B IJ VOEGSEL
bahaortndt bij de
van Woensdag 1 Dec. 1926, no. 11473.
Gemeenteraadsvariadering van
Zierikzat',
gehouden op Maandag 29 $ov. 1926,
des nam. 2 uur.
Voorzitter de burgemeester, mr. A. J.
F. Fokker van Crayesteyn van Rengers-
kerké. Afwezig de heer Lunenberg.
Na afdoening van notulen en inge
komen stukken, stelt de voorzitter aan
de orde de rekening der Burger Be
waarschool over 1925. Rapporteur is de
heer Versteeg. De commissie merkt op,
dat het nadeelig slot thans is gestegen
tot f 624,93, terwijl ze tevens inlichtin
gen verlangt over den post rijksouder-
dorrtsverzekering van hel Hoofd dezer
School.
De voorzitter zegt toe, dat men nader
zal informeeren bij den Raad van Arbeid.
Na deze toelichting wordt ,de rekening
goedgekeurd.
De begrooting van het feurger Weeshuis
voor 1927, geraamd in on tv. en uitg. op
f 13514,14 Ls door een commissie nage
zien en wordt op voorstel van den rap
porteur, den heer van Schelven, voor ac-
cdord verklaard.
B. en W. stellen voor om op het adres
der Tu'nbovwvereen. „Schouwen-Duive-
land", waarin verzocht wordt een subsi
die van» f ^1 toe te kennen, gunstig te be
schikken, waartoe de raad, conform dit
voorstel, besloot.
Op het adres van P. Saman stellen B.
en W. voor afwijzend te beschikken,
daar zij het niet in het belang der ge
meente achten de visscherijperceelen on
derhands te verpachten. Wensdht S. de
visscherijperceelen weder te pachten, dan
bestaat daarvoor de gelegenheid bij de in
December a.s. te houden openbare ver
pachting. Aldus wordt 'besloten.
Aan het verzoek van C. de Jonge, slee
per en scheepsjager, verlenging der pacht
van de grasetting aan den Westhavendijk,
wardt voldaan.
Goedgekeurd wordt het besluit tot le.
het onttrekken van grond aan den open
baren dienst, deel uitmakende van de
„Baan" en 2e. het tot wederopzegging
in erfpacht uitgeven van dien grond aan
de Regenboogstraat aan J. Hagesteijn.
Bij punt 9, wijziging der Politieveror
dening, zegt weth. Koopman, dat het be
spottelijk is, dat de raad hier de vlag
moet strijken voor den commissaris van
politie, die als de 'burgemeester afwezig
is, de wethouders dwars zit. Spr. bedoelt
het geven van de vergunning aan ven
ters of liedjeszangers. Die vergunningen
werden steeds mondeling gegeven, nooit
schriftelijk.
De voorzitter zegt dat weth. Koopman
geheel ten onrechte een blaam werpt
op den commissaris van politie. Wanneer
spr. de vergunning gaf tot venten of an
derszins, dan werd er altijd bij gezegd,
dat ze het op het (politiebureau moesten
gaan vertellen en dat schijnt tijdens zijn
afwezigheid verzteimd te zijn.
De heer Catshoek merkt op, dat het
de bedoeling schijnt te zijn, het woord
„schriftelijk" te laten vervallen; spr.
actht dat minder gewenscht, daar de agen
ten dan genoodzaakt zullen zijn inlich
tingen te gaan vragen.
De voorzitter vindt dat zoo erg niet,
want de agenten kunnen even opbellen
en vragen of iemand vergunning tot ven
ten of anderszins is verleend.
De rooilijn van de woning van den heer
Ribbens in de Wandeling Wordt vast
gesteld.
Punt 11 der agenda 'betreft het voor
stel aangaande de uitvoering der burger
rechtelijke handelingen van den gemeen
teraad. Blijkens arrest van den Hoogen
Raad is tot de uitvoering van de burger
rechtelijke handelingen van den [gemeente
raad alleen bevoegd degene, die daartoe
door den raad is gemachtigd. B. en W.
stellen voor een algemeene volmacht te
verleenen aan hun colllege tot uitvoering
van de burgerrechtelijke handelingen of
besluiten.
Overeenkomstig dit voorstel wordt be
sloten.
Dr. A. van der Hoeven vraagt tegen 1
Jan. ontslag als gem.-geneesheer, vacci
nateur en geneeskundige belast met de
doodschouw.
