sMri Zierikzeesche 0 Nieuwsbode püS GRIEP. PIANO'S. F.' A.S.J. DEKKER, I E PETROF Woensdag 25 Jan. T922. zierikzeesche courant, ff'fl sui/t ,'s "z Landstorm. buitenland. Een wereldfirma als het huis goes utrecht. binnenland. Zierikzes vóór honderd jaren. v t M w t>y contract belangrijke korting. Ala voorbehoedmiddel wordt geprezen: „Vul een glas half vol met warm water en roer daarin een eetlepel Abdijsiroop. Hiermede vijf maal daag» goed gorgelen". Ingezonden Mededeelingen. Gevonden voorwerpen Twee centuren, een portemonnaie, een handschoen, een takelkettiug, een hor logeketting, een broche, een gladharige bruine hond. Inlichtingen te bekomen aan 't Bureau van Politie te Zierikzee, van des mor gens 10 tot 12 en des namiddags van 2 tot 4 en van 8 tot 9 uur. De Commissaris van Politie, R. P. BRONS. De BURGEMEESTER van Zierikzee maakt bekemd, dat door den Inspecteur van den Vrjjwilligen Landstorm is bepaald, dat bet onderricht der vooroefeningen aan jonge lingen van 1618 jaar wordt verdeeld over twee leerjaren. Voor bedoelde jongelingen is de gelegen heid nog opengesteld, zich op te geven tot uiterlijk 1 Mnart a s. De aangifte daartoe kan ook ter Gemeente secretarie geschieden. ZïiRiKZBK, 24 Januari 1922. De Burgemeester voornoemd, A. J. F. FOKKER VAN CRATESTETN VAN RENGERSKERKE. Hoeveel een roebel waard ia. Met welke fantastische bedragen men tegenwoordig in Rusland moet rekenen bij de gewone dagelijksche inkoopen, blijkt uit een telegram uit Helsingfors aan de „Morning Post" Hierin wordt een uittreksel gegeven uit een particulier schrijven, dat drie weken geleden door een bewoner van Petrograd is verzonden. Uit den brief blijkt, dat de kosten van het levensonderhoud door de jong ste depreciatie van den roebelkoers ont zaglijke afmetingen hebben aangenomen. Een goudstuk van tien roebel was op het oogenblik, dat de brief werd ver zonden, een millioen driehonderdduizend roebel waard. Drie weken tevoren was de waarde nog „slechts"' 720.000 roebels. Het gezin van. een beambte der sov jets, die elfduizend roebel per maand salaris ontvangt, moest over datzelfde tijdvak November j.l. vier millioen achthonderdduizend roebel uitgeven voor het aankoopen van de meest noodzake lijke levensbehoeften. Een moeilijk© redding. Aan de „Times" wordt uit Nieuw-Zee- land het pakkend verhaal van esn red ding ter zee gemeld. In een radio-be richt, in Nieuw-Zeeland opgevangen, werd gemeld, dat de schoener Hellen E. Sper ling, op weg van New-Castle naar Pa poea Zondagmorgen in een hevigen storm lek sloeg. Het schip seinde draadloos dringend om hulp. DeAustralische krui ser Melbourne ging met vollen stoom naar de aangeduide plek en seinde draadloos, den schoener Zondagnamiddag te twee uur te kunnen bereiken. De schoener seinde terug: „Wij kunnen het geen uur langer uithouden; het schip loopt vol water, de golven siaan over, de reddingbooten kunnen het in deze zeeën niet bolwerken". Een later bericht van den schoener meldde dat een der redding booten bij het neerlaten werd verpletterd. De schoe ner rolde heftig en de bemanning be reidde zich er op voor in de golven om te komen. De kruiser seinde terug: „Houdt moed, wij bereiken u zeker". jn Nieuw-Zeeland verbeidde men den uitslag met groote spanning. Later kon de kruiser berichten, den schoener te hebben bereikt, en na veel moeite de ge- heele 'bemanning te hebben geren door olie op de golven te werpen. De lastercampagne van Talie. Na langdurig en met eindeloos geduld voortgezette pogingen is, naar het Journal meldt, de directeur van het politie-labo- ratorium te Lyon, er in geslaagd de schrijfster te ontdekken van de noodlot tige anonieme brieven, welke gedurende enkele maanden onder de vreedzame be woners van het stadje Tulle zooveel