Zierikzeeschs Nieuwsbode B IJ VOEGSEL (Jit Stad en Provinoie. bohoorende by de "wüTYiUdag 3"ing. 1925, nu. 11270.,, ZIERIKZEE. Verslag van de vergade ring met correspondenten der Arbeids bemiddeling van het eiland Schouwen, gehouden in de maand Juli, op het Raad huis te Zierikzee. Voorzitter, de Directeur der Districts- Arbeidsbeurs te Rotterdam. Deze spTeekt er zijn voldoening over uit den heer Timmerman, voorzitter van de Commissie van Advies, tevens loco- Burgemeester van Zierikzee, op deze ver gadering tegenwoordig te zien, hetgeen er op wijst, dat de arbeidsbemiddeling te Zierikzee inderdaad de belangstelling van het Gemeentebestuur heeft. Hij betreurt het, dat zoo weinig cor respondenten ter vergadering zijn ver schenen. Juist om aan de veie bezwaren, die het bezoeken van een vergadering te Rotterdam met zich brengt, tegemoet te komen, heeft hij gemeend die voor de eilanden afzonderlijk te moeten houden. De voorzitter constateert dan verder, dat toch een belangrijke Vooruitgang op het terrein der arbeidsbemiddeling valt waar te nemen, hetwelk uit het laatste jaarverslag kan blijken. Bedroeg 't aantal aanbiedingen in 1923 6391, in 1924 liep dit aantal terug tot 4791; geplaatst wer den in 1923 1118 personen tegen 2195 in 1924 of een vermeerdering van 96 pCt. Het aantal ingekomen aanvragen over 1923 bedroeg 1207, tegen 2438 in 1924, of een vermeerdering van 102 pCt., ter wijl over diezelfde jaren werden voldaan U24 en 2275 aanvragen, aizoo eene ver meerdering van 102 pCt. Deze cijfers mogen een bewijs zijn, dat de ontwikkeling van het instituut der arbeidsbemiddeling ook ten platte lande groote voortgang maakt, maar mo gen ook een aansporing zijn Voo-r de nalatige correspondenten om meerdere aandacht aan hun taak als correspondent te wijden. Te meer, waar er nog enkele correspondenten zijn, die wei een beloo ning als zoodanig ontvangen, doch overi gens daarvoor geen werk presenteeren. Hij heeft zich dan ook herhaaldelijk af gevraagd of een dergelijke gang van zaken op -den duur zal kunnen worden bestendigd en of hij niet genoodzaakt zal zijn om bij het uitbrengen van zijn advies aan den Minister bezwaar te ma ken tegen de uitkeering van 40 pCt., welke dooT het Rijk als bijdrage in de saiariëering van die Correspondenten wordt verleend Redelijk komt het hem voor, dat voor het ontvangen salaris ook behoorlijke ar beid woTdt gegeven, wijl zonder dien arbeid weinig resultaten van het bemid del ingswerk kunnen worden verwacht. In dat opzicht heeft de beer Viergever, correspondent van Zierikzee altijd een groote activiteit aan den dag gelegd en heeft het bemiddelingswerk in deze ge meente, dank zij die activiteit en de mede werking van het gemeentebestuur goede vruchten afgeworpen. De heer Schipper deelt mede, dat htj' van den voorzitter van de Commissie van Advies te Zierikzee weliswaar een mondelinge uitnoodiging tot bijwoning dezer vergadering heeft gehad, doch geen kennis droeg van de op deze vergadering te behandelen onderwerpen. Hij ver zocht den voorzitter om bij een volgende vergadering eveneens een schriftelijke convocatie met agenda te mogen ont vangen. teneinde de daarop voorkomende onderwerpen van te voren in zijln orga nisatie te kunnen bespreken. De voorzitter zegt toe gaarne aan dit verzoek te Zullen voldoen. Aan de orde is thans punt 2 van de agenda: „Werkgelegenheid in Frankrijk". De voorzitter deelt naar aanleiding van dit punt mede, dat in Noord-Frank rijk nog veel gelegenheid bestaat tot FEUILLETON. Het honderdjarig; bestaan eener goud- ea zUrer- smld*ztta&. In de Zierikzeesche Courant van Vrij