B. en W. stellen voor met ingang van
dien datum aam dir. van der Hoeyen ^ervol
ontslag te verleenen, onder dankbetui
ging voor de in die 'betrekking bewezen
diensten. Aangezien B. en W. dr. van der
Hoeven hebben aangesteld tot genees
heer, beiast met de inenting en her'nen-
ting, meerten B. en W., dat het ontslag
uit die betrekking, door hun college moet
warden verleend.
Ter voorziening in de vacature gem.-
geneeskundige, stellen B. en W. voor
met ingang van 1 Jan. dr. J. de Vrieze
te benoemen tot geneeskundige, belaslt
met de kostelooze inenting en herinenting.
Naar de meening van B. en W. kan de
gemeente met één gemeente-geneeskun
dig© yolstaan. Zij stelllen daarom voor
om in de vacature van dr. A. van der
Hoeven niet meer te voorzien, waar
door een besparing van f 500 wordt
verkregen.
De heer Catshoek kan met dit voorstel
deels meegaan, daar een besparing van
f 500 verkregen wordt, maar hij kan niet
medegaan, dat alleen dr. de Vrieze aan
gesteld wordt. Er zijn hier nog meer
doktoren die voor deze functie in aan
merking komen. Spr. zou alle doktoren
willen aanstellen en toch die f 500 wil
len handhaven, maar dit bedrag willen
storten in het Ziekenfonds en de dok
toren de verplichting opleggen yoor de
armen te zorgen, die danvrije artsen
keuze zullen hebben. Thans moeten de
armen genoegen nemen met den genees
heer, die hun wordt aangewezen.
Weth. Koopman brengt namens het
armbestuur dr. van der Hoeven dank
voor hetgeen hij heeft gedaan en waar
bij hij zooveel mogelijk de gemeente
heeft ontzien. Zoolang spr. voorzitter ls
van het B.A. is nog nooit één klacht bij
hem ingekomen over minder goede be
handeling, terwijl dr. de "Vrieze ook steeds
bereid was naar zijn patiënten toe te
komen.
De heer Pamuj merkt op, dat het niet
aangaat dr. de Vrieze, die al jaren stads-
dokter is, met 1 Jan. zijn ontslag te ge
ven. Neemt hij eenmaal zijn ontslag, dan
is het misschien mogelijk een andere
regeling te treffen.
De voorzitter merkt op, dat het voor
stel tweeledig is. Eerst is aan de orde
het ontslag van dr. van der Hoeven te
gen Jan. .a.s. Dit Wordt met algem. stem"
men verleend Het tweede voorstel betreft
het a an stelllen van een geneesheer tegen
een salaris vanj f 500 .en daarvoor te be
noemen dr. de Vrieze. We kunnem het
hier best met een gemeente-geneesheer
aan, zegt de voorzitter, 'wat beide dok
toren ook voldoende achten.
De heer boeleman wijst er op, dat
het gevolg van het voorstel-Catshoek zal
zijn, dat een gemeente-ambtenaar wordt
gesteld op i/3 van zijn salaris.
De heer Catshoek verdedigt nader zijn
voorstel. Hij wil de^ f 500 in het Zieken
fonds storten met de bepaling erbij, dat
alle 3 de hier aanwezige artsen kunnen
worden geroepen, die betaald zullen wor
den naar de werkzaamheden die ze zullen
verrichten.
De voorzitter merkt op, dat de heer
Galshoek hier den gem.-geneesheer van
z'n salaris gaiat berooven. Spr. acht dftt
voorstel buiten de orde.
Dr. dan der Klwast ziet iets goeds in
het Voorstel-Catshoek, terwijl hij er tevens
op wijst, dat de artsen een gunst bewij
zen aan de gemeente, door ook de poli-
tie-agenten in het Ziekenfonds op te ne
men. Hij herinnert voorts aan de dagen
der mobilisatie en verwijt dr. van der
Hoeven met den toenmaligen commandant
te hebben samengespannen wat betreft
de geneeskundige practljk over de ge-
mobiliseerdeai.
De debatten worden beëindigd en het
Voorstel van B. en W. om dr. de Vrieze
met ingang Van 1 Jan. a.s. te 'benoemen
tot .gemeente-geneesheer, aangenomen.
