Zierikzeesche Nieuwsbode
TWEEDE BLAD
Da lange wegomhoog.
FEUILLETON.
Voor allen die sukkelen
Mijnhard t'sLaxeertabletten
Uit Stad en Provinoie.
bahoorends bl] da
van Vrijdag 24 Jan. 1930, na. 11956
Er is nog nooit een werkelijk goede
poging geweest, die niet slaagdeGe
duld en geduld en we zullen tenslotte
winnenSla geen acht op de be
spotting, tel de nederlaag niet. Er is
overwinning voor alle rechtvaardigheid.
EMERSON.
Het is een goed en zeer bemoedi
gend ding, dat de wensch, ja het vurige
verlangen in de wereld is, en met den
dag sterkei wordt, om den vrede onder
de naties te bevestigen, om den goeden
wil onder de volken aan te kweeken,
om bronnen van wrijvingen en geschil
len uit den weg te ruimen, als daar zijn
bewapeningswedstrijden, in- en uitvoer-
belemmeringen, douane-grenzen, en zoo
meer.
Maar het is nog veel meer bemoedi
gend en van nog grooter belang, dat te
gelijk met dit verlangen, dat in vroe
ger eeuwen ook wel tot uiting kwam,
al was het niet in zóó sterke en onweer
staanbare mate ook een beter begrip
is gekomen, omtrent de onontbeerlijke
voorwaarden voor een duurzame beves
tiging van den vrede: namelijk niet al
leen een verandering in de politieke pro
cedure, maar ook en vooral en in de
eerste plaats, in de 'gedachten der bur
gers van ieder land, die tenslotte de
nationale politiek moeten schragen. En
deze ommekeer en dit ontwaken in de
gedachten der volwassenen, heeft geleid
tot het inzicht, dat de vrede eerst ten
volle gewaarborgd kan worden ook voor
de verre toekomst, indiende jeugd op
een andere wijze wordt opgevoed, als
wij werden. Namelijk met meer waardee
ring voor de burgers van andere landen,
en met minder domme, eenzijdige ver
heerlijking van alle daden van ons voor
geslacht, ongeacht of ze goed of kwaad
waren, en ook met minder voor-oordeel
en miskenning aangaande de verdiensten
van den z.g. „vijand" uit vroeger eeuwen.
De gedachtelijke houding moet veranderd
worden, bij ons grooten, die dit nu dui
delijk in het licht der harde lessen
van de laatste twintig jaren inzien,
en bij de kleinen, die straks groot zul
len zijn, en met ons de wereld zullen
regeeren.
De weg naar den vrede is aldus wel
een lange, lange weg.... maar een weg
die omhoog voert, naar steeds blijder
hoogten, terwijl het uitzicht zich steeds
verruimt, en het ideaal steeds dichter
benaderd wordt. En al mag dan de evo
lutie in de politieke verhoudingen niet
zoo snel gaan, als we wel zouden willen,
de hoofdzaak is, dat men nu op het
juiste pad is en dat het begrijpen hier
van steeds grooter wordt en aldaar op
nieuw meerdere inspiratie oplevert. „Ge
duld en geduld, en we zullen teslotte
winnen
;,Dt beste manier, inderdaad, de eenige
manier, om de wereld van oorlog te ver
lossen, is het „klimaat" te veranderen",
zeide onlangs de president van de Ame-
rikaansche afdeeling van den Wereld
bond voor vrede. En hij vervolgde: Laat
de campagne voor de vermindering der
bewapening voortgaan. Laat de menschen
voortgaan met het opbouwen van instel
lingen voor samenwerking en overleg.
Uit de dagen toen het te
Zierikzee nog levendig was.
De pogingen in 1817 en 1818 aangewend
om te Zierikzee een visschersvloot aan
te kweeken, waren, na een kortstondig
succes, helaas te spoedig op niets uitge-
loopen. Gaandeweg waren de schepen
verkocht en aan de deelhebbers in de
onderneming kon bij de liquidatie slechts
een zeer laag percentage worden uitge
keerd.