dag 5 Augustus 1825, No. 62, las men de volgende advertentie: De ondergetekende de affaire van Goud- en Zilversmit begonnen heb bende, op de Oude Haven Wijk D No. 373, recommandeerd zich mitsdien in de gunst zijner Stad- en Landge noten. C. van Tilburgh den Boer. Die bekendmaking verkondigde aan de lezers van genoemde courant, dat daar, op de Zuidzijde der Oude Haven, dicht bij de Appelmarkt en het in 1602 gebouw de acüijnshuisje (later het z'.g.n. nacht wakershuisje of politiebureau) een win kel in goud en zilver gevestigd was ge worden, waarvan de eigenaar, in de taal van de oude patentwet, „goud- en zilver kashouder" werd geheeten. De Oude Haven zag er destijds vrien delijker en schilderachtiger uit dan nu. De fraaie breed© Steenen Brug verbond de beide zijden der haven, waar hoog opgaand geboomte een mooi, intiem stads gezicht vormde. Tegen de kaaimuren lagen teekenachtige schepen te laden of te lossen; turf, soms eikenhout voor plaatsing van landarbeiders en wijst er op, dat het aantal personen uit 't district, hetwelk zich voor dit werk aanmeldde, tot op heden betrekkelijk gering is ge weest en in Frankrijk toch tegen behoor lijke belooning arbeid te vinden is. Hij legt er de nadruk op, dat het Volstrekt niet de bedoeling is arbeiders op eenige wijze te pTessen arbeidin Frankrijk te aanvaarden, integendeel komt het hem gewenscht voor eventueel© gegadigden te wijzen op de 'veie moeilijkheden, die zij zuilen ondervinden, waardoor veel teleurstelling kan worden voorkomen. De voorzitter weet bij' ervaring, hoe weinig geneigdheid de Nederiandsche ar beider bezit om zich naar elders te Ver plaatsen, omdat hij zich moeilijk aan andere toestanden en levenswijzen kan aanpassen. I Het eenige bezwaar voor de Nederiand sche arbeider acht hij de Fransche taal, die niet zooi gemakkelijk is aan te lee- ren., doch wijst in verband daarmede, op de gelegenheid tot tewerkstelling in Elzas- Lotharingen punt 3 van de agenda, hetwelk gelijktijdig behandeld kan wor den alwaar overwegend Duitsch. wordt gesproken; de zeden en gewoonten an ders zijn dan in Frankrijk en waar de Nederiandsche arbeider zich spoediger thuis zal gevoelen. De heer Geven deelt mede, dat in eene huishoudelijke vergadering van zijne orga nisatie, de tewerkstelling van arbeiders in Frankrijk werd besproken. Dit naar aanleiding van klachten, die bij: het be stuur waren ingekomen van een tweetal landarbeiders die in Frankrijk zijn werk zaam geweest; men wist echter niet wel ke waarde men daaraan moest toekennen. Ook had zich iemand bij hem vervoegd, die hem verzocht of er mogelijk kans was zich in Canada te vestigen. Waar hij daaromtrent geen inlichtingen kon verstrekken en van meening was, dat van gemeentewege daarvoor voorschotten twerden verstrekt, onder voorwaarde, dat deze voorschotten binnen 4 maanden moesten worden terugbetaald, heeft hij hem in overweging gegeven zich tot' den Correspondent der Arbeidsbemiddeling te wenden. De voorzitter antwoordt, dat verplaat sing naar Canada voor landarbeiders nog grootere moeilijkheden met zich brengt dan naar naburige landen in Europa. Wei nig menschen hebben een voorstelling) van het land, dat een oppervlakte heeft, weinig minder dan geheel Europa. Voor zichtigheid acht hij hier igeboden. Er zijn verschillende bureaux hier te lande, die het e migreeren naar Canada aanmoedigen. Dat dit niet geheel belangeloos geschiedt is verklaarbaar, als men bedenkt, dat er verschillende hypotheekbanken en maat schappijen van groot grondbezit zijn, die bij een goede emigratie, Vooral van per sonen. die eenig kapitaal bezitten, belang