Zierikzeesche Nieuwsbode
Da misdsad aila eeuwen doer.
Wy sifting Boterwet.
Het Nederl. Weekblad voor Zuivelbe
reiding en Veeteelt meldt, dat er op het
departement van b-lnnenlandsche zaken en
landbouw wordt gewerkt aan een ont
werp tot wijziging van de Boterwet.
He Zomertyd.
Bij de Tweede Kamer is ingediend
een voorstel van wet van de heeren Braat
en De Boer tot .intrekking van de wet
van 23 Maart 1918 (Stbl. no. 165), tot
lijdelijke afwijking van de wet van 23
Juli 1908 (Stbl. no. 236), tot invoering
van een wettelijken tijd. De memorie
van fc-dichting luidt als Volgt
Di't wetsvoorstel achten de onderge-
teekenden voldoende gemotiveerd door
er op te wijzen, dat de zomertijd voor
groote bevolkingsgroepen te veel schade
en onaangenaamheden veroorzaakt en
voor bijna niemand in den lande eenig
nut of voordeel afwerpt en voor hen,
die 's morgens vroeg op hun arbeids
plaats moeten zijn, eene soort lijfstraf
beteekent.
De verzekeringsraad.
Naar de Tel. .verneemt, Ligt het in het
voornemen Van den nvnister van arbeid,
den Verzekeringsraad op te heffen. Dit
zou een bezuiniging van f 100,000 betee-
kenen.
Uit Stad en Provinoie.
ZJERIKZEE. Donderdagavond werd op
de groote bovenzaal van hét „Huls van
Nassau" een propaganda-avond gehouden
voor den Ned. M'litairenbond, afd. Zie-
rikzee. De zaai was matig bezet. Na
opening met psalmgezang en gebed, werd
door een strijkje een paar nummers ten
gehoore gebracht, waarop de heeren
Steendam en v. d. Doel resp. een stuk
poëzie en proza voordroegen.
De penn'ngmeesfer deed rekening en
verantwoording over zijn gehouden be
heer, waaru't o.a. bleek, dat reeds aar
dige bedragen aan den Militairenbond
waren opgezonden. Het aantal donateurs
en donatr'ces bedraagt ruim 100.
Na de pauze verkreeg ds. Poort uit
Blkerzee het woord, die in .gloedvolle
taal een rede hield, welke niet naliet
(indruk op de aanwezigen te maken. In
deze rede de hoofdschotel dezer bij
eenkomst omschreef spr. op gevoel
volle wijze de 'begrippen „thuis" en
„huisgezin", voor hen, die nog in 't
ouderlijk hu:s verkeeren en voor dezul
ken, die de uniform moeten aantrekken
of ze reeds dragen. Met nadruk wees
spr. op de tallooze gevaren van 't sol
datenleven en gaf de a.s. soldaten den
raad niet langer in de kazerne te blij
ven dan noodig was, maar zich onmid
dellijk te begeven naar een militair te
huis, waar men wel niet „het" tehuis
vindt, maar dan toch „een" tehuis.
Met klem d£ong spr. er op aan, den
bpnd, die dit jaar een halve eeuw zal
hebben bestaan, te steunen, opdat dit
instituut, dat zoovelen bewaard heeft voor
moreelen en physieken ondergang, in
stand gehouden kan worden.
Met groote aandacht werd deze pro-
paganda-rede aangehoord.
HAAMSTEDE. Dinsdagavond j.l. hield
de Zangvereeniging „Haamsteedsch Zang
koor", (directeur dhr. C. J. Reisinger)
met welwillende medewerking van „Haam
steedsch Strijkorkest (directeur dhr. J. A.
