ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE. Woensdag 28 Februari 1917. C o u r a n t). No. 9974. EERSTE BLAD. Verbouwing Uien, Vlas en Suikerbieten. Pluimvee-voeder. MELKVOORZIENING Vergunningen van hst Militair Gezag. IX ierikzegseh ABONNEMENT. PrS» pei drie maanden1,30. Franco per poat- 1,60. Voor het buitenland per jaar- 10, Aiionderljjke nummeri- 0,05. Verichjjnt Maandag, Woensdag en Vrijdag. 73ste JAARSANi, aicioioopi A. J. DE LOOZE ia*. D»liieier.l!o«fdrai!«stMin FRAHKEL. ADVERTENTIEN. Van 14 regel»I 0,40. Elke regel meer- 0,10. Reclame» por regel - 0,15. By contract belangrijke korting. Intending op dora dag Tan uitgave vóór 9.10 ure. Dit nummer bestaat uit 2 bladen. Ter-vlsle-llgglng opgaren van Candldaten. De BURGEMEESTER der Gemeente Ziekikzeb maakt bekend: dat de bij hem ingeleverde opgaven van Candldaten voor de op heden ge houden verkiezing, ter vervulling van een plaats in den Gemeenteraad, evenals het door hem opgemaakte proces-verbaal van slnltlng der CnmdldatenlQst, ter gemeente-secretarie voor een ieder ter inzage liggen; dat afschriften dier stukken aange plakt en tegen betaling der kosten ver krijgbaar zijn. Zierikzee, den 26 Februari 1917. De Burgemeester voornoemd, A. J. F. FOKKER VAN CRAYESTEYN VAN RENGERSKERKE. De BURGEMEESTER der Gemeente Zierikzee brengt ter openbare kennis, dat op Maandag den 12 Maart aanstaande, van des morgens acht tot des namid dags v Q f uren, de stemming zal ge schieden ter vervulling van ééne plaats in den Gemeenteraad. (Vacature W. Ribbens.) De Candldaten, in alphabetlsche volg orde, zijn: CATSHOEK, J. PARKY, P. M. QUART, L. Tevens wordt de anndacht gevestigd op artikel 128 van het Wetboek Tan Strafrecht, luidende: „HQ die opzettelUk zich Toor een ander uitgevende azn eene krachtens wettelUk voorschrift uitgeschreven ver kiezing deelneemt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste BEN JAAR." Zierikzee, den 26 Februari 1917. De Burgemeester voornoemd, A. J. F. FOKKER VAN CRAYESTEYN VAN RENGERSKERKE. De BURGEMEESTER van Zierikzee Gelet op de circulaire van den Minister van Landbouw, Njjverheid en Handel van 17 Februari j.l. no. 4192, 6a afd. B. Brengt ter kennis van belanghebbenden dat de vroegere vergunningsbewijzen vervallen aUu en door de politie zullen worden afgehaald, en dat later nieuwe zaaibewijzen verkrijgbaar zullen worden Zierikzee, 26 Februari 1917. De Burgemeester voornoemd, A. J. F. FOKKER VAN CRAYESTEYN VAN RENGERSKERKE. De BURGEMEESTER van Zierikzee; Brengt ter kennis van belanghebbenden de navolgende circulaire van den Minister van Landbouw, Njjverheid en Handel, van Februari jl., luidende als volgt: Ministerie van Landbouw, Njjverheid en Handel, Gelet op artikel 8 der Distributiewet 1916, maakt bekend, dat het besluit van 5 October 1916 (Pluimveebesluit 1916) bij deze wordt inge trokken en dat daarvoor het navolgende besluit in de plaats treedt. Art. 1. Maandelijks wordt, te beginnen over de maand April 1917, eene zekere hoeveelheid pluimveevoeder, en wel a. gemengd graan, b. bestanddeelen van zoogenaamd ochtendvoeder, ter beschikking gesteld uitsluitend van pluim veehouders, d. w.z. allen die voor de voeding van hun pluimvee dat voeder noodig hebben. Art. 2. Pluimveehouders kunnen dit betrek ken, te hunner keuze, door middel van a. win keliers, in dezelfde provinoie woonachtig, b. handelaren of organisaties, waar ook in Nederland, door indiening aan dezen eener daarvoor