ZIERIKZEESCHE
NIEUWSBODE.
Woensdag 28 Februari 1917.
C o u r a n t).
No. 9974.
EERSTE BLAD.
Verbouwing Uien, Vlas en
Suikerbieten.
Pluimvee-voeder.
MELKVOORZIENING
Vergunningen
van hst Militair Gezag.
IX ierikzegseh
ABONNEMENT.
PrS» pei drie maanden1,30.
Franco per poat- 1,60.
Voor het buitenland per jaar- 10,
Aiionderljjke nummeri- 0,05.
Verichjjnt Maandag, Woensdag en Vrijdag.
73ste JAARSANi,
aicioioopi A. J. DE LOOZE ia*.
D»liieier.l!o«fdrai!«stMin FRAHKEL.
ADVERTENTIEN.
Van 14 regel»I 0,40.
Elke regel meer- 0,10.
Reclame» por regel - 0,15.
By contract belangrijke korting.
Intending op dora dag Tan uitgave vóór 9.10 ure.
Dit nummer bestaat uit 2 bladen.
Ter-vlsle-llgglng opgaren van
Candldaten.
De BURGEMEESTER der Gemeente
Ziekikzeb maakt bekend:
dat de bij hem ingeleverde opgaven
van Candldaten voor de op heden ge
houden verkiezing, ter vervulling van
een plaats in den Gemeenteraad, evenals
het door hem opgemaakte proces-verbaal
van slnltlng der CnmdldatenlQst, ter
gemeente-secretarie voor een ieder ter
inzage liggen;
dat afschriften dier stukken aange
plakt en tegen betaling der kosten ver
krijgbaar zijn.
Zierikzee, den 26 Februari 1917.
De Burgemeester voornoemd,
A. J. F. FOKKER VAN CRAYESTEYN
VAN RENGERSKERKE.
De BURGEMEESTER der Gemeente
Zierikzee brengt ter openbare kennis,
dat op Maandag den 12 Maart aanstaande,
van des morgens acht tot des namid
dags v Q f uren, de stemming zal ge
schieden ter vervulling van ééne plaats
in den Gemeenteraad. (Vacature W.
Ribbens.)
De Candldaten, in alphabetlsche volg
orde, zijn:
CATSHOEK, J.
PARKY, P. M.
QUART, L.
Tevens wordt de anndacht gevestigd
op artikel 128 van het Wetboek Tan
Strafrecht, luidende:
„HQ die opzettelUk zich Toor een
ander uitgevende azn eene krachtens
wettelUk voorschrift uitgeschreven ver
kiezing deelneemt, wordt gestraft met
gevangenisstraf van ten hoogste BEN
JAAR."
Zierikzee, den 26 Februari 1917.
De Burgemeester voornoemd,
A. J. F. FOKKER VAN CRAYESTEYN
VAN RENGERSKERKE.
De BURGEMEESTER van Zierikzee
Gelet op de circulaire van den Minister
van Landbouw, Njjverheid en Handel
van 17 Februari j.l. no. 4192, 6a afd. B.
Brengt ter kennis van belanghebbenden
dat de vroegere vergunningsbewijzen
vervallen aUu en door de politie zullen
worden afgehaald, en dat later nieuwe
zaaibewijzen verkrijgbaar zullen worden
Zierikzee, 26 Februari 1917.
De Burgemeester voornoemd,
A. J. F. FOKKER VAN CRAYESTEYN
VAN RENGERSKERKE.
De BURGEMEESTER van Zierikzee;
Brengt ter kennis van belanghebbenden de
navolgende circulaire van den Minister van
Landbouw, Njjverheid en Handel, van
Februari jl., luidende als volgt:
Ministerie van Landbouw, Njjverheid en
Handel,
Gelet op artikel 8 der Distributiewet 1916,
maakt bekend, dat het besluit van 5 October
1916 (Pluimveebesluit 1916) bij deze wordt inge
trokken en dat daarvoor het navolgende besluit
in de plaats treedt.
Art. 1. Maandelijks wordt, te beginnen over
de maand April 1917, eene zekere hoeveelheid
pluimveevoeder, en wel a. gemengd graan,
b. bestanddeelen van zoogenaamd ochtendvoeder,
ter beschikking gesteld uitsluitend van pluim
veehouders, d. w.z. allen die voor de voeding
van hun pluimvee dat voeder noodig hebben.
