Zierikzeesche Nieuwsbode B IJ VOEGSEL BUITENLAND," BINNENLAND. FEUILLETON? Rijk, jong en knap. Uit Stad en Provincie. behoorende bl] da van Vrijdag 6 Jan. 1928, no. 11642. DOOR WOLVEN VERSCHEURD. De wolvenplaag Ln Rusland wordt er met de strenge koude steeds erger op. Om mensch en dier te beschermen, heb ben de autoriteiten, behalve nog de bom bardementen uit vliegtuigen, ook gewone klopjachten georganiseerd, waarbij voir elk ingeleverd dier een hooge premie wordt uitgekeerd. Hier en daar richten de beesten echter toch nog bloedbaden aan. Zoo zag in het district Unciany een vrouw, die zich met haar kind buiten haar dorp had gewaagd, de slede, waarin zij zich bevonden, overvallen worden d >or wolven. Na een dolüle jacht, waarbij het paard het tegen de vermoeienis moest opgeven, wierpen de wolven zich op het kind, dat zij in enkele ©ogenblikken ver scheurden. Daarop vielen zij op de moe der aan en deze zou hetzelfde lot heb ben ondergaan, als niet boejren op het hulpgeschreeuw waren toegesneld en de ongelukkige hadden bevrijd. Hevig bloe dend en reeds zwaar 'gewond werd zij aan de klauwen en tanden der monsters odtrukt. VAN EEN IJSSCHOTS GERED. Te Wilhelmshaven (D.) dreven 6 kna pen op een losgeraakte ijsschots naar zee. Op het eerste bericht over hef wegdrijven der kinderen snelden duizenden in de grootste opwinding naar het strand. Bo ven den geheelen dichtgevroren Jahide boezem heersehte reeds diepe duisternis, waarin het hulpgeroep der naar zee drij vende jongens huiveringwekkend weer klonk. Onmiddellijk werd hulp verleend en wel door den lichter „He3(a" en het binnenvaartuig „Ahne". Van het strand af werd met zoeklich ten den Jahdeboezem afgezocht en na lang zoeken mochten de bedienende man schappen de voldoening smaken de ijs schots met de wanhopige kinderen in hun lichtbundels te krijgen. Tezamen met de ,,Heia" en een loodsboot zette de „Ahne" daarop voorzichtig koers naar de ijs schol en slaagde erin drie jongens, die zich reeds vijf uur op de schots bevonden, te redden. Veel moeilijker was het, de andere drie jongens in veiligheid te brengen. De ka pitein van de „Ahne" besloot het schip op een zandbank te doen loopen en zond een kleine reddingsboot uit, die er eerst drie uur later in slaagde, de totaiail ver kleumde jongens te redden. De kinderen waren toen reeds geheel uitgeput; een hunner, sliep reeds op het ijs. Bij hun Worsteling om het leven waren alle jon gens herhaaldelijk in het ijskoude water gevallen en er sllechts mei de grootste krachtsinspanning weer in geslaagd, op de voortdurend verder afbrokkelende schots te komen. Tegen middernacht ver namen de in doodsangst ,aan het strand Wachtende ouders door het draadloos be richt van de „Ahne", dat hun kinderen waren gered. GEVANGENISSEN VOOR JEUGDIGE LIEDEN. De minister van JusWie Heeft een wets ontwerp ingediend, houdende nadere voor zieningen betreffende de ten. uitvoerleg ging van gevangenisstraf. Blijkens de M. van T. heeft het een drieledige strekking- In de eerste plaats Wil het in den langst mogelijken duur der afzonderlijke opslui ting van veroordeelden' tot gevangenisstraf een beperking aanbrengen. In de tweede plaats wil het de mogelijkheid openen om het celstraf stelsel ten aanzien van daar voor in aanmerking komende gevangenen te verzachten, en vervolgens strekt het Naar het Engelsch van N. BOWLBY. tot invoering hier te lande van z.g-n. jeugdgev angenen. NOORDGOUWE. Op 31 DeC. 1926 telde onze gemeente 464 mannen en 461 vr., totaal 925 personen. In 1927 vestigden zich 16 in', en 26 vr. otf 42 personen, ter