ZEELAND's R6EI Zierikzeesche Nieuwsbode ROOMBOTER TWEEDE BLAD B I Nft E N LA N P. Uit Stad en Provincie. SMAAKT ALS EN aS EVEN VOEDZAAM. FEUILLETON. behoorende bi] da van Vrijdag 18 Maart 1927, no. 11519. HET BELG. TRACTAAT. Na de speeches van de tegenstanders van bovengenoemd tractaat, heeft de heer van Embden Woensdag in de Eerste Ka mer den Minister gesteund, door een plei dooi te houden vóór het verdrag. De grondslag van het verdrag zag deze spreker zóó. Onder eenigen druk hadden wij niet onderhandeld in 1919, maar men was toen algemeen bezig geweest aan een nieuwen status voor heel Europa, óók op economisch gebied. En daaraan mochten wij onze medewerking niet ont trekken. Alleen moesten wij daarbij blij ven binnen het algerneene kader van 1839. (Door de tegenstanders is herhaaldelijk betoogd, dat dit tractaat verre buiten dat kader gaat). Nu zijn er tal van bezwaren geopperd en spreker wilde den ernst daarvan niet miskennen. Maar hij voor zich kan daardoor toch niet tot tegen stemmen komen. Wat het kanaal Antwerpen—Moerdijk betrof, hiervan maakte spr. zich al heel gemakkelijk af. Zulk een kanaal moeten wij toestaan, tenzij is aan te toonen dat het levensbelang van onze havens daar mede wordt aangetast. Positief aan te toonen is dat natuurlijk noioit, alleen maar waarschijnlijk te maken. Ten slotte betoogde de heer Van Emb den, dat wij, na verwerping van dit trac taat zeker geenerlei geweld of dwang zullen hebben te duchten, maar wel een onaangename gezindheid die ons allengs zal brengen onder een moreelen druk. In een slechtere en meer afhankelijke positie dan door dit tractaat kunnen wij, na de verwerping, zeker niet konjen. THOLEN. Vervolg Gemeenteraadsverga dering, gehouden op Vrijdag 11 Maart 1.1. De heer Goedegebure vraagtof het de bedoeling is Kuijpers alles te doen uitvoeren, en of dan door hem in het bestek zal worden opgenomen, dat 75 pCt. der arbeiders Tholenaars moeten zijn. De voorz. zegt, dat Kuijpers alleen het bestek maakt en toezicht heeft. De rest behoort tot het werk van den raad. Waar de ingenieur f 20.000 verdient aan dit plan, zag de heer Goedegebure gaar. ne, dat hij zelf persoonlijk opzicht hield. De voorz. merkt op, dat Kuijpers de ver antwoording op zich neemt en hij wel gelooft, dat deze de zaak serieus zal behandelen. Waar voor de onteigening f55000 noodig is, zal het brugplan de gemeente komen, na aftrek van circa f 5000 voor afbraak, op de som van f470000, zoodat jaarlijks met rente en aflossing ongeveer f 25000 noodig zal zijn. Dhr. Moelker merkt op, dat de annuï- teitsleening dan in 50 jaar kan afgelost zijn, en dat de totale rente met aflossing komt op 5,5 pCt. De heer Goedegebure informeerde naar eenige veranderin gen, die in het bestek gebracht waren, o. a. aan den wal. De voorz. zeide, dat niets is veranderd, maar wel bijgevoegd, o.a. het huis en pakhuis op dien wal, omdat dit voor 't verkeer een gevaarlijk punt was. Aan de Waterleiding-Mij. werd concessie verleend voor het leggen van buizen langs de brug, met bepaling, dat zij de kosten, ad f 1800, vóór 1 Mei 1927 "betaalt en een jaarlijksche retributie heft van f 100. Besloten werd een geldleening ad f 9060 en 20.000 te converteeren tegen een nieuwe leening van gelijk bedrag 4.75 pCt. Waar indertijd een raadsbesluit was genomen een muur dwars door de haven te leggen en dit met het oog op de hooge kosten niet is gebeurd, daar het een bedrag vorderde van f 14000, stel len B. en W. voor dit te doen uitvoeren door de Bredasche* Beton-Mij. voor f8700 en genoemd