ZierikzeeschB Nieuwsbode
D-Mineur.
DERDE BLAD
behoorende by de
v hu Vrij (Uk 9 Oot. 1925, no. 11297.
Uit Stad en Provinoke.
ZIERIKZEE. Vap de Vereeniging van
de Raden van Arbeid ontvingen wij voor
1926 een exemplaar van de Sociale Ver
zekeringskalender.
Door den bekenden sierkunstenaar N.
J. v. d. Vecht is voor elke maand getee-
kend en in vierkleurendruk uitgevoerd,
een propagandistische voorstelling met
een bij de plaat zich aansluitende blad-
verdeeling. Elk blad is daardoor een op
zich zelf staand geheel, waardoor de be
langstelling meer geprikkeld blijft en de
kalender als zoodanig op een hooger
plan staat dan de gewone maandkaien-
ders.
Hieronder volgt het slot van den
korten inhoud van de film Sodom en Go-
morrha:
Op hetzelfde moment, dat de bankier
den divan nadert, waarop Mary ligt,
komt ook Eduard binnen-. Medemin
naars, vader en zoon staan tegenover el-
kaaren 'het volgend oogenbiik, valt
Harber neer, getroffen door een .dolk
stoot. Mary wijst den schuldige aan,
doch wordt verdacht van medeplichtig
heid, evenals hij ter dood veroordeeld....-
In haar cel ontvangt de verloofde van
Harber bezoek van" den jongen geeste
lijke die haar aanspoort tot berouw.
Mary is echter voor geen rede vatbaar
en tracht den geestelijke over te halen
haar te helpen ontvluchten. Als dit niet
gelukt probeert zij hem onder haar be
koring te brengen en speelt meit hem
het spel harer onweerstaanbare velrlei-
ding.
De priester herinnert haar aan de ver
woesting van Sodom en Gomorrha en
Venus Astarte. De vrouw van Lott, over
stelpt met verwijten door den Gezant des
Heeren, dien zij getracht heeft te ver
leiden, levert den pelgrim, dein gast van
haai- man, uit aan het volk.
Op het oogenbiik, dat de vlammen
van den brandstapel, het slachtoffer zul
len bereiken, begint de ontzettende be
straffing der stad. Stroomen vuur sprei
den zich over alles uit; den bodem splijt
en verzwelgt de vluchtelingen. De; tem
pel stort in en onder het puin worden zij,
die hier hun toevlucht zochten, verplet
terd.
De Gezant des Heeren heteft' Lott en
zijn vrouw' uit dé gevloekte stad wegge
voerd. Een laatste maai, kijkt dé schul
dige vrouw om naar. de stad der zonde,
doch op hetzelfde oogenbiik verandert
zij in een zoutpilaar.
Het visioen verdwijnt en weer dringt
de stem van den geestelijke tot haar
door: ,,Gij ook, hebt de gelegenheid ga-
had u terug te trekken uit dat milieu
van schaamteloosheid en losbandigheid
om de stem der liefde te vol gein, die
voert naar het ware geluk. Maar gij
hebt haar voorbij laten gaan.
De beul komt binnen...... Een hartver
scheurende kreet, die niets menschelijks
meer heelten, de jonge vrouw richt
zich op, eindelijk ontwaakt uit haar ver
schrikkelijker! droom.
Bet geluid van voetstappen dringt tot
haar door, gevolgd door een heftige
woordenwisseling, wloorden striemand ais
zweepslagenZij herkent de stemmen
van Harber en van zijn zoon Eduard.
Al de ruwheid van Harber's voorouders,
ondanks versche'idene eeuwein van be
schaving nog niet verdwenen, breekt los....
De vader staat op het punt zijn zoon te
dooden als deze hem door den priester
ontrukt wordt
Eduard ziet zijn dwaling ten volle in
en gaat, geleid door zijn vriend den
weg der boete
In haar droom is Mary thans tot een
hoogere opvatting van het leven gebracht
en in een opwelling van weemoed en be
rouw snelt zij naar den ongelukkigen
Harry Lighten. De Jeugd en de Liefde
hebben den dood overwonnen.... En ein
delijk herkent de beeldhouwer in haar,
die zich over hem heenbuigt de vrouw,
aan wie hij zijn leven heeft toegewijd.
