Zierikzsssche Nieuwsbode DUPLO DUPLO DUPLO DUPLO Uit de geschiedenis der Zierikzeesche Gilden. B IJ VOEGSEL behoorende by de van Tr|jdag 13 April 1923, no. 19914 BUITENLAND. De Slavenhandel ln Abeselnlë. De „Times" bevat een ingezonden stuk van een hooggeplaatst militair in Abes- sinië over den slavenhandel aldaar. De schrijver verklaart, dat in Zuid-Abessinië het gebied over een streek van 300 mijl geheel is ontvolkt en verwoest door de slavenjagers, terwijl in dat gebied meer dan een millioen inboorlingen zijn ver moord of weggevoerd sinds den "dood van Menelik. Het meerendeel dezer slaven is naar de baai van Tajoera gevoerd fcSj1 Fransch Somallland tegenover Arabië en de golf van Aden. In de laatste jaren, sinds den dood van keizer Menelik in 1912 heeft de slavenjacht met alle wreed heid weer in het land vasten voet ge kregen. Bij den dood van dien monarch werd het grootste deel van Abessinië aan volslagen anarchie prijsgegeven. De gou verneurs van het rijke Zuidelijke jjeel van het land gebruikten hun post om zichzelf te verrijken. Gedurende de regee ring van Menelik werden de overwonnen negerstammen in het Zuiden van Abes sinië wel als slaven behandeld, doch zij werden niet van hun woonplaatsen weg gevoerd. Bij den dood van Menelik ver anderde dit evenwel. Iedere plaatselijke gouverneur aldaar verkocht de bevolking van zijn district zoo spoedig mogelijk, zoodat men thans ven de Kenta-kolonie naar het Noorden kan reizen door Abes sinië zonder een levende ziel te ontmoe ten. Vroeger was dit land gelijk een vruchtbaren tuin; thans liggen er de ge raamten in de zon te bleken en getuigen de overblijfselen van menschelijke wonin gen van vroegeren voorspoed. Deze toe standen kunnen bezwaarlijk langer wor den geduld. Het is nog slechts een kwes tie Van tijd en de Abessiniërs zullen goed georganiseerde invallen in het Britsche gebied gaan doen met het doel, er slaven te rooven. In de haven van Dzjiboeti ligt reeds een Fransche patrouilleboot teneinde den slavenhandel tusschen Abessinië en,"Arabië tegen te gaan. Doch wat kan één zulk een boot uitrichten? In 1920 2ag een mis sie van het Britsbhe ministerie van Bui- tenlandsche Zaken op een reis door Abes sinië overal troepen slaven, die door het land, werden gevoerd, naar de kust om daar te worden verhandeld. Wat Is tegen dezen slavenhandel te doen vraagt de. schrijver tenslotte. Hij herinnert er aan, dat de Volkenbond voornemens is de kwestie in September as In h<»harvrfoliag to nomon on dringt or op aan, dat zoo spoedig mogelijk zeer kraeehtige maatregelen worden genomen, daar de salvenhandelaars met halve maat regelen den spot zullen drijven. BINNENLAND. Uitvoering Yleeschkeurlngswrf. Op vragen van den heer Weitkamp, lid van de Tweede Kamer, betreffende de uitvoering van de Vleeschkeuringswet, heeft de minister van arbeid, handel en nijverheid' geantwoord: 1. Bij de behandeling van hoofdstuk XA der Staatsbegrooting hebben leden der Tweede Kamer, die nauw contact houden met landbouwkringen, hun voldoening uit gesproken over de soepele en tactvolle wijze, waarop de Vleeschkeuringswet wordt uitgevoerd. De ondergeteekende heeft zich dan ook verwonderd over de eerste der hem gestelde vragen en moet deze ontkennend beantwoorden. Hij houdt zich evenwel aanbevolen voor mededee- ling van bezwaren, die ondervonden wor den, opdat hij die kan onderzoeken en zoo noodig en mogelijk wegnemen. 