besluit in te trekken. De heer Moelker informeerde of ook ande ren zijn gevïaagd, wat de voorz. toe stemmend beantwoordt. De heer Goede gebure kan zijn stem hieraan geven, mits in het bestek wordt opgenomen, dat Thoolsche krachten 'moeten worden ge bruikt en een goed uurloon vastgesteld. De voorz. ziet bezwaar in een dergelijke belemmering voor den aannemer. Hij acht het veel beter, indien B. en W. hierop wij zen, doch willen hem hiertoe niet dwin gen. Waar Thoolsch kapitaal verwerkt wordt, is dhr. Moelker er voor, dat ook Thoolsche menschen in 't werk worden genomen. Doch voor inlassching van de clausule als bedoeld door dhr. Goedege bure, kan hij niet medewerken. De heer Goedegebure zegt, dat dit overal gebeurt. Kijk maar eens naar Rotterdam. De voor zitter zegt, dat wij hier slechts in Tholen zijn. De heer Goedegebure verwacht, dat Vriens eigen volk uit Breda zal mee brengen en dan hebben de menschen hier weer niets. Wij1 zullen zien als wij dit met de brug ook niet bepalen, dat er dan misschien nog menschen uit Zwitser land hier komen werken. Hier wordt to taal niets gedaan voor de arbeiders. De heer Goedegebure gaat druk gesticulee- rend voort met 'zijn rede,, wat door het gehamer van den voorzitter niet Icon wor den verstaan. De heer Goedegebure dient daarna een voorstel in om 75 pCt. der arbeiders voor den betonmuur uit Tho len te doen nemen door den heer Vriens uit Breda en dit in de voorwaarden in te lasschen. Dit voorstel werd verwor pen met 6 tegen 5 st.vóór, die van den voorsteller en de heeren Quist, Corne- lisse, Braai en Jansen. Het voorstel van B. en W. tot gunning van het werk aan Vriens is alzoo aangenomen, terwijl B. en W. zullen aandringen op gebruik van Thoolsche arbeiders. De aangeboden reke ning der Gezondheidscommissie werd goedgekeurd en aan A. du Burck een perceel gemeentegrond verkocht voor bouwterrein. Bij de rondvraag dringt de heer Goedegebure aan op het plaatsen van een urinoir aan de Herv. Kerk. De voorz. merkte op, dat reeds hierover met het Kerkbestuur was onderhandeld. Ver der zag de heer Goedegebure gaarne, dat de gasprijs werd verlaagd met 1 et. de ku'b. M. Waar indertijd deze verhooging was aangebracht door de hooge koop prijzen, heeft dit nu geen zin meer. De voorz. zeide, dat, als het juiste oogenblik hiervoor is aangebroken, B. en W. dien aangaande, na overleg met de gasconv missie, met voorstellen zullen komen. De heer Goedegebure vroeg verder, of reke ning werd gehouden met de schade, die huurders van onteigende woningen kun nen hebben, b.v. door een door hen aan gebracht schuurtje enz., dat ze bij verhui zing niet meer kunnen plaatsen. Indien deze menschen meenen schade te hebben, ziet de voorz. dan van hen een verzoek om vergoeding tegemoet. Ook was dhr. Goedegebure het er niet over eens, dat indertijd een woning uit de 'hand was gegund aan schilder Jansen, daar dit had moeten aanbesteed worden. Doordat het werk viel in een tijd, dat er weinig werk was, had dit allicht goedkooper kunnen gebeuren. Bij hem was een schilder we zen klagen. Ook bij den heer Moelker was een schilder geweest, doch hij had hem1 gezegd niet op praatjes af te zullen gaan, doch hem aangeraden een verzoek bij den raad in te dienen. De voorz. zeide. dat dergelijke praatjes meest onbelrouw. baar zijn; concurrentiezucht is daaraan meestal niet vreemd. Weth. Goossen zei de, dat Vriens destijds de schilders heeft gevraagd voor inschrijving voor een wo ning, evenwel met de bepaling er bij, dat misschien het aantal tot 5 kon kto pen. Reden tot