beschikbaar gestelde Pluimveekaart. Zij zjjn verplicht eigenhandig op die kaart en op den daaraan gehe.chten bon, in te vullen het aantal stuks pluimvee in hnn bezit, alsmede den naam van degenen, van wie zjj alsvoren het voeder wenschen te betrekken, en die kaart zelf te onderteekenen. Art. 3. De winkeliers zenden de kaarten hunner klanten aan een handelaar of organi satie te banner kenze. Art. 4. Deze handelaren en organisaties ver zamelen de pluimveekaarten, ontvangen van hunne klanten of leden, welke tot hat gebied van éénzelfde Veevoederbureau behooren, telkens tot één Phiimveeaanvraagdoor invulling en onderteekening op daarvoor beschikbaar ge stelde formulieren. Zjj zenden deze aanvraag met de pluimvee- kaarten in bij een door een der Veevoeder bureaus erkenden grossier. - Zij zjjn verplicht een dubbel aan te houden van elke door hen ingediende aanvraag en aanteekening van de door hen afgeleverde partjjeh. Art. 5. De grossiers verzamelen de plnim- veeaanvragen tot een Pluimveeverzamelstaat, door invulling en onderteekening op daarvoor beschikbaar gestelde formulieren, waarop een erkende tusschenpersoon moet zjjn aangewezen. Zjj dienen dezen staat in bjj het voor die klanten of leden aangewezen Veevoederbureau, uiterlijk op den15den der maande voorafgaande aan de maand der levering, voor het eerst echter uiterlgk op 10 Maart 1917,' voor de maand April 1917. Zjj hóuden de pluimveekaar ten onder hunne berusting en zjjn verplicht een dubbel aan te honden van eiken door hen ingedienden verzamelstaat en aanteekening van de door hen afgeleverde partgen, een en ander ter inzage van, en~contröle door de, Veevoeder- bureaux. Art. 6. De Veevoederbureaux zenden aan eiken grossier een toewjjzingsbillet. De aflevering van het pluimveevoeder ge schiedt ter plaatse in het toewjjzingsbillet te vermelden aan de grossiers, tegen voorafgaande betaling, volgens de door de Regeering vastge stelde prjjzen en onder de in het toewjjzings billet zoo noodig nader te stellen voorwaarden. De belooning van den grossier bedraagt f 2,— per 2000 KG. Hjj heeft daarenboven recht op de voordeelen die, door besparing van vracht en andere verzendingskosten, ontstaan bij de samenlading van verschillende partgen. De belooning van den tusschenpersoon bedraagt eveneens f 2,— per 2000 KG. Art. 7. De handelaren of organisaties leveren het van den grossier ontvangen voeder af aan de winkeliers, of aan de pluimveehouders, van wie zjj een pluimveekaart ontvangen hebben, en brengen daarvoor de door de Regeering vastgestelde prjjzen in rekening, verhoogd met de werkeljjk door hen betaalde vrachten en. onkosten, het maal- en mengloon, en ten hoogste f 0,25 belooning per 100 KG. De winkeliers moeten het voeder, afgehaald aan winkel of magazgn, inclusief alle kosten en in verpakking, afleveren tegen de aan den handelaar of de organisatie betaalde prjjzen, verhoogd met ten hoogste 27ï cent per KG. In geen geval mogen de prjjzen, die aan den pluimveehouder in rekening worden gebracht, hóoger zjjn dan de door de 'Regeering vastge stelde prjjzen, vermeerderd met f 4,per 100 K.G. Art. 8. De aflevering aan den pluimveehouder geschiedt tegen intrekking van den bon. Art. 9. De artikelen 2 bis c. d. e. f., 5a, 7 b. c., 7 bis a. b. 8 en 9 van het besluit van den Minister van Landbouw, Njjverheiden Handel omtrent de distributie van veevoeder voor de maanden April en Mei van 23 Februari 1917, Staatscourant N°. 