Zierikzeesclie Nieuwsbode B IJ VOEGSEL B I N N E N L A N D. FEUILLETON. Verbroken banden. buhoorenda bij da van Vrijdag 17 Aug 1928, no. 11736 BOTER EN MARGARINE. Het Centraal Bureau voor de Statistiek brengt de jaargegevens over 1927 van de margarine-industrie in ons land, schrijft de heer G(eluk), secretaris van den Alg. Ned. Zuiveibond, in het bondsorgaan eu hij vervolgt: „Hieruit blijkt dat de productie van margarine in 1927 weer belangrijk is toe genomen. Er zijn 3 nieuwe fabrieken bij gekomen haar aantal is thans 16 en de productie is van 134,384 ton get- stegen tot 140,784 ton. dus met 6,4 mill, k.g. of 4,8 o/o. Deze meerdere productie is gtheel in het binnenland afgezet, naar vertvuding heeft de margarine' in 1927 haar afzetgebied in het binnenland inog meer vergroot, daar de export 1,7 mill. k.g'. is teruggegaan. In 1927 werd in ons land rond 6,5 mill. k.g. margarine meer verbruikt, dan in 1926. Per hoofd der be volking steeg dit verbruik van 7,4 k.g. tot 8,1 k.g. In 1922 bedroeg het mar- garinever'bruik per hoofd der bevolking in ons land nog maar 5,4 k.g. het is dus sindsdien toegenomen met 2,7 k.g. En hoe staat het in dit opzicht met onze boter'? De productie van boter steeg van 83,000 ton in 1926 tot 85,111 ton in 1927. Het binnenlandsch 'verbruik bleef onge veer gelijk, het steeg n.l. van 43 mill. k.g. tot 43,2 mill. k.g. Het verbruik per jaar per hoofd der bevolking daalde van 5,8 tot 5,7 k.g. Deze daling houdt ongetwij feld velband met de toeneming der be volking, waartegenover geen evenredige stijging van het totaal verbruik staat. In 1923 bedroeg het boterverbruik per hoofd der bevolking in ons land 6,8 k.g., zoo- dat dit in 4 jaar met 1.1 k.g. is terugge gaan. Evenals het vorig jaar w'ijizen deze cijfers dus in de richting van een grooter margarine- en kleiner boter verbruik. LANDBOUW m VEETEELT DE VOEDING DER KIPPEN. De maand Augustus en ook September brengt de jonge hennen op de boerderij'. Het zelf opfokken Van de kuikens tot leg- rijipe hennen, mag een aardig werk zijn, voordeelen werpt het niet veel af en zoo kunnen we dan beter zesmaandsche hen nen koopen, dan zelf ze zioo ver groot te brengen. Alleen, mits we zeker ervan overtuigd Zijn, dat ze van prima afstaml- ming zijn. Zesmaandsche kippen zijn leg- rijip, en wanneer we die Augustus, beter nog September, thuis krijgen, dan zullen -jê-biji een doelmatige verzorging, ,0,0k den geheelen winter eieren leggen. En daar gaat het maar |om. De wintereieren zij'n de meest waardevolle. Daar de hokken zoo moeten zijn ingericht, dat ze ook voi>r dagverblijf kunnen dienen, zulÜJen in het gure jaargetijde de kippen niet veel bui ten vinden. We baseeren dus ons voer o,p vastzittende leggende kippen. En dan is wel gebleken uit tal van proeven te Beek bergen, zoowel als in Amerika genomen, dat de kippen plus minus 120 gram voer per dag en per dier noodig hebben. Daan- van wordt 60 a 70 gram als meelvoer gegeven en 50 a 60 gram als korrelvoer. Liever geven w'e 50 gram korrelvoer, dan 60 gram. Het korrelvoer achten we te dienen voor pnderhoudsvoer. En dpn is 50 gram1 te 'weinig. Daarbij houden de kip pen dus honger, waardoor ze gedwongen worden van het meelvoer te gebruiken. Dat is vooral in 't begin van belang, aiis de kippen aan het meelvoer moeten wen nen. Het graan wordt alleen des avonds gegeven, b.v. een uur voor dat de kippen op stok gaan. Verder moet gezórgd weid den, dat de djroogvoerbak den heelen dag voor het gebruik gereed