,Met gebogen hoofd bekent zij haar schuld
en vraagt hem vergiffenis. Hij antwoordt
FEUILLETON.
door J. M.
Mijnheer, duidt mij niet ten kwade,
dat ik u op straat aanspreek, maar ik
zou graag iets van u willen vernemen"
De dikzak keek hem verbaasd aan,
,,ah, u is meneer Sassenhul geloof ik?"
Hij grabbelde in zijn binnenzak en haal
de een visitekaartje te voorschijn, waar
op Otto las: C. Wittekind, auteur.
Half verbaasd, half glimlachend keek
hij den auteur" aan.
Waarmee kan ik u van dienst zijn,"
vraagde deze.
,,Als ik me niet vergis, zag ik u van
middag in gezelschap van Clara de La
tter
„Zoo is het meneer'', stemde Wittekind
toe.
„Runt u mij dan zeggen waar ze thans
woont? Ik vernam van haar oom dat ze
daar niet meer is, ik stel veel belang in
haar, en zou graag wat voor haar doen".
„Ik weet alles van haar, meneer Sas-
niet. jnaar zijn glimlach zegt haar ge
noeg. Het is de glimlach van vergiffenis
,van medelijden en van liefde.
Dinsdagavond is op het raadhuis
een officieuse bijeenkomst gehouden van
den raad, teneinde onderling te discus
sieeren over de belangrijke kwestie, in
zake het heffen van een geschot op
gebouwde eigendommen door het Water
schap Schouwen.
Het resultaat dezer besprekingen is
geweest een verzoek van H.H. Ged. Sta
ten van Zeeland, welk request we hier
onder in extenso afdrukken:
Zierikzee, 6 October 1925.
Am
Heeren Gedeputeerde Staten der
provincie Zeeland.
Edelgroot Achtbare Heeren,
Ondergeteekenden, leden van den Raad
der gemeente Zierikzee, op heden in of
ficieuse vergadering bijeen, hebben de
eer U beleefd te verzoeken op het be
sluit door het Waterschap Schouwen ge
nomen, inzake het heffen van een geschot
op gebouwde eigendommen, geen beslis
sing te willen nemen, alvorens den Raad
dezer gemeente door inzage is gegeven
van het besluit met noodige bijlagen van
het Waterschap, opdat dezerzijds kan
worden nagegaan, op welke gronden tot
het heffen van een geschot is besloten
en op welke cijfers een en ander berust.
Sommigen onzer zijn van meening, dat
van de gebouwde eigendommen, gelegen
in het gedeelte der stad, dat binnen de
oude omwalling gelegen is, op histori
sche gronden geen geschot geheven kan
worden, terwijl daarbij tevens opgemerkt
werd, dat voor de beveiliging dfer stad,
de gemeente Zierikzee zijn eigen water-
keering onderhoudt.
Mochten tegen het ter inzage zenden
van het besluit c.a. overwegende be
zwaren bestaan, dan wenschen oriderge-
teekendeb er in elk geval Uw College
beleefd op te wijzen, dat eene heffing
van 10 procent veel te hoog is en de
draagkracht van velen verre te boven
gaat. Zij vestigen er de aandacht op, dat
de heffingen van het Hoogheemraadschap
Delfland en die van dein polder Wal
cheren veel Jager zijn en dringen er dan
ook bij Uw College ten sterkste op aan,
het door het Waterschap genomen be
sluit iniet goed te Icchren, tenzij, indien
heffing noodzakelijk is, tot eeln besluit
wiordt gekomen, dat meelr met de bil
lijkheid overeenstemt.
Tenslotte Wenschen Zij er Uw College
opmerkzaam op te m'aken, dat tot heden
het College van Hoofdingelanden niet is
uitgebreid, zoodat ook de eigenaren van
gebouwde eigendommen niet de minste
zeggingskracht hebben kunnen uitoefe
nen op het heffen van het geschot.
't Welk doende, enz.
Ter eere van het 50-jarig bestaan
der Mpij. De Schelde te Viissingen werd
Woensdagavond in de hal van het kan
toorgebouw boven den trap een groote
tegelplaat onthuld, ontworpen door prof.
Ir. G. Diehzl, te Delft, en vervaardigd
door de Kon. Delftsche aardewerkfabriek
„De Porceleijne Fles'' aldaar.