2. Zeer zeker is de ondergeteekende be reid, zooveel het in zijn vermogen staat, te bevorderen, dat rekening wordt gehou den met de toestanden ten plattelande, mits het gevaarlijke misbruik, dat vóór de invoering van de wet bij noodslachtin- gen voorkwam, geweerd blijve. Hij meent echter er de aandacht op te moeten vestigen, dat de uitvoering van de Vleeschkeuringswet goeddeels berust bij de gemeentebesturen. Het is niet waar schijnlijk, dat plattelandsgemeentebesturen onvoldoende rekening zouden houden met de plaatselijke omstandigheden. Voor zoo ver onbekendheid met de wettelijke voor schriften in het spel is, vindt ieder ge meentebestuur bij de inspectie steeds ge hoor tot voorlichting. De Prins nanr Mecklenburg. Prins Hendrik is voornemens zich Vrij dag 20 dezer Voor eentge dagen naar Mecklenburg te tegeven ter bijwon'ng van een dienst te Schwerin gewijd aan de nagedachtenis van zijn moeder, de Groot hertogin Mane, die den 22sten April ten vorigen jare ten Koninklijken Paleize te 's Gravenhage overleed. EERSTE KAMER. Zitting van Woensdag II April. De algemeene beschouwingen over de Staatsbegrooting worden hervat. Minister Ruys de Beerenbrouck zet zijn rede voort. Spr. zegt, dat onze weermacht zoo groot zal moeten zijn, dat wij onzen plicht tot verdediging kunnen nakomen. Preventie is onze eerste taak. De regeering staat niet onder invloed van militaristische stroomingen. Over de wijzigingen van de wet op de besmettelijke ziekten wordt nog overleg gepleegd. Ten aanzien van de reconstructie van het kabinet meende spr., dat er geen reden voor het kabinet was ontslag aan te vragen. Spr. stelt prijs op samenwerking van de rechterzijde en de regeering. Bij de behandeling van prin- cipiëele kwesties, als die betreffende Zon dagswet en lijkverbranding, moeten alle rechter partijen voor een vruchtbare sa menwerking iets van haar meening laten vallen. De regeering kan niet meewerken tot invoering van de doodstraf. Afschaf fing van den stemplicht zal zij ernstig in beraad nemen. Minister de Geer zegt, de premie voor pensioenen niet te kunnen verlagen. Spr. is voornemens eventueel het saldo op den crisisdienst te bestemmen tot dekking van de tekorten op woningvoorschotten. Voor- loopig zal de regeering niet overgaan tot afschaffing of uitbreiding van de staats loterij. Spr. betoogt verder, dat de belas tingdruk veel te zwaar is, maar hij ver werpt het middel, de directe belastingen te verminderen en Indirecte sterk te ver meerderen door een verhooging van de invoerrechten- Spr. bestrifdt voorts ile op vatting van den heer de Gijselaar ten aan zien van het saldo van het leeningsfonds 1914. Een ontwerp tot wijziging van de Successiewet heeft het departement ver laten. Het beoogt vermindering van de successierechten in bijzonder harde geval len. Voor een paniekstemming ten aanzien van de veiligstelling van den gulden is geen reden. Pe veiligstelling van den gulden is onze groote sociale taak vooral in het belang van den arbeider. De heer De Geer bestrijdt voorts den heer Van Emb- den met diens „eenzijdige en onvoldoende bezuiniging op de defensie-uitgaven" en den heer Wibaut „wiens efficientymetho- de niet genoeg bereikt" .Naast de effi ciency zijn opofferingen noodig. Het rap port der commissie betreffende de finan cieele verhouding tusschen rijk en ge meenten zal 1 Mei verschijnen. Spr. zegt toe na het ontvangen van dat siotadvies, het ontwerp aanhangig te zullen maken betreffende nooduitkeering '23, gegrond op nieuwe gegevens en in den geest der Staatscommissie. De heer Van Wassenaar van Catwïjick is bevreesd voor depreciatie van den gul den in Ned.