Art. 2. Pluimveehouders kunnen dit betrek
ken, te hunner keuze, door middel van a. win
keliers, in dezelfde provinoie woonachtig,
b. handelaren of organisaties, waar ook in
Nederland, door indiening aan dezen eener
daarvoor beschikbaar gestelde Pluimveekaart.
Zij zjjn verplicht eigenhandig op die kaart en
op den daaraan gehe.chten bon, in te vullen
het aantal stuks pluimvee in hnn bezit, alsmede
den naam van degenen, van wie zjj alsvoren
het voeder wenschen te betrekken, en die kaart
zelf te onderteekenen.
Art. 3. De winkeliers zenden de kaarten
hunner klanten aan een handelaar of organi
satie te banner kenze.
Art. 4. Deze handelaren en organisaties ver
zamelen de pluimveekaarten, ontvangen van
hunne klanten of leden, welke tot hat gebied
van éénzelfde Veevoederbureau behooren, telkens
tot één Phiimveeaanvraagdoor invulling en
onderteekening op daarvoor beschikbaar ge
stelde formulieren.
Zjj zenden deze aanvraag met de pluimvee-
kaarten in bij een door een der Veevoeder
bureaus erkenden grossier. -
Zij zjjn verplicht een dubbel aan te houden
van elke door hen ingediende aanvraag en
aanteekening van de door hen afgeleverde
partjjeh.
Art. 5. De grossiers verzamelen de plnim-
veeaanvragen tot een Pluimveeverzamelstaat,
door invulling en onderteekening op daarvoor
beschikbaar gestelde formulieren, waarop een
erkende tusschenpersoon moet zjjn aangewezen.
Zjj dienen dezen staat in bjj het voor die
klanten of leden aangewezen Veevoederbureau,
uiterlijk op den15den der maande voorafgaande
aan de maand der levering, voor het eerst
echter uiterlgk op 10 Maart 1917,' voor de
maand April 1917. Zjj hóuden de pluimveekaar
ten onder hunne berusting en zjjn verplicht
een dubbel aan te honden van eiken door hen
ingedienden verzamelstaat en aanteekening van
de door hen afgeleverde partgen, een en ander
ter inzage van, en~contröle door de, Veevoeder-
bureaux.
Art. 6. De Veevoederbureaux zenden aan
eiken grossier een toewjjzingsbillet.
De aflevering van het pluimveevoeder ge
schiedt ter plaatse in het toewjjzingsbillet te
vermelden aan de grossiers, tegen voorafgaande
betaling, volgens de door de Regeering vastge
stelde prjjzen en onder de in het toewjjzings
billet zoo noodig nader te stellen voorwaarden.
De belooning van den grossier bedraagt
f 2,— per 2000 KG. Hjj heeft daarenboven
recht op de voordeelen die, door besparing van
vracht en andere verzendingskosten, ontstaan
bij de samenlading van verschillende partgen.
De belooning van den tusschenpersoon bedraagt
eveneens f 2,— per 2000 KG.
Art. 7. De handelaren of organisaties leveren
het van den grossier ontvangen voeder af aan
de winkeliers, of aan de pluimveehouders, van
wie zjj een pluimveekaart ontvangen hebben,
en brengen daarvoor de door de Regeering
vastgestelde prjjzen in rekening, verhoogd met
de werkeljjk door hen betaalde vrachten en.
onkosten, het maal- en mengloon, en ten
hoogste f 0,25 belooning per 100 KG.
De winkeliers moeten het voeder, afgehaald
aan winkel of magazgn, inclusief alle kosten
en in verpakking, afleveren tegen de aan den
handelaar of de organisatie betaalde prjjzen,
verhoogd met ten hoogste 27ï cent per KG.
In geen geval mogen de prjjzen, die aan den
pluimveehouder in rekening worden gebracht,
hóoger zjjn dan de door de 'Regeering vastge
stelde prjjzen, vermeerderd met f 4,per 100 K.G.
Art. 8. De aflevering aan den pluimveehouder
geschiedt tegen intrekking van den bon.