Tot onderzoek van een comptabilite,its-
besluit benoemt de voorzitter een com
missie, bestaande uit de heeren van Schel
ven, de Broekert en Panny. Tijdens dit
onderzoek wordt de Vergadering geschorst
en heropend toen de commissie met haar
taak gereed was. Rapporteur was de heer
Panny, die de wijziging Voor accloord ver
klaarde. Conform het advies der commis
sie werd besloten.
Aan de orde is thans de begrooting dier
gemeente voor 1927.
De heer de Broekert houdt algemeene
beschouwingen. Spr. betoogt, dat de Va
cature op de sedretarie wegens ontslag
name Van den heer Kramer niet moet
worden Vervuld, terwijl hij het eVenmin
goed vindt, dat een hulpbode zal worden
aangesteld. Spr. is van oordeel, dat niet
te lang op de secretarie wordt gewerkt.
Eenige ambtenaren hebben geen Voldoen
de dagtaak, naar spr.'s oordeel- Kan de
gemeente-ontvanger ook niet met ander
werk belast worden, nu hem zooVeel
weric uit handen is genomen? Gaat zulks
buiten zijn instructie, Verander die instruc
tie dan zoo spoedig mogelijk! Spr. is nog
steeds van meening, diat de belastingen
hier lager moesten Zijn. Het zijn Volgens
hem volstrekt niet de rijksbelastingen die
het kwaad hébben veroorzaakt, doch ook
de gemeenten hebben dikwijls met onma
tige bescheidenheid in de zakken der in
gezetenen getast. Spr. wijst op de in het
af.geloopen jar uitgevoerde werken, waar
aan Volgens hem nog al het eert en ander
mankeert. De straten laten nog veel te
wenschen over, evenals hel HaVenplein.
In Verband met de eerlang te bpuwen
b'rpg aan de Zuid-Havenpoort vraagt spr.,
of B. en W. het niet gewenscht achten
het oordeel Van een waterbouwkundige
te vragen? Spr. voelt wel wat voor een
prijsvraag in deze. Verder verzoekt spr.
B. en W. geen voorstellen aan den raad
te willen voorleggen om over te gaan
tot het bouwen van een abattoir. Een
dergelijke inrichting aoht hij hier on-
noodig. Hij heeft vernomen, dat zoo'n
abattoir f 70.000 zou kosten en daaraan zal
spr. zijn stem niet geVen. Beter is het, dat
de slagers Zelf hun inrichtingen in orde
laten maken en handelen overeenkomstig
de wetsbepalingen; bovendien eischt de
regeering geen slachthuis. De vraag: is
het uit hygiënisch oogpunt noodzakelijk,
beantwoordt spr. ontkennend. Thans komt
spr. terug op aanmerkingen door de com
missie Van de gemeente-rekening gemaakt
op de rekening over 1925. Het heeft hem
gefrappeerd dat B. en W. de beantwoor
ding hébben overgelaten aan den betrok
ken ambtenaar en alles met den mantel
der liefde hebben willen bedekken. Hij
acht dit een absoluut Verkeerde methode
en hij zal op de Volgende rekening Zijn
oog gevestigd houden. Over het aanzien
der stad is spr. niet tevreden. Het deel
der Oude Haven, dal no,g als haven fun
geert is geen sieraad; voor de Beurs
vraagt hij beter toezicht en beter onder
houd; de Drie Koningenlaan wacht op
algeheele Verbetering; de weg van de
Nobelpoort tot aan de Zuid-Wellebrug
en ook de Visehmarkt is niet in, orde.
De voorzitter is van meening, dat de
heer de Broekert wel een heel zwarte
bril heeft opgezet toen hij de begrooting
beschouwde en spr. gelooft ook niet dat
hel allemaal juist is, wat door den heer
de Broekert 'beweerd is. Over de brug
aan de Zuidhavenpoort zal spr. nieits
zeggen; die komt bij het betrekkelijke
hoofdstuk aan de orde. Dal de belastin
gen hier lager konden zijn, dat zal ieder
met U eens zijn, antwoordt de voorzitter.
B. en W. doen alles wat ze kunnen de
uitgaven te 'beperken. Dat dat niet al
tijd kon, spreekt wel van zelf. Wat de
opmerking betreft over de werkzaam
heden van den gemeente-ontvanger, zegt
de voorzitter, dat hel niet aangaat dezen
functionaris werkzaamheden op te dra
gen, die strijdig met zijn betrekking zijn.