-Indië. De heer Wibaut repliceert. De vergadering wordt daarna verdaagd tot Donderdagmorgen 11 uur. Zitting van Donderdag 12 April. De algemeene beschouwingen over de Staatsbegrooting 1923 werden voortgezet. De heer Van Lanschot repliceert. Hij dringt aan op een positieve verklaring, dat de gemeenten woningbouwvoorschot- ten moeten restitueeren. Hij is teleurge steld door de verklaring van de regee ring, dat deze geen protectionistische po litiek wil voeren. De heer De Vos van Steenwijk repli ceert en critiseert de houding van den premier in zake de kabinetsformatie. De heer Van Embden repliceert en be toogt, dat Nederland op het stuk van uitgaven voor de defensie geen rekening houdt met het lidmaatschap van den Vol kenbond. Na de pauze wordt namens de commissie tot onderzoek van de geloofs brieven van het nieuw gekozen lid mr. P. E. Briët verslag uitgebracht. De com missie stelt voor, tot toelating van den heer Briët te besluiten. Aldus wordt be sloten. De heer Van Embden zet daarna zijn rede voort. De phrase van den minister president, dat Nederland de plaats moet innemen, die het toekomt, klinkt ver heven, maar wat beteekent ze tegenover een machtig eskadrille vliegtuigen of-1000 K.G. koolmonoxyde? Machtmiddelen ter verdediging van ons land hebben slechts relatieve waarde, en spreker meent, dat men voor 100 millioen evenmin voldoende bewapend kan zijn als voor 30 millioen, zooals zijn motie voorstelt. Voorts bestrijdt hij de methode van minister De Geer, die dc defensie rekent tot alle andere takken van staatszorg, waarop een gelijke bezuiniging moet wor den toegepast. De defensie dient als een geheel aparte tak van staatszorg be schouwd te worden. Spreker kan zijn mo tie niet intrekken, omdat hij meent, daar door de regeering te kunnen afhelpen van den waan van het absolute minimum. lilt Stad en Provincie SEROOSKERKE. Daar op den dag van candidaatstelling voor leden van den ge meenteraad op 10 April jJ. slechts een lijst is ingeleverd, bevattende de namen van de heeren J. de Roo, N. Moelker, P. Goemans, P. A. Lcgcmate, J. Klompe, W. Oosse Mz., L. Padmos, P. Berrevoets Sz. en P. C. Landegent, zal de nu zittenda Raad, bestaande uit de zes eerstgenoem- den, in z'n geheel terugkomen, met als nieuw lid dhr. L. Padmos. DUIVENDIJKE. Op den stemmingsdag voor de prov. staten werd door een drie tal kiezers bij het stembureau een klacht ingediend in verband met dc plaatsing der stemlessenaars ten opzichte der zit plaats van de leden van het stembureau, met verzoek deze klacht te vermelden in het proces-verbaal der stemming. Na de opening der biljetten werd door den voorzitter van het stembureau van deze klacht mededceling gedaan aan de in het lokaal aanwezige kiezers. ZONNEMAIRE. Voor candidaten van den gemeenteraad zijn Dinsdag dezelfde lijsten ingeleverd, die in deze courant van 30 Maart zijn vermeld. Ter gelegenheid van het 50-jarig be staan van het muziekgezelschap „Nut en Uitspanning" alhier, zal op den 2en Pink sterdag a.s. een bondsconcours gehouden worden. De verschillende besturen maken alle toebereidselen om het den bezoekers zoo aangenaam mogelijk te maken. ST.