pnheil hebben gesticht. Een onderzoek van ver schillende proeven van schrift heeft de zekerheid verschaft, dat de daderes een jong meisje is, Angèle Laval. De verden king was op haar gevallen door het feit, dat bijkans iedereen in Tulle het slachtoffer der campagne was geworden, behalve een jonge vrouw, mevr. Moury. Men meende aanvankelijk in deze de dade res te zien, doch zij bleek onschuldig. Ge durende den oorlog was zij als stenoty piste werkzaam geweest op 't bureau van haar toekomstigen man, te zamen met Angèle Laval. Toen zij na den oorlog met den heer Moury in het huwelijk trad, had dit de jaloerschheid van Angèle dermate opgewekt, dat deze haar afschuwelijke campagne begon in de hoop mevr. Moury tot wie zij' zich niet richtte, in verdenking te brengen. Uit dit alles is echter niet goed te begrijpen, hoe het jonge meisje zóó uit muntend van de intiemste aangelegen heden der burgerij op de hoogte was, en zelfs politiemaatregelen haar geen dag onbekend konden blijven. Een afschuwelijke roofmoord. In een dorp in de omgeving van de stad Danzig is Zondag een vreeselijk bloedbad aangericht. In het huis van een inwoner, ;dat door de ongewone stilte, welke er heerschte, het wantrouwen der dorpelingen had gewekt, vond men den bewoner, zijn vrouw, zijn beide schoon ouders en zijn 4 kinderen door bijl slagen van het leven beroofd. De ge- heele inboedel was door de moordenaars overhoop gehaald, kasten waren open gebroken en alle voorwerpen van waar de, benevens een som gelds, waren me degenomen. Als de vermoedelijke da ders van dezen afschuwelijken roofmoord wordt een drietal mannen verdacht, die, naar enkele dorpelingen zich herinneren, zich in het rijtuig der vermoorde fa milie hebben verwijderd. De nood in Rusland. De leider der Zweedsche hulpexpeditie te Samara in Rusland schrijft aan Bran- ting het volgende Het verschrikkelijke lijden der bevolking hier noopt mij om een vurig beroep te doen op de Zweed sche regeering en het Zweedsche volk, opdat zij blijven hulp verleenen ter be' strijding van een der vreeselijkste en felste rampen in de geschiedenis der menschheid. Er zijn plaatsen in het hon- gergebied, waar de bevolking er zoo kent geen hooger doel, dan door schitterende prestaties zich het rertronwen Tan haar clientèle waardig te maken. PETROF Instrumenten zjjn duurzaam en daardoor goedkoop. Fraaie serteering. Nieuwste modellen. Hoofdvertegenwoordigers: ontzettend £ajan toe is, dat de mënschen er krankzinnig door worden. Men is er reeds begonnen met het opeten der lij ken; thans vangt men zelfs aan, men sehen te dooden teneinde aan eten te komen. Actie tegen het dure reizen. In teen te Amsterdam gehouden verga dering, waar negen en dertig vereeni- gingen en lichamen uit Groningen Drente, Limburg en Zeeland vertegen woordigd waren en eveneens van mee werking van de betrokken vereenigingen uit Friesland bleek, is besloten, dat uit de vijf genoemde provincies een krach tige actie zal worden op touw gezet om te komen tot weerinvoering van de kilo- meterkaarten, waarvan de afschaffing een groot extra nadeel is voor de bewoners dier provincies. Politietroepen. In verband met een waarschijnlijk be langrijke inkrimping van de politie-troe- pen zal voorloopig daarbij geen nieuw personeel meer worden gedetacheerd. Afschaffing portvrijdom. Het ligt in de bedoeling van de re geering, zoo spoedig mogelijk over 'te gaan tot uitvoering van de wettelijk voor geschreven bepaling tot afschaffing van den portvrijdom. Verder, dat na afschaf fing va.i vrijdom, de kosten van verzen ding van op den openbaren dienst be trekking hebbende correspondentie, uit gaande van de gemeentebesturen, door het rijk worden gedragen; de daartoe noodige credieten zullen aan de Staten Generaal worden