klachten zijn er dus niet, daar iedere schilder kon weten, dat meer dere woningen konden volgen. Het stuitte den heer Goedegebure tegen de borst, dat men jonge krachten laat werken voor 25 ct. per uur, terwijl een oude man daarvoor 30 ct. kreeg. Niet dat deze geen goede kracht is, maar hij zag gaarne voor allen het loon op dit peil. Odk kwam hij op tegen een opzichter over twee mannen, die er als een korporaal bij staat en niets uitvoert. Deze moet ook maar medewerken. Hij zag gaarne, dat alle werkeloozen aan het werk werden gezet en tegen een goed uurloon. De voorz. was van meening, dat, ofschoon hij de goeden er buiten laat, men dikwijls van de gemeente wil profiteeren, zoo dat er niet gewerkt wordt. Dit is maar een bewering van kapita'isten en werkgevers, zeide dhr. Goedegebure. Deze zeggen al tijd, dat de arbeiders te lui zijn. Hij diringt nogmaals aan, op te werkstelling van alle werkeloozen. De voorzitter was van meening, dat als deze menschen alle aan het werk werden gezet, men slechts voor 11/2 dag werk zou hebben. Indien de ingenieur klaar is met zijn werk, zullen B. en W. ook direct de werken doen uit voeren. Wat de bewering betreft van den heer Goedegebure, dat hij gezegd heeft dat de arbeiders te lui zijn, laat hij' ge heel voor zijn rekening, daar hij dit nooit beweerd heeft. Spr. iging maar na wat gebeurd is bij' vorige werken. Hij zal, als het werk er is, de menschen werk geven, doch is niet van plan de gemeente op kosten te jagen door dingen uit te voeren, die geen zin hebben. De heer G. meent, dat de voorz. er met praatjes wil afko men. Het stikt van het werk in Tholen, indien men maar wil beginnen. De voor zitter raadt den heer Goedegebure aan kalm te blijven, daar met boos worden niets wordt gewonnen. De voorz. is niet van plan met bet gemeente-geld te gooi en; als er straks tekort is, hebben B. en W. het gediaan. De heer G. zegt, hiervan de volle verantwoording te wililen dra gen. Heel de gemeenschap Wdt er onder, dat de menschen werkeloos zijn en niets verdienen. Daar de voorz. iets zegt tegen weth. Wagemaker, stuift de heer Goede gebure op, dat 'hij1 niet moet smoezen, om hem straks een pil te draaien. De voorz. wil dergelijke uitdrukkingen tegen izich niet meer hooren. Indien de heer G. zich niet matigt, zal hij genoodzaakt ''zijn, hem het woord te ontnemen. De heer G. meent, dan ook te weten, waar hij zich dan zal vervoegen. Hij doet daarop het voorstel, gesteund, door de heeren Cornelisse en Quist, om Maandag alle werkeloozen aan het werk te zetten. De heer Wagemaker wijst er op, daar dhr. G. dit zelf wel weiQt dat voor het werk aan den dam niet veel menschen gebruikt kunnen worden en daar de duiker nog niet is gelegd, tuien nog niet kan vor deren met het werk en de menschen direct 'klaar zijn. Dhr. Braai gaf in overweging, 't werk vlug te doen uitvoeren, daar het werk op 'het- land spoedig zal beginnen. Da heer Coirnelisse beweert, dat ook de molen- kom kan aangevuld worden. De voorz. zegt nogmaals, dat, indien het bestek er niet is, men toch onmogelijk met het werk kan beginnen. Het voorstel-Goede- geburé om direct Maandag alle werke loozen aan het werk te stellen, werd daarna aangenomen met 6 st. voor en 5 tegen. Vóór de heeren Goedegebure, Cor nelisse, Braai, Jansen, Quist en Deurloo. Daarna sluiting. ZEEUWSCHE KALENDER. Herinneringen der week. 20 Maart. 1346. Hertog Willem van Beijeren geeft aan die van Poortvliet belangrijke vrijdommen. 21 Maart. 1573. Hevig gevecht op de Westerschelde tusschen de Zeeuwsche en Spaan- sche vloten. 