Zierikzeesche Nieuwsbode ZEELAND'! ROEM Jf ROOMBOTER. AbdusïroOP Woensdag 2! April 1926. zierikzeesche courant. DRANKWET. feuilleton. De vrouw zonder hart. liamenspraBka tussen tweu Scbouwscha Boeren Vóór de GRIEP tijdens de GRIEP en ni de GRIEP Mijnhardt's Hoofdpijntabletten ABONNEMENT Pr IJ i par 3 uuota f 1,80, teftHOT por polk f 1,80. Voor het 'ocltonUnd per J»*r f M>— AfioHderiyke nanuaori 5 oeiit. VoriohUnt Koondop. Woouidny os VrJJd.r ADVERTENTIËN tu 1—3 regelt SO ets. tob dl regelt en daarboven 30 ctt. per regel. Seolamet 80 oti. p. regal. BU eontraet belangrijke korting., 83ste JAARGANG. - No. 11378. ®p d»« Bl«' Sir. K i 8E LOQZE it, Ulfe.-IMMt. M. J. SÜSTF8. vMl' ar*' VOLLE-MELK-KEEP Weer voedingswaarde dan 2 EIEREN Betei^ai^oed^B^BE^K BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ZltRIKZEE Gelet op artikel 21 der Drankwet Brengen ter kennis van de vergunning houders, dat zjj, die zich met hunnen aan slag in het vergunningsrecht bezwaard gevoelen, zich binnen veertien dagen, nadat de aanslag te hunner kennis is gebracht tot den Gemeenteraad kunnen wenden, doch niettemin, op straffe van het vervallen der vergunning, verplicht zyn den aanslag vóór 1 Mel a s. in zgn geheel ten kantore van don Gemeente-Ontvanger te voldoen, zullende zoo noodig later teruggave van het te veel betaalde plaats vinden. Zikrikzbb, den 19 April 1926. A. J. F. FOKKER VAN CRAYESTEYN VAN RENGERSKERKE, Burgem. P. F. WITTERMANS, Secretaris. Begrinden van Wagan. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Ziehikzee maken bekend, dat door den Raad dier gemeente zal worden voorgesteldom gebruik te maken van het aanbod van het Waterschap Schouwen betreffende het be grinden van door dat Waterschap nader aan te wijzen wegen- Zijdie begrinding van wegenwaaraan hunne landerijen zijn gelegen, wenschelijk achten en bereid zjjn 1/3 in de kosten bij te dragen, worden verzocht vóór 5 Mei a. s. hiervan aan Burgemeester en Wethouders kennis te geven Nadere inlichtingen aangaande het begrin den, als ook omtrent den inhoad der kennis gevingen worden ter Secretarie verstrekt. Zieriizee, 20 April 1926. Burgemeester en Wethouders voornoemd. A. J. F. FOKKER VAN CRAYESTEYN VAN RENGERSKERKE, Burgemeester. P. F. WITTERMANS, Secretaris. B I N H EU LA WD. HONGAARSCHE KINDEREN. Voor den op 4 Mei vertrekkenden trein moeten alle liefdegaven en groote ba gagestukken franco naar Utrecht wor den gezonden uiterlijk 30 April a.s. (vrachtgoed 25 April). Op ieder stuk moet behalve het duidelijk geschreven, liefst geschilderd, Hongaarsehe adres, daar overheen een gemakkelijk te verwijderen (bijv. door punaises gehecht) adres staan van „Den heer J. C. Blankert, station restant, Utrecht, Maliebaan". Tegelijker tijd meet aan den heer J. C. Blankert, Schoutenstraat 13. Utrecht, een postwis sel voor de vracht vanaf Utrecht gezon den worden ten bedrage van f 0,50 voor iedere 10 K.G. of gedeelten daarvan. Aan een ander bureau worden geen goederen aangenomen. Uit Stad ®0ï Provincie. ZIERIKZEE. Bij de vele sportbladen die ons land telt, is er nog eentje ver schenen en wel Sport-Illustratie „Voor aan", dat fraaie, !act|iieele illustraties van het sportleven in beeld brengt. Het blad bevat ojm1. duidelijke foto's in koper-diepdruk van den Zondag te Du9seldorf gespeelden voetbalwedstrijd Holland-Duitschland en een foto van den sportieven minister nur. J. B. Kan, met diens wenschen voor den bloei van dit actueele sportblad. NOORDGOUWE. De Raad dezer gem. besloot in zijn Maandag gehouden ver- Oorspronkelijke Holl. detective-roman door R. J. BRANDENBURG. 