47 zjjn van toepassing en moeten geacht worden hierin te zjjn opge nomen. Art. 10. Dit besluit kan worden aangehaald als het Pluimveebesluit 1917. Zierikzee, den 26 Februari 1917. De Burgemeester voornoemd, A. J. F. FOKKER VAN CRAYESTEYN VAN RENGERSKERKE. van een winterpigs en een zomerprjjs, van welken laatste over het algemeen kan worden aaD gen omen. dat deze 1 cent per Liter lager is dan de wioterprjjs. De voor den aanstaanden winter vast te stellen productieprijs behoort dan gesteld te worden op den bovenbedoelden winterprjjs Indien in eenige gemeente in den vorigen winter meerdere winterprjjzen bestonden, dan worden do dezen winter te bedingen prijzen gesteld op de bedragen, geldende gedurende de overeenkomstige maanden van den winter 1915/1916. De prijs, die aan dé verbruikers van con- lumptismelk in rekening xnag worden gebracht, is de winterconsumptieprjjs 1915/1916 zonder eenige verhoöging, of de winterconsumptieprjjs 1914/1915 verhoogd met het bedrag, waarmede in laatstgemelde periode de productieprijs is verhoogd geworden. De winterconsumptieprjjs 1916/1917 zal, behoudens in het hierna te noemen jeval, dien van den winter 1914/1915 met geen ïooger bedrag dan 2 cent mogen overschrijden. De winterlevering en de winterprjjzen worden geacht in te gaan op 1 October e.k. Als winterperiode wordt beschouwd een tijd perk van zes maanden, aanvangende met den datum, waarop de winterlevering en de winter prjjzen in werking treden. De melkprijzen in de onderscheidene gemeenten worden door den Minister van Landbouw, Njjver heid en Handel vastgesteld overeenkomstig het bepaalde in art. 8, 3de lid, der Distributiewet 1916, aan de hand van de daartoe door de Burgemeesters der betrokken gemeenten, bjj Z.Exc. ingediende voorstellen. III. TOESLAG. Aan de leveranciers van consumption) elk zal een toeslag van 27s cent per liter worden uit gekeerd boven den onder II genoemden winterf productieprijs 1915/1916. Aan de melksljjters en melkinrichtingen zal, ter beoordeeling van het betrokken gemeente bestuur, een toeslag van een halven cent per Liter kunnen worden uitgekeerd boven den winterconsumptieprjjs 1915/1916 of den met ten hoogste 2 cent verhoogden winterconsumptie prgs 1914/1915. Deze uitkeeringen zullen geschieden in den weest der regeling voor den toeslag als deze )jj schrjjven van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel van 9 Maart 1916, Directie van den Landbouw, no. 7258, 5e afdeeling, werd WINTER 1916-1917. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zierikzee brengen ter openbare kennis, dat door hen, ter uitvoering van de missives van den Minister van Landbouw, Njjveiheid en Handel van 16 en 22 September 1916, Directie van den Landbouw, nos. 22380 en 23546, 5e afd-, ten aanzien van de melkvoorziening gedurende den aanstaanden winter, waarin o. a. is bepaald I. MELKLEVERING. Degenen, hetzjj dit natuurlijke of rechts personen zjjn, die in vorige jaren gedurende den winter gewoon waren melk voor de,, con sumptie te leveren naar bepaalde gemeenten, behooren dit ook thans te doen naar dezelfde gemeenten, op dezelfde wjjze en althans voor ten hoogste in dezelfde hoeveelheden als zjj zulks gewoon waren. Zjj zijn echter niet ge honden om te leveren aan denzelfden persoon of aan dezelfde melkinrichting. Melkveehouders, die in vorige jaren gedurende den winter gewoon waren melk aan fabrieken van melkproducten te leveren, kunnen ook leveren aan boter- of kaasfabriekenmits