Hem kan toch kantoorwerk worden op
gedragen, inlerumpeert de heer de Br
hert. Dal is heel gemakkelijk gezegd, ant"
woordt de v.nrz., maar daarom gaat dat
nog niet. Wat het abattoir betreft, déze
zaak is in onderzoek. Een bespreking
met de slagers zal volgen, maar wan
neer een abattoir gebouwd zal worden
dan mag dat de gemeente geen. cent kos
ten Een slachtplaats is wellicht beter,
maar dat neemt niet weg, dat het ge-
mesntébestuur geen vrijheid heeft, voor
stellen te doen, die .groote lasten op de
bevolking zouden leggen. Met veel verba
zing heeft de voorzitter aangehoord wat
de heer de Broekert over het aanzien
onzer stad zei. Wanneer wij vreemdelin
gen over onze gemeente hooren, dan
zeggen zij, dat de stad er netjes uitziet.
Wanneer spr. in Middelburg komt, dan
ziet hij meer plassen op de straten dan
hier, en deze stad kan de toets der cri-
tiek met Zierikzee, wat dit betreft, niet
cUjorstaan. Hel Havenpark kan men ons
benijden, terwijl het Oostelijk deel der
Oude Haven er ook 'behoorlijk uitziet.
Wat de Beurs betreft, deze ziet er over
het algemeen netjes uit. en men kan geer
man aanstellen die Zondags de sigaretten-
stompjes en oliën,otenschiljen daar op
ruimt. De stad kan heel goed de critiek
doorstaan met de gemeenten van ons
land van ongeveejr gelijke grootte.
De heer boeleman gelooft niet, wan
neer de heer de Broekert werkelijk vo^r
Zierikzee voelt, deze komen zou met het
geen door hem voorgelezen is. Spr. zelf
is trotseh op zijn plaats en hij wijst op
de verbeteringen die in de laatste jaren
zijn aangebracht. Spr. vindt het jammer,
dat de heer de Broekert op zoo'n ma
nier de stad gaat afbreken, hetgeen een
verkeerde indruk wekt in andere plaat
sen, die den werkelijken indruk niet ken
nen.
De heer den Boer sluit zich bij den
heer Doeleman aan en constateert, dat
de heer de Broekert bezig is voor zich
zelf reclame te maken en om te sludee-
ren voor wethoudielr. Als hij evenwel
meent, dat op een manier te moeten
doen, als hij thans gedaan heeft, dan zegt
spr. hem, dal hij op een verkeerd stand
punt staat en bezig is zich zelf af te
takelen.
Dr. van der Kwast is over het beleid
van B. en W. in het afgeiloopen jaar te
vreden. De straten zijn buitengewoon veel
verbeterd. In dit verband wijst spr. op
een j>rocedé, dat o.a. in Amsterdam toe
gepast wordt om de straten gelijk te
maken, n.l. door ze met een butimineoze
laag le bedekken. Wat het spelen onder
de Beurs 'betreft, de jongens weten niet
wat daar verboden is.
De heer Catshoek maakt, naar aanlei
ding Van het betoog van den heer de
Broekert, een vergelijking, de belastingen
betreffend Van de grootste Zeeuwsche
plaatsen, en dan is zijn conclusie, dat
Zierikzee nu niet zulke hooge belastingen
heft.
O Ver de abattoirs is, zoo merkt spr.
verder op, een agitatie aan den gang in
de slagerspers. Door sommige slagers
wordt het plan geopperd om zelf een
centrale slachtplaats op te richten. Spr.
is Van oordeel dat de gemeente dit niet
in de hand moet werken. Spr. leest een
gedeelte Voor uit het rapport, dat de
directeur Van het Amsterdamsohe abat
toir heeft uitgebracht over de oprichting
en exploitatie van openbare slachtplaat
sen. In 1903 is in Zierikzee een onder
zoek door de Gezondheidscommissie in
gesteld naar de slachtplaatsen en niet
één werd in orde bevonden. Spr. geeft
ernstig in overweging 'n centrale slacht
plaats op te richten.
De heer de Broekert zegt wars van
alle persoonlijkheden zijn opmerkingen te
hebben gemaakt, en hij schuift het Ver
wijt, dat hij de stad af zou breken, Van
zich.
De Voorzitter antwoordt op de opmer
king van dr. van der Kwast, dat B. en
W. de mogelijkheid zullen overwegen in
de Beurs een bord aan te brengen. Wat
de bedekking met een bitumineuze laag
'betreft, die acht spr. voor het Haven
plein ongeraden, daar ter plaatse meer
malen opgravingen moeten gebeuren.
