Zierikzeesche Nieuwsbode Da misdsad aila eeuwen doer. Wy sifting Boterwet. Het Nederl. Weekblad voor Zuivelbe reiding en Veeteelt meldt, dat er op het departement van b-lnnenlandsche zaken en landbouw wordt gewerkt aan een ont werp tot wijziging van de Boterwet. He Zomertyd. Bij de Tweede Kamer is ingediend een voorstel van wet van de heeren Braat en De Boer tot .intrekking van de wet van 23 Maart 1918 (Stbl. no. 165), tot lijdelijke afwijking van de wet van 23 Juli 1908 (Stbl. no. 236), tot invoering van een wettelijken tijd. De memorie van fc-dichting luidt als Volgt Di't wetsvoorstel achten de onderge- teekenden voldoende gemotiveerd door er op te wijzen, dat de zomertijd voor groote bevolkingsgroepen te veel schade en onaangenaamheden veroorzaakt en voor bijna niemand in den lande eenig nut of voordeel afwerpt en voor hen, die 's morgens vroeg op hun arbeids plaats moeten zijn, eene soort lijfstraf beteekent. De verzekeringsraad. Naar de Tel. .verneemt, Ligt het in het voornemen Van den nvnister van arbeid, den Verzekeringsraad op te heffen. Dit zou een bezuiniging van f 100,000 betee- kenen. Uit Stad en Provinoie. ZJERIKZEE. Donderdagavond werd op de groote bovenzaal van hét „Huls van Nassau" een propaganda-avond gehouden voor den Ned. M'litairenbond, afd. Zie- rikzee. De zaai was matig bezet. Na opening met psalmgezang en gebed, werd door een strijkje een paar nummers ten gehoore gebracht, waarop de heeren Steendam en v. d. Doel resp. een stuk poëzie en proza voordroegen. De penn'ngmeesfer deed rekening en verantwoording over zijn gehouden be heer, waaru't o.a. bleek, dat reeds aar dige bedragen aan den Militairenbond waren opgezonden. Het aantal donateurs en donatr'ces bedraagt ruim 100. Na de pauze verkreeg ds. Poort uit Blkerzee het woord, die in .gloedvolle taal een rede hield, welke niet naliet (indruk op de aanwezigen te maken. In deze rede de hoofdschotel dezer bij eenkomst omschreef spr. op gevoel volle wijze de 'begrippen „thuis" en „huisgezin", voor hen, die nog in 't ouderlijk hu:s verkeeren en voor dezul ken, die de uniform moeten aantrekken of ze reeds dragen. Met nadruk wees spr. op de tallooze gevaren van 't sol datenleven en gaf de a.s. soldaten den raad niet langer in de kazerne te blij ven dan noodig was, maar zich onmid dellijk te begeven naar een militair te huis, waar men wel niet „het" tehuis vindt, maar dan toch „een" tehuis. Met klem d£ong spr. er op aan, den bpnd, die dit jaar een halve eeuw zal hebben bestaan, te steunen, opdat dit instituut, dat zoovelen bewaard heeft voor moreelen en physieken ondergang, in stand gehouden kan worden. Met groote aandacht werd deze pro- paganda-rede aangehoord. HAAMSTEDE. Dinsdagavond j.l. hield de Zangvereeniging „Haamsteedsch Zang koor", (directeur dhr. C. J. Reisinger) met welwillende medewerking van „Haam steedsch Strijkorkest (directeur dhr. J. A. Hubregtse) voor een stampvolle zaal een uitvoering in hotel Bom". De overgroote belangstelling was eensdeels te danken aan de goede reputatie, die „Haamsteedsch Zangkoor" geniet, ander deels aan de nieuwsgierigheid, hoe het strijkorkost het er bij zijn eerste op treden zou afbrengen. Het geheele pro gramma werd vlug afgedaan. Gezongen werden een 12-tal nummers, die, getuige het applaus van het publiek, goed vol deden. Inzonderheid maakten de zeer ge voelvol gezongen nummers: „Nader mijn God tot U", (met vioolbegeleiding) en „Grootvaders klok" indruk. Van de 2 vioolnummers „Lentedag" en „Menuet", was het eerste vooral zeer goed te noe men, gegeven de hooge temperatuur der zaal, die gewoonlijk haar ontstemmende invloed, vooral op snaarinstrumenten