Zierikzee verkeerde in de jaren dertig
van de 19e eeuw in armoedigen staat en
het bevolkingscijfer was in 1832 slechts
6264 zielen.
Zooals na 1816, het armoedigste jaar
der lye eeuw voor onze stad, aan po
gingen gedacht werd om eenige welvaart
te verwerven, zoo. werd in de jaren dertig
na de mislukking der visscherij, waarvan
in 1836 het laatste schip op de kust van
IJsland verging, op middelen gezonnen
om herleving en bloei te bewerken.
Tot dit doel sloegen in 1837 eenige
aanzienlijke ingezetenen de handen ineen
en werd een „Commissie tot het voor
stellen van eene of andere nuttige in-
rigting ten behoeve der stad" samenge
steld. Ze bestond uit de heeren H. W.
Ie Sage ten Broekvroeger predikant
te Haamstede maar sinds enkele jaren
makelaar in effecten alhier; M. C. de
Crane, burgemeester der stad; jhr. W.
D. de Jonge, commissaris van het district
Zierikzee; mr. J. Schuurbeque Boeije, ad
vocaat, en D. van der Vliet, makelaar.
Werkelijk was het voor onze stad en
hare talrijke behoeftigen hoog noodig, dat
er pogingen werden gedaan tot ophef
fing uit het diep verval. En dit was te
meer dringend, daar er in den barren
winter van 1838 ontzettend veel geleden
was en de behoeftigheid van velen
aan den dag was gekomen. De" winter
met Verstopping of mooilijken, ttagen
en onrege'.matigen Stoelgang zijn
onmisbaar. Werkon vlug Bonder kramp
of p§n. Bij Apothekers en Drogisten.
Doos 60 ot
Maar indier. het oude klimaat onveran
derd blijft, indien de oude wrok, de
vooroordeelen, de kwade wil, de heersch-
zucht, de geheime plannenmakerij en de
rest ongeremd en onveranderd blijft, zal
de oorloggedijen. Onze grootste taak
is het gedachtelijke „klimaat" van het
heelal zoo te wijzigen, dat oorlog in de
nieuwgeschapen atmosfeer niet kan leven
en ademen.
De vrouw.en vooral kunnen op dit punt
zooveel doen, zegt Lady Astor, een moe
dige, beschaafde vrouw, die lid van het
Engelsche parlement is. Ze kunnen zoo
veel doen, als ze het werkelijk probeeren
met haar eigen geslacht, met haar kin
deren, en door hare opbouwende gedach
ten. Indien zij werkelijk wereldvrede
wenschen en ik geloof dat zij dat
doen kunnen zij dien krijgen. Maar
niet door stil te zitten en de politiek
met rust te laten, noch door alleen maar
te stemmen in verkiezingstijd en verder
niets. Ze moeten op- en werkzaam zijn,
in de politieke wereld, waarin ze nu
eindelijk in de meeste landen ter wereld
zijn toegelatenVrouwen weten, dat
de vrede van het hoogste belang is voor
haar gezin en haar kinderen en allen die
zij liefheeft; en ik geloof dat haar vre-
des-bevestigingswerk een van de meest-
belovende verwachtingen voor de toe
komst is".
Inderdaad, de vrouw heeft immers al
les te verliezen bij oorlog, alles te win
nen bij vrede.
BINNENLAND.
DE WINTER 1928-1929.
De filiaal-inrichting te Amsterdam van
het Kon. Ned. Meteorologisch Instituut
deelt ons mede: Het menschelijk geheu
gen laat ons voor meteorologische bij
zonderheden gewoonlijk in den steek.
Wet weten wij, dat de winter 1928—1929
zeer streng is geweest, maar de verdee
ling van de koude en vorst weet men
niet meer en men kan dit ook niet meer
weten. Het kan daarom welkom zijn nog
een kort overzicht te krijgen. December
1928 ging bijna zonder vorst voorbij; van
den lOen tot den 19en kwam eenige ma
len lichte vorst voor. Van 4 tot 18 Jan.
vroor het met een onderbreking van 13
tot 16, terwijl 't van 25 Jan. tot 5 Febr.
overdag dooide en 's nachts vroor. Van
6 tot 21 Febr. was het zeer koud, den
9den kwam de temperatuur tot -f" 5 gr.