staat. Daar het droogvoer niet zoo> heel gemakkelijk te verwerken is, moet de bak groot genoeg zijn. De praktijk heeft uitgewezen, dat 3 c.M. per kip voldoende is. Voor 25 kippen moet de bak dus tenminste 75 c.M. lang zijn. Het graan strooit men door het haksel of kaf op den vloer. Dat geeft actieve kippen, en actieve kippen leggen meer dan luie. Willi men een goed meelvoer hebben, dan kan men terecht bij de verschillende vertrouwde firma's als Sluis, Ten Hope, Koudijzer en(z. Hel Centraal Bureau gaat ook een kippenvoer in den handel brengen. 100 k.g. voer, met 27'A 0/0 eiwit, 43,2 °/o zetmeel, 38 o,0. vet, komt op) f 17,50. Dit is het z.g. Standasrdvoer, samengesteLd op grond van de voederproeven te Beekbergen ge nomen. De heer van Asperen Vervenne heeft een eenvoudige, samenstelling gegeven, die ook goed voldioet, n.l. 15 K.G- tarwej zemelen 12 K.G. gerstemeel, 25 K.G- mais- mfeel, 10 K.G. erwtenmfeel, 10 K.G- haver- (mleel, 5 K.G. lijnmfeel, 3 K.G. fosforzure voederkalk, 20 K.G. vischmeel. Ten slotte wijzen we nog op Bertels kunstk'oirrpl, die zonder bijvoer van graan gegteven kan wördien, m'aiar die nogal eens afwis selt in samenstelling. KEU500EDWS. Ned, Herv. Kerk- ST.-ANNALAND. Daar het kerkgebouw alhier geheel opgeschilderd moest Wor den, zullen de godsdienstoefeningen gedu rende een viertal weken worden gèhcuden in de lokalen der Bijz. schoiolL Ge-ref. Kerk. Bedankt: Voor Zierikzee, B. Telder te Vianen (Z.-H.) SPORT. ZIERIKZEE, 12 Aug. Wedvlucht der postdiuivenver. „Prins Hendrik" alhier,, van Quievrain, afstand 140 K.M. In de vlucht 59 stuks jonge duiven. Gelost 8,30 uur. Wind Zuid1. Ie en 3e pr. J. v. a. Kasteelt; 2e, 4e en 5e. B. A. Post; 6e en 7e L. Tuinder; 8e. P. Hillebrand; 9e en 12e. J. W. Leijdekkers Wz,; 10e, 11e en 13e. W. PankoW; 14e en 15e. J. Nies_ kens; le prijswinnende duif, aankomst 10.7J.27 uur; laatste prijswinnende duif, aankomst 11.3.4 uur. VAN HEINDE EN VEE. Naar thans bekend is geworden, heeft het onweer van Maandag ,jl. een (groot deel van het Beiersche Alpenland geteisterd. Onweer, siaghagel en storm richtten overal buitengewoon groote scha de aan. De te velde staande gewassen en 'den nog niet geheel binnengehaalden oogst werden groetende els vernield. Te Lemberg (Polen) is een slagers gezel, die een &-jarig meisje trachtte aan te randen en Idjop'r den vader van bet kim|d werd verrast, dotor de vexbittejre^e me nigte gelyncht. Toen de politie ter pjlaatse verscheen vond Zij1 alleen het vreeseïijk Verminkte lijk van den taan. In de wouden van Casa de la Silva nabij1 Geron (Spanje) woedt een boschh brand, die ontzaglijke afmetingen begint aan te nemen en zich thans reeds over een gebied van meer dan 100 vierkante kilometers uitstrekt. Tien gebouwen en een kerk Zijn inmiddels een prooi der vlammen geworden. De schade wordt op zes millioen peseta's (circa f 2,400,000) geraamd. In de Krim heerscht nog altijd een ontzettende droogte, welke groote schade aanricht aan deland- en tuinbiouwcultiu)- res aldaar. In' 3 (maanden tij'ds is er vriju wel geen druppel regen gevallen. Hel fruit is verdroogd aan de boomen. Te St.