Hubregtse) voor een stampvolle zaal
een uitvoering in hotel Bom". De
overgroote belangstelling was eensdeels
te danken aan de goede reputatie, die
„Haamsteedsch Zangkoor" geniet, ander
deels aan de nieuwsgierigheid, hoe het
strijkorkost het er bij zijn eerste op
treden zou afbrengen. Het geheele pro
gramma werd vlug afgedaan. Gezongen
werden een 12-tal nummers, die, getuige
het applaus van het publiek, goed vol
deden. Inzonderheid maakten de zeer ge
voelvol gezongen nummers: „Nader mijn
God tot U", (met vioolbegeleiding) en
„Grootvaders klok" indruk. Van de 2
vioolnummers „Lentedag" en „Menuet",
was het eerste vooral zeer goed te noe
men, gegeven de hooge temperatuur der
zaal, die gewoonlijk haar ontstemmende
invloed, vooral op snaarinstrumenten doet
gelden. De 3 quatre-ma:ns voor piano
met vioolbegeleiding klonken krachtig
door de zaal. Hel pianospel der jeugdige
dames van Zuijen en v. d. Stolpe viel
zeer rn den Smaak. Daarna werd opge
voerd „Burgemeester van P:mpelen leert
dansen", dat vlug gespeeld werd en her
haaldelijk de lachsp'eren van het pu
bliek in beweging bracht en ten slotte
de goed vertolkte humoristische voor
dracht „Meisjes van vroeger en meisjes
van nu". De Voorz'tter van „Haamsteedsch
Zangkoor", dhr. L. M. Blom, was zeker
de tolk van 't publiek, toen hij aan 't
eind der uitvoering allen dankte (in bij
zonderheid 't Strijkorkest), die hebben
meegewerkt om dezen avond zoo uitste
kend te doen slagen. Onder 't genot
van een geanimeerd bal bleef men nog
langen tijd gezellig bijeen.
■OUWERKERK. Vergadering van den
gemeenteraad, gehouden op Vrijdag 25
Januari j.l. Voorzitter de burgemeester.
Alle leden tegenwoordig. Aan H. van
der Doe te Zcerikzee wordt besloten tot
teruggaaf van voor de tweede maal van
hem geïnd havengeld. Met alg. stem
men wordt besloten de gemeente te doen
toetreden als Pd der vereeniging van
Nederlandsche gemeenten. Het kohier der
hondenbelast:ng voor 1924 wordt vastge
steld met 29 aanslagen in totaal tot een
bedrag van f 120. De pensioensgrondslag
va« den boekhouder van het Burgerlijk
Armbestuur, W. G. de Brume, wordt met
ingang van 1 Januari 1924 nader vast
gesteld op f 65. De voorzatter deelt mede,
dat B. en W. het typen der raadsnotulen
hébben overwogen en tot de slotsom zijn
.gekomen, dat de kosten te groot zullen
zijn. Al dadelijk «zou een schrijfmach'ne
moeten worden aangeschaft, wat wel on
geveer f 200 zou kosten. Ieder raadslid
kan hetgeen wordt behandeld noteeren
of uit de Nieuwsbode knippen. De heer
Van Langeraad vindt het jammer, dat
dit zoo duur is. Het verstrekken van
getypte notulen aan de leden zou zoo
nu-tt'g zijn; het overzicht wordt daardoor
voor de leden zoo gemakkelijk gemaakt.
Spr. kan z:eh tenslotte neerleggen bij
de afwijzende houding van B. en W.