Wat hetgeen de heer Catshoek heeft
betoogd oVer het abattoir, daar ant
woordt de Voorzitter 'op, dat deze zaak
in onderzoek is. Het is een lastige kwes
tie met veel haken en oogen er in. Bou
wen de slagers zelf een centrale slacht
plaats, dan zullen Ze de hier zich later
Vestigende slagers jkunnen uitsluiten. Wan
neer het een kwestie wordt, dal het de
gemeente eenig geld zal kosten, dan zal
de voorzitter daar tegen Zijn. Daarom is
het plan eerst met de slagers te confe-
reeren, doen deze het zelf, dan: soit!
Wanneer, zoo gaat de Voorzitter ver
der, er één stad is, waarop geen blaam
dient geworpen, dan is het wel Zierik
zee. Als de straten aan de orde komen,
zal spr. hel nog wel eens zeggen, maar
als er geen ongelukken gébeuren, d.w.z.
geen stagnatie ontstaat in de regeling
met het Rijk, dan gaat men het komende
voorjaar de waterleiding 'besteden en kan
't graven nog binnen 1927 afgetoopen zijn.
Alle mogelijke straten zullen dus op
gebroken moeten worden en met het
oog daarop is het niet gewenscht, thans
tot nieuwe 'bestratingen over te gaan.
Weth. Koopman kan, wat hel Haven-
plein betreft, niet met den voorzitter
medegaan. Het kan naar zijn oordeel niet
mooi genoeg zijn en hij zou gaarne zien
dat het Havenplein geëgaliseerd werd
met behulp der werkeloozen.
Thans gaat de raad over tot artikels-
gewijze behandeling der begrooting.
Bij 2, stelt de commissie de vraag
of nog niet krachtiger kan opgetreden
worden de achterstallige pacht in te
halen?
B. en W. antwoorden, dat den gem.-
ontvanger verzocht is de achterstand van
de pachten zoo spoedig mogelijk in te
halen.
Bij 15, jaarwedde van d'en gem.-ontv„
vraagt de heer van. Schelven wijziging
der verordening, regelende de instructie
van dien ambtenaar, teneinde hem ook
andere werkzaamheden te kunnen op
dragen.
De voorzitter doet de toezegging, dat
B. en W eens zullen overwegen of er
werkzaamheden zijn, dié eventueel aan
dien ambtenaar kunnen worden opge
dragen.
De heer de Broekert is het met den
heer van Schelven eens. In overleg met
den secretaris of door den secretaris
moeten den ontvanger werkzaamheden
kunnen worden opgedragen.
Dat standpunt is geheel onjuist, merkt
de voorzitter op. Noch door den secre
taris, noch door B, en W. kunnen den
gemeente-ontvanger werkzaamheden wor
den opgedragen.
De heer Doeleman zegt dat dit zeker
af zou stuiten op de goedkeuring van
Ged. Staten. Men kan wel zeggen, dat
de ontvanger zooveel minder werk heeft
en men zijn salaris mfet f 1000 wil ver
minderen, maar spr. vecht niet gaarne
tegen windmolens.
De voorzitter doet de toezegging, dat
onderzocht zal worden of sommige za
ken aan den ontvanger kunnen worden
opgedragen.
Bij 16, presentiegeld leden van den
raad, doet de heer Quant het voorstel
dezen post van de begrooting af te
voeren.
In stemming gébracht wordt dit voor
stel verworpen. Vóór stemden de hee
ren Timmerman, Quant, Panny en Doe
leman.
Bij 18, jaarwedden ambtenaren ter
secretarie, zou de commissie gaarne ver
nemen of het niet mogelijk is de func
tie van den ambtenaar Kramer onvervluld
te doen blijven, waardoor een bezuiniging
van f 1900 zou worden verkregen.
B. en W. zijn Van meening, dat de
Vacature van den ambtenaar ter sedre
tarie J. Kramer vervuld moet worden.
Zij stellen Voor te besluiten door benoe
ming Van den gemeentebode J. C- Lu
nenberg tot ambtenaar ter secretarie en
in diens fuctie als bode te Voorzien door
aanstelling Van een hulpbode op ee'n jaar
wedde van f800, waardoor ruim f 1000
'bespaard wordt. Door het Voorstel om
de Vacature van gemeente-geneesher, ont
staan door dé ontslagneming van dr. van
der Hoeven, niet meer te vervullen, wordt
nog f 500 bespaard.