hebben. Het komt hem daarom het beste voor, dat belanghebbenden worden verwezen naar de Nederiandsche Vereenïging voor Landverhuizing te 's-Gravenhage, welke vereen iging bereid is kosteloos alle ge- wenschte inlichtingen fe verstrekken en bovendien samenwerkt met de Centrale Rijks- en Districts-Arbeidsbeurs. Zijn persoonlijke opvatting is om in het algemeen niet Veel Teelame voor emigratie naar Canada te maken, omdat velen in Canada zijn mislukt, die niet over het noodige doorzettingsvermogen beschikten, om zich door de eerste moeilijkheden, die niet te gering moeten worden geacht, heen te slaan en hij denkt daarbij aan eenige gevallen die hem bekend zijn en geeft daarbij1 ter illustratie een voorbeeld van twee menschen uit Utrecht, die op kosten van de gemeente naar Canada zijn vertrokken, doch na een kort verblijf aldaar heimwee kregen en weder op kosten dier gemeente zijn teruggekeerd. Hij acht vooralsnog den tijd niet geko men het vertrek naar Canada aan te moe digen, omdat een verbetering van de arbeidstoestanden in Canada in de aller eerste plaats noodzakelijk is. De heer v. d. Linden (Brouwershaven) heeft ruim een jaar geleden iemand door tusschenkomst van de arbeidsbeurs te Rotterdam uitgezonden naar Frankrijk, haard of fornuis, vaatjes bier, aardewerk en andere waren werden aan boord ge bracht of van boord gehescben en men gevoelde, dat men hier in het hart der stad was. De stand was best en wie daar ter plaatse een zaak begon moest met zijne ..uitstalling van zelf de aandacht trekken, al waren destijds ook vele an dere straten der stad zeer voor winkel nering geschikt. Comelis van Tilburgh den Boer was de zoon van den meekooper Frederik Willem Jan den Boer, die tot zijn overlijden -n 1817. burgemeester onzer stad was ge weest en die het deftige heerenhuis, nu ,,'s Landskamer", bewoonde. Het gezin was talrijk en de Fransche tijd had aan ieder voorzichtigheid en zuinigheid geleerd. Wellicht was dit de reden, dat genoemde zoon het destijds nog hooger geschatte bedrijf van goud en zilversmid leerde en daarvoor te Dordrecht in de leer ging. Als drie- en-twintig-jarig jonkman kwam hij1 in 1823 alhier terug en vestigde zich eerst ten huize zijner moeder, de weduwe den Boer —van Gote, in het zooeven genoemde deftige heerenhuis met de beelden op de kroonlijst, gelijk ouderen onder ons die nog gekend hebben. MeVrouw den Boer overleed in 1836 en, evenals onder scheidene op de Oude Haven wonende aanzienlijke ingezetenen, had zij de prij zenswaardige gewoonte gedurende den kermistijd de voor haar hu;s staande kramen van veie kaarsen te voorzien, die, 's avonds aangestoken, de omgevingschit- die dezer dagen is teruggekeerd. De man kwam hem persoonlijk bedanken voor zijne bemoeiingen en deelde hem mede, dat het hem in Frankrijk zeer goed giflg. Hij is nu weer daarheen gegaan en heeft zijn Zuster medegenomen. Bedoelde per soon achtte de taal geen bezwaar en zou een ieder, die hier te lande geen Voldoen de bestaan kan vinden aanraden naar Frankrijk te gaan. De heer Viergever (Zierikzee) zegt, dat hij wel arbeiders voor Elzas-Lotharingen zou kunnen vinden, dioch acht het loon te laag. De Voorzitter is het met den heer Viergever niet eens. De waarde van den frank daar te lande moet, naar zijne meening, niet worden afgemeten naar den prijs die er in Holland voor wordt betaald en kan gernst gelijk worden ge steld met 25 ets. Hollandsch geld. Overgaande tot punt 4 van de agenda: „De werkgelegenheid in de Limburgsche mijnen", zegt de voorzitter, dat de op vattingen omtrent het werk in de Lim burgsche mijnen uiteen ioppen. Over