-Petersburg heerscht, volgens de Krasnaja; Gazeta, een Ware riattenpüaag. Niet alleen in de kelders en magazijheu, maar ook in de woningen en ,op straat vertonnen de dieren zich. Een verdeLgingsi- actie op groote schaal zal worden op touw gezet. Tussc'hen Londen en Liverpool is de eerste motordiligence-dienst in Europa geopend, die langs den gewonen weg gaat en slaapkooien heeft voor de pas sagiers. YKRSCRILLENPR BERICHTEN. K zrdate dames. Dinsdagmididiag werd ter kennis van de Gronicvgsche politie ge bracht, dat in het tijdelijk onbewoonde perceel van ds. Coolsma, iemand was binnengedrongen. De recherche begaf zich derwaarts en zag, dat in den tuin grenzend aan den tuin van ds. Coolsma drie dames een man vasthielden. Zij rie pen luide om politiehuJIp. De recherche nam den man in arrest. Het bleek te zijn een 18-jarige bakkersknecht. Hij h,ad den dag doorgebracht in het huis van ds. Coolsma en droeg de kleeren van diens zoon. Ook' 'had Wijl zich tegoed gedaan aan eetbare waar. Een 'der dames was den inbreker op zijn vlucht door de tuinen over een schutting gevolgd. Ongelukken. Woensdagmiddag zijn op de Merwede bijl Sliedrech't 2 joinjgens, resp van 10 en 11 jaar bijl 't zwemmen door den stroom medegesleurd. Zij' verdron ken jammerlijk. De mloeder van een hun ner heeft eenige jaren geleden ook haar man en anderen zoon door verdrinking verloren- Het 3i/2-jarig zoontje van A. Pijffers te Rijssen viel in een pot met kokende melk en is aan de bekomen brandwonden overleden. Het 5-jarig zoontje van den heer P. D. te Enschede is bij' 't spelen in de Spoorhaven gevallen en verdronken- Te de Punt (Gr.) is het 8-jarig dochtertje van den melkrijder J, K. van den wagen van haar vpder, waarop Zij' reed, gevallen, waardoor de wielen over haar heen gingen. Zij is kort daarop overleden. VOOR DE HUISVROUW. Dat in sommige streken gekleurd goed zoo snel in de wasch verbleekt, kan het gevülg zijn van 'het feit, dat het water „hard" is. Door de zeep ontstaat in dat water dan een soort kalk, die onopfosr baar is en die in het goed gaat zitten, vooral bij1 het uitspoelen. Bij het strijken wordt deze (bijna onzichtbare) kalk ver der in het (goed geperst en zoo verkleurt bet heelemaal. In zul'ke gevallen moeten we dus het water „zachter" mlaken, zoo- dat alle zeep goed opjlost en er een glad, goed sopje ontstaat- Daartoe voegt men een weinig borax bij het water. Nog een andere ervaring? Dat gaat over die rubber-hUislioudschjOr'tjes, die men tegen woordig zoo veel ziet dragen. Er zijn heel wat huisvrouwen, die denken, dat ze onbruikbaar zijn geworden, als er een scheur of winkelhaak in is gekomen, om)- dat naaien met naald en dr,a(ad on|m!ogej- lijk is. Maar we kunnen een winkelhaak of scheur heel goed en afdoende repareet- ren, door er een stuk hechtpleister of isolatieband onder te leggen en de scheur netjes bijeen te houden en aldus op het hechtpleister te drukken. Er zal dan niets meer van/te zien zaj'n en 'het jpleister kleeft zófö sterk aan den achterkant van het schortje vast, dat bet niet meer van zijn plaats gaat. Knip die wenk uit de krant, Het helpt a uit den brand. Last van mieren? Sprenkel wat .petro leum in hun gaatjes of hoppen, als U ze vinden kunt. Er zal geen mot in uw kleed komen, wanneer uhet eens in de week schuiert met een' schuier die in heet water (waar in een weinig terpentijn is opgelost) ge doopt is. Om de kleur goed te houden, wanneer men gekleurde kleedingstukken wascht, dioet men goed te onthouden, dat men op ongeveer elke 5 liter spoelwater een eetlepel aZijn doet, wanneer het rooide of bruine wollen stoffen betreft. Voor mauve of violette linnen stoffen en voor flanellen goed, doet men een handvol zout in het weekwater en ook in het spoeL- water. Drukkertjes aan jurken enz. hoeven niet kapot te! gaan, als men het goed door een wringer of mangel haalt, wanneer