De heer Guinee, voorzitter der begroo-
tingscommissie, motiveert, waarom zij
vraagt de functie van- dhr. Kramer on
vervuld te laten.
De heer Quant is tegen Vervulling dezer
vacature.
De heer van Schelven stelt Voor den be-
tirekkelijken jx>st met f 1900 te vermin
deren.
De heer Catshoek zal zijn stem laten
afhangen valn hetgeen B. en W. t.a.v.
deze Vervulling te zeggen hébben. Wan
neer B. en W. mededéelen, dat het onmo
gelijk is iemand op de secretarie te laten
afvloeien, dan Zal spr. Zijn stem aan
het voorstel van B. en W. geven.
De heer deBroekert steunt het Voorstel
van Schelven.
Dr. dan der Kwast gaat met den heer
Catshoek mede.
De heer Doeleman meent, dat B. en
W. de beste oplossing hebben gevonden
en f 1040 weten te 'bezuinigen. Het werk
op de secretarie mag er niet onder lij
den.
Wethouder Ko'.pman motiveert zijn
stem, waarom hij met het Voorstel van
't Dag. Bestuur is medegegaan. We staan
voor een zwaair jaar wat de werkzaam
heden op de secretarie betreft, n.l. de
statenverkiezingen en de raadsverkiezin
gen. Daiar is heel Veel Werk aan en wan
neer die zaken niet goed gebeuren, dan
krijgt men onaangenaamheden, daar B. en
W. de Verantwoordelijkheid dragen. Ook
ris de meening Vain den secretaris gevraagd
en deze heeft gezegd, dat geen ambte
naar Wan worden gemist.
De voorzitter herinnert zich, dat in
zijn jeugd 3 menschen op de secretarie
waren. Als hij nu dien tijd vergelijktl meit
dien Van thans, dan is hel werk in het
gemeentehuishouden reusachtig Vermeer
derd, Vooral oak door de vele nieuwe
wetten die in en na den oorlog in het
leven zijn geroepen en waarmede men
viroeiger niet te maken had. Met den
secretaris heeft de Voorzitter ook over
deZe zaak gesproken en deze heeft ge
zegd, dat geen man kan gemist worden.
De begrootingscommissie, d. w. z. de
meerderheid, gehoord de toelichting van
den Voorzitter, gaat met het voorsel van
B. en W. acéoord. In stemming gebracht
wordt het Voorstel, hier bóven genoemd,
aangenomen met 9 tegen 3 stemmen, die
der heeren de Broekert, van Schelven en
Quant.
Bij 31, telefoon, viraagt de heer Panny,
of het niet mogelijk is, dat er een tweede
telefoon komt en wel op het kantoor
Van den gemeente-bouwmeester. Aldus zal
geschieden.
Gaarne had de Commissie antwoord
op de Vraag of post 52 t. a. v. de be
treffende maatschappij zonder bezwaar
kan blijven. v
De maatschappij „Züricih" heeft f 200
vergoed voor de schade toegebracht Voor
het onderloop»en Van 'bepaalde landerijen,
zoodat de premie, f 115,25, ruimschoots
is terug ontvangen.
(Wordt vervolgd)-
INGEZONDEN STUKKEN.
(Buiten verantwooraelffkheid der redactie).
Copy wordt niet teruggezonden.
HET VERDRAG MET BELGIË.
De oproep tot de burgerij van Schou
wen en DuiVeland tegen het Nederlandse!»
Belgisch tracitaat is klaarblijkelijk Van Mr.
Fokker, als particulier persoon, niet «ls
Burgemeester van Zierikzee uitgegaan.
Het zou mij althans minder juist Voorko
men, dat een burgemeester, die als zoo
danig toch niet in de laatste plaats ver-l
tegenwoordiger Van de Rijksregeering is,
op zulk een geprononceerde wijze tegen
dezelfde regeering stelling zou nemen.
Het bevreemdt daarom, dat Mr. Fokker
zijn beroep om medewerking allereerst
richt tot de burgemeesters dan 't eiland
en-wel omdat, naar hij Zelf opmerkt, een
van hen uitgaande actie de meeste kans
op suodes heeft. Waarom is dat zoo? Wel
natuurlijk, omdat deze heeren qualitflte
qua, eene groote invloed op de burgerij'
hebben. Komen zij echter, indien Zij' aan
de oproep Van mr. Fokker gevolg gevep,
aldus niet in een scheeve positie? Mogén
ze gébruik maken Van hun positie als
overheidspersoon, om een politieke en
zelfs anti-gOuVernementeele actie te lei
den?