doet gelden. De 3 quatre-ma:ns voor piano met vioolbegeleiding klonken krachtig door de zaal. Hel pianospel der jeugdige dames van Zuijen en v. d. Stolpe viel zeer rn den Smaak. Daarna werd opge voerd „Burgemeester van P:mpelen leert dansen", dat vlug gespeeld werd en her haaldelijk de lachsp'eren van het pu bliek in beweging bracht en ten slotte de goed vertolkte humoristische voor dracht „Meisjes van vroeger en meisjes van nu". De Voorz'tter van „Haamsteedsch Zangkoor", dhr. L. M. Blom, was zeker de tolk van 't publiek, toen hij aan 't eind der uitvoering allen dankte (in bij zonderheid 't Strijkorkest), die hebben meegewerkt om dezen avond zoo uitste kend te doen slagen. Onder 't genot van een geanimeerd bal bleef men nog langen tijd gezellig bijeen. ■OUWERKERK. Vergadering van den gemeenteraad, gehouden op Vrijdag 25 Januari j.l. Voorzitter de burgemeester. Alle leden tegenwoordig. Aan H. van der Doe te Zcerikzee wordt besloten tot teruggaaf van voor de tweede maal van hem geïnd havengeld. Met alg. stem men wordt besloten de gemeente te doen toetreden als Pd der vereeniging van Nederlandsche gemeenten. Het kohier der hondenbelast:ng voor 1924 wordt vastge steld met 29 aanslagen in totaal tot een bedrag van f 120. De pensioensgrondslag va« den boekhouder van het Burgerlijk Armbestuur, W. G. de Brume, wordt met ingang van 1 Januari 1924 nader vast gesteld op f 65. De voorzatter deelt mede, dat B. en W. het typen der raadsnotulen hébben overwogen en tot de slotsom zijn .gekomen, dat de kosten te groot zullen zijn. Al dadelijk «zou een schrijfmach'ne moeten worden aangeschaft, wat wel on geveer f 200 zou kosten. Ieder raadslid kan hetgeen wordt behandeld noteeren of uit de Nieuwsbode knippen. De heer Van Langeraad vindt het jammer, dat dit zoo duur is. Het verstrekken van getypte notulen aan de leden zou zoo nu-tt'g zijn; het overzicht wordt daardoor voor de leden zoo gemakkelijk gemaakt. Spr. kan z:eh tenslotte neerleggen bij de afwijzende houding van B. en W. Hierna gaat de raad over in eene ver gadering met gesloten deuren. Na her opening der openbare zitting deelt de voorzitter mede, dat de door den heer Hendrlkse in de vorige vergadering ge- uitte mededeeling nopens het geven van onderwijs in de politiek aan den cur sus voor vervolgonderwijs, bij een door B. en W. ingesteld onderzoek is gebleken ongegrond te zijn. De heer Hendr'kse verklaart z'ch hiermede te kunnen Ver- eeni-gen. De heer Van Langeraad vraagt, wanneer de opr't te Viane in orde wordt gebracht. De voorz'tter antwoordt den bouwmeester opdracht tot het 'ndienen van eene begrooting van kosten te heb ben gegeven. Met het oog op de bui tensporig hooge prijzen, welke worden gevraagd voor het mennen voor de ge meente, wordt besloten voor het ver volg aan de landbouwers te vragen voor de gemeente te mennen voor f 1 per vracht. De heer Van de Stolpe zegt, dat in de haag rond de gesloten be graafplaats weer een open'ng is, en vraagt of daar niet bijgeplant kan wor den. Alles waa!t daar dood, zegt de voor zitter. De vorige spreker stelt voor om dan aan de torenzijde palen met draad te plaatsen, waartoe wordt besloten. De heer Giljamse zegt, dat het hek der begraafplaats met een touwtje wordt ge sloten; spr. vindt deze sluiting erg pri mitief. De voorzitter weet dit; wanneer gelet wordt op de kosten, welke voor reparatie van de sluiting zijn betaald, zou deze in orde moeten zijn. Besloten wordt het slot te laten onderzoeken. Hierna sluiting. SCHERPENISSE. Met 'ngang van he den :s door het bestuur der coöp. Electr.. Maatschappij tot hulp-mach'nist benoemd de heer D. C. van der Werff, alhier. RECHTZAKEN. Moordzaak te Etten. Den 25 Febr. e.k. zal voor de arr.