Art. 9. De artikelen 2 bis c. d. e. f., 5a,
7 b. c., 7 bis a. b. 8 en 9 van het besluit van
den Minister van Landbouw, Njjverheiden
Handel omtrent de distributie van veevoeder
voor de maanden April en Mei van 23 Februari
1917, Staatscourant N°. 47 zjjn van toepassing
en moeten geacht worden hierin te zjjn opge
nomen.
Art. 10. Dit besluit kan worden aangehaald
als het Pluimveebesluit 1917.
Zierikzee, den 26 Februari 1917.
De Burgemeester voornoemd,
A. J. F. FOKKER VAN CRAYESTEYN
VAN RENGERSKERKE.
van een winterpigs en een zomerprjjs, van
welken laatste over het algemeen kan worden
aaD gen omen. dat deze 1 cent per Liter lager
is dan de wioterprjjs.
De voor den aanstaanden winter vast te
stellen productieprijs behoort dan gesteld te
worden op den bovenbedoelden winterprjjs
Indien in eenige gemeente in den vorigen
winter meerdere winterprjjzen bestonden, dan
worden do dezen winter te bedingen prijzen
gesteld op de bedragen, geldende gedurende de
overeenkomstige maanden van den winter
1915/1916.
De prijs, die aan dé verbruikers van con-
lumptismelk in rekening xnag worden gebracht,
is de winterconsumptieprjjs 1915/1916 zonder
eenige verhoöging, of de winterconsumptieprjjs
1914/1915 verhoogd met het bedrag, waarmede
in laatstgemelde periode de productieprijs is
verhoogd geworden. De winterconsumptieprjjs
1916/1917 zal, behoudens in het hierna te noemen
jeval, dien van den winter 1914/1915 met geen
ïooger bedrag dan 2 cent mogen overschrijden.
De winterlevering en de winterprjjzen worden
geacht in te gaan op 1 October e.k.
Als winterperiode wordt beschouwd een tijd
perk van zes maanden, aanvangende met den
datum, waarop de winterlevering en de winter
prjjzen in werking treden.
De melkprijzen in de onderscheidene gemeenten
worden door den Minister van Landbouw, Njjver
heid en Handel vastgesteld overeenkomstig het
bepaalde in art. 8, 3de lid, der Distributiewet
1916, aan de hand van de daartoe door de
Burgemeesters der betrokken gemeenten, bjj
Z.Exc. ingediende voorstellen.
III. TOESLAG.
Aan de leveranciers van consumption) elk zal
een toeslag van 27s cent per liter worden uit
gekeerd boven den onder II genoemden winterf
productieprijs 1915/1916.
Aan de melksljjters en melkinrichtingen zal,
ter beoordeeling van het betrokken gemeente
bestuur, een toeslag van een halven cent per
Liter kunnen worden uitgekeerd boven den
winterconsumptieprjjs 1915/1916 of den met ten
hoogste 2 cent verhoogden winterconsumptie
prgs 1914/1915.
Deze uitkeeringen zullen geschieden in den
weest der regeling voor den toeslag als deze
)jj schrjjven van den Minister van Landbouw,
Nijverheid en Handel van 9 Maart 1916, Directie
van den Landbouw, no. 7258, 5e afdeeling, werd
WINTER 1916-1917.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Zierikzee brengen ter openbare kennis, dat door
hen, ter uitvoering van de missives van den
Minister van Landbouw, Njjveiheid en Handel
van 16 en 22 September 1916, Directie van den
Landbouw, nos. 22380 en 23546, 5e afd-, ten
aanzien van de melkvoorziening gedurende den
aanstaanden winter, waarin o. a. is bepaald
I. MELKLEVERING.
Degenen, hetzjj dit natuurlijke of rechts
personen zjjn, die in vorige jaren gedurende
den winter gewoon waren melk voor de,, con
sumptie te leveren naar bepaalde gemeenten,
behooren dit ook thans te doen naar dezelfde
gemeenten, op dezelfde wjjze en althans voor
ten hoogste in dezelfde hoeveelheden als zjj
zulks gewoon waren. Zjj zijn echter niet ge
honden om te leveren aan denzelfden persoon
of aan dezelfde melkinrichting.