men maar vooraf de drukkertjes sluit. Men moet echter nooit zout doen in het water, waarin zwarte stoffen gewas- schen of gespoeld worden. Deze wascht men het beste in een sopje, waarin inoen een paar theelepeltje borax heeft gedaan. Een lekkere puddingsaus. Dat is zeker chocolade-saus! Daarvoor neemt taen op 1/1 L. melk 1 CPgr. maizena, 15 gr. cacao-poeder, 30 gram suiker en l/\ stokje vanille. De melk wordt met de suiker en de vanille aan de kook ge bracht. De maizena roert men door de cacaor-poeder en mengt dit samen met een scheutje achtergehouden koude melk. Dit giet men roerende bij de koken/de melk, waarna men de saus een minuut of 5 laat doorkoken. De vanille er uit nemen en de saus gebruiken over een maizena of griesmeelpudding. HUISVROUW. INGEZONDEN STUKKEN. Buiten verantwooroelffkheid der redactie). Copy wordt niet teruggezonden. Zonnemaire, Augustus 1928. Qeaehte Rwladtie, Vergun mijl s.v.p. een plaatsje in uw veel gelezen büad. Bij1 voorbaat mijd dank. De mededeeiing .in het laatste raadsver- slag van de gemeente Zonnemaire, dat onder,geteekende vroeg, hoe of het stond met de aan te 'brengen verbeteringen van woningen, verdient nadere toelichting. Uit het jaarverslag over 1927 van de gezon L heidsoommissie blijkt, lat eenige percee- len in Zonnemaire verbeterd en in over eenstemming gebracht} moeten worden met de bouwverordening. Het gemeentebe stuur stond den eigenaren een termijn van 5 tnaanden toe, welke termijn bij na vraag op 23 Mei geëindigd was. Ieder weidenkend mensch zou verwachten, dat het gemeentebestuur, dat met de nale ving der bouwverordening is belast er zorg voor zou dragen, dat tegen dien dta. tum de voorgeschreven verbete,ringen wa ren aangebracht, maar 30 Juli 1928, de dag, waarop bovengenoemde raadsverga dering werd; gehouden, was nog n:ets ge beurd Ik vroeg daarom den voorzitter, hoe dit kwam, en deze antwoordde mij, dat de termij'n, door B. en W. verleng 1 was tot 1 Augustus 1928. Ik wees B. en Wi. naar aanleiding dajfllrv(a(n lop hun slappe houding, en zeide 1 Aug. proces-verbaal te doen opmaken tegen de volgende eige naren. Onder smadelijk gelach van eenige leden zei de voorzitter, dat dit een zaak is tusschen de gezondheidscommissie en (het gemeentebestuur. Maar nog altijd geldt het gulden spreekwoord: wie het laatst laóht, lacht het best; want mijn navraag heeft in elk geval tót gevoülg gehad, dat de voorgeschreven verbeteringen inmid dels rijln aangebracht. Ik zOu hiermee willen zeggen: lacht niet meer om mij', maar lacht om u zeiven, of mankeert het aan op.......! U, mïjlnheer de redacteur, dankend voor de plaatsruimte, A. HOOZE, Lid van den raad. Af. de R., Het is wel opvallend, dat in uw blad van 13 Aug. j.l. in dezelfde kolom, waarin „Ben uit velen" z!ijn ingezonden stuk ein digt. de 'begrafenis van den 'boerenleider Raditsj 'beschreven wOrdt. Welk een enorme 'belangstelling w'as er voor deze plechtigheid. Al zal wellicht het tragiscfrfe van rijln dood eenigen invloed gehad heb ben op de ontzaglijkheid van de belang stelling, toch is Raditsj stellig een man van groote gaven en buitengewone ver diensten geweest voor de 'boerenpartij in Zujd-Slavië. Waar nu beide namen „Een uit velen", de kampioen der 'bberen te Schutje en Raditsj, de groote 'boerenleider van Kro atië. zioo heel dicht 'bij elkaar gedrukt staan, moet men onwillekeurig wel een vergelijking maken, niet waar? En dan blijkt, dat het weer is, zooals in de Ge schiedenis zoo vaak te bespeuren