laatstgenoemde fabrieken de verplichting op zich nemen, welke volgens art. 2 der Statuten van de Vereeniging van Fabridken van Melk producten ten aanzien van de beschikbaar stelling van consnmptiemelk aan de leden dier Vereeniging is opgelegd. Daarvoor dragen zjj tevens bjj in de kosten van de Vereeniging ten behoeve van de melk voorziening naar verhouding van de hierboven bedoelde hoeveelheden melk. De verplichting tot melklevering rust op het bedrjjf; indien derhalve een bedrjjf in andere handen overgaat, dan gaat de verplichting tot levering van consnmptiemelk op dien ander over. II. MELKPRIJS. De prjjs, die door de leveranciers van con sumptiemelk in rekening mag worden gebracht aan dengene, die deze melk aan de verbruikers levert, is de winterproductieprjjs 1915/1916. Indien in eenige gemeente geen bepaalde winterprgs ten vorigen jare bestond, doch een vaste voor het geheele jaar geldende prjjs, dan kan deze beschouwd worden als de gemiddelde De voor deze uitkeeringen benoodigde gelden zullen worden gevonden voor zooveel zulks met de te maken exportprjjzen is overeen te brengen uit bijdragen van de KaaBvereeniging, Boter- vereeniging, Vereeniging van Fabrieken van Melkproducten en Margarinefabrieken. Mochten bedoelde bedragen onvoldoende zjjn of worden, dan wordt de betaling der uitkeering gevonden op de wjjze als voorgeschreven bij art. 3 der Distributiewet 1916. IV. ONTHEFFING VAN DE VERPLICHTING TOT MELKLEVERING, OVERMELK. 0?ermelk mag niet tot zuivel worden verwerkt, beh'oudens a. door sljjters van melkinrichtingen (gemengde bedrjjven) onder inachtneming van de hoeveel heden, die zjj, ter beoordeeling van de Rijks commissie van Toezicht op de Vereeniging van Fabrieken van Melkproducten, in normale om standigheden gewoon waren te verwegen; b. door melkveehouders, die ten genoegen der Rijkscommissie van Toezicht op de Vereeniging van Fabrieken van Melkproducten kunnen aan- toonen tjjdig pogingen in het werk te hebben gesteld om tegen den vastgestelden maximum productieprijs hunne melk te verkoopen in de gemeente, waarheen zjj gewoon waren te leveren, of in andere voor die lévering in aanmerking komende gemeenten. Hun kan door de voornoemde Rijkscommissie eene bjjzondere machtiging tot verwerken van de overmelk op zuivel worden verleend, mits zjj zich verbinden op eerste aanmaning van genoemde Rijkscommissie hunne melk beschik baar te stellen naar de gemeente, welke hun door meergemelde Rijkscommissie daarvoor wordt aangewezen. WIJZIGING VAN HET BEDRIJF. Wanneer kan worden aangetoond, dat vee houders ten gevolge van de uitoefening van hunne militieplichteu, na 1 Augustus 1914 hun bedrjjf hebben moeten wjjzigen, zoo geldt te hunnen opzichte de verplichting tot melkleve ring, alléén dan wanneer zjj vóór bovengemelden datam gewoon waren melk voor consumptie te leveren. V. TEKORT AAN MELK. Wanneer zich in eene gemeente een tekort aan melk voordoet, zal na aanvrage van de be trokken Burgemeesters, op aanwjjzing van de Rijkscommissie van Toezicht op de Vereenigin| van Fabrieken van Melkproducten, in dat tekor kunnen worden voorzien, totdat door toepassing van de bemalingen van de Onteigeningswet o Distributiewet 1916 of op grond van andere voorschriften, de melktoevoer weer op het normale peil zal zjjn gebracht. Mocht het voorkomen, dat in gemeenten, waar de melkproductie kleiner is dan de hoe veelheid melk, die voor consumptie in die ge meente benoodigd