Hierna gaat de raad over in eene ver
gadering met gesloten deuren. Na her
opening der openbare zitting deelt de
voorzitter mede, dat de door den heer
Hendrlkse in de vorige vergadering ge-
uitte mededeeling nopens het geven van
onderwijs in de politiek aan den cur
sus voor vervolgonderwijs, bij een door
B. en W. ingesteld onderzoek is gebleken
ongegrond te zijn. De heer Hendr'kse
verklaart z'ch hiermede te kunnen Ver-
eeni-gen. De heer Van Langeraad vraagt,
wanneer de opr't te Viane in orde wordt
gebracht. De voorz'tter antwoordt den
bouwmeester opdracht tot het 'ndienen
van eene begrooting van kosten te heb
ben gegeven. Met het oog op de bui
tensporig hooge prijzen, welke worden
gevraagd voor het mennen voor de ge
meente, wordt besloten voor het ver
volg aan de landbouwers te vragen voor
de gemeente te mennen voor f 1 per
vracht. De heer Van de Stolpe zegt,
dat in de haag rond de gesloten be
graafplaats weer een open'ng is, en
vraagt of daar niet bijgeplant kan wor
den. Alles waa!t daar dood, zegt de voor
zitter. De vorige spreker stelt voor om
dan aan de torenzijde palen met draad
te plaatsen, waartoe wordt besloten. De
heer Giljamse zegt, dat het hek der
begraafplaats met een touwtje wordt ge
sloten; spr. vindt deze sluiting erg pri
mitief. De voorzitter weet dit; wanneer
gelet wordt op de kosten, welke voor
reparatie van de sluiting zijn betaald,
zou deze in orde moeten zijn. Besloten
wordt het slot te laten onderzoeken.
Hierna sluiting.
SCHERPENISSE. Met 'ngang van he
den :s door het bestuur der coöp. Electr..
Maatschappij tot hulp-mach'nist benoemd
de heer D. C. van der Werff, alhier.
RECHTZAKEN.
Moordzaak te Etten.
Den 25 Febr. e.k. zal voor de arr.-
rechlbank te Breda de zaak d'enen tegen
de beschuldigden, betrokken in den moord
op den landbouwer Naalden te Etten.
Er zijn 18 getuigen gedagvaard.
Een lasteraarster.
In December 1922 :s er in Harskamp
rümor in casa geweest door een laster
campagne. welke door middel van ano
nieme brieven is gevoerd. Tal van in
gezetenen ontvingen in hun brievenbus
een laster-uiting in dichtmaat, welke ge
richt. was tegen een familie en tegen een
café-houder. De campagne bleef niet zon
der uitwerking, want het heele dorp
sprak over de anonieme brieven. De man
van de gelasterde vrouw deed aangifte
bij de politie; hij1 voegde er bij, dat
hij maar één persoon tot den laster
■in staat achtte en wel een vrouw, die
kort geleden de familie had uitgeschol
den, omdat haar concurrentie werd aan
gedaan. Er werd bij de vrouw huiszoe
king gedaan; bij die gelegenheid is ge
vonden een nog met verzonden anonieme
brief, die beleedigingen inhield aan het
adres van een caféhouder. De vrouw ver
klaarde, dat zij dezten brief niet had
WUen verzenden, omdat zij op het laat
ste oogenbl'k berouw gevoelde. Van de
andere lasterbr'even wist zij niets af.
Dinsdag heeft de vrouw voor de recht
bank te Arnhem terechtgestaan. Zij ont
kende. De president wees haar op de
merkwaardige omstandigheid, dat zij bij
verhoor door den rechter-commissaris
bij het opschrijven van den door dezen
ged'cteerden brief, het gedicht veel snel
ler opschreef, dan het haar werd voor
gezegd, zoodat zij steeds met een vol
genden regel bez-'g was, als de rechter
commissaris den vorige nog niet had
beëindigd. Als deskundige werd gehoord
dr. H. F. Hesselink, die bij onderzoek
van de brieven vaststelde, dat zij met
een opzettelijk verdraa'de hand waren
geschreven. De deskund:ge is volkomen
overtu'gd, dat bekl. de schrijfster van
de breven is. Het O.M. achtte het ten
laste gelegde fe:t: smaad en beleedi-
gingwettig en overtuigend bewezen.
De eisch luidde drie maanden gevange
nisstraf. De verdediger concludeerde tot
niet-ontvankelijk verklaring van het O.
M., subs, tot het openen van een n:euwe
:nstructie. Uitspraak 12 Februari.