valt, dat, indien het ééne genie valt, weder een ander genie opstaat. Wij hopen, dat „Een uit velen" nog lang mag leven, om met zijn vele talen ten en zijn welversneden pen de belan gen te dienen van hen, voor wie hij zoo kranig op de 'bres is gesprongen (n' en déplaise Kamerlid Braat). Hoe breed is zijn blik, hoe omvangrijk zijn kennis, hoe altruïstisch zijn levensopvatting, hoe lo gisch zijn betoog. Immers, het staat ot zoo zonneklaar: Daar, waar een (arbei ders) blond 'bestaat, zijn juist de loonen het laagst. Zie naar Dreischor, kijk naar Ouwerkerk. Dit laatste is een kleine ver gissing; op Ou,werkerk 'bestaat wel een boerenbond, 'maar geen arbeidersvereeni- ging. Nu ja, het 'beste paard struikelt wel eens. Zoo zou men kunnen aanvoeren, dat in het Noorden van ons land, waar sterke arbeidersbonden bestaan, de loonen veel hooger zijn dan hier. Of dat op Flipland, waar een afbeidersvereenlging (nog wel christelijk) is, ook hoogere loonen 'be taald worden dan hier. In Friesland en Groningen zullen de arbeiders ook wel harder werken en 'met Flipland hebben We toch eigenlijk niets te maken. Maar op Schutje, zie je, dat is vlak bij. Daar ziijn landbouwers, die f24 voor het wieden van een gemet bieten betalen, (Per Schouwsch gemet natuurlijk, want per Blooisch of Duivelandsch gemet is dat pl. m. een halven gulden minder). Diat is f3,50 per dagl! Wel duurt zoo'n dag 13 a 14 uren, want In 't aangenomen wer ken de menschen van donker tot donker, ta'aar 't is dan ook f3,50 per dag. Is dat dan nog niet genoeg? De arbeiders mop peren altijd, of het noodig is of niet. Als iemand zóó 300 dagen op een jaar werkt (Zon-, feest- en verletdagen op 65 ge rekend) dan verdient hij toch nog f1050 per jaar. En dat terwijl de 'boeren veelal met verlies werken. Maar bovendien, het zou van de bloa ren wel aartsdom zijn, als zlij hun werk volk niet ordentelijk betaalden. Wie hon ger lijdt, kan imtaers onmogelijk hard Werken. Waarom' wordt anders een paaird zoo goed verzorgd? Wie trekt 't meeste profijt van zijn varkens, die ze slecht of die ze goed voert? Wat een kletskoek dan om1 van hongerloonen, ten mins/te van onbehoorlijk lage loonen te spreken'. De arbeiders mochten ook werkelijk wel eens wat meer om hun baas denken, dat zeg ik met „Eén uit velen". Om hun baas, die de veel te hooge pachten moet opbrengen. Hebblen zij er wel eens over nagedacht, dat het uit de lengte of uit de 'breedte moet komen. Een boer, die een hooge pacht moet opbrengen, moet die nu eenmaal .op de loonen van zijïi arbeiders verhalen, dial spreekt toch van zelf. De boer is er tocb niet voor de ar beiders. En zooals „Eén uit velen" aantoont de arbeiders lijden geen gebrek. Een arbeider kan van de opbrengst van zijn stukje aardappelland nog goed overhou den, nadat hij' er de huur van betaalfd heeft en er zij'n winterprovisie afgenomen heeft. Maar de boer zelf kan dat niet. Die zit op veel te hooge kosten, wat pacht, arbeidsloon, bemesting, paardenr werk enz. enz. betreft. Daarom legt hij pp zijp vele igemeten aardappels idjeml zO'Or veel toe. Heb je nog eens een goedie opbrengst, dan rijn de prij'zen weer laag. Zoo het met de aardappels gaat, is het feitelijk met aljljes. Neen, het gaat de boeren niet voor den wind. En niettegenstaande dit, zijn ze heel wat dankbaarder dan hun arbeiidbrs. Hoor je ze ooit klagen, als ze in hun auto's rijden? (Of het moest zijn, dat een auto zoo duur is). Mopperen zie ooit, als ze een kwartje voor het aanzetten van een