wijl geboren werden 7 lm. en 11 vr., totaal 18 personen, zoodat de vermeerdering 23 m'. en 37 vr., totaal 60 personen bedroeg. Door vertrek verminderde de bevolking met 35 m.; en 47 vr., 82 personen, en door overlijden met 5 'ni (eoi 1 vr. of' 6 perso nen, totaal 40 m. en 48 vr., of 88 pers. De bevolking verminderde Sn 1927 met 17 m. en 11 vr. of 28 personen, zoodat op 31 Deo. 1927 de bevolking 897 perso nen telde, t.W. 447 m. en 450 vr. OOSTERLAND. Op 1 Januari 1927 had deze gemeente 2003 inwoners, nX 1029 Tri. en 974 vr. Dit aantal vermeerderde door gëb'oorten met 25 en vestiging met 72, alzop een toenaiüe van 97; vermiln- derde door overlijden met 24 en vertrek m'et 85, alzOOi een afname van 109; zoodat op 1 Januari 1928 de bevolking bedroeg 1991 inwtoners, t.w'. 1021 ml. en 970 vr. Er werden 10 huwelijken voltrokken. STAVEN 1SSE. Verslag van den ri°d dezer gemeente, gehouden op Vrijdag 30 December 1927. Voorz. de burgemeester, Tegenwoordig alle- Bieden. Allereerst deelt de voorzitter mede, dat de cursus voor avondschoolonderwijs kon tot stand ko men; 25 leerlingen namen trouw aan de lessen deel, welke in een behoefte voor zien. B. en W. betreuren het, dat dezen cursus, een z.g. buitenwettelijke, niet kan blijven bestaan. Op dien glrond stellen ze voor dezen weer op1 te heffen, in de 'ho,op. dat spoedig iets beters kiome voor hot •wettelijk vervolg-onderw'ijs, dat gebleken is niet aan zijn: bedoeling te beantwoor den, althans niet voor de meeste platte landsgemeenten. Intusschen doelen ze Ver der mede, dat van particuliere zijde ge zorgd zal worden voor voortzetting v,an den loopenden cursus. Dhr. P. Stoutjesdijk •zegt het ook te betreuren, dat deze zaak zoo geloopen is. Het belang van de jeugd eischt z.i. dat er iets gedaan wordt. Hij hoopt dan ook, dat de noodige oplossing tegen het volgend jaar bevorderd zal Worden. Dhr. Leune meent, dat we thans hebben te berusten. Er zit niets anders op. Dit stemt dhr. v. IJsseldijk (wethj.) ook toe, maar hij' acht het toch nuttig, dat de raad zijn bezweren tegen een der gelijk standpunt van den minister laat hooren, dat zoo zeer ingaat tegetn het belang van een heele streelt. Het doet z.i. vreemd aan, dat de gemeente in dezen geen gelden kan bestemmen voor het on- derwijs-belang. Geldt het een schoolreisje, dan wordt er geen bedenking gemaakt lom daarvoor b.v. f 100 of f 200 uit te trekken. Hij wil hopen, dat de Staats- commissie-Rutgers de noodige oplossing zal weten te bezorgen. Het voorstel van B. en W. tot opheffing van den cursus met ingang van 1 Januari 1928 wlordt daarop z.h.st. aangenomen. Verder doet de voorzitter verslag betreffende de bij gewoonde huishoudelijke buitengewone al- gemeene vergadering der vereeniging van Ned. gemeenten, welke 14 Dec. te Utrecht werd gehouden, voor beraadslaging over het "uitgebracht rapport der Staatscom missie, inzake de finantieele- verhouding het Rijk en de Gemeenten. Hij deelt ver der méde, dat de groote meerderheid der aanwezigen zich in het algemeen met de strekking der voorstellen der Staatscom missie vereenigde, onder uitspraak ove rigens, dat geschrapt worde de voorge stelde bepaling, volgens welke de ge meenten minder zouden kunnen ontvan gen dan volgens de wet van 1897. Eon adres wan de gebr. Riedijk te Yerseke om de haven te mogen gebruiken voor het opvangen van oesterzaad tegen een vergoeding van f 10 'per jaar, wiordt z.h.s. afgewezen. B. en W. zijn van oordeel, dat de haven niet bestemd mag wloirden voor exploitatie van zaken, welke daar mede» niets hebben uit'te staan. Ook wiordt