aanmerking wensclil ie komen, voor toe slag: ook niel als secretaris. Oc ge- ifl.eente-geneeslieer wordt geacht geen toeslag noodig te hebben,' zoodoende blij ven alleen ambtenaren over met een salaris niel liooger dan 500 gulden, en met algeineene-stemmen wordl beslolen dezen een duurteloeslag le verleenen acl 10 °/o voor 1 jaar, ingaande 1 October 1910. Alsnu «wordt gelezen een verzoek óm verbetering van salaris door den heer Van Rooijen, hoofd der scliool. In dit schrijven wordl levens voorgesteld de bestaande school voor gewoon lager onderwijs te veranderen in een voor uil- gebreid lager onderwijs. De lieer Van Rooijen had dit voorstel toegelicht en daarin verzocht bij-aan neming van het voorstel lot verandering der school zijn jaarwedde met 1' 300 le verhoogen, wat de gemeente naar de heer Van Rooijen in zijn schrijven opmerkte, weinig zou kosten. De voorzitter pierkt óp, dat hel wel in het belang zijn zou van die leer lingen, die wenschten onderwezen le worden in de vakken van een U.L. O. School. De heer Rijnberg wijst op de geringe ambitie die langzamerhand voor de Fransche cursus is getoond. Vroeger werden deze lessen in de avonduren gegeven, thans echter kan dat plaats vinden onder de gewone schooluren, hoe dit zoo gekomen is, is bij den Raad on bekend, doch er blijkt wel uil, dat er hij een groot deel der burgerij geen blijvende lust hestaat. Op een U. L. O. School rust ple verplichting in de twee hoogste klassen les te geven'gedurende 5 uren per week in 2 der vakken: Fransch, Engelsch, Duitsch of Wiskunde. Dit zal in. i. door den heer Van Rooijen bezwaarlijk alleen kunnen gedaan wor den en hét komt den lieer Rijnberg voor dat de kosten voor de gemeente op den duur groolcr zullen zijn dan nu gedacht wordt. Ook de inrichting van een 7de leerjaar wijst daar z. i. op. Voorzichtig heid acht hij in dezen aanbevolen. De leerlingen voor Fï'ansch krijgen nu loch les en het Duitsch geeft de heer Van Rooijen in zijn vrije uren. De heer Gaakeer merkt op, dat dan ook de ver diensten voor den heer Van Rooijen zijn; laat 't dus zoo maar blij veil. De heer Rijnberg geeft in overweging èenft eens af te wachten in hoedanige mate de lust lot die lessen bij voortduring blijft bestaan. Ook de óverige leden zijn van hetzelfde gevoelen. Met algemene stemmen wordt dan ook besloten niet van school te veranderen! TeVugkomcnde op 'l verzoek van den heer Van Rooijen om verhooging van salaris, wordt i>e- sproken, dat zijn jaarwedde f 1300 be draagt -f- vrije woning, terwijl de minima-jaarwedde bedraagt f 1050, alzoo f 250 voor rekening der gemeente. De heer Kloet merkt op, dat de heer Van Rooijen dan ook moeilijk kan schrijven, dat hij nog niets van de gemeente heeft ontvangen. Al de leden zijn het hier mede eens. Bovendien, zegt de heer Rijnberg, heeft de Rdad den heer Van Rooijen in de gelegenheid gesteld weke lijks een schooltijd te verzuimen ten einde les le kunnen geven aan de Nor maalschool te Tholen, waarmede hij ook aardig wat verdient. De lieer Bastiaanse stelt voor geen verhooging te geven, doch evenals aan de andere onderwijzers f 50 duurteloeslag te verleenen voor 1 'jaar. Hiertoe wordt met algemeene stem men besloten. Ook had de heer Van Rooijen nog verzocht de huurwaarde voor zijn ambtswoning met f 50 te willen verhoogen. Onder goedkeuring van Ge- dep. Staten stemt de Raad hierin toe. Door