- rechlbank te Breda de zaak d'enen tegen de beschuldigden, betrokken in den moord op den landbouwer Naalden te Etten. Er zijn 18 getuigen gedagvaard. Een lasteraarster. In December 1922 :s er in Harskamp rümor in casa geweest door een laster campagne. welke door middel van ano nieme brieven is gevoerd. Tal van in gezetenen ontvingen in hun brievenbus een laster-uiting in dichtmaat, welke ge richt. was tegen een familie en tegen een café-houder. De campagne bleef niet zon der uitwerking, want het heele dorp sprak over de anonieme brieven. De man van de gelasterde vrouw deed aangifte bij de politie; hij1 voegde er bij, dat hij maar één persoon tot den laster ■in staat achtte en wel een vrouw, die kort geleden de familie had uitgeschol den, omdat haar concurrentie werd aan gedaan. Er werd bij de vrouw huiszoe king gedaan; bij die gelegenheid is ge vonden een nog met verzonden anonieme brief, die beleedigingen inhield aan het adres van een caféhouder. De vrouw ver klaarde, dat zij dezten brief niet had WUen verzenden, omdat zij op het laat ste oogenbl'k berouw gevoelde. Van de andere lasterbr'even wist zij niets af. Dinsdag heeft de vrouw voor de recht bank te Arnhem terechtgestaan. Zij ont kende. De president wees haar op de merkwaardige omstandigheid, dat zij bij verhoor door den rechter-commissaris bij het opschrijven van den door dezen ged'cteerden brief, het gedicht veel snel ler opschreef, dan het haar werd voor gezegd, zoodat zij steeds met een vol genden regel bez-'g was, als de rechter commissaris den vorige nog niet had beëindigd. Als deskundige werd gehoord dr. H. F. Hesselink, die bij onderzoek van de brieven vaststelde, dat zij met een opzettelijk verdraa'de hand waren geschreven. De deskund:ge is volkomen overtu'gd, dat bekl. de schrijfster van de breven is. Het O.M. achtte het ten laste gelegde fe:t: smaad en beleedi- gingwettig en overtuigend bewezen. De eisch luidde drie maanden gevange nisstraf. De verdediger concludeerde tot niet-ontvankelijk verklaring van het O. M., subs, tot het openen van een n:euwe :nstructie. Uitspraak 12 Februari. ONDERWIJS. STAVENISSE. De heer Buijze heeft bedankt als onderwijzer bij' den partf- cuTeren cursus vervolgonderwijs, en ook als secretar's van de vereeniging van ged'pl. oud-leerlingen van den L. W. C. POST EN TELEGRAPHIE. De br'evenbesteller J. C. Cannoo te Zierikzee krijgt, ingevolge de afVloeiïngs- maatregelen der regeer:ng, met 1 Maart e.k. ontslag uit den dienst, waaraan hij 35 jaar lang onafgebroken verbonden was en wel 23 jaar als postbode van Z'erik- zee op Ellemeet. KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN Een u'tvinder in Dresden heeft een m'.ddel bedacht om schepen op zee te beve-iigen tegen botsingen bij mist, in den nacht of wanneer de weersomstan digheden zeer ongunstig zijn. Deze uit vinding is er op gebaseerd om schepen, die elkander tot op een bepaalden af stand genaderd zijn, te signaleeren. Iedere scheepskapitein zal zoodoende in staat zijn zich evengoed rekenschap te geven van de positie van zijn schip ten c?pz^chte van andere, naderende sche pen, alsof 't u'tzichl niet belemmerd was. Deze n'euwe uitvinding zal natuurlijk ook voor spoorwegen, luchtschepen enz., ge- B IJ VOEGSEL behoorende by de v»n Vrydag 1 Febr. 1924, ao. 11038. BINNENLAND. TWEEDE KAMER. Vèruolg, zitting Dan Woensdag 30 Jan. De heer Alberda wijst er verder op, dal de regeerng Semaoen arresteerde wegens een spreekdeFct. maar inderdaad ter verhaasting van de staking, omdat anders de suikercampagne zou worden verstoord. Spreker laakt