is, terwjjl in die gemeente of in omliggende gemeenten zuivelbedrijven zjjn gevestigd, die gewoon zjjn een deel van de in hunne inrichtingen aangevoerde melk als con sumptiemelk te verkoopen, doch als hoofdbedrijf het andere deel tot boter en kaas verwerken, door bedoelde bedrjjven voor de distributie thans een grooter hoeveelheid beschikbaar moet worden gesteld, dan is aan de sohade, welke daardoor 'wOrdt veroorzaakt, tegemoet te komen door te bepalen, dat de meer te leveren melk in boter zal worden omgerekend en de aldus verkregen hoeveelheid boter zal worden in mindering gebracht van de hoeveelheid, die zjj volgens do regeling van den uitvoer van boter voor binnenlandsch verbruik ter beschikking hebben te stellen. Eene bepaling van aoortgelgke strek king kan gemaakt worden voor de fabrieken, die kaas maken, of een ander melkproduct waarvan beschikbaarstelling plaats vindt. De kostprijs van de distribntiemelk is in beide bovenbedoelde gevallen te bepalen op de wjjze, hiérvoor sub II aangegeven. Noch uitvoerconsenten, noch daarmede geljjk gestelde goleidebiljetten zullen worden ge geven aan: A. boterfabrieken, kaasfabriekeD, fabrieken van melkproducten, margarinefabrieken, welke melk verwerken van melkveehouders, die in den vorigen winter gewoon waren melk voor de consumptie te leveren; B. melkveehouders, die boter of kans maken, terwjjl zjj in den vorigen winter gewoon waren melk te leveren öf voor de consumptie, öf aan fabrieken van melkproducten. Evenmin zullen uitvoerconsenten en daarmede geljjk gestelde geleidebiljetten worden uitgereikt aan hen, van wie bljjkt, dat zjj middelljjk of onmiddellijk producten betrekken of hebben betrokken van de onder a en b genoemde producenten. VI. DISTBICTSCOMMISSIËN. De districtscommissiën voor de melkvoorziening dienen den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel van advieB bjj de vaststelling van maximum melkprjjzen. Zjj stellen zich op de hoogte of de tot haar district behoorende ge meenten behoorlijk van melk worden voorzien en stellen, indien zulks .niet het geval zoude zijn, den Minister met de oorzaken daarvan in kennis. Hal wolgenda ia bapaald: 1. Aan leveranciers van consumptiemelk wordt, door bemiddeling van het gemeentebestuur en door tusschenkomst van hen, die consumptie- melk aan de verbruikers leveren, een toeslag verleend van 27» cent per liter consumptiemelk, boven den winterproductieprjjs 1915/1916. 2. Aan melkslgters en melkinrichtingen wordt, door bemiddeling van het gemeentebestuur, een toeslag van een halven cent per Liter con sumptiemelk uitgekeerd boven den winter consumptieprgs 1915/1916 of boven den met ten hoogste 2 cent verhoogden winterconsumptie prgs 1914/1915. 3. De onder 1 en 2 bedoelde toeslag wordt uitsluitend uitgekeerd aan hen, die ter ge meentesecretarie schriftelijk mededeeling hebben gedaan, dat zij in de gemeente consumptiemelk aan de verbruikers leveren, de hoeveelheid liter melk, die door hen maandelijks in den winter. 1915/1916 aan de verbruikers is geleverd, hebben opgegeven, en een verklaring hebben onderteekend, dat zjj met de voorwaarden be kend zjjn en zich stipt daaraan zullen houden. Formulieren hiervoor zjjn gratis ter gemeente secretarie verkrijgbaar. 4. Zjj, die consumptiemelk aan de verbruikers leveren, zjjn verplicht den onder 1 bedoelden toeslag, na ontvangst daarvan, onverwijld aan hunne leveranciers uit te betalen. 