22 Maart. 1769. Eerste vergadering van directeuren van het Zeeuwsch Genootschap te Vlissingen gehouden. 23 Maart. 1478. Maximiliaan van Oostenrijk te Zie rikzee gehuldigd als voogd over zijne vrouw Maria van Bourgondië- 24 Maart. 1325. Einde van de belegering van Aar- den'burg door opstandelingen uit Brugge. 25 Maart. 1758. Privilege tot de uitgaaf der Mia- 'delburgsche Courant. 26 Maart. 1577. Afkondiging der Satisfactie te Goes. werden veroordeeld, in een cel in de gevangenis van Joliet (V.S.) tot rede ge bracht, terwijl de drie anderen er op sensationeele wijze in slaagden uit de gevangenis te ontsnappen. Zij ontkwa men naar Chicago, waar één hunner twee politiemannen vermoordde. De zes ver oordeelden waren voor de helft Ameri kanen, voor de he'ft Mexicanen. De Mexi canen slaagden erin te ontsnappen. Het Boliviaansche hof heeft een merkwaardig vonnis geveld ten aanzien van vier mannen, die schuldig werden ver klaard aan den moord op generaal Pan- do, die in 1917 president van Bolivia (Z. Am.) was. Krachtens het vonnis zullen de veroordeelden moeten loten, wie .hunner zal worden geëxcuteerd, terwijl de drie anderen tien jaar gevangenisstraf zullen moeten ondergaan. Den laatsten tijd schijnt de sowjet- justitie weder royaler te zijn met haar doodvonnissen dan de laatste jaren het geval was. Zoo wordt gemeld, dat in het district Odessa 27 leden eener anti-, bolsjewieksche organisatie tot den kogel zijn veroordeeld. Hetzelfde lot trof een administrateur en een ingenieur van een staatsonderneming, die zich hadden schul dig gemaakt aan „verkwisting". VAN HEINDE EN VER. Officiéél verluidt, dat het aantal dooden bij1 de jongste aardbeving, die Japan teisterde, 3274 bedraagt. 6734 per sonen werden gewond. De schade wordt op 120 millioen gulden geraamd. In de Kilb'ygevangenis te Mont gomery (Alabama, V.S.) hebben Zondag avond de bewakers een bloedigen veld slag geleverd met meer dan 500 gevange nen in de eetzaal. De bewakers maakten gebruik van pistolen, bommen met traan- verwekkende gassen en gummistokken. Vier gevangenen Werden neergeschoten en 12 ernstig gekwetst De oorzaak van den opstand der gevangenen was, dat on langs verscheidene gunsten ingetrokken waren, omdat er vuurwapens, whiskey en verdoovende middelen binnengesmokkeld bleken te zijn. De eigenaars van struisvogel-parken in Zuid-Afrika, die eraan wanhopen, dat de veeren-mode nog ooit zal terugvkeeren, hebben in de laatste paar dagen ongeveer 200.000 struisvogels gedood, daar de on kosten niet meer dekten de opbrengst der veeren. In sommige districten zijn de veeren als volkomen waardeloos op den asohbelt terecht gekomen. Blijkens een Reuter-telegram, te Lon den ontvangen, is men te Sjanghai 200 be nauwd; voor plundering van de stad door de troepen uit Sjantoeng, die de plaats heeten te verdedigen, dat de Fransche autoriteiten in Shanghai geseind hebben om onverwijlde uitzending van 1000 man koloniale troepen. - Het Fransche dorpje Concizat werd al sedert bijna drie jaair bezocht door geheimzinnige brandstichtingen, die veel al vooraf werden gegaan door anonieme brieven. Dat was echter niet alles: op zekeren dag bleek een put van een der bewoners vergiftigd te zijn; in een wei land 'werden eenige malen doosjes met vergiftigde suiker gevonden. Het open baar gerucht wees een 39-jarige vrouw, een .vreemdelinge", want zij kwam uit een andere streek, als de -dader aan. Dezer dagen heeft de politie haar gear resteerd. - Na een langdurig gevecht met politie agenten werden drie van zes veroordeel den, die wegens moord tot den strop VERSCHILLENDE BERICHTEN. Inbrekerj gevat. Maandagavond te on geveer één uur hoorde de veehouder G. M. te Beemster (N.