z.h.st. besloten tot wijziging van het regle ment voor het Burg. Armbestuur. Eer stens werd opgenomen een bepaling, om trent het toezicht op uitbestede personen terwijl verder wat de samenstelling van het armbestuur betreft bepaald werd, dat de oudste wethouder in jaren ambtshalve lid en voorzitter van dat bestuur zal zijn. De overige leden (2) zullen voortaan zit ting hebben voor 4 jaren, om de 2 jaren volgens rooster af te treden. De betrek kelijke circulaire, inzake opneming in de polilie-verordening van een vloekverbod, wlordt voor kennisgeving aangenomen, omdat dit verbod hier reeds bestaat. Ver der geschiedt medédeeling, dat de jaar wedde van dhr. A. F. Hanssens als amb tenaar van den burg. stand op f 660 is bevestigd. Het adres van de Kon. Ned. Politiehondvereen. en dat van de vereen, van ambtenaren der gem.-financiën enz., wordt voor notificatie aangenomen. Z.h.s. wordt wijders besloten in te gaan op de voorwaarden, gesteld voor emigratie naar Canada. Het adres van den Bond van Be drijfsautohouders in Nederl. wordt voor kennisgeving aangenomen. B. en W. mee- nen de door dien Bond gewenschte ver anderingen in het rijkswegenplan niet te kunnen bpoordeelen, waarom zij adhaesie- betuiging aan het betrekkelijk verzoek niet mogelijk achten. Het verzoek der „vergunninghouders" om 's Zaterdags avonds hunne localiteiten tot efl'f uur open te houden, inplaats van tot 10 uur, wordt ingewilligd. Herbeno<emd wordt tot lid van de commissie van toezicht op hel HO. dhr. J. Oudesliuijs. Voorts wlordt besloten, dat er ingaande 1 Jan. n.s. aan de O.L, school een kweekelinge met akte zall wor den t oegelaten en wel tegen een toeülage1 Van f 40 per maand. B. en W. kwamen tot een betrekkelijk voorstel, in verband niet de omstandigheid, dat er met ge noemden datum 'Wegens het verminderd leerlingengetall, geen 7de leerkracht meer van rijkswege wordt vergoed. Aan mej. Lemsom, die tijdelijk werkzaam was ge steld, werd in dit verband eervol van haar waarneming ontheven. Bij hare aan wijzing werd bedoeld, dat zij na haar ontslag in andere verhouding a,an de school verbonden zou blijven. Door on gesteldheid is dit vooralsnog niet moge lijk, waarom de volontair X. Gaakeer tij delijk in haar plants kan optreden. Dhr. Leune vroeg of een toelage van f 40, per maand niet wag laag is, wat door den voorzitter en de beide wethouders werd weerlegd. In verband met meerder opgedragen werkzaamheden wordt de jaarwedde van den lantaarnopsteker, in gaande 1 Jan. 1928, met f 50 verhoogd en gebracht opi f 350. Ook wordt 'beslo ten aan de onderwijzeres Mej. Lemsom voornoemd, alsnog wedde uit te keeren over het tijdvak van 19 tot en met 31 December 1927. Bij' de omvraag brengen de heeren P. v. Iwaarden en D.- Stoutjes- dijk de straatverlichting nog in bespre king. Eerstgenoemde stelt vast, dat B. en W. te dien aanzien goede voorzienin gen hebben getroffen. Naar zijn oordeel, is de afstand van de lantaarn, welke bij het Bosch staat tot idie bijl het Postkantoor echter wel wat groot. Hij geeft in over weging daaraan nog wel nader aandacht te willen schenken. Dezer dagen is het gebeurd, dat iemand door de duisternis misleid in de sloot terecht kwam. Dhr. Stoutjesdij'k acht een lantaarn meer ook gewenscht en wiel nabij1 het perceel van den dokter. Het geldt hier een punt, waar ieder Zoo eens komen moet. De voprz. zegt nadere overweging door B. en W. toe, 'hoewel deze van oordeel waren, dat ook het bedoelde gedeelte voMoende Was voorzien. Overigens meent hij', dat men het ongeval van dezer dagen niet in het geding moet brengen, daar dit, zijn de verkregen inlichtingen juist, is gebeurd door omstandigheden, welke buiten de verlichting staan. Ook de heer Potappel (weth.) bevestigt, dat het besproken punt niet zooveel te wenschen overlaat. Daarna spreekt de voorz. nog een enkel woord, in verband met de a.s. jaarwisseling. Hierop sluiting. 