aangevraagd. In ver band hiermede is aan de gemeentebestu ren verzocht, in de werkweek van 23 tot en met 28 dezer een telling te hou den van het totale aantal door of na mens den raad, B. en W. (c. q. door een wethouder) en door den burgemees ter verzonden stukken, welke op den openbaren dienst betrekking hebben. De buskruitwet. Naar de Nieuwe Ct. verneemt, ligt bij de regeering een nieuw wetsontwerp ge reed, waarvan de indiening spoedig kan worden tegemoet gezien, betreffende de regeling van den aanmaak van buskruit en „springstoffen". De verkoop tab kleeren aan Polen. Omtrent den verkoop van kleeren heeft de minister van landbouw vroeger aan de Tweede Kamer medegedeeld: „De heer Hertzberger slaagde er in, den voorraad goederen nagenoeg in zijn geheel te verkoopen aan de Poolsche re publiek en hem werc( een commissieloon toegekend van 3 pet. van den verkoop prijs van alle goederen, welke in voor raad waren bij het Rijkskantoor en niet meer konden worden gedistribueerd, wel ke commissie eveneens gevraagd was door en in uitzicht gesteld aan derden, die vergeefsche pogingen tot dien ver koop deden. De heer Hertzberger deed bovendien te genover de betaling van die commissie afstand van alle rechten, hem uit de overeenkomst verder toebehoorende. Aan hem werd uit dien hoofde een to taal bedrag uitgekeerd van f 514,988,25. Naar het Vaderl. verneemt, Zijn de der den, in deze aanhaling vermeld, opgeko men tegen de weigering, hun commissie uit te betalen op grond dat hun pogin gen vergeefsch zouden zijn geweest. Zij ontkennen, dat hun pogingen geen suc ces hebben gehad, en hebben de zaak aan de beslissing van den rechter onder worpen. Dat de heer Hertzberger van Polen commissieloon had bedongen en uitbe taald gekregen, zooals de Telegr. heeft gemeld, lean, meent het Vaderl., niet iuist zijn: hij zou zich dan door beide partijen hebben laten betalen. De Pa«« overleden. Zaterdagmorgen reeds bereikten ons be richten dat de Paus tengevolge van een griepaanval was overleden. Het bericht werd bij nadere telefonische informatie niet bevestigd, hoewel verscheidene bla den Zaterdagavond het droeve nieuws reeds bevatten, hetgeen evenwel in het zelfde nummer moest worden tegenge sproken, als zijnde voorbarig. Zondagmorgen 6 uur is de Paus eerst overleden; de berichten over zijn toestand deden reeds vorige week het einde ver wachten. Paus Benedictus XV werd den 24 Nov. 1854 te Genua als markies Giacoma della Chiessa geboren. Na op 2-/-jarigen leef tijd tot priester te Zijn gewijd, volgde hij de loopbaan der adellijke geeste lijken, welke na een bijzondere voor opleiding, ook een tijdlang aan den ker kelijk diplomatieken dienst verbonden werden. Den 3en September 1914* dus op 59-jarigen leeftijd, werd hij, nadat hij pas 4 maanden te voren tot kar dinaal was verheven, door het conclave tot paus gekozen. Een paus is voor den buitenstaander een legendarische figuur, maar de woor den door hem gesproken in de eerste encycliek, waarin hij zijn geloofsgenoo- ten voorhield: een ieder hebbe voldoen de aan deze belijdenis ,,Mijn naam is Christen en mijn bijnaam is Katholiek", zullen in de herinnering blijven voort leven. Men heeft den thans ontslapen Kerkvorst ook wel den „vredespaus" ge noemd, doordat hij van den aanvang af als bemiddelaar tusschen de oorlogvoe rende naties het vredeswerk heeft hel pen bevorderen, hoewel zijn, hoe goed bedoelde, pogingen gestrand zijn op de klippen der onverzoenlijkheid van de mo gendheden. De overleden paus heeft zijn vredes- actie tijdens den oorlog in voorzichtige banen weten te houden, zoodat ze ook bij mislukking geen schadelijken terugslag had en hij heeft geen gelegenheid laten voorbijgaan liefdewerk voor krijgsgevan genen en gewonden met onpartijdigheid