het algemeen is men daaromtrent niet gunstig gestemd. Hij zelf echter is in het mijn- gebied in Limburg goed bekend en is zich nog, kort geleden van de verschil lende toestanden daar op de hoogte iwezen stellen. De mijnen in Limburg worden uitstekend geëxploiteerd, zoodat het ge vaar voor den arbeider zeer gering is: ongevallen komen dan ook niet veelvul- diger voor dan in andere takken van in dustrie. Verder wijsf hij er op, dat hoe wel in Limburg, zooals algemeen bekend, de bevolking overwegend Roomseh Katho liek is, de godsdienstige overtuiging geen rol speelt en dit voor andersdenkenden geen bezwaar behoeft te zijn daarheen te gaan. Woningen en kosthuizen zijn ér gemakkelijk te verkrijgen, terwijl er voor ohgehuwden ook gelegenheid is, ook al zijn zij niet Roomsch-Kathoiiek, in de Gezeilenhuizen te Heerlen onder dak te komen. Ook voor menschen met moderne op vattingen is er gelegenheid zich bij een moderne organisatie aan te sluiten. De ioonen zijn van dien aard, dat den arbeiders een fatsoenlijk bestaan verze kerd is. Het zou echter té veel tijd ver gen de ioonen en arbeidsvoorwaarden welke hij uitvoerig omschreven voor zich heelt liggen, te bespreken, doch is bereid aan de correspondenten een uittreksel daarvan te doen toekomen. Verder deelt de voorzitter mede, dat er vooral op dient te worden gelet, dat de personen die voor dit werk in aan merking wenschen te komen van goeden wil zijn en het ernstige voornemen moe ten hebben zich daair een bestaan te ver schaffen. Overgaande tot punt 5 van de agenda: „Het dienslbodenyraagstuk", deelt de voorzitter mede, dat ie Rotterdam een chronisch gebrek is aan vrouwelijk dienst personeel en hoewel het hem bekend is, dat daaraan ook in kleinere gemeenten behoefte bestaat, is hij van meening, dat er nog steeds meisjes van het platteland worden gevonden, die niet in hun dorp willen 'blijven en trachten in de groote steden een betrekking als dienstbode te verkrijgen. Hij wijst daarbij echter op het gevaar dat er voor jonge meisjes in gelegen is 'betrekkingen in een groote stad te aanvaarden, waarvan zij van te voren niet weten, in welk een omgeving zij' zuilen komen. Het zou daarom aanbeveling verdienen ais ook de bemiddeling van vrouwelijk personeel ten platte lande zooveel moge lijk in handen werd geleid van de arbeids beurs, die daartoe een goed intermediair is. De leidster van de afdeeling voor vrouwelijk personeel aan de arbeidsbeurs te Rotterdam is iemand die haar sporen op dit gebied heeft verdiend en aan wie alle obscure adressen te Rotterdam be kend zijn. Hij meent dan ook, dat het vooral voor de ouders een grop-te gerust stelling zou zijn te weten, dat de tewerk stelling van hun dochter in een groote stad, met zijn vele gevaren, in goede handen is. (Waar een meisje zich echter eerder tot een vrouwelijk dan tot een mannelijk persoon zal wenden, was de voorzitter terend verlichtten en waarvan de gezin nen der voorname famiiiiën, in de statig gemeubelde voorkamers gezeten, even eens genoten. Want de genietingen waren destijds eenvoudiger en ae kermis werd toen door zoowat allen, oud en jong, ge- ringen en aanzienlijken, met verlangen tegemoet gezien. Comelis van Tilburgh den Boer nam in Augustus 1824 patent als goud- en zilver smid ten huize zijner moeder en zag uit naar eene woning op behoorlijken stand,, om zelfstandig Zich te vestigen. Die gelegenheid deed zich in 1825 voor. Op 5 Maart 1824 was in het huis op de Zuidzijde der Oude Haven D 373, de 85- jarige renten'etrster Anna van der Eijken, weduwe van Wolfert de Groot, overleden, maar eerst op 12 Juli van