-H.) geluid in zijn slaapkamer. Toen hij riep of er iemand was, snelden een paar mannen weg. M. haalde zijn geladen geweer, achtervolgde de indringers en loste op hen eenige scho ten. Zij vtisten echte|r op Tijwielen te ontkomen. M. waarschuwde per telefoon den burgemeester, die de rijks- en ge meentepolitie gelastte de vluchtelingen op te sporen. Te ongeveer twee uur na derden in oe Kerkbuurt twee fietsrijders. De politie gelastte hun af te stappen, doch zij reden door en ontglipteln- Een hunner werd nog; door een auto. aangereden en ging toen er loopend van door. Ofschoon er op hen geschoten werd, wisten) zij over het land en door slo.oten aanvankelijk te ontkomen. Doordat een politiebond het spoor vond van den weg, dien de beide inbrekers hadden genomen, wist de rijks- en gemeentepolitie ze eindelijk te ontdek ken. Ze werden aangetroffen in ue schuur van een boerdeTij nabij Spijkerboor. De aangehoudenen bleken te zijn twee jonge mannen, uil Rotterdam afkomstig. Ernstig auto-ongeluk. Woensdagnacht heeft in de gemeente Raalte nabij, de halte ,De Pleegste" een ernstig auto ongeval plaats gehad', Waairbij 2 personen om het leven zijn gekomen. De heer G. H. B. uit Heino keerde met een tweetal vrienden K. en S. terug van een auto tocht naar Deventer. Nabij' bovengenoem de 'halte is de auto door tot nu toe 'on bekende oorzaak van den weg over den kop in de sloot geslagen. De 3 inzittenden kwamen onder de auto terecht Alleen de 'heer K. kon zich van onder de auto uitwerken en op den kant komen. Hij hield een volgende auto, die spoedig aan kwam, aan, om hulp te verkrijgen. De reddingspogingen hadden evenwel geen succes meer. Toen eenigen tijd later de heeren B. en S. uit de sloot waren ge haald, waren beiden reeds overleden. De 1 doodsdraad. Te Koog a/d. Zaan ver maakten zich Woensdagmiddag eenige jongens met voetballen op een weiland. Op een oogenblik kwam de bal in een nabij gelegen sloot terecht. De 14-jarige C. Pel kwam bij zijn pogingen om den bal te pakken in aanraking met een niet geïsoleerden eleclrischen draad. Toen hij den draad ook met zijn andere hand vast greep, viel hij in de sloot. Toegeschoten monteurs hebben, na den draad doorge knipt te hebben, tot geneeskundige en politiehulp kwamen, kunstmatige adem haling toegepast. Het mocht evenwel niet meer gelukken de levensgeesten op te wekken. De korenmolen „de Haas" op het Bolwerk te Zierikzee. 1727-1927. Wanneer men vroeger een stad nader de, werd het gezicht op de muren, wal len en bolwerken ongemeen verleven digd door de windmolens, die zich op deze verdedigingswerken bevonden. Zoo was het reeds in de middeneeuwen en zoo hebben ook wij te Zierikzee naast den molen op het Bolwerk ook nög den molen „de Bloeme" gekend, welke, 1661 op een waltoren bij de Westbrug gebouwd, in het voorjaar van 1899 ge sloopt is. Op de stadswallen stonden ze hoog en voor den wind steeds bereik baar, terwijl daair het verkeer niet plaats vond en dit er dus geen hinder van had. Windmolens, vermoedelijk jonger dan watermolens, worden al in de eerste jaren der 12e eeuw in Normandië vermeld, op het laatst dier eeuw in Vlaanderen en in de 13e eeuw waren ze reeds bij me nige stad in Zeeland en Holland te vinden. Voor het maken der Nieuwe haven te Zierikzee (1596 tot 1599) werd de stad aan de Zuidzijde reeds béspoeld door water, dat toen*met de nu als Zoutegracht bekende vest