C., maar van 9 tot 21 Febr. kwam de
thermometer niet boven het vriespunt,
wel zeer veel er onder. Van 21 Febr.
tot 5 Maart was het afwisselend vorst
en dooi met strenge tot matige vorst
van 25—28 Februari. De winter 1929—
1930 is tot nu toe in Europa zeer mild;
buitengewoon merkwaardig is de groote
positieve temperatuursafwijking te Hapa-
randa, die van 23 Nov. tot heden ge
middeld 11,5 gr. C. bedraagt, vermoe
delijk een record-getal.
AFSCHAFFING VAN OPCENTEN OP
DEN SUIKERACCIJNS.
Aan een nadere circulaire van Z.Exc.
den Minister van Financiën aan de Di
recteuren der dir. belastingen enz. ont
leent de Kamer van Koophandel en Fa-
toch van 1838 was merkwaardig door
zijn strengheid en langdurigheid. Na een
zachten voorwinter viel de koude op
Driekoningenavond 1838 eensklaps zóó
geweldig in, dat de verhalen daarvan
ons ongeloofelijk schijnen, ofschoon ze
toch ten volle waar zijn. De felle vorst
hield aan tot 20 Februari, toen het weder
iets dragelijker werd.
Bijzonder veel is er toen gedaan om
den nood der armen te verlichten. Ge-
heele scharen uit de schamele volks
klasse meldden zich aan bij de gegoe
den om onderstand, de diaconieën deden
wat ze konden, aanzienlijken lieten voed
sel koken en uitdeelen, de soepkokerij
bedeelde het dubbele van haar gewone
jaarlijksche hoeveelheid, de collecten in
de kerken waren overvloediger, het Col
lege van Wijkmeesters deed voor de
armen gort koken en door de Regeering
der stad aangestelde personen deelden
levensmiddelen en brandstoffen uit. Ook
de openbare vermakelijkheden werden
dienstbaar gemaakt aan het goede doel.
Een muziekgezelschap gaf 1 Februari 1838
in de zaal van het Logement van Zee
land (nu het Sint Cornelia Liefdehuis)
ten behoeve der armen een concert, dat
f 246 opbracht, een tooneelgezelschap gaf
9 Februari een voorstelling, die f 327 op
leverde, enz.
Na deze uitweiding zal het wel geen
verder betoog behoeven, dat er armoede
was en dat de genoemde Commissie een
dankbare doch moeilijke taak op zich
genomen had. Zij slaagde intusschen. In
den loop van 1838 werd in het daartoe
door de.stad aangekochte huis van de
erven van Dopff ten Noorden der Groote
kerk (nu wijk B 424, de kweekschool
voor onderwijzers) een fabriek opgericht
van pak-, zak- en behangsellinnen, waar
voor f8500 ingeschreven was in aandee-
len van f 100 en die op het einde van het
jaar aan 70 a 80 volwassenen en kinderen
werk verschafte. Aan de Nederlandsche
Handelsmaatschappij werden vele zakken
voor de verzending van koffieboonen af
geleverd.
Maar de oprichting dezer inrichting
brieken van Westelijk Noordbrabant de
navolgende bijzonderheden.