scheer mes taoeten betalen? (En dat is dan toch niet te weinig, zou ik zeggen). Maken zij ooit eenig bezwaar tegen hun aanslag in personeele-, inkomsten- of vermogensbe lasting? Ik houd het met „Eén uit velen": het is onchristelijk om den één boven den ander te bevoordeel en of om de boeren tegen de arbeiders op te zetten. En daarom, Raditsj II, wij danken U voor Uw prachtig ingezonden stuk. Wees er van verzekerd* dat velen naar Uw lei ding snakken en ik ben EEN VAN DIE VELEN. Nlaar 't Engelsch van F. C. ARMSTRONG. 10« Lancelot was dan al heel onrustig, ter wijl hij rich kleedde voor het diner. Dat oujdierlooze meisje talet haa:r ontzaglijk fortuin w'as veel te veel aan zichzelve overgeladen. Ze had geen vrouw, die zij eens om raadl kon, vragen en dit, terwijl rif toch Zoo noodig wat voorlichting be hoefde. O, zij'n hart kromp ineen, als hij daaraan dacht... Hij wis>t. dat zij aan alle kanten door gevaren omringd1 'was. waar zij' Zich totaal onbewust van was. Zijn 'tante achtte hij er ook niet op 'berekend, om' haar eens te helpen. Miss Savo,ry, taet haar stijve vormelijkheid drong nooit tot 't wezen der dingen dooir. Neen; Winifred had volstrekt niemand behalve dan mis schien dat kleine ding imet de vergeet-mijl- niet-opgen, dat haar in ieder geval op recht lief had en iwier vader ook be- kenid wias om de groote toewijding en zielfverlopchening, waarmee hij rijn poa moeilijke taak vervulde. Ja, tot dien zou Carden zich wenden; het adres van dominé Fane in Londen zou w^el Zoo mbeilijk niet uit te vinden rijn. HOOFDSTUK VI. „We rekenen op je-hulp". Met deze Woorden stond Mrs. Guy op eenmaal voor Lancelot Carden, toen die wegging van zÜjh plaats in de rook kamer, Waar hij even in der haast een briefje had zitten schrijven aan zijn hos pita in Londen, ota die te wlaarschuwen, dat hij den volgenden middag tafet 'het diner Zou thuis Zijn. „Mijn hulp?... Ja zeker", antwoordde hij, tafet veel m'eer geestdrift, dan zijn gastvrouw wel verwiacht had', want inder daad wfas hij nog geheel vervuld van Winnie's belangen en niets verlangde hij vuriger <lan als kampioen voor haar te mogen optreden. „Nu, 'beste jongen, van zooveel belang is (die zaak nu niet", lachte mrs. Gay, „taaair w'e zouden wel heel graag zien, dat je ook een rol op je nam". „O, juist, ja; nu vat ik het", ant woordde hij. „Och je (moet weten: ik schreef net een. zakenbrief en daar was ik nog geheel met tajijn gedachten". „Toch mloet je dien nu eerst even uit je hoofd zetten", vermaande Mrs. Guy, terwijl ze heel gezellig naast hem ging zitten in dlit heerenheiligdom'. „Ik w,'ou, dat jij de rol van Marlow op je nam in dat stuk, wiaar Winnie Bathurst: Kat© Hardoastle speelt". „Marlow is een lastige rol, Sophie!" „Maar een heel dankbare... je moet Kate het hof' makenof heb je er bjzOnder op tegen? Zou je misschien lie ver zien, dat Eddy York die partij speel de?" „Neen", antwoordde Lancelof, zoo kalm 'mOgelijk. „Maar wanneer wordt het stuk opgevoerd? Misschien kan ik niet eens verlof krijgen". „Onzin! Het wObd't in Cornchester ge geven in den Towerhall. Je regiment zal om Kerstmis toch geen orders krij gen, om' uit te rukken. Kom, zeg nu maar dadelijk gul „ja!" Winnie Bathurst is een goed kind en... ik zou haar graag veilig getrouwd zien. Heusoh, het is een zeer verkieslijke partij, al zou zij pu ook niet eens dat groote vermogen 'be zitten en de heerlijkheid Bickershead". „Misschien he'b1 je gelijk", lach te v blij, maar zoo luchtig mlogelij'k. „Winifred