den voorzitter wordt verder den Raad in overweging gegeven om aan Joh. v. Nicuwenhuijzen een kleine ver goeding te geven voor zijn werkzaam heden op de secretarie, Bij de tegen woordige drukte kan de burgemeester met zijn zóón hel niel af, zoodat Jolian ook nogal werk moet doen en zonder vergoeding. De heer QHakkelaar informeert of Joiian dan niets verdient, wal natuurlijk ontkennend beantwoord wordt De heer Quakkelaar stelt dan voor aan Joh. v. Nicuwenhuijzen 1' 100 salaris per jaar te geven. De voorzitter merkt op, dal dit juist hel bedrag is, wat ook hij hem had toegedacht. Met algemeene stem men wordt hel vporstel Quakkelaar aan genomen. De, lieer Rijnberg merkt op, dat hij ook nu dient benoemd le worden als ambtenaar. De voorz.' zegt^ Burgem. en Weth. zullen dit doen. Bij de rondvraag wijst de heer Kloet op de onzindelijke toestand bij L pakhuis van C. v. d. Hoek op. de Keethil, en vraagt of hierin verandering kan> worden gebracht. De heer Rijnberg is van dien toestand ook overtuigd en acht "t hoog noodig, dal een zinkput wordt geplaatst, anders krijgt men spoedig een opmerk- king van' de Gezondheidscommissie. De voorzitter zal zich 'overtuigen en verbete ring gelasten aan dc betrokken bewoners. De heer Quakkelaar vraagt nog of de vuilnisman ook verplicht is de zinkput leeg te ruimen in den ingang van een ruimte achter de wal. De voorzitter ant woordt hierop ontkennend, daar deze zinkput niet op gemeentegrond staal. Hierna sluit de voorzitter de vergadering. Eerste Kamer. De leden van de Berfle Kamer zjjn thans ter vergadering bijeengeroepen tegen Dinsdag 7 Nov. a.s., des avonds 8J ure. De Zeppelin. Uit de ingekomen rapporten omtrent 't overvliegen van Nederlandsch gebied door een Duitseh luchtschip óp 22 dezer, is gebleken, dat het luchtvaartuig nabij Vijlen (Zuid-Limburg) te 6 uur namid dags boven het Nederlandsch territoir is gekomen en [daarop zijn weg in Noord westelijke richting jneeft genomen over Geulle, Bergeyok, Valkenswaard, Nieu- wendjjk en Werkendam, vanwaar het zjjn koers heeft gewijzigd en Oostwaars over Westervoort naar Duitschland' is teruggekeerd. Het luchtschip is op ver scheidene plaatsen beschoten. In de omstreken van Werkendam heeft het voorwerpen uitgeworpen of laten vallen. Het van regeeringswege ingestelde on derzoek van de gevonden stukken heeft aangetoond, dat deze vermoedelijk van reservoirs afkomstig zjjn. Met zekerheid kan worden vastgesteld, dat zij geen onderdeelen zjjn van spring- of brand-1 prpjectielen. De regeering heeft terstond den gezant te Berlijn opgedragen ter zake van deze nieuwe schending van het Nederlandsch gebied door een^Duitsch luchtschip een ernstig vertoog tot de Duitsche regeering te renten. Rijkscommissie van toezicht op paarden. De minister van landbouw, nijverheid en handel heeft ingesteld een rijkscom missie van toezicht, als bedoeld in art. 6 der bjj Koninklijk besluit van 13 dezer goedgekeurde statuten van de Paarden- vereeniging, gevestigd te 's-Gravenhage, en tot leden dier oommissie benoemd de heeren Mr. A. J. F. Fokker, lid van de Eerste Kamer der Staten-Gen. te Zierikzee; F. M. Knobel, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, te 's-Gravenhage; S. C. Gooszen, luit.