een geheel uitmaakte. Maar toen de Nieuwe haven werd gegraven, veranderde de toestand aan den Zuid westhoek der stad en werd daar aan de 'Zoutegracht een afsluiting gemaakt door den nog aanwezigen Westhavendljk. Er kwam toen gelegenheid om tot bescher ming van den ingang der haven bij het latere Luitje een 'bolwerk aan te leggen, op welks vlakte al spoedig een houten korenmolen gebouwd werd. Op een plaatje in een in 1635 gedrukt boekwerk ziet men dezen reeds op het Bolwerk staan. Spoedig kwam er een paardenstal bij en in 1694 werd daarnaast een wagen huis voor de molenkar gebouwd. Ongeveer eene eeuw* was die houten molen in werking geweest, toen de beide eigenaars ervan in 1723 aan den Raad ver zocht en hem voor afbraak te mogen ver- koopen, daar er naar hunne meening ge noeg molens in de stad waren, zij wei nig er mede verdienden en daardoor niet in staat zouden zijn de toen benoodigde herstellingen eraan te bekostigen. De ver zoekers verkregen de gevraagde vergun ning en in de tweede helft van 1723 ver dween de molen van het Bolwerk. Niet lang evenwel was deze plaats ledig, want reeds in 1726 verzochten de eige naars van den houten korenmolen „de Flesse", staande op den wal aan 't eind der Karnemelksvaart, dezen te mogen breken en in plaats daarvan een nieuwen steenen molen met galerij op het Bol werk te doen bouwen. Het verzoek dier eigenaars, Willem van Schelven en Gijs- brecht Blom, werd door de andere mole naars der stad gesteund en in December 1726 gaf de Raad daartoe vergunning, onder bepaling, dat er in dezen molen twee paar maalsteenen moesten aange bracht Worden, terwijl gedurende 20 jaren vrijdom van Cijns of rente voor den te gebruiken grond werd verleend. Vrijstel ling van den dubbelen honderdsten pen ning werd door belanghebbenden van de Staten van Zeeland in het voorjaar van 1727 voor den tijd van 25 jaren verkregen. Spoedig werd nu met het werk begon nen en aan Hubrecht Kooijman, metse laarsbaas te Brouwershaven, het bouwen vergund. Op Donderdag 20 Maart 1727 werden de eerste steenen gelegd en aan deze omstandigheid herinnert een in den molen geplaatsten steen met opschrift On der een loopenden haas tusschen de woor den „Den Haas" leest men: „Kornelia „Blom En Jakomina De Kok Met haar „Tweeën legden den Eersten en Twee- „den Steen den 20 Maerte als Men 1727 „Schreven. Willem van Schelven en Gijs- „bregt Blom". Dat bouwen van een steenen molen door iemand van buiten de stad, wekte de verontwaardiging op van het Zierik zeesche metselaarsgilde, dat onmiddellijk een verzoek tot den Raad richtte om diie vermeende inbreuk op zijn gilde- recht te 'weren. De Raad stelde het ver zoek in handen van Burgemeesters en Thesaurieren, die den Overdeken van het metselaarsgilde moesten hoorenmaar van verdere stappen blijkt niets, zoodat de Regeering van Zierikzee blijkbaar geen aanleiding heeft gevonden den bouw aan dien aannemer te ontnemen. Over de eigenaars en eerste steenleg- sters het volgende: Willem van Schei- veen Was géboren te Biert (op Voome) in Mei 1699 en overleed te Zierikzee in Augustus 1763, terwijl Gijsbrecht Blom te Zzee in April 1701 geboren werd en er in Juli 1780 overleed. Toen de eerste stee nen gelegd werden, Was van Schelven nog niet gehuwd, Blom wel. Het dochtertje van den laatste, Cornelia Blom, was ge doopt alhier 23 Mei 1726 en werd te dezer stede begraven 18 Mei 1785. Zij woonde tot zijn dood Wij haar vader (die in 1745 weduwnaar werd en niet meer hertrouw de) in cn was ongehuwd. Hun huis stond aan de Zuidzijde def