Donderdagmiddag had een druk be
zochte receptie plaats, terwijl des avonds
het officieel© diner werd gegeven aan
boord van den grootschen mailstoomer
„Indrapoera", bestemd voor den Rotte-r-
damschen Lloyd, aan welk diner o.a.
Z.K.H. Prins Hendrik en de minister van
arbeid aanzaten.
De commissie tot bevordering van
het verkeer van Schouwen en Duivelend
en. St.-Philipsl,End met Roosendaal, om
subsidie in de kosten van haar onder
zoek aan den raad van Roosendaal en
wel één cent per inwoner, is door dien
raad toegestaan. B. en W. houden dcfee
aangelegenheid voor een gemeentebelang
en adviseerden daarom f 207,55 toe te
staan. De subsidieverlening werd even
wel verleend onder voorwaarde dat een
lid van het college van B. ein W. van
Roosendaal als lid der commissie van
voorbereiding wordt aangewezen.
ST.-PHILIPSLAND. Woensdagavond is
het anderhalf jarig zoontje van dhr. A-
M. v. D. op de. hoeve in den drinkput
der paarden geraakt. De terstond geroe
pen geneesheer kon slechts den dood
constateeren.
STAVENISSE. De melkprijs is alhier
met 2 cent verhoogd en zoodoiejnde ge
bracht op 14 ct. per Liter.
senhul", klonk 't gewichtig, „ik ben haar
mentor geweest op haar reis naar
Utrecht. Ik zou nog véél, véél meer voor
haar doen, want ze is een prinsesje me
neer, dat is ze''.
Sassenhul nam 't zonderling personage
eens goed op en verzocht: „vertelt u me
alles alstublieft".
Wittekind was volkomen bereid en Otto
hoorde alles wat Clara vanaf dien avond
vóór Kerstmis ondervonden en geleden had.
Hij Wias diep geroerd en geschokt toen
Pickwick in levende kleuren schetste, hoe
Clsra haar vader verpleegde en tot in
keer bracht en van haar invloed op Mar
cel Rondé.
Al pratend en luisterend waren ze, zon
der 't te weten in de Cremersfcraat ge
komen.
„Hier wonen we meneer, verklaarde
Wittekind. Nog geen half uur geleden
was dokter Roos hier, en ik ben terstond
erop uitgegaan om 't recept klaar te
laten maken. Wilt u misschien even bin
nen komen? Het is hier heel eenvoudigjes,
maar de Bremens zijn beste menschen,
bij wien 't me veel beter bevalt dan in
mijn vorige pensions.
Ze zullen blij en vereerd zijn een vriend
van Clara te ontvangen, want ze houden
allen even veel van haar".
„Ik neem uw aanbod gaarne aan", ant-
NIEUWERKERK. Vergadering van den
gemeenteraad, gehouden op Vrijdag 2
October. Tegenwoordig alle leden. Na
voorlezing en vaststelling van de notulen
der vorige vergadering deelt de voorz.
mede. dat in de vorige vergadering is
nagelaten om in de bouwverordening op
te nemen bepalingen betreffende ver
plichte aansluiting aan de waterleiding,
zulks aan de hand van de redactie, door
den Raad van Beheer ,vam de drinkwater
leiding-maatschappij aangegeven. De voor
zitter stelt voor tot wijziging der bouw
verordening in bedoelden zin te besluiten.