6 (Nadruk verboden)* „De honden zijn verbazend met u in genomen, mr. Loraine", zei mrs. Rivers. „Pisca, die miet dat Zw'arle kopje, is al tijd een lief, vriendelijk beestje geweest, miaar dat Bob zoo gauw' goede vrienden met u is, kan wel verwonderlijk ge noemd worden. „Als de honden 't goed mlet iemand vinden kunnen, dan is dit geen slecht mensch", zegt Lorna altijd". „Zeer verteerd!" antwoordde Godfrey droog. „Ik ben b(lij, dat u het mlet imiij eens is, •wiat fcétreft mleisjies die jagen", begon miss Rivers weer. „En het Ijs zoo ge vaarlijk. Maiajr Loirno doet toch wat zij wil; zij stoort zich in het minst niet aan mij', als ik haar eens een wijzen raad geel". En steeds bleef het oude dametje maar klaagliederen zingen over het eigenzin nige nichtje, terwijl zij kopjes thee schonk, slap als goot water. „En toch houd1 ik veel van haar", voeg de ziij er bij', „Want ze is zoo goedhartig en gul!" Op dat oogienblik Werd een scherp- fluiten in den hall vernomen en de fox- terriers vlogfcn naar de deur met een verrast blaffen. „Daar is ze; fluitende als gewoonlijk", meende miss Rivers op klaaglijken toon. „Lorna, je bent jluist op tijd voor de thee. Hier is Molly St. Aubyn". Lorna trad binnen 'met haar fiere, be vallige hiouling en ze bracht frischheid mlee van buiten. Ze hoorde tot die ge- luikkigen, die er altijd goed uitzien, af gescheiden van de kleeren, die ze droeg, en die meestentijds zoo eenvoudig waren als zelfs tante het maar wenschen kon. „Hallo, Molly!" riep ze, zich over het vriendinnetje heeribuitgend omfhaar te kus sen, onder een uitbundig welkomst-ge- b'laf van de hondjes. Toen stak z'e God frey de handj toe, met een bekoorlijken glimlach. Zou hij wéér aaTdig zijn?. Misschien dat h'ijl Was komen vragen naar haar kin?... Maar neen; hij was weer stij'f als een hark... Nu goed; zij' zou dap. ook niet ai te toeschietelijk wezen! „Hoe maakt ui het, mr. Loraine?" vroeg ze; maar wendde zich onmiddellijk weer aif. „Is dit m'ijn thee, tantetje?... Och, die arme kleine Pixjie! Heb ik je heelem'aal niet meegenomen, ventje! En Bob' óók niet?..." Lorna stoeide even met de terriers en gebood toen korf. „Af, fox Af!" waar op de gehoorzame diertjes zich vlak aan de voeten van de meesteresse vlijden, die nu even met rust van haar thee kon genieten. „Waarom heb je je hondenkinderen niet meegenomen vroeg Molly. „Naar Mamie?.... Neen, dank jé well Die heeft een 'bulldog; zóó'n verschrik- keflijk béést, dat die mijn 'kleintjes zeker in éénen had opgeslikt!" „Ja; en daar moet ze een enorm-hoo POST m TELEGRAPHER, be openstellingsuren voor den post- telegraaf- en telefoondienst van de on- I derstaande hulpkantoren zijn gewijzigd als volgt: Npordwelle: voor het ipost- en tele graafkantoor 8,30—11, 14—16,30 en 18—19. voor den telefoondienst geen wijziging; Ouwerkerk: voor den post- en telegraaf dienst 8,30—11, 14-15,30 en 18-19; voor den telefoondienst geen wijziging; Stavenisse: voor den post- en telegraaf dienst 8,30-11, 14—16 en 17,30—19; voor den telefoondienst 8—13, 14—16 en 17,30—19,30. KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN» HOE HET ER OP DEN BEIAARD UITZIET. Het is een heele klim, vóór jé er bént, op 't zoldertje onmiddellijk onder den torenolmïooip; langs vele en steile