dat jaar werd haar «huis publiek verkocht. Het werd toen eigendom van den horlogemaker Christi- aan van der Vliet, die in de Póststraat (B 38) woonde,, maar die het ten slotte n:er betrok, daar Iiiji het perceel in het voor jaar van 1825 overdeed aan Comelis van Tilburgh den Boer. Deze deed het huis door verbouwing een groote verandering ondergaan. De oude Voorgevel werd door den nu nog be-staanden vervangen, in "het gemaakte voorkamertje werd (krachtens besluit van Burgemeester en Wethouders van 19 Maart 1825) een smidse gemaakt Voor het goud- en ziiversmidsbéidrijf en in den naast gelegen winkel werd en fraai besneden kasten getimmerd voor het ten verkoop voorhanden edele metaad, parels en edele steenon. Twee verplaatsbare gla- op de gedachte gekomen de medewerking te vragen van enkele vooraanstaande da mes in de gemeente, b.v. de vrouw van den predikant, dokter of notaris, tot wie de meisjes zich zouden kunnen wenden en door haar eventueel naar.de arbeids beurs te Rotterdam werden verwezen. Hij zou daaromtrent gaarne het oordeel van de vergadering vernemen. De heer Viergever (Zierikzee) kan zich wel met het voorstel van den voorzitter vereenigen, maar vraagt, of het mogelijk' is, dat meisjes die op een advertentie soiliciteeren, zich ook om inlichtingen tot de Arbeidsbeurs kunnen wenden. De 'neer Schipper is van meening, dat het voorstel van den voorzitter een goede oplossing zou zijn, doch zou dan ook door het plaatsen van een ingezonden stukje in de „Zierikzeesche Nieuwsbode" - de aandacht van betrokkenen daarop wii- len vestigen met de mededeeling bij wie I zij zich kunnen vervoegen. De heer Timmerman vestigt er de aan- j dacht op, dat te Zierikzee eveneens een 1 groot gebrek aan dienstboden is en dus niet veel dames bereid zullen gevonden worden, het verplaatsen van meisjes naar j groote steden in Se hand te werken. De heer Schipper zegt, dat dit niet de bedoeling is en meent, dat in ver band met de reclame, welke door parti culiere bureaux, zooals b.v. het bureau Willems te Middelburg wordt gemaakt, een ingezonden stukje aanbeveling ver dient. De voorzitter de sprekers beantwoor dende, zegt, dat hij tegen het verzoek van den heer Viergever geen bezwaar heeft en hem het voorstel - van den heer Schipper een goede oplossing lijkt. Hij vestigt de aandacht van den heer Timmerman er op, dat het volstrekt niet in zijin bedoeling ligt het tekort aan dienstboden te Rotterdam ten koste van Zierikzee te dekken, doch m.eer de wen- scheiijkheid heeft willen aantoonen, dat de bemiddeling voor vrouwelijk perso neel in den vervolge zooveel mogelijk door tusschenkomst van de arbeidsbeurs geschiedt, om redenen welke hij bij den aarnvang reeds heeft uiteengezet. Bij de rondvraag zegt de heer v. d. Linden (Brouwershaven) dat het wen- schelijk zou zijn, dat de heeren corres pondenten, die, zonder eenige kennisge ving van verhindering, hebben nagelaten deze vergadering te bezoeken, op hunne nalatigheid worden gewezen, opdat der gelijke belangrijke vergaderingen in den vervolge drukker worden bezocht. De voorzitter is het volkomen met den heer v. d. Linden eens en had evenals hij meerdere belangstelling van die zijde ■verwacht. Nadat de heer Timmerman den voor zitter heeft bedankt voor zijn leerzaam betoog, sluit de voorzitter de vergadering. ZONNEMAIRE. Vergadering van den gemeenteraad,gehouden op Vrijdag 31 Juli. Voorz. de burgem. Alle leden tegen woordig. Naar aanleiding van de notulen der vorige vergadering zal de Raad en bïoc een kijkje gaan-nemen op de haven, in verband met uitdieping van de haven geul. Overgelegd wordt de