Melkveehouders, die in vorige jaren gedurende
den winter gewoon waren melk aan fabrieken
van melkproducten te leveren, kunnen ook
leveren aan boter- of kaasfabriekenmits
laatstgenoemde fabrieken de verplichting op
zich nemen, welke volgens art. 2 der Statuten
van de Vereeniging van Fabridken van Melk
producten ten aanzien van de beschikbaar
stelling van consnmptiemelk aan de leden dier
Vereeniging is opgelegd.
Daarvoor dragen zjj tevens bjj in de kosten
van de Vereeniging ten behoeve van de melk
voorziening naar verhouding van de hierboven
bedoelde hoeveelheden melk.
De verplichting tot melklevering rust op het
bedrjjf; indien derhalve een bedrjjf in andere
handen overgaat, dan gaat de verplichting tot
levering van consnmptiemelk op dien ander over.
II. MELKPRIJS.
De prjjs, die door de leveranciers van con
sumptiemelk in rekening mag worden gebracht
aan dengene, die deze melk aan de verbruikers
levert, is de winterproductieprjjs 1915/1916.
Indien in eenige gemeente geen bepaalde
winterprgs ten vorigen jare bestond, doch een
vaste voor het geheele jaar geldende prjjs, dan
kan deze beschouwd worden als de gemiddelde
De voor deze uitkeeringen benoodigde gelden
zullen worden gevonden voor zooveel zulks met
de te maken exportprjjzen is overeen te brengen
uit bijdragen van de KaaBvereeniging, Boter-
vereeniging, Vereeniging van Fabrieken van
Melkproducten en Margarinefabrieken. Mochten
bedoelde bedragen onvoldoende zjjn of worden,
dan wordt de betaling der uitkeering gevonden
op de wjjze als voorgeschreven bij art. 3 der
Distributiewet 1916.
IV. ONTHEFFING VAN DE VERPLICHTING
TOT MELKLEVERING, OVERMELK.
0?ermelk mag niet tot zuivel worden verwerkt,
beh'oudens
a. door sljjters van melkinrichtingen (gemengde
bedrjjven) onder inachtneming van de hoeveel
heden, die zjj, ter beoordeeling van de Rijks
commissie van Toezicht op de Vereeniging van
Fabrieken van Melkproducten, in normale om
standigheden gewoon waren te verwegen;
b. door melkveehouders, die ten genoegen der
Rijkscommissie van Toezicht op de Vereeniging
van Fabrieken van Melkproducten kunnen aan-
toonen tjjdig pogingen in het werk te hebben
gesteld om tegen den vastgestelden maximum
productieprijs hunne melk te verkoopen in de
gemeente, waarheen zjj gewoon waren te leveren,
of in andere voor die lévering in aanmerking
komende gemeenten.
Hun kan door de voornoemde Rijkscommissie
eene bjjzondere machtiging tot verwerken van
de overmelk op zuivel worden verleend, mits
zjj zich verbinden op eerste aanmaning van
genoemde Rijkscommissie hunne melk beschik
baar te stellen naar de gemeente, welke hun
door meergemelde Rijkscommissie daarvoor wordt
aangewezen.
WIJZIGING VAN HET BEDRIJF.
Wanneer kan worden aangetoond, dat vee
houders ten gevolge van de uitoefening van
hunne militieplichteu, na 1 Augustus 1914 hun
bedrjjf hebben moeten wjjzigen, zoo geldt te
hunnen opzichte de verplichting tot melkleve
ring, alléén dan wanneer zjj vóór bovengemelden
datam gewoon waren melk voor consumptie te
leveren.
V. TEKORT AAN MELK.
Wanneer zich in eene gemeente een tekort
aan melk voordoet, zal na aanvrage van de be
trokken Burgemeesters, op aanwjjzing van de
Rijkscommissie van Toezicht op de Vereenigin|
van Fabrieken van Melkproducten, in dat tekor
kunnen worden voorzien, totdat door toepassing
van de bemalingen van de Onteigeningswet o
Distributiewet 1916 of op grond van andere
voorschriften, de melktoevoer weer op het
normale peil zal zjjn gebracht.