Wanneer een fabrikant van suikerhou
dende goederen op overtuigende wijze
uit zijn boeken kan aantoonen, wat het
gehalte is van zijn producten, behoeft
dit niet door monsterneming te worden
gecontroleerd. Naar nauwkeurigheid tot
in tienden van percenten behoeft niet
te worden gestreefd. Wil de fabrikant de
adressen zijner afnemers opgeven, dan
kan ook bij hen de monsterneming zoo
veel mogelijk worden beperkt. Als deze
wijze van handelen nog te veel tijd vergt,
kan een gemiddeld suikergehalte worden
aangenomen, afgeleid uit de totale hoe
veelheid suikerhoudende goederen in ze
ker tijdvak (b.v. in 1929) vervaardigd en
de daarin verwerkte suiker, blijkende uit
de fabrieksboekhouding. De opneming der
voorraden geschiedt dan naar het totale
gewicht op een der laatste dagen van
Januari, waarbij verzegeling achterwege
kan blijven. Het verkregen gewicht wordt
dan nog verminderd met den binnenland-
schen omzet over het aantal in Januari
nog overblijvende dagen, berekend naar
den gemiddelden omzet per dag. Het is
gebleken, dat saccharose, die bij berei
ding van limonades, likeuren en andere
producten, die zuren bevatten, gebruikt
wordt, geleidelijk bijna geheel inverteert.
Als de teruggave van opcenten, berekend
naar de voorhanden saccharose den aan
gever ontoereikend voorkomt, staat het
hem vrij te verkiezen, dat die hem worde
verleend met behoud van het minimum
va i f45, doch overigens als dit geschiedt
bij uitvoer. De inspecteurs zijn gemach
tigd om bij onvoorziene moeilijkheden
van de voorschriften af te wijken, mits
daarbij het doel niet uit het oog wordt
verloren, dat niet meer restitutie wordt
gegeven dan de billijkheid vordert en
handel en nijverheid niet meer hinder on
dervinden, dan onvermijdelijk is.
ZIERIKZEE. Woensdagmiddag tegen 4
uur ontstond een begin van brand op
den zolder van een perceel in de Bagij-
nestraat alhier, bewoond door v. Si, door
dat de schoorsteen niet precies dicht
bleek en een ledikantje, waarin een kind
lag te slapen, zoo heet werd, dat het
houtwerk en kafbed ging smeulen. Er
ontwikkelde zich veel rook op den klei
nen zolder, waardoor het kind bewuste
loos werd. De moeder werd door men
sehen, die den rook zagen, gewaar
schuwd. Zij rende de trap op en haalde
het kind van den zolder. Inmiddels had
men een ladder genaaid, het voorraam
van den zolder uitgeslagen en met em
mers water getracht het smeulend bed
te dooven. De politie, sedert gewaar
schuwd, kwam met een brandbluschappa-
raat ter plaatse en toen was de zaak
spoedig beslecht. Voor het bewustelooze
kind had men geneeskundige hulp inge
roepen, maar het bleek geen ernstig ge
val te zijn. Het kind kwam spoedig bij.
De oliefabrieken „Calvé" te Delft,
hebben met hun demonstraties deze week
in het „Huis van Nassau" succes gehad,
wat de belangstelling van huismoeders
en toekomstige dito betreft, want deze
zijn zeer goed opgekomen om te luisteren
te kijken en... te proeven. Woensdagavond
b.v. was de belangstelling zeer groot met
aspirant-verbruiksters van de Delftsche
fabriek „Calvé", welks vertegenwoordi
ger op onderhoudende wijze de goede
hoedanigheden van de Calvé-produeten:
sla-olie, Delfia en Delfrite aanprees, ter
wijl de kok intusschen heerlijke gerechten
bereidde, die dan in kleine porties ter
keuring werden gepresenteerd en beoor-
werd gevolgd door een grooter onder
neming. In den loop des jaars namelijk
had de heer Smit, van Bruinisse geboor
tig, maar als scheepsbouwmeester aan
den Kinderdijk uitgebreide zaken drij
vende, Zierikzee bezocht en de stad voor
de oprichting van een scheepswerf in
alle opzichten gunstig geacht. Hij moedig
de de Commissie aan in die richting
werkzaam te zijn en zeide zijn voorlich
ting en steun toe. De Commissie zag
daarna uit naar personen, genegen om
aandeelen in een te bouwen koopvaardij
schip te nemen en slaagde daarin. In de
kosten eener op te richten werf nam
de Koning, daartoe uitgenoodigd, twee
aandeelen van f 5000 en verleende een
renteloos voorschot van f 10.000. Aldus
in staat om de werkzaamheden te begin
nen, werd tot terrein der scheepstimmer
werf uitgekozen het ten Zuidwesten van
het Sas gelegen perceel, waarop thans
de petroleummaatschappij gevestigd is,
welke grond door de Stad aan de Com
missie voor vijf jaren werd verhuurd
voor de o. i. vrij hooge som van f500
per jaar.