Z. h. s. wprdt dit voorstel aangenomen.
Van Ged. Staten 'is ingekomen een schrij
ven van 11 Sept. 1925, waarin in overwe
ging wordt gegeven om de verordening! tot
heffing van keurloon te wijzigen in dien
zin. dat bij afkeuring hef geheele bedrag
der ontvangen rechten wordt terugbe
taald. De voorzitter stelt namens B. en
W. voor om de aanbevolen wijziging aan
te brengen, waartoe Z. h. s. wordt be
sloten. De commissie tpt verbetering van
het verkeer Schouwen—Duiveland met
Roosendaal vraagt een subsidie van één
Cent per inwoner in de te maken on
kosten. Op voorstel van B. en W. wordt
z. h. s. besloten de gevraagde subsidie te
verleenen. Besloten wordt adhaesie te
betuigen aan het adres van den Raad
der gemeente Zoeterwioude aan de Twee
de Kamer der Staten-Generaal tot af
schaffing van den Zomertijd. Van het be
stuur van de afdeeling 't Groene Kruis
is een verzoek ingekomen om eene sub
sidie te verleenen van f 400 in de kosten
van een aan te stellen gediplomeerd wijk
verpleegster. De voorzitter zegt niet van
zijn eenmaal ingenomen standpunt af te
wijken. Mej. Ro uk erna heeft onlangs een
aanzoek uit Oosterland gekregen om al
daar terug te komen in de betrekking
van vroedvrouw-verpleegster. Wanneer dit
te Oosterland wel kan, vraagt spreker,
waarom dat dan te Nieuwerkerk niet zou
kunnen. Zoolang mej. Roukema als vroed
vrouw in functie is en de verpleging op
Zich wil nemen, wenscht spr. voor zich
hierin geen verandering te brengen. De
heer van de Zande gaat geheel met het
door den vpprzitter gesprokene mede en
wil mej. Roukema voor de uitoefening
der verpleging beloonen. De voorzitter
antwoordt, dat dit laatste nu niet ter
sprake is; daarover zou later kunnen
worden gesproken. De heer van Klinken
zegt van hetzelfde gevoelen te zijn als
de beide vorige sprekers. De heer Ge
leijnse meent, dat tegen het door den
voorzitter gesprokene veel is aan te voe
ren. doch wil hierover niet verder spre
ken. daar zijn standpunt bekend 'is. Liever
zo,u spr. deze zaak bespreken in een be
sloten vergadering. De voorzitter vindt
dit onnopdig; er is al zpoveel over ge
sproken en het is een veel te teere zaak.
Hierna wordt miet 4 tegen 3 stemmen, die
der heeren Boogerd, Geleijnse en Stout-
jesdijk. besloten op hej verzjoek afwij
zend te beschikken. Een door B. en W.
aangeboden besluit tot 'wijziging der be
grooting vppr 1925 wordt z. h. s. vast
gesteld. Vastgesteld wordt den pensioens
grondslag van H. J. van Dpeselaar, ge
meente-veldwachter, met ingang van 1
Juli 1925 en van M. J. Waale, als on
derwijzer bij het vervolgonderwijs, met
ingang van 1 Januari 1922, dit laatste op
verzoek van den Pensioenraad. Besloten
wprdt aan Ged. Staten vrijstelling te
vragen van de verplichting tot het geven
van onderwijs 'in de lichamelijke oefe
ning voor de p. 1. school. In behandeling
kpmt de begropting vpor 1926, welke
na enkele kleine wijzigingen vastgesteld
wprdt als volgt: gewone dienst in ont
vang en uitgaaf op f 29113,191/2> kapitaal-
dienst idem f31.50. Op voprstel van den
heer Geleijnse wordt besloten de „Ge
meentestem", bij de leden ter-lezing rond
te zenden. De heer Geleijnse informeert
of reiskosten van leden van den Raad,
in het belang der gemeente betaald, wor
den gerestitueerd? De voorz. antwoordt,
dat deze kosten kunnen worden gedecla
reerd. De heer Geleijnse zegt dank voor
deze toelichting. De voorzitter memoreert
dat is besloten om bij A. Kort en aan
het eind van de Weststraat een lantaarn
te plaatsen. Nu is hem bekend, dat het
voornemen bestaat o,m in 1926 de elec-
triificatie van de Noorder groep tot stand
te brengen. Hoewel spreker dit niet ge
looft. rijst toch de vraag pf de voorge
nomen uitbreiding der verlichting met
petroleumlantaarns nog mpet plaats heb
ben. Besloten wordt pm bedpelde lan
taarns nog te plaatsen. De voorzitter
stelt voor om aan mevr. Kosten—Bijlo
een gratificatie toe te kennen van f 25,
voor het kostelpos gegeven onderwijs in
de nuttige handwerken aan de o. 1. school.
De heer Stoutjesdijk heeft hiertegen
eenig bezwaar; ook dhr. Geleijnse. Het
voorstel wordt evenwel aangenomen. Dhr.
Geleijnse geeft in overweging om het
schilderwerk in 1926 aan te besteden.
Na eene uitgebreide bespreking wordt
besloten den schilder Leeuwe naar deze
werken te laten inschrijven. De heer van
de Zande stelt voor om aan mej. Rou
kema, gemeente-vroedvrouw een jaarlijk-
sche toelage toe te kennen van f 200,
voor het uitoefenen der ziekenverple
ging. De heer Geleijnse vreest aanmer
kingen van Ged. Staten, indien iemand
wordt beloond, die niet kundig is. De
V. meent van niet, wanneer men ziet naar
de gemeente Oosterland, welke aan de
vroedvrouw een aanstelling als verlos
kundige -ver pl eegs ter heeft aangeboden.