Mocht het voorkomen, dat in gemeenten,
waar de melkproductie kleiner is dan de hoe
veelheid melk, die voor consumptie in die ge
meente benoodigd is, terwjjl in die gemeente
of in omliggende gemeenten zuivelbedrijven zjjn
gevestigd, die gewoon zjjn een deel van de in
hunne inrichtingen aangevoerde melk als con
sumptiemelk te verkoopen, doch als hoofdbedrijf
het andere deel tot boter en kaas verwerken,
door bedoelde bedrjjven voor de distributie thans
een grooter hoeveelheid beschikbaar moet worden
gesteld, dan is aan de sohade, welke daardoor
'wOrdt veroorzaakt, tegemoet te komen door te
bepalen, dat de meer te leveren melk in boter
zal worden omgerekend en de aldus verkregen
hoeveelheid boter zal worden in mindering
gebracht van de hoeveelheid, die zjj volgens
do regeling van den uitvoer van boter voor
binnenlandsch verbruik ter beschikking hebben
te stellen. Eene bepaling van aoortgelgke strek
king kan gemaakt worden voor de fabrieken,
die kaas maken, of een ander melkproduct
waarvan beschikbaarstelling plaats vindt.
De kostprijs van de distribntiemelk is in beide
bovenbedoelde gevallen te bepalen op de wjjze,
hiérvoor sub II aangegeven.
Noch uitvoerconsenten, noch daarmede geljjk
gestelde goleidebiljetten zullen worden ge
geven aan:
A. boterfabrieken, kaasfabriekeD, fabrieken
van melkproducten, margarinefabrieken, welke
melk verwerken van melkveehouders, die in den
vorigen winter gewoon waren melk voor de
consumptie te leveren;
B. melkveehouders, die boter of kans maken,
terwjjl zjj in den vorigen winter gewoon waren
melk te leveren öf voor de consumptie, öf aan
fabrieken van melkproducten.
Evenmin zullen uitvoerconsenten en daarmede
geljjk gestelde geleidebiljetten worden uitgereikt
aan hen, van wie bljjkt, dat zjj middelljjk of
onmiddellijk producten betrekken of hebben
betrokken van de onder a en b genoemde
producenten.
VI. DISTBICTSCOMMISSIËN.
De districtscommissiën voor de melkvoorziening
dienen den Minister van Landbouw, Nijverheid
en Handel van advieB bjj de vaststelling van
maximum melkprjjzen. Zjj stellen zich op de
hoogte of de tot haar district behoorende ge
meenten behoorlijk van melk worden voorzien
en stellen, indien zulks .niet het geval zoude
zijn, den Minister met de oorzaken daarvan
in kennis.
Hal wolgenda ia bapaald:
1. Aan leveranciers van consumptiemelk wordt,
door bemiddeling van het gemeentebestuur en
door tusschenkomst van hen, die consumptie-
melk aan de verbruikers leveren, een toeslag
verleend van 27» cent per liter consumptiemelk,
boven den winterproductieprjjs 1915/1916.
2. Aan melkslgters en melkinrichtingen wordt,
door bemiddeling van het gemeentebestuur, een
toeslag van een halven cent per Liter con
sumptiemelk uitgekeerd boven den winter
consumptieprgs 1915/1916 of boven den met
ten hoogste 2 cent verhoogden winterconsumptie
prgs 1914/1915.
3. De onder 1 en 2 bedoelde toeslag wordt
uitsluitend uitgekeerd aan hen, die ter ge
meentesecretarie schriftelijk mededeeling hebben
gedaan, dat zij in de gemeente consumptiemelk
aan de verbruikers leveren, de hoeveelheid
liter melk, die door hen maandelijks in den
winter. 1915/1916 aan de verbruikers is geleverd,
hebben opgegeven, en een verklaring hebben
onderteekend, dat zjj met de voorwaarden be
kend zjjn en zich stipt daaraan zullen houden.
Formulieren hiervoor zjjn gratis ter gemeente
secretarie verkrijgbaar.
4. Zjj, die consumptiemelk aan de verbruikers
leveren, zjjn verplicht den onder 1 bedoelden
toeslag, na ontvangst daarvan, onverwijld aan
hunne leveranciers uit te betalen.
