk ik, dat ik er mijn vooruitzichten en alles aan zou willen geven, als ik ééns nog het gevoel zou kunnen hebben van toen ik daar barrevoets over de helde liep!" ging van de opbrengst der accijnzen op gedistilleerd, suiker en tabak. De rijwielbelasting bracht in Juni f 3,701,650 op, tegen f 3,266,620 in Juli 1929; een zeer belangrijke verhooging. ZIERIKZEE. Dinsdagmiddag heeft de firma J. H. W. van der Ploeg uit Apeldoorn bij de Varreput alhier een demonstratie gehouden met een auto- brandspuit, zulks op verzoek van een commissie, door B. en W. benoemd, welke commissie naar de Brandweertentoonstel- ling te Rotterdam is geweest, teneinde eens poolshoogte te nemen wat er op die expositie aan autobrandspuiten te zien was en of er een geschikte spuit voor deze gemeente bij was. De commissie meende dat de autobrandspuit van bo vengenoemde firma zich uitstekend zou leenen voor een kleine plaats als de onze en vond de heeren van der Ploeg bereid te Zierikzee te komen demonstree- ren, opdat ook de raadsleden met eigen oogen konden zien wat deze spuit pres teerde, voordat men zijn fiat aan den aankoop gaf. Aan belangstelling ontbrak het niet, zoowel van de zijde der ver schillende autoriteiten van gemeente en brandweer, als van eenige burgemeesters uit de omgeving en niet te vergeten de jeugd, die zich reeds bij voorbaat op een pretje verheugde. De brandspuit was bij de Varreput op gesteld, omdat daar voldoende water aan wezig was en men tegelijk een terrein en objecten had om de capaciteiten tot uiting te laten komen. De brandweer- pomp is bevestigd achter op den wagen. Zonder behulp van tandwielen werd de kracht van den motor ,op de as van de pomp overgebracht door middel van een voor dit doel speciaal geconstrueer de koppeling in het midden van den wagen. (Door deze bizondere constructie wordt bereikt dat ook het werken van de brandweerpomp zonder noemenswaar dig krachtverlies geschiedt). Door een enkele handgreep werd de verbinding tusschen motor en wagen verbroken en die tusschen motor en pomp tot stand gebracht. De zuigslang, blijvend aan de pomp aangesloten, werd met den drijver in de Varreput geworpen en nadat de slangen waren uitgerold en de straalpijp bevestigd, gaf de spuit overvloedig wa ter en werd den St.-Lievensmonster on der vuur genomen. Met kracht klapte het water uit de koperen straalpijp en bereikte een hoogte van, naar schatting, ruim 30 M. Met twee, drie en vier slan gen werd vervolgens de kerk aangetast, en bereikte het water zoo nu en dan, daar de tamelijk straffe wind de water- pluim telkens pakte en die minder ac tief maakte, de nok van de groote kerk. Over het algemeen bleek men zeer te vreden over de werking en de gemak kelijke en snelle wijze waarop de spuit in actie werd gebracht. Ruim een uur duurde de demonstratie van de auto spuit, die door den raad, in den dien middag gehouden vergadering werd aan geschaft. Ze knikte: „Ik weet, wat u bedoelt! Maar dat on bezorgde gevoel kunnen wij nooit weer hebben. Nu voelen wij ons altijd be zwaard door ons eigen pakje en dat van anderen". „O, ik kon toen de heuvels afrennen, of ik nooit moe werd! Zoo heerlijk woei dan de wind door mijn haar!En dan over de beek springen! Soms ging ik ook wel met een boek met de schapen uit. Dat zijn toch zulke lieve dieren als je ze wat nader leert kennen. Mijn va der was een eenvoudige boer". „Had hij niet liever gezien, dat u ook boer werd?" „Neen, hij wilde mij juist alles laten leeren! Had hij het nu maar mogen beleven dat er nog wel wat van mij terecht kon komen". „Is er nu niemand, die trotsch op u kan zijn?" „Niemand; behalve „Een jong meisje?" 1 „Hoe weet u dat?" „Ik heb u en Miss Donnington al sa men gezien", antwoordde Margaret met karakteristieken glimlach. „En dèt was u voldoende?" „Ja". Zacht voegde zij er toen bij. „Ik heb nog nooit zoo'n bekoorlijk persoontje gezien". MacBride glimlachte: Het enkel her innerd worden aan Queenie's schoonheid deed hem goed. „Mallory, de portretschilder maakt haar portret". „O, ja?,: Is dat u aangenaapi?" „Ik ga het morgen zien, alsIneens Laten we hopen dat de spuit weinig dienst zal behoeven te doen, maar dat ze, als hef noodig is, beantwoorden zal aan de verwachtingen en even vlug en krachtig water zal geven als ze Dinsdag toonde te kunnen. Het Comité van Actie voor verbe tering van het veer A.J.