trap pen en laddertjes, over veel zolders en dopr nauwe vierkante gaten en tusschen dikke balken, die nog best een paar jaar mee kunnen. En dan zie je eindelijk bij 't licht van 2 kleine rujijtjes een bank staan en daar vooir, een voor een onin gewijde vreemde stellage. Dit is het kLok- spselders- of beiaardierskamertje, maar alle gemak en huiselijkheid is zoek tus schen die dikké, Sin allerlei richting loo- pende Iblalken. Als ge op de 'bank zit, dan gaapt vlak achter u de donkere af grond en vóór u steken een aantal stok ken van uit een stevige, net afgewerkte eiken speeltafel. Die stokken zijn de toet sen, zoo Wat een halve handbreedte van elkaar, op en neer beweegbaar in lange sleuven. De onderste zouden op orgel of piano de witte, die 'b|ovenste rij' de zwarte toetsen zijh, Iedere stok gaat zoowat 1 d.M- naar benedien en men ziet dadelijk, dat hier geen spel als op toetsen, kla vier mogelijk is, Sommj^ge 'bëiaards heb ben z.g- pianoklavier, maar de 'pianist 'bëderft er z'n hand mlee en men wif 't oude stpkkeniklavier wel terug. De aanslag valt mee, maar toich is de kracht Waarmee de klepel moet aangetrokken Worden veel en veel gropter dan voor 't pionahamertje noodig is. Voor de voe ten is nog een pedaal aanwezig, de toet sen hiervan zlijni gekoppeld aan de over eenkomstige v,an 't klavier. Nu nog een ladder oip, een luik open, en daar hangen ze, buiten en binnen, de nieuwe zangers. In 't midden, waar ze sinds 1551 steeds eenzaam' hing, de oude groote slagklok voor heel uur. Die is buiten 't speelwerk gehouden en blijlft als van ouds dienstdoen voor heel uur en ais brandklok. De zware ijzeren haf- mier heeft een behoorlijke deuk in den rand geslagen; de klepel, die er tegen getrokken wptrdt bij 'brand, is wat mieer b'esoheiden geweest. Die oude klok' ziet er anders mooi uit met haar möote 'rand versiering en cartouches. Dan komen de nieuwe er heel w'at kaler af; behalve numimer. de initialen1 N.K-O., en hun toon hoogte, dragen ze in een zeer eenvoudi- gen rand dit opschrift: „Taylors Foun ders Loiugh'bbrough, England 1927". De grootste, aan de zijde van de Meelstraat. bbvendien nog: „Dit klokkenspel is ver beterd' en uitgebreid in 1927". OogenscihÜj'nlijk een warnet van dra den, van af de klokken loopend naar 't (plat; aan de buitenzijde zitten de ha miers, aan de grootste klokken 2, aan de kleine 1die dienen voor 't mechanisch spel. Maar in de klokken hangen nog de klepels, voor 't handspel, de kleine nog van een veer voorzien om1 ze vCug te laten terugvallen. Bij het oude spel lie pen die draiden zoo maar door gaten in 't plat; nul zïjtn er miaar even 65 koperen bluisjes op gesoldeerd, nog afgedekt met een koperen dpimlper, zoodat inregenen absoluut 'büiten gesloten is. De klokken maker heeft bijl 't spannen der draden niet gebruikt het tuimelaar-systeem, maar het z.g. „broeksysteem". Een omschrijl- ving van beide systemen doet hier niet ter zake, maar als We ons een oordeel m'ogen aanmatigen dian zoui 't dit zijri, dat dit laatste systeem wegens 't ontbre ken van draaipunten (wat dadelijk wrijL ving beteekent) verre de voorkeur ver dient bloven de tuimelaar, al meent de klokkenmaker, dat men over beide sy stemen meer drukte maakt dan ze waard zijn. En nu naar béneden, naar de uur- Werkkamer. Een heele machine; ook al met veel draden; hier komen ze terecht die aan de hamers zitten. Midden in de machine, de nieuwe speeltrommel, als bij een ouderwetsche speeldoos, maar dan m'et groote stevige pennen, de „noten". De oude trommel telde 75 maten en 1050 gaten, de nieuwe heeft 70 