-PHILIPSLAND. Voor de a.s. ge meenteraadsverkiezingen zijn 6 lijsten in gediend: 1. A. A. v. Nieuwenhuijzen, L. J. v. Nieuwenhuijzen, J. A. Stols, J. Geel hoed, F. Schreuder; 2. P. J. de Ruijter, A. W. Beurkens, J. Neele, K. M. van Dijkc, G. C. Noorthoek; 3. Th. A. Bou- deling, J. van Strien Cz., A. Wisse; 4. A. M. v. Dijke; 5. L. Neele; 6. F. de Ronde. POORTVLIET. Door de Staatkundig Gereformeerde partij zijn candidaat ge steld voor den gemeenteraad: 1. C. van der Male; 2. C. P. Vogelaar; 3. W. J. Boogaart; 4. Jac. van Oost; 5. D. M. Kievit; 6. A. B. van de Vate. RECHTZAKEN. Een proces over een bontmantel van f 49,000. Men zal zich de procedure herinneren, eenigen tijd geleden in Engeland gevoerd door een groot Haagsch Modehuis tegen de erven van een destijds in Nederland geïnterneerd Engelsth officier, teneinde betaling te bekomen van een sabelbont- mantel van f 40,000, door dien officier gekocht voor een Haagsche dame. De Engelsche rechter wees de vordering af, op grond dat de overeenkomst een oor zaak in strijd met de goede zeden zou hebben en veroordeelde de eisthende fir ma in de proceskosten. Deze laatste beproefde daarop haar ge luk voor de rechtbank te 's Gravenhage en dagvaardde de erven tot betaling. De zen stelden tegenover de vordering het verweer, dat reeds eenmaal, zij het door den Engelschen rechter, over dezelfde quaestie was geoordeeld en Vorderden hunnerzijds reconventioneel de proceskos ten, zijnde 1306.11/2 pd. st. De rechtbank overwoog dat ieder de gevolgen van zijn eigen daad moeten drrgen en dat billijk heid en goede trouw medebrengen dat eischeres die de gedaagden vrijwillig voor den Engelschen rechter riep, ook zelf aan diens uitspraak gebonden is, al valt die beslissing in haar nadeel uit. Geen verandering wordt hierin, gebracht door het feit, dat de Engelsche rechter het Engelsche recht heeft toegepast; eischeres had hierop verdacht moeten zijn, toen zij geheel vrijwillig het oor deel van die autoriteit inriep. Daargela ten of men hier te doen heeft met een gewijsde zaak, staat het in ieder geval eischeres niet vrij nu zij eenmaal in het ongelijk is gesteld de vordering op nieuw hier te lande doen gelden. Der halve werd zij niet ontvankelijk ver klaard. In reconventie werd beslist dat de Haagsche firma zich ook ten aanzien van de kosten moet gedragen naar het oordeel van den door haar zelf inge roepen rechter. De verplichting tot be taling der kosten is een noodzakelijk ge volg van de omstandigheid dat zij in het ongelijk was gesteld en is veroorzaakt door het eigen optreden in het buiten land. Deze veroordeeling in Engeland is hier te lande een voldoende grondslag om tot een overeenkomstige veroordee ling te geraken. Het gevorderde bedrag werd derhalve toegewezen. SPORT. ZIER1KZEE. Ajax I-D.S.O. I 2-1. Uit geloofde medaille aan Ajax toegekend. PREDIKBEURTEN. Zondag 15 April. Zlerllcseo. Ned. Herr. Kerk. Nieuwe Kerk. '■Yoora. 10 ure, da. Stcenbeek (Doopabed.) Kleine Kerk. 'a Voorm. 10 ure, da. Helder en 's avond* 9 SO ure, da. de Leur. Lulh. Kerk, Geen dienat. Geref. Kerk. 10 en 9 ure, da. Wielen ga. Chr. Geref. Kerk. 9.30, 2 en 6 ure, Preekleten. Evangelisatie Jeruël II. 10 en 7 ure, Gewone dienst. (erkwerve. 2 ure, dr. Proost, farooskerke. 2 ure, da. Boogaard. Bargb. 9.90 ure, da. Boogaard. Remsse. 9.80 ure, da. Leendertz. I. v. ROSSEM's beste CURACAO 1. II tb te Pruim- en BookUbak. I« eageuu.d en geurig yh nature. I« Terkrtygbaar k 12 et per Va one. (Inger. med.) Noordwelie. 2 ure, da. Leendertz. Haamstede. 2 ure, da. v. Griethujjsen. Geref. Kerk. 9.30 en 2 ure, da. Goudhuij* (Yoorber. H. A.) Oud-Geref. Kerk. 9.30 en 2 ure, Leeakerk. Etkeraes. 9.30 ure, da. Poort. Geref. Kerk. 9.30 en 2 nre, da. Laarman. Brouwershaven. 10 ure, dr. Preost. Geref. Kerk. 9.30 en 2 ure, da. G. Dalhuizen vau Doora. Zonnemaira. 