d:t. De totstand koming van artikel 261bhs van het Straf wetboek beteekent pract'sch een verbod van stak'ng, lijnrecht tegen het stakings recht van het spoorwegpersoneel in. Spr. vraagt publicatie van het rapport van den verzoeningsraad en stelt 8 vragen. Minister De Graaff legt nadruk op het feit, dat de regeering door duurteb'ij- slagen tot een totaal van f 70 millLoein 's jaars belangrijk aan de wenschen is tegemoet gekomen. De houding van het personeel bij het overleg was niet ernstig. Men wenschte alleen inwilliging van on beraden elschen. De minister zal den gouverneur-gene raal doen overwegen tot weer indienst neming van het ontslagen personeel en publicatie van het rapport van den ver- zoen'ngsraad. De heer Altarda treedt in algemeene besehouw'ngen over de Indische begroo ting. De Indische Bestuurskoers moet to taal worden gewijzigd om' den volks geest te verbeteren, wat vast net ge lukt door strenge strafmaatregelen. Spr. toont mét tal van voorbeelden aan, dat de Indische regeering en hel legerbestuur onb'llijk en onrechtvaardig optreden tegen de 'nlanders en militairen van lageren rang, wat spr. scherp laakt. De heer Gerretzen dringt aan op ern- sLige, beleidvolle versobering van den Staatsd-enst en verlaging van den be lastingdruk, opdat de productie kan wor den verhoogd. Spr. betoogt, dat voor aflossing der Indische leeningen in buitenlandsche va luta, vermindering van import noodig is, wat vermindering van volkswelvaart be teekent. Spr. heeft een pr'ncipiëel be zuinigingsplan gemist. De heer Van Raveslem critiseert het despot-'sme der Indische Regeering, dat onder Fock crescendo voortgaat. Spr. geeft aan de reactionnaire politiek van den minister de schuld van de'sta king, bomaanslagen e.d. Die politiek is misdadig, doch nutteloos, omdat de com munistische actie niet is te onderdruk ken. Spr. becritiseert de averechtsche be zuiniging. Te 5.55 uur wordt de vergadering Ver daagd. (Belangwekkende processen in den loop der tijden.) II. De vahclie Martin Gnorre. Laten wij thans den beklaagde voor zijn rechters te Toulouse verschijnen. Hij be vond zich aanstonds in nadeeliger positie dan te Rieux, wijl hij nu niet meer a!s Martin Guerre werd beschouwd, maar als de oplichter Du Tilh, genaamd Pan- sette, die had te bewtijzen, dat hij zich niet ten onrechte voor Martin Guerre had uitgegeven. Opnieuw1 werden gan- sche scharen van getu:gen opgeroepen om voor of tegen hem zich uit te spre ken, te verklaren of hij Martin Guerre dan w'el Du Tilh was. En weer was er veel aarzeling, wegens de getuigenissen te zijnen gunste op tegen die te zijnen nadeele. Maar toch begonnen zich lang zamerhand teekenen te vertoornen, die zijn zaaK n-'et buitengewoon gunstig de den staan. Zoo 'werd een zekeren Bar- reau, een oom van vaders kant van Du Tilh voorgebracht, die hem zonder aarze len en direct als zijn neef herkende. Zoo wierden er ook verschillende eerlijke en te goeder naam en faam bekend staande lieden uit Sagias geproduceerd, die aan zijne identiteit als 'Du Thil geen twijfel lieten bestaan. Zoo kwam de schoenma ker uit Artigat, die in vroeger jaren de schoenen van Mart'n Guerre had gele verd, verklaren, dat zijn maat niet met die van den werkelijken Martin Guerre overeenkwam', en zelfs aanmerkelijk daar van verschilde. Een andere getuige kwiam daaraan toevoegen, dat de werke lijke Martin Guerre een goed 'worstelaar wlas en uitstekend met de wapenen ken omgaan; bij den beschuldigde bleek daar van wleinig of niets. Weer een ander kwam1 opmerken, dat Martin Guerre geboren was in het Bas- klsche land en dat de beklaagde van de Baskische taal weinig of niets