ONDERWIJS.
STAVENISSE. De heer Buijze heeft
bedankt als onderwijzer bij' den partf-
cuTeren cursus vervolgonderwijs, en ook
als secretar's van de vereeniging van
ged'pl. oud-leerlingen van den L. W. C.
POST EN TELEGRAPHIE.
De br'evenbesteller J. C. Cannoo te
Zierikzee krijgt, ingevolge de afVloeiïngs-
maatregelen der regeer:ng, met 1 Maart
e.k. ontslag uit den dienst, waaraan hij
35 jaar lang onafgebroken verbonden was
en wel 23 jaar als postbode van Z'erik-
zee op Ellemeet.
KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN
Een u'tvinder in Dresden heeft een
m'.ddel bedacht om schepen op zee te
beve-iigen tegen botsingen bij mist, in
den nacht of wanneer de weersomstan
digheden zeer ongunstig zijn. Deze uit
vinding is er op gebaseerd om schepen,
die elkander tot op een bepaalden af
stand genaderd zijn, te signaleeren.
Iedere scheepskapitein zal zoodoende
in staat zijn zich evengoed rekenschap
te geven van de positie van zijn schip
ten c?pz^chte van andere, naderende sche
pen, alsof 't u'tzichl niet belemmerd was.
Deze n'euwe uitvinding zal natuurlijk ook
voor spoorwegen, luchtschepen enz., ge-
B IJ VOEGSEL
behoorende by de
v»n Vrydag 1 Febr. 1924, ao. 11038.
BINNENLAND.
TWEEDE KAMER.
Vèruolg, zitting Dan Woensdag 30 Jan.
De heer Alberda wijst er verder op,
dal de regeerng Semaoen arresteerde
wegens een spreekdeFct. maar inderdaad
ter verhaasting van de staking, omdat
anders de suikercampagne zou worden
verstoord. Spreker laakt d:t. De totstand
koming van artikel 261bhs van het Straf
wetboek beteekent pract'sch een verbod
van stak'ng, lijnrecht tegen het stakings
recht van het spoorwegpersoneel in. Spr.
vraagt publicatie van het rapport van
den verzoeningsraad en stelt 8 vragen.
Minister De Graaff legt nadruk op het
feit, dat de regeering door duurteb'ij-
slagen tot een totaal van f 70 millLoein
's jaars belangrijk aan de wenschen is
tegemoet gekomen. De houding van het
personeel bij het overleg was niet ernstig.
Men wenschte alleen inwilliging van on
beraden elschen.
De minister zal den gouverneur-gene
raal doen overwegen tot weer indienst
neming van het ontslagen personeel en
publicatie van het rapport van den ver-
zoen'ngsraad.
De heer Altarda treedt in algemeene
besehouw'ngen over de Indische begroo
ting. De Indische Bestuurskoers moet to
taal worden gewijzigd om' den volks
geest te verbeteren, wat vast net ge
lukt door strenge strafmaatregelen.
Spr. toont mét tal van voorbeelden
aan, dat de Indische regeering en hel
legerbestuur onb'llijk en onrechtvaardig
optreden tegen de 'nlanders en militairen
van lageren rang, wat spr. scherp laakt.
De heer Gerretzen dringt aan op ern-
sLige, beleidvolle versobering van den
Staatsd-enst en verlaging van den be
lastingdruk, opdat de productie kan wor
den verhoogd.
Spr. betoogt, dat voor aflossing der
Indische leeningen in buitenlandsche va
luta, vermindering van import noodig is,
wat vermindering van volkswelvaart be
teekent. Spr. heeft een pr'ncipiëel be
zuinigingsplan gemist.
De heer Van Raveslem critiseert het
despot-'sme der Indische Regeering, dat
onder Fock crescendo voortgaat.