9.39 ure, da. de Leur. Geref. Kerk. 9.30 ea 2 ure, da. Hoek. Noordgouwe, 9.30 ure, da. v. Griethugean. Drolschor. 9.S0 nre, da. v. d. Griend. Ouwerkerk. 2 ure, da. Helder (Doopabed.) Nleawerkerk. 9.30 en 2 ure, da. v. d. Liaden. Geref. Kerk. 9 90, 2 en 5.80 ure, LeesdlensL Oud-Geref. Kerk. 9, 2 en 5 ure, Leeadienst. Oovterland. 9.30 en 2 ure, dr. Weeda. Geref. Kerk. 9.30, 2 en 9 ure, da. v. d. £nde van Kamperland. Geref. Gem. 9.30, 2 en 5.80 ure, Leeakerk. Slrjaoslani. 9.60 ure, da. de Roode. Brntnlcee. 9.30 en 2 ure, da. Waarden- karg. Geref. Kerk. 9.30 en 2 ure, Leeakerk. Geref. Gem. 9.80, 2 en 8 ure, Leeskerk. Oud- Geref. Kerk. 9, 2 en 5 ure, Leeskerk. A.-J."Polder. Geref. Kerk. 9.30 en 2 ure, Leeakerk. 8t.>Plllpaland. 9.30 en 2 ure, da. Los. Oud-Geref. Kerk. 9, 2 en 5.80 uro, da. Boone. Tbolen. 9.80, da. Keiler en 2 ure. da. Datema. Geref. Kerk. 9.80 en 2 ure, ds. Veld kamp. Geref. Gem. 9.80, 2 en 6 ure, Leeskerk. St.-Maartensdijk. 9.30, Leeskerk en 2 ure, da. Keiler. Oud-Geref. Gem. 9.80, 2 en 9 ure, Leeakerk. Ond-Voeaemeer. 9.80, da. Van Griethuizen am 2 ure, Leeadienst. Geref. Kerk. 9.30 en 2, da. Staal; 5.30 ure, Leeadienst. Poortvliet. 9.80, ds. Verschoor (Bevest. nieuwe lidmaten) en 2 ure, idem. Geref. Kerk. 9.80, 2 en 6 ure, Leeskerk. Ccherpeaisse. 9.30, ds. W. J. Keiler (Bed. H. Avondm en 8 ure, idom. Oud-Geref. Kerk. 9.30, 2 en 5.30 ure, Leeakerk. Staveniase. 9.30, ds. Moerman (Bevest. lidmaten en Voorber. H. A.) en 2 nre, idem. Oud-Geref. Kerk. 9.30, 2 en 5.80 ure, Leeskerk. St.-Anoaland. 9.30. Leeakerk en 2 ure, da. Vau Griethugzen. Geref. Kerk. 9.80, 2 en 5. ure, Leeskerk. TAN HEINDE KN TER: Te Evanger, een Noorsch dorp, zijn 30 huizen geheel door brand Vernield. Liam Lynch, de chef van den Ier- schen rebellenstaf, is aan zijn wonden bezweken. De „Matin" publiceert een oproep van grootvorst Alexander van Rusland aan alle christenvolken, om zedelijken steun te verleenen teneinde de Russen te helpen, die door de sovjet-regeering ■worden vervolgd wegens hun godsdien stige overtuiging. Een draadloos telegram uit Moskou meldt, dat het proces tegen den vroe- geren aartsbisschop Tiehon tot 17 April is uitgesteld. 6 Ierschc rebellen, bij wie wapenen werden aangetroffen toen zij werden ge vangen genomen, na eenige maanden van gevangenschap, 2ijn terechtgesteld. Het Kramersgildev ook wel genoemd het Coomans- of St.-Nioolaasgilde, be vatte de winkeliers en kooplieden. Het had zijn gildedag op 6 Dec. en wordt reeds Vroeg 'Vermeld. Stukken in het ar chief van het gilde klimmen tot 1368 op. Zijne gildebrieven zijn van 1512 en 1763, met eene ampliatie van 1785. Een ondergilde ervan was het hoedenmakers- of Sint Laurensgilde. Paruikmakers be hoorden sedert 1736 en oude kleerkoo- pers en uitdraagsters sedert 1755 tot 't Kramersgilde. Vreemde kramers moch ten alleen op de jaarmarkt de stad met hunne waren bezoeken en buiten die markt slechts op Woensdagen en Zaterdagen. Herhaaldelijk verzocht ons gilde aan den Raad om het leuren door vreemden en Joden zooveel mogelijk te beperken. Win keliers, die uitverkochten, mochten in de eerstvolgende drie jaren opnieuw geen winkel openen. Deken en ommegangers van het gilde gingen op zijn minst twee maal 's jaars rond om na te gaan of scha len, balansen, gewichten, ellen en maten geijkt waren en of ze voldeden aan maat en gewicht. In 1423 stichtte het gilde in een der kapellen van de Sint Lievensmons- terkerk aan de Noordzijde een altaar met het beeld van den Heiligen Nicolaas. Toen in September 1572 't zilverwerk der gilde- altaren aan Thesaurieren der stad werd ingeleverd, werd ook de zilveren vergulde mijter van St.