verstond; slechts enkele uitdrukkingen, die hij nog niet eens feilloos gebruikte. Neem daar bij, dat bleek, dat Amauld Du Tilh' zich vanaf zijn kinderjaren voortdurend in strijd met recht en wet had betoond, en meester in alle ondeugden en mis dadige neigingen, dan behoeft men niet te vragen of in die dagen, dat het er bij de rechters meer op aan kwam om geen schuldige te laten loopen, inplaats van zooals tegenwoordig geen onschul dige te treffen, een strooming te zijnen nadeele ontstond. Jean Espagnolle, een w'aarcl uit het nabijgelegen Tonges, wist zelfs te vertellen, dat de beklaagde zich aan hem had verraden, maar zijn list had verklaard door de mededeeling, dat de werkelijke Martin Guerre was gestor ven en hem al zijn goederen had nage laten. Een zekere Valentin Rougie ver telde, dat Du Tilh, zich door hem her kend ziende, de beweging had gemaakt van den vinger op den mond om hem tot zw'ijgen te brengen. Er waren dus heel wat redenen om den beklaagde in derdaad als bedrieger te beschouwen. Maar daartegenover werd door de ver- ded;ging, Waarlijk niet onbekwaam ge voerd, toch ook w'el een en ander aan gebracht, dat te zijnen gunste kon ple"- ten. Een groot aantal -'nwoners van Ar tigat bleven volhouden, dat hij Martin Guerre en niemand anders dan deze kon zijn. Zeker, er waren afwijk-'ngen in ge laat en lichaam te bespeuren, maar Mar tin Guerre was acht jaren weg geweest had het ruwe soldatenhandwerk gevoerd, redenen genoeg om aan te nemen, dat hij inderdaad anders een uiterlijk was gew'orden. Tal van kleme uiterlijke ken- teekenen waren boveni-en gelijk; lid- teekenen, bij Mart'n Guerre sedert zijne k-'nderjaren opgemerkt, waren bij den beklaagde geheel gelijk aanwezig. Duide lijk bleek bovendien uit de verhooren, dat oom P:erre en zijne zonen geheel een complot tegen den beklaagde hadden ge smeed, niets hadden ontzien om hem, op welke wijze dan ook, ten val te bren gen, en door allerle' geoorloofde en on geoorloofde middelen zijn vrouwi tegen hem hadden opgezet. Redenen w'eer, d'e ertoe le'dden, dat men het met de aan klacht n:el al te nauw' behoefde te nemen En dan, was n:et de allerbeste getuige a décharge, d:e men kan aanvoeren, de beklaagde zelf Even zeker als hij te Rieux geweest was, was hij ook nu; elk verhoor, kruisverhoor of confrontatie doorstond hij met een gemak en een lenigheid van beweging, die in elk geval bewondering opwekte. Het eeni- ge wat degenendie in zijn voordeel geporteerd wiaren, z5ch afvroegen, was of zijn geheugen n!et ertoe overging om te veel te bewiijzen, of hij zich niet te veel her:nnerde vooral uit de jaren pa f. zijn vertrek voorafgaande; en :n zijne herinnering üus achtergebleven al die avontuurlijke jaren van reizen en trek ken en oorlogvoeren door Maar dat is zeker, n-ets vergat hij; de meest intieme bijzonderheden, slechts tusschen man en vrouwi "bekend, bracht hij naar voren. Dat alles pleitte in zijn voordeel en de rech ters in Toulouse wiaren heel wat min der gauw klaar om Salmo te spelen dan de eerwaarde rechter van Rieux. Totdat op een gegeven oogenblik"ge heel de scène wieer veranderde. Een nrleuwle persoonlijkheid deed zich voor; een tweede Martin Guerre, nu werkelijk met een houten been, gelijk de aanvan kelijk genoemde soldaat hem had ge- schdderd. Hij w'as in Artigat gekomen, had naar zijn vrouw gevraagd; buren en belangstellenden hadden hem ingelicht, en zoo verscheen hij im de rechtszaal van Toulouse, waar de even pientere als accu rate president hem onmiddellijk deed ver wijderen en opslu:ten teneinde elk con tact met de buitenwereld te voorkomen. De confrontatie tusschen deze beide Mar tin Guerre's bracht