maten met ongeveer 8500 gaten. Vroeger werd de maatverdeeling gevonden door het ge bruik van noten van verschillende dikte, nu gaat dat veel eenvoudiger. Een bé- concert is 't op de uurwerkka- mier niet, als de klok speelt. Dat hoort men b'eter buiten, maar dan opik niet in de Meelstraat. Een bezwaar, dat zich ook bij 't nieuwe spel voordoet is, dat onze klokken met den toren een architectonisch geheel vor men; daardoor moeten deze buiten han gen, waardoor de melodie a. h. w. om den toren heen moet vliegen, en onduidelijk wlordt. Daaraan is echter niet te ontko men. Den heer Addicks met dit werk onze gelukwensch. En als we nu nog een wensch mogen uitspreken, dan is 't deze, dat we Vin de klanken, die zoo vèr dragen, en zoo helder opklinken, ook nog mogen genie ten op de avonden vólór Kerstdagen en Paschen, op rustige zomeravonden, als de stilte heerscht. Misschien wil 'de heer Tim mermans nog we! eens komen en wil onze jeugdige beiaardier het voorbeeld volgen van zoo vele van z'n colilega's: de beiaardkunst weer in eere brengen en 't publiek, ook de vreemdeling idie onze stad bezoekt, tot luimeren dwingen. Zierikzee, 4 Januari 1928. W. P. L. B. LUCHTVAART. VLIEGMACHINE NAAR URK. Woensdagmorgen omstreeks half twaalf arriveerden de vliegers G. J- de Pas en H'. A- Walew'ijn met een vliegtuig van de K. L. M. op Urk. Zijl landden in het Voor land in de nabijheid van het dorp, waar ^ij do,or honderden bewoners van het eiland werden begroet. Zij' brachten 16 zakken ipost mede. Om half één vertrok het met post en één passagier weer naar Amsterdam'. NIJVERHEID EN TECHNIEK. LlNTkER's RUBBER PRESERVER. De „Gazette de Biarritz" van 22 Dec. 1927 bevat het volgende: Automobilisten verheugt u! Hulde aan het procédé van Mr. J. W. Lintner; de duur van lJw banden zal verlengd zijn met 50 a 60 o/oMr. John William Lintner is een trouwe vriend van Biarritz, wa?r hij' gedurende meer dan twintig' jaar elk jaar komt. Het is een groot-reiziger, die E of 4 maal de reis om de wereld heeft gemaakt en zeker twintig maal de reis van Londen naar Indië om zijn rub- ber-plantage's te controleeren, want Mr. J. W- L. Lintner 'wlas 'president du Cpnseiiil d'administration en directeur van een groot aantal rubber-mpij.en. Mr. Lintner kende dus tenslotte al de vragen van het Rubber bedrijf en haar begrippen, zooveel, dat hij' belangrijke studies in de chemie kon doen. Aldus ontdekte hij laatst een procédé voor w'eiker samenstelling hij gedurende 4 jaar heeft moeten werken en die thans, naar het heet, een wereld vermaardheid heeft in de automobielwe reld. Vernomen hebbende, dat Mr. J. W. Lintner juist op zijn doorgang was naar Biarritz, heb ik hem enkele inlichtingen willen vragen betreffende zijn uitvinding en met de meeste bereidwilligheid heeft hij mij eenige 'bizonderheden hieromtrent verteld O, het is zeer eenvoudig, antwoordde Mr. Lintner oip mijn vraag. U weet dat het vulcaniseenen de Rubber aanzienlijk harder maakt, alsook breekbaar en ge voelig; de automobilisten weten het maar gen prijs voor hébben betaald. 'Het beest moet de kampioen wezen van zij'n soort". „O, Mamie TrotteT 'betaalt altijd zulke onmiogélijk-hooge prijzen voioir haar leven de en doode hiaye! Maar ze heeft dan ook graag, dat een ieder hiet weet! Tantetje, u zult w'el blij zijn als ik, u zeg, dat Champagne béter is!" „Hebt u ooit zoo'n naam gehoord voor een paard, mr. Loraine?" „O, en een andier exemplaar heet Whis ky!" viel Molly in. „Och, weet u, miss Trotter is een Ame rikaanschei!" zei m|i!ss Rivers als ver klaarde dit alles. „Het verwondert mij nog, dat je er gaat, Lorna", zei Molly Wéér. „Ik dacht altijd dat je\ Mamie Onbeschrijflijk haatte!" „O, ja! Datj is ook zoo Maar van Cham pagne houd ik veel!" „Bij lady Charteris zal je haar anders w©l ontmoeten. Ga je daarheen?" ,,0' ja. Mamie heeft mij haar japon laten zien. Van. prachtig safijin en ook heel elegant gemaakt. Maar de kleur!... Hard-rose!... Hoe komt z© ■er bij!" „Rosé?.