gemeente- rekening met bescheiden over 1924, slui tende iii gewonen dienst met een ontv. van f 34760,14 en met een uitgaaf van f 28721,37, aizoo met eeö batig slot van f 6038,77. De commissie welke deze re kening zal onderzoeken, bestaat uit de heeren van Putte, Hpoze en van Almkerk. De gemeentebegrooting voor 1925 wordt l gewijzigd, in verband met nieuwe opge- komen ontvangsten en uitgaven, terwijl eenige administratieve wijzigingen pp verzoek van Gedep. Staten worden aan- l gebracht. In verband met de uitdieping van de havengeul wordt een onderlinge discussie gehouden. Bij de omvraag be- antwoordt de voorzitter den heer Hooze, Omtrent de zuiverheid van het arrestan- tenlokaal. Nog wordt besloten nieuwe raamgordijnen in de O.L. school te doen f aanbrengen, en de banken van één klas l te doen verven en overigens die klas jj in orde te doen. brengen. 5 Hierna sluiting. STAVENISSE. Woensdagmiddag werd - alhier hel stoffelijk overschot van wijlen zen kasten (nu nog in den winkel aan wezig) werden op marktdagen buiten ge bracht en voor de ramen gehangen en bevatten een keur van kostbare sieraden, gelijk er vóór honderd jaren en ook nog wel later, gaarne werden aangeschaft. Want wie uit de ingezetenen der stad en niet minder uit den landbouwersstand of uit de dorpen in onze eilanden het missen kon, kocht voor huiselijk gebruik het degelijke zilver, en voor sieraad het kostbare goud. Horloges en signetten, beugels vo,or tasschen, hoofd- en doek spelden, parelbellen, koralen met gouden sloten om den hals, loderein- (eau de la reine) en pepermuntdoozen, snuif- en ta- baks'doozen en -meer dergelijke voorwer pen van edel metaal, werden aangeschaft door wie het maar eenigszins kon betalen. Immers hadden de goud- en zilversmids- winkels, hoewel nimmer talrijk, destijds meer reden van bestaan en grooter klan dizie dan tegenwoordig, nu velerlei sdera- •deQ, in pracht:ge namaak, in alle galan te r ie w'nkels te koop zijn. Langer dan een halve eeuw bewoonde Comelis van Tilburgh den Boer ons huis, waarin hij, als bijna zonder uitzondering Leder onzer, kennis maakte met de ver drietelijkheden en de oneffenheden van -clen levensweg. Als grijsaard van ruim 78 jaar overleed de eenvoudige maar deftige oude heer den B-oer in deze wo ning den 18 Januari 1879, maar geen zoon, zooals hij gehoopt had, volgde hem in de zaak op. Want het Lot 'beschikte het ■aizoo, dat deze^ Petrus Jurianus van T?j dhr. J. Gaakeer, die pp zoo'n noodlottige wijze om het leven kwam, ter aarde be steld. Een groote stoet van familie, vrien den en medeleden van corporaties volgde de lijkbaar. Aan het graf werd achter eenvolgens het woord gevoerd door de heeren A. F. Hanssens, burgemeester, en de predikanten Kamsteeg en Moerman, die den overledene herdachten als wet houder en als ouderling en als burger, m'cnsch en vader. Veel bewijzen van deelneming werden er door de burgerij betoond. Dit is ook ze'ker: een goed vader en een braaf burger is aan de ge meente ontvallen. De oudste zoon van den overledene dankte, diep bewogen voor de bewijzen van deelneming. Sriivan m san SchouwBoasf. Een ding begrijp ik niet, zei m'n wijsgeerige vrend. En dat is? kal ik je zeggen. Maar luister vooral aandachtig toe, want je bevattingsvermo gen heeft gedurende de jongste hittegolf veel geleden. Steek maar van wal, verzocht ik. We doorworstelen op 't o-ogenblik een periode van vacantie, niet waar? Alles wat zich tot de inteileetueele werk krachten rekent is van honk. De Ministers zijn met verlof. De Kamers op recès. Hooge, lage, lagere en nog lagere auto riteiten liggen in een mpndaLne