Het voorstel van den heer van de Zande
wordt aangenomen. Tegen stemmen de
heeren Boogert. Geleijnse en Stoutjes
dijk. De heer Geleijnse heeft uiit 't raads-
verslag van Zierikzee gelezen, dat Nieu
werkerk schuldig wördt verklaard aan
den financiëelen toestand, waarin de laud-
arbeidersvereniging verkeert. Spreker
zou gaarne zien, dat de Raad hiertegen
opkwam, want Nieuwerkerk mocht toch
deze zaak niet steunen, daar de gekochte
j grond piet voor het doel geschikt is. De
voorzitter zegt zich aan het gesprokene
i in ,die raadsvergadering niet te hebben
gestoord. De zaak Waar het om gaat
is door Ged. Staten en den heer Stevens
onderzocht. De schuld ziit niet in deze
1 gemeente, doch bij het bestuur der ver-
eeniging; daarvoor zijn voldoende bewij
zen geleverd. Nieuwerkerk is niet schul-
j dig en Zo nn erna ire nog veel minder;
laatstgenoemde gemeente wordt de dupe
van de geheele historie. Hierna sluiting.
!Z^euwsche Emigratie Commissie.
Voor eenigen tijd werd melding ge
maakt van de voornemens van de „Emi
gratie Centrale Holland'' te Den Haag,
om in deze provincie te komen tot het
stichten van een Zeeuwsche Emigratie
Commissie. Daartoe vond Maandagmiddag
in een dec zalen van het Provinciaal Be-
stuur te Middelburg de oprichtingsverga-
dering plaats. Nadat de vergadering door
mr. var. Dusseldorp was geopend, nam
mr. Verburgt, een der directeuren van
de Emigratie Centrale, het woord. Spr.
J hield een inleiding over 'de emigratie en
j zeide o.a., dat in veqband met de be-
'i volkimgsaanwas in ons land, zal getracht
moeten worden de emigratie zoovéél mo-
gelijk uit te breiden. In de allereerst^
plaats is hiervoor dan noodig de voor-
oordeelen tegen de emigratie wejg te
nemen. Verder is dan noodig, een ge-
jj schikt land, waarheen geëmigreerd kan
worden en een geschikte emigrant. Heit
land zal wat klimaat, zeden en gewoon-
f ten betreft, zooveel mogelijk met hét
f onze overeen moeten stemmen. Waar nu
in Amerika slechts een gering aantal Ne-
I derlanders wordt toegelaten, een aantal
hetwelk reeds voor 4 tot 5 jaar ia vg'j-
teekemd. komt 'alleen nog in aanmerking
I Canada. Dit land heeft een groote be
hoefte aan geschikte emigranten en kan
deze plaatsen tot een onbeperkt aantal
zulks echter alleen in den landbouw.
De Centrale Holland heeft op verschil
lende plaatsen in fianada hare .vertegein-
woord igers, die nauw samenwerken met
de Canadeesche autoriteiten. Deze auto
riteiten zien vooral gaarne emigranten
komen uit Engeland, Nederland en de
Skandinavische landen. De emigranten
moeten den -wil bezitten om zich in het
nieuwe land geheel in te widrken. Zij
zullen zich moeten wennen aan 'anders
toestanden, aan andere gewoonten, Dan
is Canada het land, hetwelk ook aan on-
bemiddelden de kans <jpent om een eigen
bedrijf te krijgen, om zelf farmer te
worden. Hierbij vinden zij weer steun
en voorlichting van de vertegenwoordi
gers der Centrale Holland. De reiskosten
met Inbegrip vhn het z.g. landingsgeld
bedragen ongeveer f 450. Dit geld kun
nen onbemiddelde émigranten in den re
gel door tusschenkomst van de Centrale
Holland tegen billijke rente ieenen, hetzij
van de betrokken gemeenten, hetzij van
derden Nadrukkelijk vestigt spr. de aan
dacht er op, dat alleen zij1, die bekend
woordde Otto, en toen kleine Jan de deur
opende gingen ze samen binnen. In de
huiskamer vonden ze Bremen, moeder
Martha, jonge Martha en Pierre. De deur
van 't aangrenzend vertrek stond open
en een schorre stem, die allerlei onver
staanbaars prevelde, ontdekte Sassenhul
dat daar de zieke lag. De Bremens wa
ren, zooals Wittekind voorspelde, zeer
blij en vereerd.