Spr. geeft aan de reactionnaire politiek
van den minister de schuld van de'sta
king, bomaanslagen e.d. Die politiek is
misdadig, doch nutteloos, omdat de com
munistische actie niet is te onderdruk
ken. Spr. becritiseert de averechtsche be
zuiniging.
Te 5.55 uur wordt de vergadering Ver
daagd.
(Belangwekkende processen in den
loop der tijden.)
II.
De vahclie Martin Gnorre.
Laten wij thans den beklaagde voor zijn
rechters te Toulouse verschijnen. Hij be
vond zich aanstonds in nadeeliger positie
dan te Rieux, wijl hij nu niet meer
a!s Martin Guerre werd beschouwd, maar
als de oplichter Du Tilh, genaamd Pan-
sette, die had te bewtijzen, dat hij zich
niet ten onrechte voor Martin Guerre
had uitgegeven. Opnieuw1 werden gan-
sche scharen van getu:gen opgeroepen
om voor of tegen hem zich uit te spre
ken, te verklaren of hij Martin Guerre
dan w'el Du Tilh was. En weer was er
veel aarzeling, wegens de getuigenissen
te zijnen gunste op tegen die te zijnen
nadeele. Maar toch begonnen zich lang
zamerhand teekenen te vertoornen, die
zijn zaaK n-'et buitengewoon gunstig de
den staan. Zoo 'werd een zekeren Bar-
reau, een oom van vaders kant van Du
Tilh voorgebracht, die hem zonder aarze
len en direct als zijn neef herkende. Zoo
wierden er ook verschillende eerlijke en
te goeder naam en faam bekend staande
lieden uit Sagias geproduceerd, die aan
zijne identiteit als 'Du Thil geen twijfel
lieten bestaan. Zoo kwam de schoenma
ker uit Artigat, die in vroeger jaren de
schoenen van Mart'n Guerre had gele
verd, verklaren, dat zijn maat niet met
die van den werkelijken Martin Guerre
overeenkwam', en zelfs aanmerkelijk daar
van verschilde. Een andere getuige
kwiam daaraan toevoegen, dat de werke
lijke Martin Guerre een goed 'worstelaar
wlas en uitstekend met de wapenen ken
omgaan; bij den beschuldigde bleek daar
van wleinig of niets.
Weer een ander kwam1 opmerken, dat
Martin Guerre geboren was in het Bas-
klsche land en dat de beklaagde van de
Baskische taal weinig of niets verstond;
slechts enkele uitdrukkingen, die hij nog
niet eens feilloos gebruikte. Neem daar
bij, dat bleek, dat Amauld Du Tilh' zich
vanaf zijn kinderjaren voortdurend in
strijd met recht en wet had betoond,
en meester in alle ondeugden en mis
dadige neigingen, dan behoeft men niet
te vragen of in die dagen, dat het er
bij de rechters meer op aan kwam om
geen schuldige te laten loopen, inplaats
van zooals tegenwoordig geen onschul
dige te treffen, een strooming te zijnen
nadeele ontstond. Jean Espagnolle, een
w'aarcl uit het nabijgelegen Tonges, wist
zelfs te vertellen, dat de beklaagde zich
aan hem had verraden, maar zijn list
had verklaard door de mededeeling, dat
de werkelijke Martin Guerre was gestor
ven en hem al zijn goederen had nage
laten. Een zekere Valentin Rougie ver
telde, dat Du Tilh, zich door hem her
kend ziende, de beweging had gemaakt
van den vinger op den mond om hem
tot zw'ijgen te brengen. Er waren dus
heel wat redenen om den beklaagde in
derdaad als bedrieger te beschouwen.