5. Toeslag wordt uitsluitend uitgekeerd voor onvervalschte volle melk, die voor direct ver bruik aan inwoners der gemeente wordt afge leverd. 6. Zjj, die consumptiemelk aan verbruikers leveren, zjjn verplicht iederen dag, vóór des namiddags 4 uur ter gemeentesecretarie schrif telijk opgave te doen: van de hoeveelheid liter volle melk, tapte melk en karnemelk, die zjj den vorigén dag van elk hunner leveranciers hebben ont vangen b. van de hoeveelheid liter volle melk, tapte melk en karnemelk, die zjj den vorigen dag voor direct verbruik aan inwoners der ge meente hebben afgeleverd; van de hoeveelheid liter volle melk, tapte melk en karnemelk, die door hen voor andere doeleinden is bestemd met opgave van de doeleinden. Formulieren voor deze opgaven zjjn gratis ter gemeentesecretarie verkrijgbaar. 7. Zoo noodig kan worden bepaald, dat de levering van oonsumptiemelk aan degenen die deze melk aan de verbruikers leveren, moet geschieden op een of meer nader door Burge meester en Wethouders aan te wjjzen plaatsen. 8. Zjj, die in de gemeente consumptiemelk aan de verbruikers leveren, zjjn verplicht aan door Burgemeester en Wethouders aan te wgzen personen alle gevraagde inlichtingen te verstrekken en toe te staan, dat deze de lokalen voor hun bedrijf bestemd, betreden, en inzage nemen van hunne aanteekeningen en boeken, het bedrjjf betreffende. 9. Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd bjj het niet stipt opvolgen dezer voorwaarden den toeslag gedurende een bepaald tijdvak in te houden, en bjj herhaling voor goed in te trekken. Voor deze gemeente zjjn de maximumprgzen voor melk vastgesteld voor de maand Maart op 9 cent per Liter voor production).elk10 cent per Liter voor consnmptiemelk. Nadere inlichtingen worden ter gemeente secretarie verstrekt. Zierikzee, den 25 Januari 1917. Burgemeester en Wethouders voornoemd, A. J. F. FOKKER VAN CRAYESTEYN VAN RENGERSKERKE, Burgemeester. P. F. WITTERMANS, Secretaris. De COMMANDANT der Stelling van de Monden der Maas en der Schelde (Commando Zeeland) maakt bekend, dat door hem bjj deze door zjjn ambtsvoorganger bepaalde, omtrent ver gunningen van het Militair gezag bjj diens be kendmaking van 8 Juli 1916 wordt ingetrokken, en in stede daarvan het volgende bepaald: Openbare vergaderingen, openbare bijeenkomsten en optoehten. 1. Het houden van openbare vergaderingen van. bijzondere personen, openbare bjjeenkomsten en optochten, zoowel in de openlucht, als in gebouwen of besloten plaatsen, is verboden tenzjj [met schriftelijke vergunning van jde in 4 genoemde Commandanten. 2. De aanvrage daartoe, voorzien van het advies van den Burgemeester binnen wiens gemeente de vergadering, bjjeenkomst of optocht even tueel zal wórden gehouden, wordt schriftelijk gericht aan en ingediend bjj den betrokken Commandant als aangegeven in 4. Aan de vergunning kannen voorwaarden wor den verbonden. 3. De bepaling van 1 geldt mede ten aanzien van bjj eenkomsten om zich in den wapenhandel te oefenen, alsmede ten opzichte van vergade ringen en bijeenkomsten waartoe het publiek hetzjj met, hetzjj zonder betaling van geld voorweardel jjk of onvoorwaardelijk toegang heeft. De bepaling van 1 geldt niet voor open bare Godsdienstoefeningen, welke volgens de Grondwet geoorloofd zjjn. 4- Onder de Commandanten, bedoeld in 1 en 2 worden verstaan 1. De Commandant der stelling van de Monden der Maas en der Schelde (Commando Zeeland) voor zooveel betreft de gemeenten op Noord-Beveland, Tholen en St. Philipsland 2. De Commandant van Walcheren, voorzoo- veel betreft de gemeenten gelegen op Walcheren. 