„Vertel me nog even dit, verzocht de
schilder, zich tot zijn vriend wendend,
„hoe kwaamt ge daar bij mijn huis, van
middag?''
Clara had me zwijgend vanaf 't station
daarheen gevoerd, en toen ze mijn ver
bazing merkte zei ze, „ik moet hem nog
eenmaal hooren spelen eer ik ziek word,
alsof ze wel wist dat u voo,r de piano za/t.
Toen ik vraagde, „wie is het die daar
speelt," antwoordde ze: „oom' Otto Sas
senhul, hij is zoo goed en edel, dat
ik 't u niet zeggen kan, ik hou zoo
innig veel van hem".
De schilder liet 't hoofd op zijn borst
zinken, om zijn ontroering en de tranen
in zijn oogen te verbergen, maar, moe
der Martha zag beide.
„Waarom kwam ze nooit bij me, waar
om kwam ze dien avond voor Kerstmis
niet bij me", mompelde Otto.
Daar stond jutfrouw Bremen naast hem
en fluisterde voor hém alleen verstaan
baar: j.zè is bij u géweest mijnheer, ze
vertelde 't me tweede kerstdag, maar, ze
zag door 't raam dat uw broeder terug
was, en, dorst uw vreugde niet te storen,
T u begrijpt
3 „Stil, ik begrijp alles, arm kind, half
wanhopend kwam ze naar me toe, en
v ze dorst niet binnen te komen, groote
c God, indien ik geweten had
P 't Bleef een poosje stil, toen vraagde
f hij, „zou 't hinderen, als ik haar even
f zie?"
s „Neen'», ach ineen meneer, ze merkt 't
l niet eens, 't is verschrikkelijk, te moeten
j>' denken, dat ze daar in Utrecht zich door
j, haar wil op de been heeft gehouden.
•Straks toen ze thuis kwam, zei ze
zóó dat ik schreien moest moeder
Martha, ik ga ziek worden en geen vijf
f minuten later was ze al buiten westen.
I Sassenhul volgde haar naar 't neven-
f, vertrek. Pierre sloop mee, en knielde be-
f vend achter Clara's bed.
l Daar lag ze, 't arme afgetobde kind.
Hoe klein en uitgeteerd leek haar ge-
f zichtje op dat groote vierkante kussen
E Onrustig schoven haar handen over de
i dekens, 't Zwaar gouden haar, door juf-
1 frouw Bremen gevlochten, was reeds
weer losgesprongen door 't voortdurend
bewegen van 't hoofd.
zijn mét landbouwworkzaamheden en uit
eigen vrijen wil vertrekken, diejnen te
worden geholpen bij het emigreeren.
Indien men meent da,t in het gebiefd
der Prov. commissie propaganda te ma
ken is, dan zal de secretaris der commis
sie (kantoor districts-arbeidsbeurs Lange
Delft G 1, Middelburg) of de Centrale
Holland, gaarne inlichtingen verstrekken.
RECHTZAKEN.
Doodslag door de politie.
De rechtbank te Rotterdam behandelde
dyze week de zaak. die betrekking heeft
op het optreden der politie in den nacht
van 13 op 14 Juni, toen bij de vervolging
van souteneurs door een inspecteur en
twee agenten van politie een totaal on
schuldige in zijn slaapkamer door scho
ten uit politie-revolvers om 't leven kwam.
Men herinnert zich de aanleiding: een
sleepbootkapitein uit Den Bosch werd op
straat door twee publieke vrouwen be
roofd. De man deed aangifte bij de po
litie, die, na de vrouwen te hebben aan
gehouden, op zoek ging naar de soute
neurs dier vrouwen. De berooving was
gepleegd nabij den Schiedamschen Sin-
-gel. Vermoed werd echter dat de sou
teneurs zich zouden ophouden in een
pand in de Schiestraat, die op vrij grop-
ten afstand ligt van de plek waar de
man uit Den Bosch was beroofd. De
vrouw, tdiie het pand in de Schiestraat
bewoonde, deelde den inspecteur en den
twee «genten van politie, die in haar
woning een onderzoek wilden instellen,
mede, dat de twee gezochte personen
daar wel wiaren geweest, maar dat Zij
het huis aan den achterkant hadden ver
laten en daar over een schutting geklau
terd en verdwenen waren.