37 In den wagen hing een, scherpe, door dringende geur van klearen, stof, goed koop parfum en jets, dat leek op stank in een hok1 met wilde beesten in den dierentuin. De achterste afdeeling Was grooter dan de voorste, er stonden twee waschtafel- tjes en er hing aan een der wanden eet? gebarsten spiegel. De wanorde was hier zoo mogelijk nog grooter dan voorin. Ik' struikelde over twee lage grauw witte schoentjes, met hooge Fransche haltken, op den vloer lagen de half opge rookte en vertrapte sigaretten en luci ferstokjes, er stonden lakschoentjes en schoentjes van goudleer, hooge rijlaar zen, muiltjes en een paar witgeschuurde klompjes. Aan twee wanden hingen de costuums, 'kleurige tricots, vuurroode toi letjes, met loovertjes bezaaid, die glin sterden in het licht, daar hing het gazen rokje van de balletdanseres, daar het •jockey,-pak van de blonde paardrijdster, ikl zag de frissche matrozenblouse en het zwarte broekje. Het hing daar alles slap en zonder fleur, als verflenste bloemen. gadering, na een uiteenzetting van den heer Streefkerk, Directeur der Provin ciale Zeeuwsche Electriciteitsmaatschap- pij' te Middelburg, met algemeene stem men in beginsel tot electrificatie der ge meente. DREISCHOR. In een speciaal hiervoor bijeengeroepen raadsvergadering op Maan dagmiddag 1.1, gaf de directeur der Prov. Zeeuwsche Electriciteits-Mij. een uiteen zetting van het plan en voorwaarden ter electrificatie van Schouwen en Duivelend. De naad besloot in beginsel met alge meene stemmen tot electrificatie dezer gemeente. NIEUWERKERK. Onze vroegere dorps genoot, dr. A. de Braai, is bevorderd tot Referendaris ter secretarie van Amster dam'. ZIJPE. Dinsdagmiddag werd door den Burgermeester van Bruinïsse in 't bijzijn Van den Raad dier gemeente, op plech tige wijze, aan den stuurman J. W. Roth, den bootsman G. de Waal, de matrozen Jan van der Werf en Stoffel I. Jumelet (allen opvarenden van het s.s. Minister C. Lely, hetwelk den dienst Zijpe—Nu- mansdorp onderhoudt en behoort aan de Rott. Tramweg-Maatschappij) de bronzen medaille voor menschlievend hulpbetoon (door H.M. de Koningin beschikbaar ge steld) uitgereikt, onder Zeer waardeer ep- de woorden, waarin de Burgemeester zei- de, „het een eer te achten", aan inge zetenen der gemeente, terzake van een koene redding, op 16 April 1925, (waar 3 menschen van het stoomschip „Breda", in het Hollandsch Diep, van een wissen dood werden gered) de medaille en oor konde te mogen overhandigen. POORTVLIET. Door den Commissaris der Koningin is benoemd tot gemeente veldwachter te Ellewoutsdijk', M. W. Kop- penhol, gemeente-werkman, alhier. SCHOUWSCHE KLEEDINGSTUKKEN. De conservatrice van de oude kleeder- drachten in het Museum van 't Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen te Mid delburg, mej. M. A. de Man, wijst er ons op, dat de bij het genootschap ingeko men schenking van Schouwsche Kleeding,- stukken zeer belangrijk is: le vanwege de zeldzaamheid der voorwerpen, 2e om de frischheid en het 'goed geconserveerde er van, 3e doordat in de verzameling Zeeuwsche 'kleederdrachten nog niets uit Schouwen's verleden aanwezig is, ten 4e eindelijk en deze reden is waarlijk niet de minste, omdat de schenkers, de fami lie Mulock Houwer, met voldoende zeker heid hebben onderricht over den tij<$. waarin genoemde kleederen zijn gedra- Op het tafeltje, in het midden, lagen het zwart leeren taschje van Milly en een open zilveren sigarettenkoker. Verder een paar kapotte handschoenen, die de een of ander daar moest hebben' laten 'liggen, en Milly's tocque-hoedje. Oiver een stoel hing haar japonnetje, daaronder stonden naast elkaar twee zwarte lakschoentjes te wachten. Ik zag, dat Arthur zich bukte en een leeren valies te voorschijn trok, dat half bedekt was door de neerhangende ge waden. Hüj zette het op het tafeltje, schoof daarbij den sigarettenkoker weg, die met een kletterend geluid op den grond viel, de sigaretten rolden er uit. Wij bekeken samen het label, dat aan het valies hing: „J. de Weerden, Den Haag", stond er op. Hier was hetgeen wij zochten. Arthur keek mij glimlachend aan. Wij daalden het smalle