-Nicolaas ten stadhuize ge bracht, Dit versiersel woog 23 onsen; het andere zilveren altaar-gereedschap 33 on sen. In 1426 vereerde het Kramersgilde met drie andere gilden samen aan 't beeld ivan den patroon der stad Sint Lieven, een zilveren kruis en een zilveren nijptang. Het laatstgenoemde voorwerp doelde op het marteltuig, waarmede Sint Lieven ge- pijnigd was. In 1467 sohonk Catheline meester Andries Smyts weduwe aan het gilde acht gebouwtjes of kamers in het Vrije. Uit den aard der zaak telde 't Kramers gilde vele leden en aan de gildemaaltijden, die tot het einde der 18e eeuw jaarlijks gehouden werden (meestal in de Zout keet in de Poststraat C 93), namen dan 70 a 80 personen deel. Het Bakkersgilde had tot patroon Sint Autbertus en de 'bakkerinnen tot patrones Sint Lucia. De naamdag der laatste werd later als gildedag op 13 December ge vierd. De gildebrief was van 1528; in 1803 stelde de Raad een nieuw reglement vast voor de brood-, koek- en suikerbakkers en de koks of pasteibakkers. Brood-, koek- en pasteibakkers had den, zooals de' woorden aanduiden, afzon derlijke eetwaren te bakken. Maar menig maal klaagde de een, dat de ander op zijn terrein kwam. Het was daarom niet over bodig, dat de Raad in 1776 ieders werk kring afbakende. Uit dit besluit kan men zien, wat er een anderhalve eeuw geleden zooal gebakken werd. Aan de broodbak' kers werd overgelaten het bakken van alle soort van brood en beschuit, krente- en kruidekoekjes, bestellen, witte bollen, zoute en zoete krakelingen, soezen, kran- selingen, kaakjes, timpjes, boterbiesjes en verder Paasch-, Pinkster- en Kerstbrood. Koekbakkers bakten alle soorten zoete- koek, Spaansch roggebrood, speculaas, moppen, hijlikmaker, kaneelkoekjes, Haag sche bollen, suikerbrood, colombijntjes, sui kerkoekjes, fonteinkoek, suikerbollen, pe- peibollen, grof en fijn banket, letterkoek, trouwkoek, duimpjes, spekjes en knlppel- tjes, terwijl zij ook soezen mochten bak ken. Eindelijk waren de koks of pastei bakkers gerechtigd tot het braden van alle soort van vleesch (het braden van varkensvleesch was vrij gelaten), wild braad, hoenders en duiven; het bereiden van pasteien, het koken van alle soort vleesch, hammen en soepen. In 1629 werd de proef vastgesteld om in het gilde aangenomen te kunnen wor den als bakkersbaas. Deze bestond uit 1 het bakken van een tarwebrood van 4 stuivers, een kropbrood van 4 stuivers, een roggebrood van 4 stuivers en een wittebrood van 2 stuivers. Bakkers en broodverkoopers moesten het brood ver- koopen volgens het gewicht, dat door de beëedigde broodwegers werd vermeld aan de kerkdeuren. Op de beide dijken mocht men geen bakoven zetten of brood in de vensters ten verkoop leggen, dan met toestemming van den Raad. Ook werd het aan een bakker verboden voor iemand te bakken, die bij een ander collega nog schuld had van brood. In 1577 werd ver boden op Zondagvoormiddag tusschen 9 en 11 uur, tijdens de predicatie, brood te verkoopen. Volgens eene bepaling van 1595 moest men ten minste 18 jaar oud zijn om bakkersbaas te kunnen worden; later is de leeftijd daartoe op 20 jaar bepaald, terwijl men een jaar bij een vrijmeester in de leer moest zijn geweest. Blijkens het reglement van 1803 mochten de bakkers des Zondags slechts bakken met toestemming van den President van den Raad; voorts mocht geen