Maar daartegenover werd door de ver-
ded;ging, Waarlijk niet onbekwaam ge
voerd, toch ook w'el een en ander aan
gebracht, dat te zijnen gunste kon ple"-
ten. Een groot aantal -'nwoners van Ar
tigat bleven volhouden, dat hij Martin
Guerre en niemand anders dan deze kon
zijn. Zeker, er waren afwijk-'ngen in ge
laat en lichaam te bespeuren, maar Mar
tin Guerre was acht jaren weg geweest
had het ruwe soldatenhandwerk gevoerd,
redenen genoeg om aan te nemen, dat
hij inderdaad anders een uiterlijk was
gew'orden. Tal van kleme uiterlijke ken-
teekenen waren boveni-en gelijk; lid-
teekenen, bij Mart'n Guerre sedert zijne
k-'nderjaren opgemerkt, waren bij den
beklaagde geheel gelijk aanwezig. Duide
lijk bleek bovendien uit de verhooren, dat
oom P:erre en zijne zonen geheel een
complot tegen den beklaagde hadden ge
smeed, niets hadden ontzien om hem,
op welke wijze dan ook, ten val te bren
gen, en door allerle' geoorloofde en on
geoorloofde middelen zijn vrouwi tegen
hem hadden opgezet. Redenen w'eer, d'e
ertoe le'dden, dat men het met de aan
klacht n:el al te nauw' behoefde te nemen
En dan, was n:et de allerbeste getuige a
décharge, d:e men kan aanvoeren, de
beklaagde zelf Even zeker als hij te
Rieux geweest was, was hij ook nu; elk
verhoor, kruisverhoor of confrontatie
doorstond hij met een gemak en een
lenigheid van beweging, die in elk
geval bewondering opwekte. Het eeni-
ge wat degenendie in zijn voordeel
geporteerd wiaren, z5ch afvroegen, was
of zijn geheugen n!et ertoe overging om
te veel te bewiijzen, of hij zich niet te
veel her:nnerde vooral uit de jaren pa f.
zijn vertrek voorafgaande; en :n zijne
herinnering üus achtergebleven al die
avontuurlijke jaren van reizen en trek
ken en oorlogvoeren door Maar dat is
zeker, n-ets vergat hij; de meest intieme
bijzonderheden, slechts tusschen man en
vrouwi "bekend, bracht hij naar voren. Dat
alles pleitte in zijn voordeel en de rech
ters in Toulouse wiaren heel wat min
der gauw klaar om Salmo te spelen dan
de eerwaarde rechter van Rieux.
Totdat op een gegeven oogenblik"ge
heel de scène wieer veranderde. Een
nrleuwle persoonlijkheid deed zich voor;
een tweede Martin Guerre, nu werkelijk
met een houten been, gelijk de aanvan
kelijk genoemde soldaat hem had ge-
schdderd. Hij w'as in Artigat gekomen,
had naar zijn vrouw gevraagd; buren en
belangstellenden hadden hem ingelicht,
en zoo verscheen hij im de rechtszaal van
Toulouse, waar de even pientere als accu
rate president hem onmiddellijk deed ver
wijderen en opslu:ten teneinde elk con
tact met de buitenwereld te voorkomen.
De confrontatie tusschen deze beide Mar
tin Guerre's bracht heel wat sensatie
teweeg en het zonderlinge was wel, dat
de tweede Martin Guerre het daarbij
in elk opzicht aflegde tegen den eerste.