trapje af. Ar thur hield de tasch triomfantelijk om hoog, overhandigde haar daarrfa aan den hoofdcommissaris. Bravo, zeide deze en schudde Ar thur hartelijk de hand, en ook de heer .uit D. wensehte hem geluk'. Hij had zijn gereserveerdheid nu volkomen afgelegd. Wij liepen 'terug naar de cantine-4ent. De artisten waren nog druk en opge wonden aan het redekavelen. Onder het licht lag eenzaam en onbe weeglijk Milly Raven. De dokter stond bij den ingang, de handen op den rug. EVEN FIJN ALS gen. De geschonken kïejüeren kunnen over twee perioden verdeeld worden, de oudste dateeren ortgeveer uit het begin der 19e eeuw, uit den tijd' der boorde volle kabinetten, toen de vrouwen niet alleen voor zichzelve zorgden, maar ook gaarne voor het nageslacht. De jakjes zijn met een stevige, meest geruite linnen of katoenen stof gevoerd en sluiten van voren :door een lint en een haak. Zij hebben korte mouwen en zijn bont van kleur. In die jakjes werd een wit katoenen doekje gedragen, jterwijl een bont doekje op de schouders rustte, en over de borst gekruist, op den rug toegeknoopt werd. Van deze idoekjes zijn er in de collectie zoowel gekleurd als voor den roujw. Uit dien tijd dateeren wellicht ook drie fraaie, glanzende kal- mink'en rokken, die de zending zoo waar devol maken. Een der (rokken is maar eventjes 3,70 M. wijd en is over acht bianen verdeeld. Deze rokken worden grootendeels bedekt door een ruime schort van wollen stof, die aan het mid del door een 6i/2 c.M. hoogen band van licht geruiten stof werd 'afgezet. Ook van dit zeldzaam geworden klee- dingstuk1 is nu een zeer goed geconser veerd exemplaar geschonken. De groene kousen, de lage schoenen piet kléine zilveren gispen en de eigenaardige, van voren omgebogen, hoed van stroo, die bij het costuum hoorden, zijn niet aan wezig. Rijk', daarentegen is de verzameling kanten mutsen. De oudste zijn die met de kprte afhangende kanten stroaken. De meeste behooren echter tot de Sehouw- sche kleeding uit het midden der 19e eeuw. Al deze mutsen zijn uit Brabant- sche kjant vervaardigd, bestaan in ver schillende kwaliteiten en winnen het heel wat in waarde boven de tegenwoordige Fransche kanten, het fabriekswerk Uit Rijsel en Galais. Een trekmuts je met pluimkiant enz. herinnert, evenals een ka toenen met gekleurde bloemen bedrukte, beukje aan hét Walchérsche kostuum. On der de mutsen droeg men een hoofd ijzer van zilver, eindigende in gouden kirullen. Uit den oudsten tijd .dateert het kortste der béide geschonken exempla ren, uit stevige gouden Spiralen gevormd) waaraan een paar oorbellen van git han gen, die gedragen Zijn en de effen rouw- mUts, die ook) (aanwezig is. Beide exem plaren zijn zeer zeldzaam. De jakjes van wollen en zijden stof, die tort de tweede perioden behooren, Zijn weinig ,afhangend, hebben lange mouwen, die om den pols sfluiten, ,en geven een vrij wat stijver beeld te zien, dan |de aardige vlugge bonte 'jakjes van een 50 jaren vroeger. Een zijden hoed met witte linlten is uit dezen tijd. Van den heer F. D. de Vos te, Zieri'kzee ontving mej. de Man een aantal bturgerkleedingstukken ten geschen ke, (waarvan enkele ook uit het begin de;r 19e eeuw moeten zijn. Het ligt in haar bedoeling de meest in het oog loopende taan de thans aangeboden pro vinciale Meeding toe te voegen, waar door een aardig inzicht zal worden ver kregen van 't geen door Schouwsche vrouwen tijdens de 19e eeuw is gedra gen. BERICHT By Griep on Loflaenza werken .Mynhardt's Sanapirintabletten" mede tot een spoedig herstel. DOET UW SCHOENEN GOED i L Ik heb al om de ziekenauto getele foneerd, zei hij. Wij namen afscheid van hem en van den directeur van het circus, wien de hoofdcommissaris verzocht den volgenden morgen op het bureau te komen, tot het geven van nadere inlichtingen, en bega ven ons naar onze auto. Mag ik' u nu op de thee inviteeren? Het