De politie-mannen hebben dit spoor ge
volgd en zijn toen gekomen op de ter
reinen. van de maalderij der firma v.
d. Meer en 'Scheep, welke hun ingang
hebben in de Delftsche straat, waar de
molenaar van genoemde firma, G. Am-
brosius geheeten, die zich in zijn woning
bevond, door de schoten, die zij hebben
gelost, doodeiijk getroffen werd.
Dinsdagmiddag stonden de inspecteur
van politie en een der agenten, die bij
dezie zaak zijn betrokken terecht, de eer
ste wegens poging tot doodslag subs,
poging toit zware mishandeling, de twee-
.de wegens doodslag subs, zware mis
handeling.
Na het getuigenverhoor nam de of
ficier van justitie requisitoir en eischte
tegen den inspecteur van politie E. M.,
wegens poging tot doodslag en tegen den
agent van politie A. I. wegens opzette-
lijkesi doodslag 3 maanden gevangenis
straf, met (Ontzegging van het recht om
bij de politie te dienen voor den tijd
van 2 jaar.
Na. de pleidooien en repliek van helt
O.M. werd de uitspraak bepaald op 20
October a.s.
Mishandeling door een rybsveld-
Tiebter.
Voor de rechtbank te Leeuwarden stond
Woensdag terecht een 24-jarige rijksveld
wachter te Wierum, wien >w|ordt tdn
laste, gelegd, dat hij D. V. te Drogejaam
met een zwaren stok heeft geslagen,
tengevolge waarvan de getroffene een
ernstige bloeduitstorting in de hersenen
bekwam en een dag later stierf. Uit het
verhoor van den beklaagde bleek, dat
hij op 28 Dec. 1924 groot lawaai en gillen
van meisjes hoorde. Hij ging er op ,af
en "haalde een troep van 25 jongemannen
in. Hij, gelastte den jongens stil te zijn
en vroeg, wie hunner de meisjes gemo
lesteerd had. Niemand gehoorzaamde of
gaf eemige inlichting. De getroffene kwam
vlak voor hem staan en nam een drei
gende houding tegen hem aan Uit zelf
verdediging de troep om hem heen
drong aan sloeg getuige hem, omdat
hij anders door de achter hem staandi*
personen was aangevallen. Uit het ge
tuigenverhoor bleek, dat het te Droge-
ham niet alleen bij baldadigheid blijft
en dat het daar de gewoonte is zingende-
door het dorp te trekken, hetgeen in de
geheele gemeente Achtkarspelen bij po
litieverordening is verboden. Een van de
27 getuigen verklaarde voorts, dat hij:
zes jaar te Drogeham heeft gewoond en
geen gunstigen dunk van de" Dro-gehanv-
ster jongelingschap had.
De eisch van het O.M. luidde twee" m.
gevangenisstraf.
Uit den bleeken half open mond kwa
men onverstaanbare woorden.
Groote tranen, welke hij niet terug kon
dringen, verduisterden de oogen van den
man die vol medelijden op haar neer-
blikte.
Allerlei gedachten vlogen door Sassen
hul s hoofd. Elize van Emeren, indien ze
zijne vrouw geworden Was, indien Clara
hèm vader noemde, zijn hart bonsde
ZWaar en een hevig verlangen kwam in
hem om dat kind in zijn armen weg te
dragen, mee naar z'n eigen huis. Minu
ten lang staarde hij op 't bleeke gezichtje,
toen dwaalden zijn oogen naar Pierre, en
de' hand op 't voorhoofd van den knaap
leggend, boog hij 't achterover, keek
hem aan. De bruine oogen staarden eerst
angstig, wijd open. Toen kwam er een
trek van hevige pijn om Pierre's mond,
alsof hij zich inspande om te denken,
te herinneren. Toen Sassenhul hem los- v
liet verborg Pierre 't gelaat in de han
den en steunde.
„Mijn God, waaraan hebben die kinde
ren dit dan toch verdiend", mompeldei
Otto.
(Wordt veruoïgd.)