-kolonel der artili., directeur van het Remontewezen, voor zitter der Algemeene Keuringscommissie voor de Paardenfokkerij te 's-Hage. Engelsch uitvoerverbod. Volgens een officieële mededeeling zal tot nader order geene vergunning tot uitvoer naar Nederlaud uit het Vereenigd Koninkrijk en zijn overzeesche be zittingen worden verleend voor de volgende artikelen vlas, linnen, ruwe- en naaigarenB, linnen manufacturen, verech fruit met uitzondering van bananen, wae, met uitzondering van paraffine. Uit het OTorstroomlngsgebled. Naar men verneemt, komt de regeering het overstroomde gobied in de rijks belastingen flink tegemoet. De landlieden zullen dit jaar vrij zijn van inkomsten belasting, voor zoover hun inkomen voortvloeit uit de opbrengst van den bodem. Wat de grondbelasting betreft, wordt een groot psreeutage kwijtgescholden, afoaogeude van den tijd, waarop de gronden werden drooggelegd. Aan de landerijen om Purmerend is b.v. een vermindering van 50 pCt. toegewezen, de banne Purmerland een van 70 pCt., terwijl o. a. de Buikslotermeer, die in dezen zomer pas droog kwam, geheel is vrijgesteld. Ben jonge Held, Een telegram van Rsulsr'e biz. dienst maakt melding van een mededeeling in de Daily Chron. over het kranige op treden van een jongen zeeman van nog geen 15 jaar ond, een overlevende van een in de Noordzee gezonken EDgelsch schip. De jongen was belast met den seindiecst; toen zijn schip zonk, zag hij een ander schip het mijnenveld naderen en bleef hij dit schip met seinen waar schuwen voor het gevaar, terwijl zijn eigen schip onder hem wegzonk. De daad is ter kennis gebracht van de autoriteiten. Verlangen naar vrede. Een Engelsohe vrouw van goeden huize, Emily Hobhouse, die tijdens en na den Boerenoorlog veel voor 't Znid-Afrikaan- sche volk heeft gedaan, blijkt in den zomer van dit jaar in Duitschland te hebben rondgereied in 't belang van de Eogelachen in het kamp te Ruhleben. Deze vrouw heeft eens oen vergelijking getroffen tusschen Engelsohen en Duit- schers ec kwam tot de conclusie, dat beide volken bizonder veel punten van overeenkomst hebben. Elke schakeering van politieke meening, elke faze van menschelijk gevoel, waarmee de Engel- achen vertrouwd zjjn, kau men duur weerspiegeld vindeD, zegt zij. Zij merkt echter één uitzondering op terwijl het Eogelsche volk schijnt te willen doorvechten, was in Duitschland in alle kringen een verlangen naar vrede merkbaar. Een hoog ambtenaar aan het Duitsche ministerie van buiten- landsche zaken deed uitkomen, dat Duitschland vrede verlangde en bereid was te dien einde in onderhandelingen te treden, maar bij herhaalde, dat hij vreesde, dat er aan de zijde van Engel sohe staatslieden daartoe geen neiging bestond. Duitschland denkt er niet aan, zei hjj, het vraagstuk van den vrede aan te vatten met Duitschland als overwinnaar. Wij weten, dat Eogeland niet is ver slagen. Doitschland'e verlangen naar vrede berust echter niet op zwakheid of gebrek aan hulpmiddelen. Als het moet kan het nog jaren doorvechten. De schrijfster meent, dat er nu wel onderhandelingen konden worden ge opend. Indien, zegt zij, de zedelijke moed van de regeeringen den onsterfelijken krijgsmoed van hun soldaten evenaardde, zouden er tusschen de ministers ver trouwelijke gesprekken kannen beginnen, en voor oen eervollen vrede sou er een grondslag kunnen worden gevonden op edeler en verstandiger wijze dan die op het oogenblik de wereld schokt.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1916 | | pagina 6