BIJVOEGSEL
behoorondo b(J de
th WOENSDAG 31 MEI 1916,
no. 9859.
Vergadering van den Gemeenteraad
te Zierikzee.
gehouden op Zaterdag 27 Mei,
's namiddags 2 ure.
De waarn. burgemeester, mr. A .1
F. Fokker, opent op het vastgestelde
tijdstip de vergadering en steil voor.
alvorens lol de gewone werkzaam
heden over te gaan. een woord te
wijden aan de nagedachtenis van den
zoo vroeg ontslapen burgemeester.
Terwijl allen zich van hun zetel
verheffen, zegt de voorzitter, dal het
nog maar kort geleden is. dat we hier
vergaderden onder voorzitterschap
van onzen overleden burgemeester.
Hoewel toen reeds bij ons eenigo
twijfel bestond aangaande zijn herstel,
niemand onzer had kunnen denken,
dat hel einde zoo spoedig zou komen.
Toen mr. D. van der Vliet in Juni
1910 geïnstalleerd werd als burge
meester en hel voorzitterschap over
onzen Raad aanvaardde, Jiooplé hij
een goed burgemeester te mogen zijil
en met lust te mogen werken in de
stad. die hij lief had. Mijne hceren, ik
meen te mogen constaloeren namens
U allen en ook namens de burgerij,
dal mi*. Van der Vliét inderdaad een
góed burgemeester is geweest en dat
wij allen betreuren, hem zoo spoedig
le hebben moeten verliezen. Zijn na
gedachtenis zal nog jaren in cere
worden gehouden.
De voorzitter deelt hierna mede.
dat van de heéren Van Nouhuys en
Ribbens bericht is ingekomen, dat ze
deze Raadszitting niet kunnen bij
wonen.
Aanwezig zijn. behalve de voor
zitter, de neeren Timmerman, Pol-
vliet. Koopman, Gelderman, Van den
Rout, Doeleman, De Yricze. De Crane
en Van Os. Één vacature.
Van den heer J. van der Vliet Cz.
is bericht ingekomen van hel over
lijden van zijn broeder mr. #D. van
der Vliet. Namens den Raad'hebben
Burgcm. en iWeth. deze mededecling
met een brief van rouwbeklag aan
de familie beantwoord.
•Voor kennisgeving worden aange
nomen de brieven van de hoeren H.
J. Ivorlvinke, J. J. Honig, J. Unger,
A. Guddc, J. A. Biermasz. W den
Boer, C. de Mooij, B. H \V Wie-
bols en mr. J. A. C. van Heusde,
waarin zij hunne resp. benoemingen
lot leden en plaatsvervangende leden
van de stembureaus; voor den Ge
meenteraad en de Prov. Staten aan
nemen. Van den heer J. J. v. d. Ven
was bericht ingekomen dat hij zijn
benoeming lol plaatsvervangend lid
voor het 2e stembureau voor de Prov.
Staten niet aanneemt.
In gekomen zijn voorts. 1°. een
schrijven van den heer P. D. de Vos,
waarin hij zijn benoeming lot regent
van het Burgerlijk Armbestuur aan
neemt; 2°. liet verslag over den toe
stand van het M. O. in deze gemeente
over het jaar 1915; 5°. een schrijven
van de heeren J. C. Luncnbcrg en
Schfilling, behelzende een dankbe
tuiging voor den hun verleenden
duurtetoeslag.
De gewijzigde begróoting, dienst
1915, wordt op voorstel van den
voorzitter in handen gesteld van een
commissie, beslaande uit de hoeren
Gelderman, Polvliet en v. tl. Bout
Op de vraag des voorzitters of zij
hunne benoeming aannemenant
woorden zij bevestigend.
Hel verzoek van D. Ruzelaar, den
me! ingang van 1 Januari j.l. ont
slagen gemeente-werkman-, om een
toelage uit de gemeentekas, waarop
in de vorige Raadszitting afwijzend
was beschikt, gaat op voorstel van
den voorzitter, ter fine van prae-
advies, terug naar Burgèm. en Weth.
De voorzitter deelt mede, dat Bur-
gem. en Weth. het hoofd der M U.
L. O. School, den lieer S. de Graaf,
machtiging hebben gegeven lot den
aankoop van leermiddelen lol een
bedrag van i' 500. De lieer De Graaf
had I 1000 gevraagd, maar gezegd
voorlobpig niet 1' 500 te kunnen vol
staan. Burgem. en Weth. declen dit
mede, omdat hierdoor de begrooting
overschreden wordt. Het gevraagde
was echter dringend noodzakelijk. I
moest gebeuren.
De heer Doeleman vraagt, of dit
geen weggegooid geld is, daar spr.
dézer dagen hoorde, dat na afloop
der school toch geen diploma kan
worden behaald en dus de aanschaf
fing van leermiddelen tot grootc be
dragen nu niet zoo noodzakelijk is.
De voorzitter, spreker beantwoor
dende, zegt, dal de school wel in
orde zal komen, maar deze nu nog
niet geheel in orde is. Mobilisatie en
vacatures hebben daartoe bijgedra
gen. De leerlingen der hoogste klassen
zijn met meer consideratie behan
deld dan misschien wenschelijk was,
omdat men de klassen bezel wilde
hebben. Maar het hoofd der M U F.