heel wat sensatie teweeg en het zonderlinge was wel, dat de tweede Martin Guerre het daarbij in elk opzicht aflegde tegen den eerste. Deze aarzelde ook nu geen oogenblik; zelfs waar de tweede van zijn naam hem tegensprak, bleef hij op zijn stuk staan, en meer dan eens moest dan de nieuw' gekomene, soms ontwijkend, soms stot terend, zijn ongelijk bekennen. Toen ech ter deze nieuwe Martin Guerre onder de aandacht van zijn zusters werd gebracht', Werd hij door haar met dezelfde beslist heid herkend als zij hadden betoond te genover den eerste. En ook Bertrande, die zich reeds eens goedgeloovig en z'wak van gezicht en herkenningsvermogen had getoond, aarzelde nu geen oogenblik om in zijn armen te snellen. Maar in tegen stelling met den eersten Martin Guerre, bleven deze gesloten. Sombere blikken Werden uit de oogen van den tweeden Martin Guerre op degene, die zijn vrouw' zou zijn gericht. „Houdt op met huilen en met smeeken", snauwde hij haar toe, „ik kan noch mag mij door je tranen laten bewegen. Je zegt dat je bij mijn herkenning bent afgegaan op de getui genis van mijn zusters, die zich ook ver gist hebben. Maar een vrouw; heeft om naar echtgenoot te herkennen aanwij zingen, die noch zusters noch ooms noch vader noch zel'fs moeder hebben, en al leen zij vergist zich, die zich 'wil ver gissen. Jij alleen bent de schuld van de Wanordelijkheden in mijn huis, en ik zal het je noo:t vergeven". Een sterk standpunt, dat niet naliet de rechters te imponeeren, maar waarvan Pasquier, die aan dit proces in zijn „Recherches" ook aandacht heeft gewijd, niet ten on rechte eenigszins ironisch opmerkt, dat deze tweede Martin Guerre, was "hij waar lijk de echte, toch' wiel evenveel jstraf verdiende als Amauld Du Tilh, omdat hij, door zijne afwezigheid, door zijn totaal gebrek aan belangstelling voor vrouw' en kind, geheel deze misdaad had teweeggebracht. Het kan en mag, zoo pleitte hij, aan een man niet veroorloofd zijn om zijn" vrouw' zonder reden te ver laten, en dan, na een zoo lange afwezig heid teruggekeerd, haar nog verwijten te doen over een verg-ssing, die door zijn schuld minstens genomen is in de hand gewerkt. De rechters ,!n Toulouse, om welke redenen ook die in elk geval niet nader blijken we'nig gunstig tegen over den valschen Martin Guerre gezind, hadden geen nadere bewijzen meer noo dig. Zij hebben zich. zoo leert ons Jean de Coras, n'et afgevraagd of deze tweede Marfn Guerre wellicht een medeplichtige van oom P'erre en zijn zonen was, op zettelijk ten tooneeie gevoerd om de rechters te misleiden. Zij dwongen zelfs de broeders van Arnauld Du T:ih niet om voor of tegen den beklaagde te ko men getu:gen, zulks toch op den min stens twijfelacht'gen grond, dat broeders n:et geroepen mochten worden geacht om tegen eigen bloed beschuldigingen in te brengen; Zij rekenden 't dus tevoren vast staande, dat d:e broeders in den be klaagde Arnauld Du T'lh zouden herken en en rekenden n'et met het groote voor deel, dat voor den beklaagde 'n een ont- kennnig was gelegen!. Neen, zij waren overtu:gd van hun juist inzicht in de zaak; de bewijzen spraken voor het mee- rendeal tegen den beklaagde, en zijn vonn-s werd, zelfs zonder lange beraad slaging, geveld. Zij zeiden het overtui gend bewezen te achten, dat deze Du Ti'.h, als hoedanig hij in het vonnis werd aangedu:d, zich had schuldig gemaakt aa:i een reeks misdaden, alle verband houdende met zijn optreden als de val- sche Martin Guerre, en zij veroordeelden hem ertoe, dat hij voor het hu's dat hij drie jaar lang onder den naam van Mar tin Guerre met een vrouw, die niet de zijne was, had bewoond, te worden ge bracht, om