is een goed kind, m'aair jij ook! Guy was gelukkig; in meer dan een opzicht, toen hij jou vroeg". Ze keek hem' in de oogen, met vroolijk lachenden blik. „Waarschijnlijk zal jij nog gelukkiger zijn, als je haar vraagt! Want zij heeft een veel beter opvoeding genoten, zie je en ze is dus meer de „groote cianve". Maar kom; ze zPllen niet weten, waar ik blijf'. Dit zeggende, deed ze de deur open en stond' nu op eenmaal, van aangezicht tot aangericht, tegenover Lord Roo- keoley. „Prettig gerookt, Mrs. Guy?" vroeg deze, blijkbaar met dubbelzinnige bedoe ling. „Niet zoozeer„prettig gerookt", ,als wel: „prettig gepraat", verbeterd© zij on middellijk. „Voor m'ijn neef he'b ik geen geheimen uw Lordjscliap. Met hém' ver handel ik al m'ijn ziaken". „Neven hebben geen onaardige voor rechten", meende Lprd Rookesley, toen hij uit den 'Weg ging, om Mrs. Guy te laten passeeren. Toen Lancelot haar volgde, langs den qorridior, voelde hij, dat hij den Lord haatte. Lang was de jonge man niet bezig met zijin toilet: hij hoorde tot een van de eersten, die 2ioh a.lweer in den groeten hall vertoonden. Winifred talm de langer; maar toen zij eindelijk ver scheen, droeg ze zulk een smaakvol toi let, dat ook de meest Ongevoeligen voor dergelijk schoon nu toch met bewonde rende 'blikken geno,tein van de zacht groene zijde, met het kleine 'bbuquetje viooltjes in de ceintuur. Nu ditmaal mlocht Lancelot dan toch zoo gelukkig zijn, zich van haar gezel schap te verzekeren; en onmiddellijk be gon Zij: „Wij zullen samen optreden, naar ik hoor. Dan kaïn ik weer eens mijn ouden luist botvierenik verlang er naiar!" „Maar je zdudt toch nooit aam het tooneel zijn doorgegaan?" vroeg hij na drukkelijk. „Natuurlijk! Ik voel ontzettend veel voor het drama! Er is zeker een acteur en een actrice onder mijn vooroudere geweest, want het tooneel trekt mij1 dan al verbazend aan!" „Ik zou het toch nooit gewild heb ben..." begon hij, toen ze hem in het gezicht uitlachte. „Jij? Hoe ter wereld zou je iets van mij geweten hebben?" riep Ze. „Ik zou je wel uitgevonden hebben", zei hij. „Ik kwam' hier mét het vaste plan, je te zoeken en te vinden". Ze keek hem! recht in het gelaat met een lUitdirukking in de oogen, die hem pijn deed. „Dat is makkelijk gezegd, nu!" sprak ze langzaam en wendde het gelaat weer ,af Lancelot was als verslagen. Zijn hajrt klopte hem tot in de keel. „Dat is makkelijk gezegd, nu!?... Be doelde ze daarmee, dat het makkelijk te zeggen was, nu ze zoo goed als bui ten alle 'bereik w'as, doordat ze door haar fortuin als 't Ware zoo hoog in rang en aanzien gestegen was, dat ze half de wereld aan haar voeten had?... Hij voor zich, wist toch anders, dat hij haar wijd en zijd gezocht en ook ge vonden zou heb'bén, om haar te redden. En dan zou hij |met haar getrouwd zijn, hoe arm' zij toen ook wezen mócht. Maar vtoionspocd had de lieflijke, in 't wild bloeiende 'bloem bedorven. Nu keerde ze zich weer tot hem met. het hoofd fier omhoog en een kouden glans in de oogen. Hij wist haast niet, wat hij zei, maar eindelijk maakte hij toch de eenigszins bittere opmerking „Het verwondert mij, dat je over het geheel nog tot mij spreken wilt!" „Wat vat u alles toch ernstig op, ka pitein Carden!" lachte zij. „Mij dunkt: het is altijd maar t «beste, om' van het oogenblik te genieten en geen acht te slajan noch op hetgeen vóór, noch op hetgeen achter je ligt". (W\vrdt v*r»ol&d).

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1928 | | pagina 5