Het zou me niet verwonderen indien
het' Verantwoordelijkheidsbesef van de
meesten hunner groot genoeg was, om,
als burgemeester aan deze actre niet deel
te nemen.
Nu een enkel woord over het petijtionne-
ment Zelf. Volgens het ingezonden stuj,
Van Mr. Fokker, deugt er van het Ver
drag geen letter en zijn de minister, d)ie
het sloot en de Kamermeerderheid, die
het goedkeurde óf landverraders of idio
ten. De meerderheid der 'burgerij zal weï
zoo Verstandig zijn, nóch het eene, nóidh
het andere aan te nemen. Er is natuur-
1 ijk Veel tegen het verdrag, maar ook
deel voor.
Met een zoo éénzijdig oordeel als de
heer Fokker Velt, kan men zich van de
zaak niet afmaken.
In de tot nu toe tegen het verdrag ge-
Voerde actie, valt niet te miskennen een
eng-naüonalistisch element, geheel tegen
gesteld aan de geest van internationale
opbouw, die Voor een ieder, die wat
verder kijkt, in deze tijden onmisbaar
is. Het is dit element, dat ipenige twijfe
laar juist tot voorstander van het Ver
drag heeft gemaakt. In de scherpe woor
den Van den heer Fokker meen ik een,
aan dit nationalisme Verwa'nte klank te
hooren.
De burgers zullen daairom, naar ik
meen, goed doen, zich op deze wijze
niet te laten beïnvloeden, maar, ieder
voor zich, goed te overwegen, in het
Volle besef hunner persoonlijke verant
woordelijkheid, of Zij aan deze actie wei
mee zullen doen.
Men bedenke daarbij wel, dat de knap
ste diplomaat, die Nederland in de laat
ste eeuwen heeft aan te wijzen, bet ais
zijn levenswerk beschouwt dit verdrag
in het gemeenschappelijk belang van Ne
derland en België tot stand te brengen, en
dat Vijftig Kamerleden van Jinks en rech$s
er hare goedkeuring aan hebben gehecht.
Met dank Voor de plaatsing,
Hoogachtend, E. HAMBURGER, t
Op dit stukje, op Verzoek van den
inzender mij te Voren medegedeeld, is
mijn antwoord, dat ik natuurlijk dit
heb ingezonden als particulier en dat
de burgemeesters van Schouwen en
DuiVeland genoemd zijn, omdat reeds
deZen zomer een, adres is uitgegeten
aan de Tweede Kamer, ge teekend door
alle burgemeesters en gemeenteraden
van dit eiland, zoodat het mij precies
bekend was, dat die er otter dachten
als ik.
A. J. F. FOKKER.
M. de R.,
Een paar dagen geleden krijg ik toege
zonden van bevriende Vlaamsche Zijde,
uitgegeven door het Vlaamsch Nationaal
Secretariaat, een boekje, getiteld „Het
verslag van Cauwelaert", een waarschu
wing aan Ned., dat als motto voert: „Ver
zwakking van Nederland, versterking Van
België, 'beteekeni Vlaanderen's ondergang"
.en ten sterkste waarschuwt niet aan
te nemen het verdrag, omdat „de hand-
teekening Van den heer van Kamebeek
door bedreiging met Fransch-Belgfashe
machtsmiddelen is afgeperst".
Verder zegt de schrijveT o.a.: Wie is
naïef genoeg om te denken diat de1 Belgen
zullen sti'ziVten alvorens zij hun natio
naal doel, de inlijving van Hollatidsch
Limburg en Zeeuwsch-Vlaanderen en de
„verbelgisching" van de Nederl. Schelde
zullen hebben bereikt".
Het eerste Nederlandsche veTdrag is
een eerste mijlpaal op den weg Van het
Belgisch annexionisme. Stemt Nederland
hierin toe, dan zal het overige wel vol
gen.
De Belgische eisdhen worden in dit
geschrift aanmatigend en onrechtvaardig
genoemd.
Deze waarschuwing van Vlaamsche zijde
moge een spoorslag te meer zijn om
onze handteekening van het protest tegen
de aanneming niet te onthouden.
Met dank, A. J. F. FOKKER,