5. Toeslag wordt uitsluitend uitgekeerd voor
onvervalschte volle melk, die voor direct ver
bruik aan inwoners der gemeente wordt afge
leverd.
6. Zjj, die consumptiemelk aan verbruikers
leveren, zjjn verplicht iederen dag, vóór des
namiddags 4 uur ter gemeentesecretarie schrif
telijk opgave te doen:
van de hoeveelheid liter volle melk, tapte
melk en karnemelk, die zjj den vorigén dag
van elk hunner leveranciers hebben ont
vangen
b. van de hoeveelheid liter volle melk, tapte
melk en karnemelk, die zjj den vorigen dag
voor direct verbruik aan inwoners der ge
meente hebben afgeleverd;
van de hoeveelheid liter volle melk, tapte
melk en karnemelk, die door hen voor
andere doeleinden is bestemd met opgave
van de doeleinden.
Formulieren voor deze opgaven zjjn gratis
ter gemeentesecretarie verkrijgbaar.
7. Zoo noodig kan worden bepaald, dat de
levering van oonsumptiemelk aan degenen die
deze melk aan de verbruikers leveren, moet
geschieden op een of meer nader door Burge
meester en Wethouders aan te wjjzen plaatsen.
8. Zjj, die in de gemeente consumptiemelk
aan de verbruikers leveren, zjjn verplicht aan
door Burgemeester en Wethouders aan te
wgzen personen alle gevraagde inlichtingen te
verstrekken en toe te staan, dat deze de lokalen
voor hun bedrijf bestemd, betreden, en inzage
nemen van hunne aanteekeningen en boeken,
het bedrjjf betreffende.
9. Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd
bjj het niet stipt opvolgen dezer voorwaarden
den toeslag gedurende een bepaald tijdvak in
te houden, en bjj herhaling voor goed in te
trekken.
Voor deze gemeente zjjn de maximumprgzen
voor melk vastgesteld voor de maand Maart op
9 cent per Liter voor production).elk10 cent
per Liter voor consnmptiemelk.
Nadere inlichtingen worden ter gemeente
secretarie verstrekt.
Zierikzee, den 25 Januari 1917.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
A. J. F. FOKKER VAN CRAYESTEYN VAN
RENGERSKERKE, Burgemeester.
P. F. WITTERMANS, Secretaris.
De COMMANDANT der Stelling van de
Monden der Maas en der Schelde (Commando
Zeeland)
maakt bekend, dat door hem bjj deze door
zjjn ambtsvoorganger bepaalde, omtrent ver
gunningen van het Militair gezag bjj diens be
kendmaking van 8 Juli 1916 wordt ingetrokken,
en in stede daarvan het volgende bepaald:
Openbare vergaderingen, openbare
bijeenkomsten en optoehten.
1.
Het houden van openbare vergaderingen van.
bijzondere personen, openbare bjjeenkomsten en
optochten, zoowel in de openlucht, als in
gebouwen of besloten plaatsen, is verboden
tenzjj [met schriftelijke vergunning van jde in
4 genoemde Commandanten.
2.
De aanvrage daartoe, voorzien van het advies
van den Burgemeester binnen wiens gemeente
de vergadering, bjjeenkomst of optocht even
tueel zal wórden gehouden, wordt schriftelijk
gericht aan en ingediend bjj den betrokken
Commandant als aangegeven in 4.
Aan de vergunning kannen voorwaarden wor
den verbonden.
3.
De bepaling van 1 geldt mede ten aanzien
van bjj eenkomsten om zich in den wapenhandel
te oefenen, alsmede ten opzichte van vergade
ringen en bijeenkomsten waartoe het publiek
hetzjj met, hetzjj zonder betaling van geld
voorweardel jjk of onvoorwaardelijk toegang heeft.
De bepaling van 1 geldt niet voor open
bare Godsdienstoefeningen, welke volgens de
Grondwet geoorloofd zjjn.
4-
Onder de Commandanten, bedoeld in 1 en
2 worden verstaan
1. De Commandant der stelling van de
Monden der Maas en der Schelde (Commando
Zeeland) voor zooveel betreft de gemeenten op
Noord-Beveland, Tholen en St. Philipsland
2. De Commandant van Walcheren, voorzoo-
veel betreft de gemeenten gelegen op Walcheren.