daar aan een paal opgehsn- te worden. Hierin week hun uitspraak af van die van den rechter van Rieux, die de onthoofding had uitgesproken, een straf intusschen, die slechts aan adellijke misdadigers werd toebedeeld. Op 16 Sep tember 1560 het vonn:s is van den 12den September d.a.v. gedateerd werd de valsche Martin Guerre, als hoedanig men hem sedert bij uitsluiting kende, nog eens voor den rechter van Rieux ge bracht en, gelijk de zeden van dien tijd schijnen mede te brengen, heeft hij1 alles bekend. Ook de wijze, waarop hij' tot zijn misdaad kwam. Na zijn terugkeer uit het kam'p van Picardië ontmoette hij enkele vrienden van Martin Guerre, die hem voor dezen hielden; van hen leerde hij een zoo groot aantal bijzonderheden omtrent den man, zijn familie en afkomst en wat al n:et meer, dat hij het stoute stuk durfde wagen. Aan welke beken tenis intusschen nog ontbreekt de ver klaring, hoe hij kwam aan een reeks bijzonderheden, die de werkelijke Mar tin Guerre zich nauwelijks meer kon herinneren en zeker niet aan zijne vrien den kon hebben verteid; verklaring, die dan slechts te zoeken is in zekere sug gestie, die hij over zijin zoogezegde vrouw en familie uitoefende. Maar, ter zelfder tijd, dat het vonnis aan den valschen Martin Guerre voltrok ken werd, ging de echte Martin Guerre als de soldaat met het houten ibeen deze althans geweest is geenszins vrij uit. Noch zijn onschuldige en eigen lijk dooö-ongelukkige vrouw, moeder van een dochterje, waarvan het wettig ka rakter alle vastheid verloren had. Mar tin Guerre werd veroordeeld, niet omdat hij zijn vrouw verlaten had, niet omdat hij haar veronachtzaamd had, maar wel omdat hij ten strijde Was getrokken tegen den Koning van Frankrijk. Als verzach tende omstandigheid nam men nu wel aan. dat hij, als dienaar nauw verbonden aan den Kardinaal van Burgos, door diens broeder naar het Vlaamsche kamp was meegenomen en voor een deel tegen zijn wil aan diens zijde bij St.-Laurent had gestreden. Maar geheel vergeven kon men het hem niet. Wat er verder van hem, van zijne vrouw, van het ongelukkige dochtertje en van het verdere geluk der familie is geworden, vermeldt de ge schiedenis, wonderlijk genoeg, niet. Mar tin Guerre en zijn vrouw hadden afge daan op het oogenbL.k, dat het proces een e nde nam. Vergeten wij bovendien n et, dat Parijs vermoedelijk eerst tien tallen jaren later, zoo n et eeuwen daarna van d.t merkw.ardg rechtsgeding heeft gehoord. De verb ndingen waren slecht n:euwspapieren ontbraken geheel en al en rechtsgeleerden, in het Zuiden van Frankrijk gevestigd, zullen slechts zel den :n andere deelen hun licht hebben kunnen ontsteken. Een rechtsgeding van dezen zelfden aard is in den loop der eeuwen meer dan eens voorgekomen. Zelfs onder nog heel wat e'genaardigor omstandigheden dan die, welke in het geval van Martin Guerre naar voren traden. Wij kunnen meenen, dat onder de tegenwoordige om standigheden zulk een verwarring van den burgerlijken stand van bepaalde per sonen uitgesloten is. wij moeten ons ech ter niet te zeer verlaten op den burger lijken stand alleen, die tusschen twee per sonen van absolute gelijkenis te kiezen hebbende, ook wel eens zou kunnen fa len om den ontb'rekenden schakel te ver schaffen. Het merkwaardigste in het rechtsgeding van Artigat en Toulouse is wel, dat de gesch:edeni$ ons geheel geen zekerheid schenkt over het feit, of niet Wellicht een derde Martin Guerre het type scheen nogal gangbaar ten too neeie is verschenen en of niet deze derde onmiddellijk door vrouw en familie als de werkelijke is herkend

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1924 | | pagina 5