Deze aarzelde ook nu geen oogenblik;
zelfs waar de tweede van zijn naam hem
tegensprak, bleef hij op zijn stuk staan,
en meer dan eens moest dan de nieuw'
gekomene, soms ontwijkend, soms stot
terend, zijn ongelijk bekennen. Toen ech
ter deze nieuwe Martin Guerre onder de
aandacht van zijn zusters werd gebracht',
Werd hij door haar met dezelfde beslist
heid herkend als zij hadden betoond te
genover den eerste. En ook Bertrande,
die zich reeds eens goedgeloovig en z'wak
van gezicht en herkenningsvermogen had
getoond, aarzelde nu geen oogenblik om
in zijn armen te snellen. Maar in tegen
stelling met den eersten Martin Guerre,
bleven deze gesloten. Sombere blikken
Werden uit de oogen van den tweeden
Martin Guerre op degene, die zijn vrouw'
zou zijn gericht. „Houdt op met huilen
en met smeeken", snauwde hij haar toe,
„ik kan noch mag mij door je tranen
laten bewegen. Je zegt dat je bij mijn
herkenning bent afgegaan op de getui
genis van mijn zusters, die zich ook ver
gist hebben. Maar een vrouw; heeft om
naar echtgenoot te herkennen aanwij
zingen, die noch zusters noch ooms noch
vader noch zel'fs moeder hebben, en al
leen zij vergist zich, die zich 'wil ver
gissen. Jij alleen bent de schuld van de
Wanordelijkheden in mijn huis, en ik
zal het je noo:t vergeven". Een sterk
standpunt, dat niet naliet de rechters
te imponeeren, maar waarvan Pasquier,
die aan dit proces in zijn „Recherches"
ook aandacht heeft gewijd, niet ten on
rechte eenigszins ironisch opmerkt, dat
deze tweede Martin Guerre, was "hij waar
lijk de echte, toch' wiel evenveel jstraf
verdiende als Amauld Du Tilh, omdat
hij, door zijne afwezigheid, door zijn
totaal gebrek aan belangstelling voor
vrouw' en kind, geheel deze misdaad had
teweeggebracht. Het kan en mag, zoo
pleitte hij, aan een man niet veroorloofd
zijn om zijn" vrouw' zonder reden te ver
laten, en dan, na een zoo lange afwezig
heid teruggekeerd, haar nog verwijten
te doen over een verg-ssing, die door zijn
schuld minstens genomen is in de hand
gewerkt.
De rechters ,!n Toulouse, om welke
redenen ook die in elk geval niet
nader blijken we'nig gunstig tegen
over den valschen Martin Guerre gezind,
hadden geen nadere bewijzen meer noo
dig. Zij hebben zich. zoo leert ons Jean
de Coras, n'et afgevraagd of deze tweede
Marfn Guerre wellicht een medeplichtige
van oom P'erre en zijn zonen was, op
zettelijk ten tooneeie gevoerd om de
rechters te misleiden. Zij dwongen zelfs
de broeders van Arnauld Du T:ih niet
om voor of tegen den beklaagde te ko
men getu:gen, zulks toch op den min
stens twijfelacht'gen grond, dat broeders
n:et geroepen mochten worden geacht om
tegen eigen bloed beschuldigingen in te
brengen; Zij rekenden 't dus tevoren vast
staande, dat d:e broeders in den be
klaagde Arnauld Du T'lh zouden herken
en en rekenden n'et met het groote voor
deel, dat voor den beklaagde 'n een ont-
kennnig was gelegen!. Neen, zij waren
overtu:gd van hun juist inzicht in de
zaak; de bewijzen spraken voor het mee-
rendeal tegen den beklaagde, en zijn
vonn-s werd, zelfs zonder lange beraad
slaging, geveld. Zij zeiden het overtui
gend bewezen te achten, dat deze Du
Ti'.h, als hoedanig hij in het vonnis werd
aangedu:d, zich had schuldig gemaakt
aa:i een reeks misdaden, alle verband
houdende met zijn optreden als de val-
sche Martin Guerre, en zij veroordeelden
hem ertoe, dat hij voor het hu's dat hij
drie jaar lang onder den naam van Mar
tin Guerre met een vrouw, die niet de
zijne was, had bewoond, te worden ge
bracht, om daar aan een paal opgehsn-
te worden. Hierin week hun uitspraak af
van die van den rechter van Rieux, die
de onthoofding had uitgesproken, een
straf intusschen, die slechts aan adellijke
misdadigers werd toebedeeld. Op 16 Sep
tember 1560 het vonn:s is van den
12den September d.a.v. gedateerd werd
de valsche Martin Guerre, als hoedanig
men hem sedert bij uitsluiting kende,
nog eens voor den rechter van Rieux ge
bracht en, gelijk de zeden van dien tijd
schijnen mede te brengen, heeft hij1 alles
bekend. Ook de wijze, waarop hij' tot
zijn misdaad kwam. Na zijn terugkeer uit
het kam'p van Picardië ontmoette hij
enkele vrienden van Martin Guerre, die
hem voor dezen hielden; van hen leerde
hij een zoo groot aantal bijzonderheden
omtrent den man, zijn familie en afkomst
en wat al n:et meer, dat hij het stoute
stuk durfde wagen. Aan welke beken
tenis intusschen nog ontbreekt de ver
klaring, hoe hij kwam aan een reeks
bijzonderheden, die de werkelijke Mar
tin Guerre zich nauwelijks meer kon
herinneren en zeker niet aan zijne vrien
den kon hebben verteid; verklaring, die
dan slechts te zoeken is in zekere sug
gestie, die hij over zijin zoogezegde vrouw
en familie uitoefende.