3. De Commandant van Zuid-Beveland, voor
zooveel betreft de gemeenten gelegen op Zuid-
Beveland.
4. De Commandant van W.-Z. Vlaanderen,
voor zooveel betreft; de gemeenten gelegen In
W.-Z. Vlaanderen.
5. De Commandant van O.-Z. Vlaanderen,
voor zooveel betreft de gemeenten gelegen in
O.-Z. Vlaanderen.
6. De Commandant van Schouwen en Du' ff
land, voor zooveel betreft de gemeenten gelegon
op Schouwen en Duiveland.
5.
Artikel 44 van de Oorlogswet (Wet van 23
Mei 1899 Staatsblad no 128), bedreigt hem, die
het verbod bedoeld bg 1 overtreedt of bg
vergaderingen, optochten of bg eenkomsten, in
1 bedoeld, de gestelde voorwaarden niet in
acht neemt, met hechtenis van ten hoogste één
jaar of geldboete van ten hoogste zeshonderd
gulden.
B. Fotografeeren, Schetsen, Teekenex,
Verrichten van opnemingen.
l.
Het zonder vergunning fotografeeien, schetsen,
teekenenen alsmede h'et verrichten van op
nemingen is verboden, overeenkomstig de be
palingen, vervat in de verordening van den
Commandant van Zeeland van 14 September 1916,
zooals deze is gewijzigd bg de verordening van
"I Februari 1917.
2.
De aanvrage om vergunning tot fotografeeren,
schetsen, teekenen, alsmede tot het verrichten
van opnemingen wordt, voorzien voor zooverre
betreft particuliere aanvragen, van het advies
van den Burgemeester binnen wiens getneente
de aanvrager woonachtig is, schriftelijkge
richt aan den betrokken Commandant, als aan
gegeven sub. A 4.
Aan de vergunning kannen voorwaarden wor
den verbonden.
G. Jaclit.
1.
Ongeacht de bjj de wet of eeuig wettelgk
voorschrift vereischtë documenten voor de uit
oefening van het jachtbedrijf wordt eene
bjjzondere vergunning van de in 2 bedoelde
Commandanten vereischt, om te jagen met een
geweer of om te schieten op schadelgk wild
of gevogelte, een en ander in:
1. het gebied van 5 K.M. breedte langs de
Rjjksgrens in Oost-Zeeuwsch Vlaanderen.
2. het gebied van 5 K.M. breedte langs de
Rjjksgrens in West-Zeeuwsch Vlaanderen.
3. het gedeelte van Zuid-Beveland beoosten
de lgnStoomgemaal van Kattendjjke pl. 10
aan den Zeedjjk, ten Zuiden van Biezelingen.
4. het op Walcheren gelegen terrein van
den Oranjepolder, Suzannapolder, Houwerpolder,
Clazinapolder, Wilhelminapolder, Elizabethpol-
der, Nieuwerkerkepolder, Middelburgschenpol-
der, beoosten Groeneweg en Langeweg, het
N. O. deel van den Oud St.-Jooslandschenpolder,
begrensd door den weg van 't Hof Reigersberg
naar Steenen 'Duiker bg den Groeneweg en
Rapenburgerpolder.
8.
Bjj het verzoek omvergunning schriftelijk
te richten aan en in te dienen bg diengene der
sub. A 4 gonoom.de Commandanten tot wiens
gezagsgebied het terrein, waarvoor de vergunning
wordt gevraagd, behoort worden overgelegd
voor zooveel de jacht betreft in het gebied,
genoemd sub. 1 en 2 van de vorige
a. een schriftelijk advies van den Burge
meester, binnen wiens gemeente verzoeker
woont;
b. de akte bedoeld in artikel 26 der Jaolit-
wet of artikel 9 der vogelwet.
ii. voor zooveel de jacht betreft in de
terreinen genoemd sub. 3 en 4 van de vorige
a. een schriftelijk advies van den Burge
meester, binnen wiens gemeente verzoeker
woont
b. de jachtakte;
c. het bewjjs van Nederlanderschap
d. een nauwkeurige opgave van de ligging
der te bejagen terreinen
e. eene verklaring of verzoeke* de sub. e