particulier in zijn oven voor een ander bakken. In 1655 waren er hier 46 bakkersbazen en bakkerinnen, in 1703 waren er 53. In 1677 werd de deken van het gilde, Jan Corff, afgezet, omdat hij te licht brood verkocht had, terwijl hij nog al uitdeeler van brood aan de armen was. In 1765 bepaalde de Raad dat het aantal Roomsche bakkers niet meer mocht zijn dan xf3 van het geheel; in 1789 waren er 19 Gerefor meerde en 10 Roorrische bakkers. Toen in 1795 de gildebroeders weigerden voor de Franschen te bakken, werd hun dit gelast, op straffe dat hun zaak gesloten zou worden. Het Molenaar sgilde had tot patroon Sint Victor, wiens gedenkdag op 10 October viel. Gildebrieven werden in 1506 en 1607 door den Raad verleend. Uit eerstgenoem- den zien wij o. a., dat het maalloon voor een zeef tarwe 4 grooten (10 cent) be droeg, dat de molenaars, nóch hun vrou wen, knechts of meiden op Zaterdag op de korenmarkt mochten komen; dat ze op Zondagen en sommige heiligendagen niet mochten malen, enz. In 1558 telde men alhier 8 korenmole naars, die alle beboet werden, omdat ze afgesproken hadden het koren niet meer bij de inwoners met hunne kar te halen en te brengen. In 1599, toen er nog 9 windkorenmolens waren, verzochten de molenaars geen nieuwe molens meer te laten oprichten, daar ze meenden, dat 4 of 5 genoeg waren. De Raad nam het verzoek in gunstige overweging. Reeds in de 16e eeuw kwam het voor, gelijk het nog tot het laatst der 18e eeuw het geval was, dat de korenmolens alhier elk aan twee eigenaars, ieder voor de helft, behoorden. Misschien vond dit ge bruik zijn oorsprong in de omstandigheid, dat er altijd meer gildebroeders waren dan molens en door het halveeren van de bezitting meer personen konden deel nemen aan het bedrijf. Een eigenaardige kwestie deed zich in 1658 voor. Bij1 de ordonnantie van 23 September 1637 hadden de Staten van Zeeland bepaald, dat korenmolenaars bij «de verklaren, moesten, niet te zullen fraudeeren jegens de pachters Van de belasting op het gemaal. In 1658 nu ble ken alle molenaars te Zierikzee en ook eenige van hel platteland ongezind te Zijn om dien eed af te leggen en lieten liever hunne molens stilstaan. Daar dit voor de burgerij groolc ongelegenheid Veroorzaakte, kwam de stedelijke regee ring tussjchenbeide en besloot alle wei gerachtige molenaars het poorterschap te ontzeggen, hun te doen aanzeggen binnen 24 uren de stad en het Poort ambacht te ontruimen en orde erop te stellen dat de molens in gang werden gehouden. Dit raadsbesluit, op 20 Oc tober 1658 genomen, werd den volgen den dag uitvoerbaar verklaard en de weerspannigen door een stadsbode aan gezegd de stad "binnen genoemden ter mijn te verlaten, onder bedreiging bij niet-opvolging voorbeeldig gestraft te zul len worden. Aanvankelijk hielden de molenaars voet bij stuk en verlieten de stad; maar in de vergadering van den Raad van "31 October werd reeds medegedeeld, dat ze berouw toonden, waarom ze weer in de stad lan tot den eed werden toegelaten. In 1700 werd op verzoek der molenaars het maalloon per zak van 6 op 7 stui vers gebracht. Er Werd toen per week ten hoogste 350 zak graan gemalen. Dit loon Was in 1785 nog hetzelfde, wanï een verzoek om het te verhoogen tot 8 stuivers werd toen afgeslagen, In 1812 Waren hier nog in werking 4 korenmolens, 1 oliemolen, 1 gortmolen en 1 houtzaagmolen; in 1824 telde men 4 korenmolens, 2 zaagmolens, 1 olie- en gortmolen en 2 grutmolens. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1923 | | pagina 5