te steunen. Den allerlaatsten tijd heeft hij tevens millioenen geschonken aan geld en levensmiddelen voor hongerend Rus land. Rome's 261ste paus heerscht niet meer op 't Vaticaan. Keuringsdienst van waren. Kon de kantonrechter vóór de inwer kingtreding van de Warenwet den knoei ers geen hoogere straffen opleggen dan f 25,— boete of 6 dagen hechtenis, thans is dit anders geworden. De keurings verordeningen bedreigen overtreding met straffen tot f 2000 boete of 6 maanden hechtenis. Voor den kantonrechter te Am sterdam verschenen Maandag drie per sonen wegens het afleveren van melk van ondeugdelijke samenstelling. Zij hoor den respectievelijk tegen zich eischen principiëele hechtenis van een maand; f 100 boete of 30 dagen hechtenis en f 300 boete of 100 dagen hechtenis. De Tleeschkeuringswet. De Maatschappij van Dierengeneeskunde heeft, naar aanleiding van een actie onder de bewoners van het platteland tegen de Vleeschkeuringswet, een adres aan den minister gericht, waarin zij nadrukkelijk betoogt, dat het verbod van huisslachtin- gen van zoo vitaal belang is, dat zonder deze de wet uit een oogpunt van volksbe lang alle waarde verliest. Bovendien be vatten volgens het adres de geuite bezwa ren geen andere grond dan eigenbelang en hiermede kan in een zoo gewichtige vraag moeilijk rekening worden gehou den. Waar bezwaren tegen de keuring van huisslachtingen bestaan, drukken deze alleen op hen, die met de uitvoering der wet zijn belast, en niet op de veehouders. De Maatschappij wil het na zooveel strijd verkregen fundamenteele beginsel der wet onverzwakt gehandhaafd zien. Verkiezing Eerste Kamer. De Provinciale Staten van Friesland hebben tot lid van de Eerste Kamer ter voorziening in de vacature, ontstaan door het overlyden vanMr. H Binnerts, by de tweede stemming gekozen de heer J. E. van Weideren baron Rengers (vrijz.) te IJsbrechtum, oud-voorzitter van de Friesche Maatschappij van Landbouw. De Rijksmiddelen. De Rijksmiddelen hebben in het afge- loopen jaar 1.6 millioen minder opge bracht dan in 1920. Dat het totaal bedrag minder zou zijn dan dat van 1920 was te verwachten. Buitengewoon voorspoedig was 1920 met een accres van 110.7 millioen tegen 79.7 over 1919 en 14.1 over 1918. Het ver schil der totaal-opbrengst is eigenlijk niet eens groothet volgend jaar zullen wel lager cijfers te boeken vallen. Thans berust de opbrengst der inkomsten- en tantième-belastingen, die een steeds grooter bijdrage waren gaan leveren, nog grootendeels op zeer gunstige be- dryfsinkomsten. Minder gaven vooral registratierech ten, dan volgen de invoerrechten, de zegelrechten en de geslachtaecijns. Meer leverden vooral op de inkomsten belasting, gedistilleerd, dividend- en tantièmebelasting en grondbelasting. Daar de successierechten een zeven III. De bevolking, die in 1822 slechts 6150 zielen telde (het laagste cijfer niet alleen van de 19e eeuw, maar wellicht sinds vier eeuwen terug), vond, evenals nu haar bestaan in handel, nijverheid, visscherij, scheepvaart, landbouw en winkelnering. De buitenlandsche handel werd toen uit geoefend op Frankrijk, Spanje, Portugal en Rusland met acht schepen, waarvan er vier behoorden aan Willem Cannen- burg, een aan Marinus Christianus de Crane, een aan Johannes Nelemans en twee aan hier gevestigde Engelsche zee- en kusthandelaars. Van die koopvaardij schepen waren alle opvarenden leden van de hier sedert 1735 gevestigde „Slaven- beurs". Die handel gaf nog vertier en levendig heid, de pakhuizen op de Oude en Nieuwe Haven voldeden aan de bestemming, (waar voor ze gebouwd waren en het uitrusten der schepen verschafte aan nering en in dustrie een aardigen omzet. Op het gebied der nijverheid zag het er honderd jaren geleden wel wat levendiger uit