is wel wat' laat... vroeg de hoofd commissaris. Tante zal Zich zoo vreeselijk onge rust maken. Misschien kan uw chauffeur even) terugrijden, om te vertellen, dat u ini veiligheid bent, lachte hij, maar ik weet nog beter, i|k zal een vaiu mijn mannetjes op den motor sturen. Wij kunnenl de auto misschien nog inoodig hebben, Zei Arthur, want ik mag het u wel verklappen, maar mijn vrouw brandt van verlangen om haar paarlen- snoer terug te zien. Wij stapten in. De hoofdcommissaris ging terstond op Arthur's verzoek in. Niets is gemakkelijker, u kunt zelf gaan' kijken, ik Zal u inspecteur Barendse meegeven. Hij haalde zijn horloge voor den dag: O, hel is pas twaalf uur, om één uur kunt u terug zijn en dan is u om half twee thuis. Ik' zag, 'dat de commissaris van D. zuur keek, blijkbaar verlangde hij' naar zijn 'bed, maar hij was nu wel gedwongen met ons mee te gaan. Ik rnlaak u nog wel mijn compli- Maerte: 'N man, 'n man, een woord, 'n woord, zéit 't spreekwoord. Jie vroeg 'n Donderdag op de beuze wanneer of 'k noe toch weer 's nae je toe kwam, in ier ei je m'n al. Jongen miun eel wat te verabstikken oor; want d'r is eel wa ge beurd. Noe za'k ma mëe 't leste beginne. Mee vee atiensje ek, 't vierslag, in de Nies bode eïezë van de vergaederienge van 't wae- terschapsbestier. Nae dat 'n kleine vuuf- tig jaer, vuuf en twintig ménsen bezig ewist om 't waeter uut den osse bie 't stoomgemae'l te wille brienge, in dat nie ekust, ko'mt daer 'n wieze man uut Waegenienge, in die zeit: „Mensen da kan nie, want julder gemael, a was 't dat het ossewaeter daer kornme kust, is te klein. Die zou dat toch niet tiedig kunne wegzuuge. Zet op den ossesluus een moter, die onderdvuuftig ellen in de menute opzuugt en je bint 'r voor allied van of". Bi je noe van z'n leven zóies oord? In noe za je dienke zeker, dat 't vee géld Za koste? jMi® oor. de pertester eit 't uuterekend, in dan komt 'n, aofle kosten, niks overesloge, m twin tig jaer aalles eige, op tweedubbeltjes per gemet per jaer. Jaop: Is dat toch waer buurman? Bel, bel, 't is 'n uutko'mste die groot is, want wimmen ma zegge, die mensen daer bin aoltied verzope tmit 'r landerieen in ze moste toch de volle lasten var aalles betaele. Die perfester is dan toch 'n eenig 9ehoone veint. Wat is 't 'n zegen, dat 'r zukke ménsen binne. Noe de voor-' zitter van 't waeterschap ma een kort stuitje meer in die funksje is, ,zou 't nae mien bescheie meening, groote over weging verdiene, die perfester te be roep© Voor voorzitter en seffens voor ingeneur ok. 'K d'r graeg wa voor over, want da spreekt, die man mot goed betaelt oore. Maerte: Wat je Zeit. Ik bin 't roerend mit je eens. Dat zou op de vergaederien- gen eel wat ruste brienge, in vertrou wen in de leiding van de zaeken. Dae leit toch achter de zeedieken te vee schoon in lief land om d'r ma los over te dienken. Dae mot 'n vaste lijn weze ,oe of 't rhot gebeure. As den een^n zeit: 'n betonmure is niks op den diek; in den aoren m'aekt weer uut „dat den ingeneur nog geen brigge bouwe mag", dan is ter geen iiene meer op te- trek ken, in as t'r een noordwester losbreekt, die es een paertieën tegen de glooiinge ment over uw speurzin, zeide de Utrech tenaar tot Arthur. Bij dezen mart was .geen spoor v.an jaloezie, hij verheugde zich oprecht in Arthur's succes. Ik' moet eerlijk bekennen, dat ik er wel aan getwijfeld héb', of u zou slagen. Maar u ging te werk met zulk een stel ligheid, dat ik mij maar in mijn rol van toeschouwer heb geschikt, en het was een bijzonder aangename positie, ik was getuige van een aaneenschakeling van interessante experimenten. U heeft wel geluk' gehad, merkte de commissaris van D. op. Zonder geluk'.... lachte de Utrechte naar. Ik weet eigenlijk (niet of het wel geluk was, zeide Arthur, de dood van Milly Raven is een streep door mijn re kening, het was een slot, waarop