Deze werf was in December 1838
reeds zoover in orde gebracht, dat daar
op den 15en dier maand de kiel kon
worden gelegd voor een Oost-Indië-vaar-
der van 400 lasten, waarvan de bouw aan
genoemden heer Smit werd aanbesteed.
De kiellegging van dit schip de bark
„De Stad Zierikzee" geschiedde op
dien datum met de noodige plechtigheid.
Het Stedelijk Bestuur, de Commissie ten
Nutte der Stad, predikanten en talrijke
toeschouwers waren op de werf saam-
gekomen en werden door den heer le
Sage ten Broek toegesproken. De muziek
van „Kunst en Eer" deed zich hooren
en in twee tenten werden aan de auto
riteiten en hun dames ververschingen
aangeboden en het heerlijkste winterwe
der begunstigde de plechtigheid.
Een nieuwe feestdag voor de geheele
stad was de 30e Juli 1840, toen „De Stad
Zierikzee" van stapel liep. Het Stedelijk
Bestuur, de Commissie en andere autori
teiten waren aanwezig, de muziek bracht
De heritel-
eonferentie ts
De a Haag ii
Maandagmid
dag geëindigd.
De slotzitting.
De voorzitter
Jaspar, toekent
als eerste met
de hem ge
schonken gou
den vulpen het
nieuwe Plan.
deeld. De dames waren verrukt over de
bereiding der diverse spijzen; alleen bij
't verwerken van mayonnaise onbe
kend maakt onbemind? bleven niet
alle gezichten in de gewenschte plooi.
Uitvoerig vertelde de vertegenwoordiger
van de kwaliteit der Calvé-producten, de
sla-olie, Delfia en Delfrite, welke ingre
diënten geen water bevatten. De „Delfia"
wordt uit copra vervaardigd, het vrucht-
vleesch van de cocosnoot. Uit de vette
aard noten, speciaal in Senegal (N.W.
Afrika) gekweekt, worden de andere pro
ducten geperst. Met groote belangstelling
hebben de bezoeksters de demonstraties,
welke zonder twijfel vrucht zullen dra
gen, gevolgd, terwijl eenige reclame ma
teriaal, met recepten, mede huiswaarts
werd genomen. De vertegenwoordiger
dankte aan 't slot der demonstratie alle
aanwezigen en sprak in 't openbaar een
woord van dank aan de directie van de
gasfabriek, die zorgde, dat deze demon
straties uitstekend konden slagen.
LANDBOUW M TEETEELÏc
VERSLAG VERGADERING DAG.
BESTUUR Z.L.M.
Onder leiding van den voorzitter, mr.
P. Dieleman, hield het dagel. bestuur
op 13 Jan. j.l. zijn gewone maandelijk-
sche vergadering. Van den kring Schou
wen—Duiveland was bericht ingekomen,
dat tot lid'van het hoofdbestuur (vaca
ture C. Blom) is benoemd de heer J. C.
van Langeraad te Dreischor, dat herbe
noemd is tot plaatsverv. hoofdbestuurs
lid de heer W. G. Boot, verder tot
plaatsverv. hoofdbestuurslid is benoemd
(vacature H. C. v. d. Zande) de heer P.