Maar, ter zelfder tijd, dat het vonnis
aan den valschen Martin Guerre voltrok
ken werd, ging de echte Martin Guerre
als de soldaat met het houten ibeen
deze althans geweest is geenszins
vrij uit. Noch zijn onschuldige en eigen
lijk dooö-ongelukkige vrouw, moeder van
een dochterje, waarvan het wettig ka
rakter alle vastheid verloren had. Mar
tin Guerre werd veroordeeld, niet omdat
hij zijn vrouw verlaten had, niet omdat
hij haar veronachtzaamd had, maar wel
omdat hij ten strijde Was getrokken tegen
den Koning van Frankrijk. Als verzach
tende omstandigheid nam men nu wel
aan. dat hij, als dienaar nauw verbonden
aan den Kardinaal van Burgos, door diens
broeder naar het Vlaamsche kamp was
meegenomen en voor een deel tegen zijn
wil aan diens zijde bij St.-Laurent had
gestreden. Maar geheel vergeven kon men
het hem niet. Wat er verder van hem,
van zijne vrouw, van het ongelukkige
dochtertje en van het verdere geluk der
familie is geworden, vermeldt de ge
schiedenis, wonderlijk genoeg, niet. Mar
tin Guerre en zijn vrouw hadden afge
daan op het oogenbL.k, dat het proces
een e nde nam. Vergeten wij bovendien
n et, dat Parijs vermoedelijk eerst tien
tallen jaren later, zoo n et eeuwen daarna
van d.t merkw.ardg rechtsgeding heeft
gehoord. De verb ndingen waren slecht
n:euwspapieren ontbraken geheel en al
en rechtsgeleerden, in het Zuiden van
Frankrijk gevestigd, zullen slechts zel
den :n andere deelen hun licht hebben
kunnen ontsteken.
Een rechtsgeding van dezen zelfden
aard is in den loop der eeuwen meer
dan eens voorgekomen. Zelfs onder nog
heel wat e'genaardigor omstandigheden
dan die, welke in het geval van Martin
Guerre naar voren traden. Wij kunnen
meenen, dat onder de tegenwoordige om
standigheden zulk een verwarring van
den burgerlijken stand van bepaalde per
sonen uitgesloten is. wij moeten ons ech
ter niet te zeer verlaten op den burger
lijken stand alleen, die tusschen twee per
sonen van absolute gelijkenis te kiezen
hebbende, ook wel eens zou kunnen fa
len om den ontb'rekenden schakel te ver
schaffen. Het merkwaardigste in het
rechtsgeding van Artigat en Toulouse is
wel, dat de gesch:edeni$ ons geheel geen
zekerheid schenkt over het feit, of niet
Wellicht een derde Martin Guerre het
type scheen nogal gangbaar ten too
neeie is verschenen en of niet deze derde
onmiddellijk door vrouw en familie als
de werkelijke is herkend