ik niet was voorbereid. Het w.as mijn schuld, be kénde ik met neergeslagen oogen, ik deed mijn mantel los en toen zag Zij mijn robde bloem. O, was het 'dat, zeide Arthur, ik heb er mijn hoofd ,al mee loopen breken, wat de directe oorzaak1 was van dezen zelfmoord. Ongetwijfeld had zij ons groepje herkend. Maar dat kon toch niet de 'reden zijn). Er moest iets anders wezen. Er gebeuren altijd van die dingen, waarop men niet rekent, vond de hoofd commissaris. Ja, antwoordde Arthur, zoo voor hen de noodzakelijkheid, waarin zij kwa men om De Weerden te vermoorden ia elk stadium kaD Ab dijsiroop U helpen, door hare antiseptische, hoest- stillende eigenschappen. Neem daarom nog heden de bekende 'beukt, in den diek -anvaoli, in de wer ken bin nie in orde, dan ligge mun as te wurmen, op de Leijen en is de kanse groot om te verzUupe as rotten. Jaop: Wilder as Ingelanden magge wè duuvekaeters goed uut gae kieke, wie of m'n kieze as onze mannen. Dat motte mensen weze mit zichten wil, gin lui, die aoltie praete, omdat ze d'r eige zel- vers zo graeg oare, i'n mit 'n sleggje aoles kapot slae, as 't nie Van zuid er komt. Maerte: Goed. Lae mun da doewe, in ok aore buren dae Vo zie te winnen. Ofesproken dus. Jaop: Bin j-iie a deu je vetters? (Maarte: Nee 't gae ellendig slecht mee te priezen. Vo t soort beesten zoas miene, ka je mia tw.ee kwartjes de kilo nvaeke. In da's te weinig oor. 'K glaove dan mun op 'n keerpunt stae in de boer- derie. D'aogste priezén emmen aot. Ik begriepe d'r niiks Van oe of t'r mensen bin, die zoo'n groote pacht durve geve voor 'n ostie op 'langen termien. M'n toch oert van negentig gulden per ge roet, in dan nog ten inspan oVemeeinte Vó de dubbele waerde. 't Is 'n durf die groot is, in nae 'k dienke, slecht uut za ko'mTne. Jaop: Dae mos ,de fiscus noe ok is nae kieke da' zukke practieken nie konne plaes Maerte: Accoord! Ze binne bezig over pachtkemissies. Laet ze dae noe ma wat vortgank mëe maeke, want die bin der broodnoodig. Ja buure, 'k mö weg, want Jekmden was erg uut d'r muste toe 'k van uus kwam. Begriept is: dat nieisse van ona vroeg an d'r moeder of ze ok aopaar mogt laete 'knippe, in korte keusen mogt gae draege. Je begriept daer rees 'n onweer op. Die macht van de mode wat werkt die toch anstekelijk tot op de afgëlegenste plekjes. Noe, gegroet, oor. I stillen spoedig de ergste hoofdpijn |ggj Prijs 60ct. Bij Apolh.en Droflisten. H TORKOOPPTOEN, ENZ- ZIERIKZEE, 21 April. Ten overstaan van den notaris H. J. van Nouhuijs werd fathier op heden in het openbaar verkocht: Het huis en erf te Zierikzee, aan de Hoofdpoortstraat, wijk C no. 586, Voor f 1410. doordat hij ide gelegenheid kreeg zich zoo hevig te weer te stellen. Wanneer zij hem alleen imaar bewus teloos geslagen hadden, 'zou (het moeilijk zijn geweest hen iets te doen. De Weer den zou, het blijkt ,uit zijn La,atste woor den duidelijk', volstrekt ontkenld hebben, dqt de Ravens in zijn gezelschap waren geweest. Ik begrijp niet, dat zij Zoo dom waren naar het circus terug .te gaan, merkte de commissaris op. Dat was niet dom'. Als zij niet ge gaan waren, zou het terstond opgevallen en verdacht 'geweest zijn. Zij zouden dan hun contract ook verbroken) hebben en de directeur zou het er (natuurlijk niet bij hebben laten zitten. Bovendien was die terugkeer een deej van hun oorspronkelijk plan, het maakte daarvan een logisch deel uit. Nu loopt de Zaak' anders dan zij halddeh gedacht. Moe ten zij nu ineens iets anders gaan be denken? Voor hen was 't veiligst heel ge woon hun nummer te geven. Waarschijn lijk hebben zij daarvóór nog met de Chï,- neezen in de cantine gezeten en zouden deze verklaard hebben, idat zij den ge- heelen avond i in gezelschap van de schoone paardiiijdster en haar broeder hadden doorgebracht. (Werdt iwuêlgél*

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1926 | | pagina 1