L. Krepel te Bruinisse, idem (vacature
J. C. v. Langeraad) de heer J. Klompe
te Serooskerke (S.). Naar aanleiding van
een verzoek van den Flakkeeschen Boe
renbond om een bespreking over afzet
aardappelen naar weidestreken bij te wo
nen, werd de secretaris gemachtigd deze
bespreking bij te wonen. Algemeen ver
wachtte men hiervan niet veel. Alleen
wanneer er mogelijkheid is om een kwan
tum te drogen of te vermalen, zal een
deel der groote voorraden kunnen wor
den opgeruimd. Bij het K.N.L.C. zal wor
den aangedrongen pogingen in 't werk
te stellen, dat ten aanzien van leerlin
gen, die de lagere landbouwscholen wen
schen te bezoeken, deze het dubbel vol
gen van het 7e leerjaar worden vrijge
steld. Aan Ged. St. zal geadviseerd wor
den om gemeentelijke verordeningen, wei-
opwekkende wijzen ten gehoore en de
scholen gaven vacantie. De boorden der
haven waren dicht met menschen bezet
en aan den tegenover de werf gelegen
oever lagen talrijke bossen rijs in het
water om de vaart van het schip bij het
afloopen te breken. Toen eindelijk het
vaartuig afliep, veroorzaakte dat wat
te voorzien was zoodanige waterver
plaatsing, dat talrijke vrouwen en kinde
ren die aan den kant zaten, door de
golven druipnat werden, wat een onbe
daarlijk gelach veroorzaakte.
Dit eerste schip is niet fortuinlijk ge
weest. 4 October 1840 naar Java vertrok
ken en 10 December 1841 rijk beladen in
ons zeegat teruggekeerd, werd het door
den storm van den volgenden dag tegen
de zandplaat Onrust geslagen, waar het
in den nacht van 13 op 14 December
uiteen sloeg.
Direct na het afloopen werd 30 Juli
1840 de kiel gelegd voor een tweede
barkschip „Borneo" genaamd, dat 9 Juni
1842 van stapel liep.
De oprichting der werf had de aan
dacht op deze industrie gevestigd en in
1840 richtte de heer Strickaert, een hier
wonende Brussélaar, een tweede scheeps
timmerwerf, op een terrein ten Noorden
van het Sas, tegenover de andere op.
Op deze werf, die „de Goede Intentie"
werd gedoopt, werd 12 Juli 1840 de kiel
gelegd voor het barkschip „Marie Julie",
dat reeds 28 November van stapel liep.
Wij zouden voort kunnen gaan met
de opsomming der hier gebouwde sche
pen, de data van het leggen der kielen
en het afloopen, maar daar dit een een
tonige lijst zou vormen, vermelden wij
slechts de jaren van het van stapel loo-
pen en het aantal der gebouwde schepen
voor de groote vaart op de twee werven.
In 1840 twee, 1841 twee, 1842 een, 1843
een, 1844 twee, 1845 een, 1846 geen, 1847
vijf, 1848 twee, 1849 een, 1850 geen, 1851
twee, 1852 een, 1853 geen, 1854 twee,
1855 een, 1856 een (benevens twee loods-
rinkelaars) en in 1857 twee. Na laatst
genoemd jaar zijn te Zierikzee geen
koopvaardijschepen meer gebouwd en ten
ke bepaalde soorten aardapppelen van
verbouw willen uitsluiten, niet goed te
keuren. Op het verzoek van de Nederl.
Landbouw-Handelskamer om voor f 50 lid
te blijven werd voorloopig gunstig be
schikt. Besloten werd nogmaals na te
gaan of het gewenscht is om een Zeeuw-
sche landbouwfilm te maken. Bij den
Minister van Waterstaat zal worden aan
gedrongen om bij de nieuwe verkeers
wegen zooveel mogelijk de onderbeplan
tingen weg te laten, althans om ter
weerszijden van zijwegen e. d. de beplan
ting 50 M. vrij te laten. Naar aanleiding
van de actie van de Ver. voor Dierenbe
scherming bij de gemeentebesturen om
te komen tot gemeentelijke verordeningen
zal worden geadviseerd daartoe niet over
te gaan. Den heer A. C. de Oude zal
worden gevraagd om een vergadering
bij te wonen, waarbij de normalisatie
wordt besproken. Het antwoord van den
Minister van Financiën op 't schrijven
van de drie centrale organisaties over
schattingen van complexen landerijen, zal
gepubliceerd worden. Tevens zal gewe
zen worden op de ongewenschtheid, dat
de schattingen door kommiezen geschie
den. Op het schrijven van de Friesche
Mij. van Landbouw, om te komen tot
levering van kunstmest in balen van 75
K.G. zal worden geantwoord, dat dit
niet wenschelijk wordt geacht in ver
band met de hoogere kosten en mindere
gebruikswaarde van de zakken. Wel
wordt gewenscht geacht, dat levering in
balen van 50 K.G. mogelijk wordt ge
maakt ten behoeve van den tuinbouw.