-Polder—Zijpe, verzoekt ons ter kennis te brengen, de lijsten, die overal ter teekening zijn aan geboden, liefst vóór Zaterdag in te zen den bij genoemd comité, dat ook gaarne vóór dien dag, de bij de boekhandelaars alhier ter teekening gelegde lijsten zal ontvangen. Zij, die tot nu toe nog ver zuimden hun handteekening te plaatsen, worden verzocht dit alsnog te doen. Bij gunstig weer zal „Kunst en Eer" a.s. Donderdagavond half negen weer een concert in de tent op het Havenpark geven, waarop het volgende programma zal worden uitgevoerd: 1 Marsch; 2 Ouverture Cavalerie Légere; 3 l'Estudian- tina, Wals; 4 Een Zomerfeest in de Ar dennen. Pauze. 5 Fantaisie sur l'opera „Carmen"; 6 Alma. Solo voor Trombone; 7 Mozaique de l'opera Nabuchodonosor; 8 Eola, Valse roumainie; 9 Neerlands Tap toe. Het programma voor de feestelijk heden op 30 Augustus en 3 September a.s., waarvan we reeds eerder in ons blad in het kort melding maakten, bevat als een der eerste nummers voor den Zaterdag het nummer „sport", n.l. van pl. m. 2 tot 7 uur. Waar de tijd die ons van dien datum scheidt, zeer kort be gint te worden, meenen we goed te doen, onze lezers hieromtrent nog eens nader in te lichten. Voor dit onderdeel van het programma, dat, voor zoover het athle- tiek, voetbal en korfbal bevat, op het terrein der v.v. „Zierikzee" (aan den iZandweg) wordt afgewerkt, bestaat flin ke deelneming en belangstelling. Voor de athletiek werd reeds ingeschreven door 62 athleten uit de vereënigingen „D.O.S." Dreischor, „R.O.D.A.", Br.'haven, „Olym- pia", Zierikzee, „H.D.S.", Ouwerkerk, „Rust Roest", Zierikzee, „Excelsior", Zierikzee, „S.R.V.", Renesse en „Volharding" (Rot- terdamsch tourelftal), waarvan verschel denen in meerdere nummers uitkomen. De deelname der V.V. „Sinoto" stond tqf heden nog niet vast. Als onderdeelen om vat de athletiek: 100 M. hardloopen hee ren, 400 M. hardloopen heeren, 500 M. duurloop dames (in 21/2 minuut), 1000 M. duurloop heeren (in 4 minuten), 4 X 100 M. gemengde estafette 2 dames en 2 heerten per ploeg) en 4 X 100 M. esta fette heeren. Zij, die eventueel nog voor een dezer nummers willen inschrijven, gelieven zich zoo spoedig mogelijk op te geven bij den heer Joh. Bongertman te Schuddebeurs, terwijl de sportcom- missie, die heeren welke de beschikking hebben over een stopwatch (chronometer) vriendelijk verzocht worden hiervan spoe dig mededeeling te doen aan genoemde heer, die hen daarna gaarne zal uitnoo- digen als tijdwaarnemer te fungeeren. Het nummer voetbal bevat een wedstrijd van 2 X V2 uur tusschen een Zierikzeesch elftal, samengesteld uit spelers der ver- eenigingen „Zierikzee" en „Sinoto" en het Rotterdamsch Tourelftal „Volharding", be staande uit spelers van le en 2e klasse clubs. De korfbalwedstrijd vindt plaats tusschen een Zierikzeesch 12-tal en een Schouwen-Duivelandsch 12-tal. Verder wordt van 6—7 uur op de tennisbaan aan de Driekoningenlaan de finale gespeeld van nu reeds aan de gang zijnde wedstrij den tusschen spelers uit de verschillende tennisclubs. Zooals men weet, bevat het nummer sport elck wat wils. Zij, die dit nummer dan ook wenschen aan te moe digen, kunnen dit het beste toonen door als stoftfelijk blijk van waardeering een of meer prijzen hiervoor beschikbaar te viel hij zichzelven in de rede en zei: „Miss Frampton, we hebben niet graag, dat er van ons engagement gesproken wordt". „Dat begrijp ik". En, om van onder werp te veranderen, vroeg zij: „Vond u dat een goed boek?" „O, ja. Het is nu natuurlijk wat ver ouderd. Maar de schrijver had een goed inzicht. Mag ik nog eens snuffelen onder uw boeken?" Een tijd stond hij verdiept in wat de boekenplanken opleverden. Toen kwam hij er met één terug: „Mag ik dat nog eens leenen? Ik zal het u terugbrengen, eer ik ga". „Natuurlijk wil ik het u leenen". „Dank u, miss Frampton". Daarop stond hij op en zei nog: Weet u wel, dat het mij spijt hoe u deze kamers verlaat? Ze zijn zoo echt gezellig „Daar zorgt Anna voor. Maar u zult nu ook gauw uw eigen thuis hebben. Mr. MacBride". „Toch zal het mij spijten, als ik deze kamers niet meer zie! Maar ik kom nog eens met het boek." Hij reikte haar de hand en verliet dn flat. HOOFDSTUK VII. Everard Mallory deed meer, dan enkel het portret schilderen van Queenie: hij vatte liefde voor haar op, in zooverre een man van zijn temperament daartoe in staat was. Hij oefende zijn aantrek kingskracht op haar uit, met zulk een gevolg, dat zij er op bedacht was, steeds stellen en op den dag zelve de wedstrij den met hun tegenwoordigheid te ver eeren. ST.