Hoofdpoortstraat. Men vond het blijkbaar aardig, dat een kind van 10 maanden als eerste steenleg- ster genoemd werd. De legster van den tweeden steen, Jacomina de Kok, was toen ruim1 4 jaar. Zij was gedoopt 6 December 1722, maar overleed reeds in Maart 1735 (begraven 31 dier miaiand), dus pas :ruim 12 jaar oud. Toen de termijn van vrijstelling van cijns 20 jaren na de stichting van den molen om was, dus in 1747, beliep he't jaarlijks aan de stad verschuldigd be drag f 9, wat nu, tengevolge van den ■aftrek van na ds invoeringf der grond belasting, tot f7,20 is terug gebracht. Na het overlijden van Willem van Schel ven in 1763 volgde hem als bezitter van de helft van den molen zijn zoon Izak van Schelven op (17281804), die blijk baar in 1780 na het overlijden van Blom eenig eigenaar van „Den Haas" werd. Zijn zoon, Johannis van Schelven (1761—1827) werd in 1799 als molenaar toegelaten en nam van zijn vader den moien ove{r. Reeds vóór zijn overlijden, 11.1. in 1821, trad zijn zoon Izak van Schelven (1799 —1844) als molenaar op. Tot dusverre hadlden de Ibézitters van „Den Haas" niet op het Bolwerk, maar in de Hoofdpoort- straat of in de Ravestraat gewoond. Maar in het voorjaar van 1838 liet laatstge noemde bij den molen een woonhuis bou wen. Dit ging met vele moeielijkheden gepaard, want de vergunning tot die stichting werd niet spoedig verleend. Men vreesde n.l., dat door het wonen naast den molen ontduiking van de be lasting op het gemaal zou plaats hebben. De Raad verkocht dus geen grond op het Bolwerk en zelfs op een deswegen door van Schelven tot den Koning ge richt verzoek, Werd afwijzend beschikt. Maar daar ten slotte de Raad van mee ning werd, dat van het wonen naast den molen geen fraude te duchten was, wilde hij belanghebbende helpen en gaf aan hem de voor de woning noodige oppervlakte gronds in erfpacht uit. Lang woonde van Schelven er niet. In 1839 verkocht hij molen en huis aan Francois Jan: vanSchel- verbéke, die uit Goes zich hier vestigde. Deze Werd als molenaar in 1855 opge volgd idoor Pieter Aalbregtse, die van Zuidzande herwaarts kwam, in 1870 een nieuwen ijzeren as in den molen legde en tot' 1882 de zaak dreef. Diens zoon, mede Pieter Aalbregtse geheeien, was van 1882 tot 1898" korenmolenaar. Van 1 Mei 1898 tot Seplember 1902 was Leendert van Oeveren opvolger en deze gaf het bedirijf op laatstgenoemd tijdstip over aan Hendrik van Dijke Hzeen af stommeling van eene sedert 1798 te Zierikzee békende molenaarsfamilie, welke den in 1899 af gebroken, ireeds vermelden, molen „de Bloeme" bezat. Bijna 25 jaren dirijft laatstgenoemde deze inrichting en den daaraan verbonden graanhanc'e' en mensebe1 ijkerwij ze gespro ken, kan de tegenwoordige bezitter nog langen tijd in zijn beroep werkzaam zijn. Moge deze molen, die ondanks zijn tweehonderdjarig bestaan nog buitenge woon hecht en sterk is en op de ruime omgeving van het Bolwerk door al het geriefelijke is omringd, wat het vak ver- eisc'ht: schuur, pakhuizen, paardenstal, varkenshokken, enz., nog zeer lang zich daar blijven verheffen, niet alleen a|ls eene onderneming, die haren bézitters een goed béstaan waarborgt, maar tevens ook als een teekenachtig gebouw, dat aan het stadsbeeld van Zierikzee een groote be koring verleent en dat, naar wij hopen, 'beveiligd moge blijven tegen het sloo- pingswerk der nieuw er wetsche molenin- riohting, waaraan voor en na nu reeds zoo menig soortgelijk bouwwerk der voorgeslachten is ten offer gevallen.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1927 | | pagina 5