dan nu. Men had toen nog twee brou werijen, nl. „de Haan" op .de Appelmarkt (nu D 366) en „de Witte Leeuw" op den hoek van de Nieuwe Boogerdstraat en de Krepelstraat (nu C 94). De eerstgenoemde werd gedreven door Jacobus Quirinus Ver- haaren, de laatste door Cornells Wijn malen en sedert 1821 door de kinderen van wijlen Andreas Berjg. Bij heele en halve vaten kon men daar ook Leuvensch-, Fa- robier en Lambiek koopen. Looierijen telde men er twee, beide in en bij de Lange Nobelstraat gevestigd. De eene van Adriaan Buijze in het perceel nu A 163, de andere van Johannes Fitzner, in de gebouwen bij het Jannewekken, later over genomen door de familie Buijze. Mee- stoven waren er vier: „de Wereld" bij het Sas, „de Zon" iets verder aan den pro vincialen weg, „het Hart" buiten de Zuid- wellepoort en „de Star" buiten de Nobel- poort, inrichtingen, die successievelijk in 1898, 1876, 1884 en 1890 verdwenen zijn. Twee touwslagerijen voorzagen in de be hoeften van scheepvaart, landbouw, enz. Voorts had men een zeepziederij, een zout keet, een bezemmakerij, een traankokerij, twee grutmolens, twee zaagmolens, een olie- en gortpelmolen en vier korenmolens. Oesterputten telde men er twee bij het Westhavenhoofd en sedert 1819 een bij het Sas. Deze laatste behoorde aan A. J. van Borrendam, de beide eerste aan de in Holland gevestigde firma Varkevisser, Dorrepaal en Co. en de hier bestaande firma Cats en Co. Toen in 1821 bij Bor- rendamme eene nieuwe inlaag gelegd werd en de eigenaars der beide oester putten daarvan voor hun bedrijf nadeelen ondervonden, vroegen ze als schadever goeding het groote bedrag van f 64.650, dat ten slotte tot f 8600 voor de. eerste en tot f4650 voor de tweede firma werd terug gebracht. In 1822 werd echter al een oes terput bij het Hoofd opgeruimd en de materialen, palen, balken en planken ver kocht, waarvan men nog. na tientallen! jaren herinneringen in het Vrije zag. De overgebleven put werd gebezigd voor mesting van Engelsche oesters. Voor de winkelnering, die destijds meer dan thans van de stoep als uitstallingsplaats gebruik maakte, was de goede stand niet zoo tot het centrum der stad beperkt als tegen woordig en ook de puien der winkels hadden nog geen behoefte aan groote ruiten of bij zonderen bouw om de aandacht te trekken. Alleen aan onder scheidene uithangteekens en uithang borden bemerkte men wat er te koop was. Gapers bij apothekers en drogisten, rookende mooren bij tabakshandelaars, tonnetjes bij kruideniers, scheerbekkens bij barbiers wezen aan waar men een en ander vinden kon. En sommige bedrijven trof men aan op plaatsen der stad, waar men ze nu, zeker niet zoeken zou. Zoo ves tigde iemand in 1821 in de Zuidwellestraat een zilversmidswinkel. Maar al waren naar het uiterlijk de winkels door den vorm van deuren of ramen meestal niet van ge wone woonhuizen te onderscheiden, in wendig konden toonbanken, winkelkasten, doozen en kisten er kunstvaardig behan deld uitzien, vooral bij apothekers. Van de vijf in 1822 hier wonende apothekers, hadden Francois Roelof Bennet van der Grijp (D 382) en Philibert Lijphart Maatjes (C 114) zeer fraaie winkelinterieurs. Eene proeve van winkelkasten van 1825 vindt men nog in den goud- en zilversmidswin kel bij het Havenplein (D 373). Bakkers winkels zagen er zeer eenvoudig uit en personen, die, zooals tegenwoordig, uit sluitend banketbakker waren, kende men toen hier nog niet. De ouderwetsche bak ker, met zijn slaapmuts op, die des Zater dagsavonds als het versche brood uit den oven was, op een horen blies, was vóór honderd jaren hier een gewoon verschijn sel en onderscheidene bedaagden onder onze lezers zullen zich ook nog wei een enkelen van dat uitgestorven type her inneren (van Nieuwland senior, Wilten- burg