Met het idee om bedrijfsschadevergoe
ding te verleenen bij directe aangifte van
mond- en klauwzeer, kon niet worden
ingestemd, aangezien men daardoor toch
niet zou voorkomen, dat alle aangiften
tijdig zouden geschieden. Besloten werd
schriftelijk aan de leden van het hoofd
bestuur te vragen, hun meening omtrent
het advies van het dag. bestuur in 1931,
geen provinciale landbouwtentoonstelling
te houden. Met instemming werd kennis
genomen van het schrijven van den Min.
van Financiën, dat er geen bezwaar be
hoort gemaakt te worden, indien land
bouwers bij berekening van hun inkomen,
de kosten vallende op den aankoop van
voor hun bedrijf benoodigde gebouwen
en gronden (notariskosten, hypotheek-
kósten, e. d.) afschrijven in een tijdsver
loop van 5 jaren. In dezen behoort dus
de leiddraad, opgemaakt door de drie
centrale organisaties, gevolgd. De Hooge
Raad had indertijd anders beslist.
slotte is deze belangrijke tak van bestaan
geheel verdwenen.
Het aantal hier thuis behoorende zee
schepen was eind 1857 zéstien, maar nam
na dien tijd regelmatig af. In 1859 wa
ren er veertien, in 1861 negen, in 1864
zeven, in 1866 zes. Ze waren toen de
barken Catharina Maria, groot 753 ton,
Grondwet, groot 748 ton, Haamstede,738
ton en Schelde, 657 ton, de schoener de
Burger 102 ton en de schoenerkof Cad-
sandria, groot 175 ton. De reederijen
waren toen die der heeren M. C. de
Crane en Zoon, de Jonge en Keiler en
Bal en Co.
In 1871 waren er nog vijf, en 1872 nog
drie koopvaardijschepen, n.l. de Grond
wet, de Haamstede en de Burger. De
laatste twee werden echter in dat jaar
verkocht en in 1874 verdween met de
Grondwet het laatste schip voor de
groote vaart uit de haven van Zierikzee.
Maar waren de schepen verdwenen,
hun vaart, meest op Oost-Indië, met
name Java, had indertijd onderscheidene
Zierikzeeënaars of hier wonenden er toe
gebracht deel uit te maken van de équi
page. Begonnen als matroos, zijn eenigen
opgeklommen tot stuurlieden en gezag
voerders en nog eenige jaren, nadat al
hier geen Oost-Indiëvaarders meer uitge
rust werden, handhaafden enkele onver
saagde mannen den goeden naam van
Zierikzeesche zeelieden.
En wanneer wij de namen noemen van
Wierikx, van Schelven, Aalburg, Phaff,
Ochtman, Geerling, Andersson, van de
Polder, Kamminga, Berwald en anderen,
wekken die bij oude stadgenooten de
herinnering op aan de dagen hunner
jeugd, toen Zierikzee heel wat levendiger
was dan nvt, niet het minst door het
bouwen en uitrusten van schepen voor.
de groote vaart en het daarmede verbon
den aan- en afmonsteren hunner beman
ningen, die bijna allen ingeschreven wa
ren in de registers van 't alhier in 1735
opgerichte, nog bestaande, maar nu uitster
vende, verzekeringsfonds „de Slavenkas"g