3. De Commandant van Zuid-Beveland, voor zooveel betreft de gemeenten gelegen op Zuid- Beveland. 4. De Commandant van W.-Z. Vlaanderen, voor zooveel betreft; de gemeenten gelegen In W.-Z. Vlaanderen. 5. De Commandant van O.-Z. Vlaanderen, voor zooveel betreft de gemeenten gelegen in O.-Z. Vlaanderen. 6. De Commandant van Schouwen en Du' ff land, voor zooveel betreft de gemeenten gelegon op Schouwen en Duiveland. 5. Artikel 44 van de Oorlogswet (Wet van 23 Mei 1899 Staatsblad no 128), bedreigt hem, die het verbod bedoeld bg 1 overtreedt of bg vergaderingen, optochten of bg eenkomsten, in 1 bedoeld, de gestelde voorwaarden niet in acht neemt, met hechtenis van ten hoogste één jaar of geldboete van ten hoogste zeshonderd gulden. B. Fotografeeren, Schetsen, Teekenex, Verrichten van opnemingen. l. Het zonder vergunning fotografeeien, schetsen, teekenenen alsmede h'et verrichten van op nemingen is verboden, overeenkomstig de be palingen, vervat in de verordening van den Commandant van Zeeland van 14 September 1916, zooals deze is gewijzigd bg de verordening van "I Februari 1917. 2. De aanvrage om vergunning tot fotografeeren, schetsen, teekenen, alsmede tot het verrichten van opnemingen wordt, voorzien voor zooverre betreft particuliere aanvragen, van het advies van den Burgemeester binnen wiens getneente de aanvrager woonachtig is, schriftelijkge richt aan den betrokken Commandant, als aan gegeven sub. A 4. Aan de vergunning kannen voorwaarden wor den verbonden. G. Jaclit. 1. Ongeacht de bjj de wet of eeuig wettelgk voorschrift vereischtë documenten voor de uit oefening van het jachtbedrijf wordt eene bjjzondere vergunning van de in 2 bedoelde Commandanten vereischt, om te jagen met een geweer of om te schieten op schadelgk wild of gevogelte, een en ander in: 1. het gebied van 5 K.M. breedte langs de Rjjksgrens in Oost-Zeeuwsch Vlaanderen. 2. het gebied van 5 K.M. breedte langs de Rjjksgrens in West-Zeeuwsch Vlaanderen. 3. het gedeelte van Zuid-Beveland beoosten de lgnStoomgemaal van Kattendjjke pl. 10 aan den Zeedjjk, ten Zuiden van Biezelingen. 4. het op Walcheren gelegen terrein van den Oranjepolder, Suzannapolder, Houwerpolder, Clazinapolder, Wilhelminapolder, Elizabethpol- der, Nieuwerkerkepolder, Middelburgschenpol- der, beoosten Groeneweg en Langeweg, het N. O. deel van den Oud St.-Jooslandschenpolder, begrensd door den weg van 't Hof Reigersberg naar Steenen 'Duiker bg den Groeneweg en Rapenburgerpolder. 8. Bjj het verzoek omvergunning schriftelijk te richten aan en in te dienen bg diengene der sub. A 4 gonoom.de Commandanten tot wiens gezagsgebied het terrein, waarvoor de vergunning wordt gevraagd, behoort worden overgelegd voor zooveel de jacht betreft in het gebied, genoemd sub. 1 en 2 van de vorige a. een schriftelijk advies van den Burge meester, binnen wiens gemeente verzoeker woont; b. de akte bedoeld in artikel 26 der Jaolit- wet of artikel 9 der vogelwet. ii. voor zooveel de jacht betreft in de terreinen genoemd sub. 3 en 4 van de vorige a. een schriftelijk advies van den Burge meester, binnen wiens gemeente verzoeker woont b. de jachtakte; c. het bewjjs van Nederlanderschap d. een nauwkeurige opgave van de ligging der te bejagen terreinen e. eene verklaring of verzoeke* de sub. e

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1917 | | pagina 1