e. a.) Naast den handel, de nijverheid en de, winkelnering noemen wij als een rijke bron van bestaan de visscherij. Na het diep verval onzer stad in den Franschen tijd zijn hier in 1817 en 1818 loffelijke pogingen gedaan om nieuwe bronnen van bestaan te openen. Wij, die eene eeuw later leven, weten hoezeer die goedgemeende en met de beste verwach ting op touw gezette onderneming helaas jammerlijk is te niet geloopen. Gesteund door aandeelen der burgerij, door bijdra gen uit 't legaat-Mogge en door subsidiën van het Rijk, heeft die nieuw opgerichte visscherij (haringvisscherij en beug- of wintervaart) zich niet staande kunnen houden. Over 1821 had de onderneming geen voordeelen opgeleverd en werden de voor uitzichten teleurgesteld. Door den lagen prijs van de visch konden de uitgaveiv over 1820 en vroegere jaren niet bestreden worden zonder steun uit de stedelijke kas. Op een verzoek aan den Koning had deze in 1821 eene premie van f500 geschonken aan acht schepen, die de beugvisscherij hadden uitgeoefend. In 1822 voeren elf vischschepen van hier en tot dekking van het toen bestaand tekort van f 21.000 had Z. M. f20.000 uit 's Rijks kas, bij wijze van voorschot, toegekend, dat terugge geven kon worden, als de omstandigheden mochten beteren of de financiën der stad zulks toelieten. In verband met het uit varen en terugkeeren der vischschepen werden wat sedert 1796 niet had plaats gehad bedestonden en dankdagen ge houden. De bedestonden hadden plaats in Juni, in de Kleine Kei-k; de dankdagen, meer bepaald „visscherspreeken" genoemd, werden in November of December des avonds in de dan schitterend verlichte St.- Lievens Monsterkerk gehouden, welke plechtigheid tallooze bezoekers, ook van het platteland, naar de kerk lokte. Om de kaarsen dan spoedig vlam te doen vatten werden de pitten wel eens met terpentijn bevochtigd en door den aanvan kelijk opstijgenden walm werden meestal vleermuizen uit het houtengewelf der kerk gedreven, welke fladderende diertjes voor sommige predikanten een reden waren de godsdienstoefening spoediger dan ge woonlijk te doen eindigen. Nadat Ds. Johannes de Wit op 9 Juni 1622, 's namiddags 5 uur in de Kleine Kerk eene bedestond gehouden had, voe ren op 13 Juni de haringbuizen „de Kroon prins" en „de Haringvisscherij" en de jager „de Hoop" uit, welke laatste 15 Juli terug keerde met 281/2 ton haring. Gelijk bekend is, heeft deze nieuw oo- gerichte visscherij doorloopend teleurstel ling en verliezen opgeleverd en in 1836 is het laatstovergebleven schip op de kust van IJsland vergaan. Nevens de visscherij hebben we reeds den oesterhandel genoemd, terwijl kreef ten uit Noorwegen werden aangevoerd. Behalve voor koopvaardij- en visch schepen bood de Oude en de Nieuwe Haven ook ligplaats aan menig vaartuig voor de binnenvrachtvaart, de zooge naamde „breede beurt", om nu nog van de diverse beurtschepen (waarover la ter) te zwijgen. Al die vaartuigen ga ven voornamelijk aan het stadsgezicht van de Oude Haven met haar zwaar ge boomte een ongemeen levendig voorko men. Hier lag een schip aardewerk of steenen, daar eikenhout (meest tusschen de Steenen brug en de houten brug) te lossen. Iets verder, tusschen de stee nen brug en de Mol, lagen de turf schepen, zoo dat dit gedeelte der Oude Haven wel de turfkaai werd genoemd. Bij de lossing van turf waren voorna melijk de leden van het Sint-Jans of Zakkedragersgilde in actie, waarom ze dèèr hun verenigingslokaal (de z.g.n. Zakkedragerskelder) hadden. Daar de Steenen brug twee gemet selde bogen van eenigszins' verschillen de wijdte had, konden daardoor slechts schepen van bepaalde breedte en met gestreken mast doorvaren. (WordI oen>olg\d

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1922 | | pagina 1