-." „Ja; en dat bij Mamie's oranje-kleurig haar|!" 1 „Maar waarom z©gt haar moeder haar daar nu eens niets van? Die is de aange wezen persoon en ze kan het zelve toch ook niet mooi vïnden?" „O, mirs, Trotler is een nul!" antwoord de Lorna. „Ze heeft nergens iets in te zeggen. Kom1 je Maandag even op de plaats van samenkomst! Daar kon je makkelijk heenfietsen en| rriij'n nieuiw paard dan eens bekijken". „Héb' je een nieuw paard, al wéér een?" „Ja; dit is uriijin tweede Iersch jacht paard; ik hoop, dat hij zich Maandag gloed houdt!" „O, kind, ik) wilde dat je toch niet ging! En eindelijk heb ik nu eens iemand ge- vpnden, die het met mij eens is. U houdt er toch ook niet van, nietwaar mr. Lo raine, dat meisjes aan de jacht doen?" Dit w'as olie op het vuur. „Neen? Tóch zal mij dit niet terughou den", zei Lorna giftig. Miss Rivers wist maar niet wat zij' doen zou oml Godfrey in een goed humeur te houden. Molly schoof onrustig heen en weer. Er hing iets dreigends in de lucht. Al Weer begon Lorna: „Mr. Loiraine Zou misschien wenschen, dat wij' meisjes in broeikassen zaten. U hiadt in de achttiende eeuW moeten leven, toen de meisjes niets deden dan bbrdu- ren en eten en drinken! Ik vrees, dat u niet half' tm|odern genoeg is!" „Dank u, miss Qonway", antwoordde hij k|oel. „Miss Rivers, We mtoesten nu gaan", zei Molly wanhopend. „Lorna, zou je willen héllen of het dogcartje voorkomt?" Vijf minuten later stapten de jongelui in en met verhit gelaat en verontwaar digden bllik rïep Lorna tot haar tante: „Wat een afschuwelijke man!" I „Maar jij' was ppk zeer onbeleefd, Lor na. Op bet ljojmpe ;af tegen een vreejnldie, in jé eigen huisl" „Dat verdiende h'ijl ook en als hij: Maart dag niet beleefder is, zal ik hem nog wel eens trakteeren! Daar kan hij van pp aan". Miss Rivers zuchtte slechts eens. Godfrey was heel' stil op den terugweg; Zóó zelfs, dat Mplly niet anders dan een enkele opmerking over miss Rivers durf de maken. „Niets aardig van die oude tante, om haar nichtje zoo af te breken. En dit nog al in haar eigen huis!" „Het nichtje verdiende liet ook! Tante heeft mij enkel nog versterkt in mijn op vattingen". „Wel?" vroeg Chesney. „Wel?" vroeg Loraine op denzelfden toon. Molly was al' naar bed; het had dan ook juist zoo even twaalf geslagen en de heeren zaten nog met de beerien lang-uit bij1 de kachel. „Hoe denk je nu over de antipathie?" „Nog precies hetzelfde". „Hoe is het mogelijk!" Het was Maandagavond en de heeren hadden weer een vermoeiende jacht ach ter den rug, voordat ze ten zeerste ge noten hadden van dat rustig bijeenzitten. Loraine vond het dus niets aangenaam, dat zijn genoegen nu verstoord zou wor den door een herinnering aan de „gehate sportvrouw"! Hij had natuurlijk mis "Con- w'ay op de plaats van samenkomst ook gezien; maar hij had slechts den hoed afgenomen en haar gedurende de rest van den dag zorgvuldig vermeden. Zij had anders weer zoo gereden dat allen zelfs hij hierdoor geïmponeerd waren! Chesney St. Aubyn vroeg met grooten nadruk: „Heb je haar over die barrière Zien rijden?" „Ja zeker; ik Was vlak achter haar." r (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1928 | | pagina 5