badplaats van dé vermoeienissen des tevens uit te blazen, pf als ze heel. erg afgëmait zijn ondergaan ze Th een geheelont houderspension een ranjakuur om wat op te kikkeren. Patroons, Directeuren, In specteurs, Commissarissen, Controleurs, Chefs de Bureau, Opzichters, Ploegbazen, allemaal zijn ze foetsie! Nou vraag :k: snap jij hoe Jan Boezeroen het klaar speelt om de zaken zóó loopende te hou den, dat je niet eens merkt, dat al die werkezels van stal zjjn Want laten we eerlijk zijn: je bespeurt er in het dage- lijksch leven niets van. Alles gaat z'n gewonen gang. - 'k Zal openhartig wezen, antwoordde ik;' voor mij is 't een raadsel. Voor mij een puzzle, zei de wijsgeer. En wat denkt gij ervan RECHTZAKEN. Ter Terechtzitting van de Apr.-Recht bank te Middelburg, Strafkamer, van 4 Augustus 1925, werd o.m. behandeld de zaak tegen: A. K., Werkman, 63 j., wo nende te Zonnemaire, thans gedetineerd in het Huis van Bewaring te Middelburg, beklaagd van. het plegen van ontucht met een minderjarige pp 5 Juli 1925 te Zonnemaire. Ce e.sch luidde: 6 m. gev. str. met aftrek voor-arrest. De uitspraak werd bepaald op 18 Augustus a.s. - Ter openbare terechtzitting van den politierechter te Middelburg van 4 Aug. werden o.m. behandeld de navolgende zaken tégen: J. A. van D., boerenknecht, 41 j., wonende te Eilemeet, beklaagd van mishandeling van J. W. Vrpegop, op 15 Juni 1925 te Eilemeet. E;sch f 15 b. s. 15 d. h. Uitspraak idem. C. R., scharen slijper, 35 j., wonende te Zierikzee, be klaagd van mishandeling van C. Reijnhput op 17 Mei 1925 te Zierikzee. Eisch 3 w. fev .str. Uitspraak: idem. J. B., eehtge- noote van A. K., 36 j., wonende te Zie rikzee, beklaagd van mishandeling van A. Pekiops de Haas op 3 Juli 1925' te Zierikzee. Eisch f 20 b. s. 20 d. h. Uitspraak: idem. ONDERWIJS, NIEUWERKERK. Bij het op 5 Aug. te Utrecht gehouden examen slaagde voor Fransch M.O. Akte A, p.a. mej. J. M. Pou'lusse, geboren alhier, thans onderwij zeres te Moordrecht. SCHERPENISSE. Te Utrecht slaagde voor het voorbereidend examen^ gem.- administratie, de heer J. Geuze, werk zaam ter secretarie alhier. VERKOOPBïGEN, ENZ. SEROOSKERKE, 5 Aug. Ten overstaan b'urg den Boer geheeten, den 1 April 1890 te Baltimore, dus ver van de vader stad, overleed. i Opvolgster in den goud- en zilversmids winkel werd eene stiefdochter van den heer den Boer, ni. mej- Maria Christina Groeneveld de Kater, die sedert 1879 als zoodanig patent had. Hare moeder was m.I. in 1836, als weduwe van Jacobus Groe neveld do Kater, met Comelis van Til burgh den Boer hertrouwd. Nadat nog haar neef Frederik Willepi Jan van der Halen tot 1897 in de zaak werkzaam was geweest; verliet mej. Groe- reveld de Kater in 1898 onze gemeente en werd zij in den goud- en züversmids- winkel opgevolgd door mej. Wilhelmina Rosalina Hildenbrand, die reeds sedert Maart 1897 alhier woonachtig was. Deze drijft nog heden ten dage den van ouds gerenommeerden goud- en zil- verhandel en menschelijkerwijze gespro ken, zal de nu honderd volle jaren be staande zaak nog langen tijd in het per-, ceel D 373 gevestigd blijven. Omdat het eeuwfeest van den genoem den winkel het hoofddoel van deze schets is, w-'ldeii wij met de opsomming van bewoners en bezitters vóór 1825 zeer spaarzaam zijn. Wij vermelden daarom alleen, dat ons gebouw in de 17e eeuw, blijkbaar naar een gevelsteen, geheeten werd„De twaalf Apostelen" en dat onderscheidene voor name familiën er destjjds en later Ln gewoond hebben, nU. de geslachten "Heffer, van der Hucht, Mogge en anderen.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1925 | | pagina 1