-ANN AL AND. De 8-jarige C. Geluk Jz., die bij zijn vader in de schuur stond te kijken, terwijl deze aan het voersnij- den was, stak zijn hand tusschen de kammen, met het gevolg dat de top van zijn middelvinger half werd afgeklemd. Als gij U moeilijk scheert omdat Uw huid gauw stuk gaat en pijn doet, dan kunt gij dit geheel voorkomen, indien gij vóór het inzeepen de huid even inwrijft met slechts een weinig ONDERWIJS. Voor het examen hoofdakte slaagde de zer dagen te Rotterdam de heer D. C. Steur te Burgh. Bij het Maandag j.l. te Rotterdam gehouden hoofdacte-examen slaagde o.a. dhr. D. C. Steur, onderwijzer aan de O.L. school te Haamstede, geb. van Burgh. LANDBOUW EN VEETEELT^ PROV. REGELINGSCOMMISSIE PAARDENFOKKERIJ. Door Ged. Staten zijn in de vacatures van wijlen de heeren Ph. J. van Dixhoorn te Axel en V. M. Krepel te Zierikzee benoemd tot leden van de Prov. Rege lingscommissie voor de paardenfokkerij in Zeeland de heeren C. de Feijter Jz. te Boschkapelle en J. J. Geluk te Noord- gouwe. KERKNIEUWS^ Ned. Herv. Kerk. Bedankt: Voor Renesse-Noordwelle, D. F. Los te Brielsch-Nieuwland. VERGADERING VAN DEN GEMEENTE RAAD TE ZIERIKZEE, gehouden op Dinsdag 19 Augustus. Voorzitter, de burgemeester, de heer J. C. A. Bannink. Afwezig de heer Ger ritsen. De voorzitter herinnert aan een voor stel van de gascommissie om het ge meentehuis door middel van gas te ver warmen, waarvan de kosten werden ge raamd op f3500. Voor het gas was een prijs berekend naar de kostprijs van de steenkolen. Men kwam tot dit voorstel, naar aanleiding van de stemmen, die in den raad waren opgegaan het raadhuis centraal te verwarmen, welke voorzie ning evenwel te groote moeilijkheden op leverde voor uitvoering. Toen is gedacht aan gasverwarming, maar de prijs voor die verwarming viel niet mede en daar om is een nader voorstel ingekomen om voorloopig over te gaan tot verwarming met gas van de secretarie, de kamer van den secretaris, het bureau van den gemeente-bouwmeester en de kamer van den gem.-archivaris. Gezien de aanmer kelijke beperking van het brandgevaar, het voorkomen van stof enz., stellen B. en W. voor, te besluiten tot verwarming met gas van genoemde kamers en bu reaux. De kosten hiervoor worden ge raamd op f 1750. De heer Panny heeft bezwaar tegen deze uitgave, want bij de verwarming komt ook nog verlichting en verbetering van de schoorsteenen. Hét brandgevaar acht hij bij de tegenwoordige verwarming niet groot. De heer Doeleman is een tegenoverge stelde meening toegedaan en hij be- een goeden indruk op haar te ma ken. Professor Donnington, die nu niet eens zoo heel oplettend acht gaf op de hou ding van zijn dochtertje, merkte toch wel degelijk op, dat zij heel wat minder opgewekt was, sinds haar portret werd geschilderd. Vandaar zijn verlangen, om Mallory te zien. Het was hem meer om den schilder dan om het portret te doen, dat hij naar het atelier van Stourton ging. Precies om tien minuten vóór drieën kwam MacBride hem halen. De jonge dokter had iets meer werk gemaakt van zijn toilet dan anders. Het was geen lange wandeling naar de Stourtons. Of het bezoek was ver geten of Queenie en de schilder waren te zeer verdiept in elkaar, om acht te slaan op het feit, dat er voetstappen werden vernomen op de trap; in ieder geval, de Professor en MacBridevonden Queenie op een bank liggen en Mallory, met het palet aan haar voeten zitten. Queenie had hem voorbereid op het bezoek, eer zij kwamen. „Dat je vader komt, begrijp ik", merk te Mallory op. „Maar... die ander?" „Die ander", had Queenie geantwoord, eenigszins verlegen, „die ander is een jong dokter; een van mijn vaders stu denten: Mr. MacBride". „Maar toch niet allen, die bij uw vader studeeren, zullen naar de schilderij ko men kijken? Is deze dan bijzonder be gunstigd? (Wordt vervolgd),

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1930 | | pagina 1