O School heeft de verzekering ge
geven, dal na een paar jaar de school
ia orde zal zijn en er dan eind
diploma's zullen kunnen worden
verleend.
Mei verbazing heeft de heer Koop
man hel antwoord van den voorzitter
gehoord op de vraag van den lieer
Doeleman. Spreker zegt, dat de heer
De Graaf in een vergadering van
Burgem. en Weth. is, geweest, en
volgens spreker.; in een heel anderen
zin zich heeft uitgelaten, en o. a. ge
zegd zou hebben, dat de M. U.L.O.
een „zoodje" was. Op de vraag des
voorzitters, of na afloop dQr school
een examen zou kunnen worden ge
daan. heol'l, zegt (le heer Koopman,
de lieer De Graaf geantwoord; „in
der eeuwigheid niet!" Spreker stond
perplex van die krasse uitdrukking
van hel schoolhoofd, en betreurt het
dat grootc uitgaven zijn gedaan; zijn
plan is. den districts-schoolopziener
te verzoeken een onderzoek in zake
genoemde school in te stellen. Spr.
wil niel meewerken 0111 de gemeente
oj) groote lasten le jagen, door het
toestaan van bijdragen als genoemd,
waardoor de bcgrooling wordt over
schreden. Wanneer een bcgrooling
wordt overschreden, mogen Burgem.
en «Weth. dat niet zelf doen, zonder
voorkennis van den Raad. Door het
overlijden van den burgemeester is
hel college van Burgem. en .Weth.
lol oen college van twee gekomen,
maar ik heb van die toegestane ver
hooging lol aankoop van leermidde
len niets gezien en ik als wethouder
wenscli van dit oogenblik af, niet
meer aan zoo iets mee te willen
werken. Hel doet spreker genoegen,
dat de lieer Doeleman de vraag om
trent de M. U. L. O. School heeft ge
daan.
De heer De Cranc heeft niet be
langstelling geluisterd naar hetgeen
door den heer Koopman gesproken
is. Het kan niet als een excuus van
den lieer Koopman beschouwd wor
den. zegt spreker, wanneer hij be
weert, (lat hij onkundig is gebleven
van zaken, voorkomende in l college
van Burgem. jni Weth. Spr. acht het
de plicht van iemand, die zitting heeft
in een college, er legen op te komen,
wanneer hij meent, dat hem le kort
wordt gedaan en spr. acht den heer
Koopman daar ook den man niel
voor.
De voorzitter: Ik hen verbaasd
over hetgeen de heer Koopman heeft
gezegd, (lat Burgem. en Weth. hem
iels verborgen hebben gehouden en
hem. spreker, verwijt de zaken te
verdoezelen. Spreker is verstomd wat
genoemde heer durft Ie. zeggen om
trent die, f 1000. Dat had de heer
Koopman als wethouder kunnen
welen. De heer De Graaf kwam over
dit bedrag spreken voor het aan
schaffen van leermiddelen, en Bur
gem. en Weth. oordeelden, na 't geen
de heer De Graaf had gezegd, het
noodzakelijk een vöprloopig^bedrag
van f 500 toe le staan. Wij hebben
toen bemerktdat de begrooting
overschreden was en besloten hier
van in elk geval nicdcdeelingTe doen
in den Raad.
Om tot de zaak zelf terug te ko
men zegt de voorzitter, n.l. de kwes
tie van de M. U. F. O. School, neefl
de lieer De Graaf zich in een ver
gadering van Burgem. eïi Weth. mis
schien wel wal kras uitgedrukt. Latei-
is genoemde heer bij den voorzitter
geweest, om le zeggen, dat hij meer
gezegd had dan hij bedoelde, daar
hij eigenlijk boos was geworden, dooi
de wijze waarop,de heer Koopman
hem had aangesproken. Allerlei leer
lingen zijn op de M. F. O. School
gekomen, en velen zijn wellicht met
cenigc toegevendheid bevorderd. Ook
de onvoltalligheid van het onderwij
zend personeel werkte niel goFd voor
hol onderwijs.
Bij Burgem. en Weth. is na dien
nog een rapport verschenen over den
toestand der school door liet school
hoofd. wat de secretaris thans voor
leest,'en waaruit blijkt, dat niet tijd
t n geduld de M. U T,. O. School wel
in orde zal komen.
De lieer Koopman: De heer De
Crane beefl hel verbaasd, dat ik met
deze klacht hen gekomen, maar
wanneer de boel overschreden wordt
en ik weet er niets van, dan acht ik
mij niet langer verantwoord dis wet
houder. Hel verbaast mij, dat dc
voorzitter mij voor de voelen werpt,
dat ik als wethouder dit kon weten.
De heer De Graaf is niet lang ge
leden bij Burgem. en Weth gekomen
voor twee vacatures n.l. een onder
wijzer en onderwijzeres. Aangedron
gen is toen, ook door mij, zegt spr.,
om de twee sollicitanten te verzoe
ken proefles le komen geven. Bij deze
gelegenheid zijn ook andere school
kwesties besproken en dc lieer De
Graaf heeft zich toen wat kras uit
gesproken ten aanzien der leerlingen
die van School B kwamen, en ook
over de M.U.F.O, School zelf. De
heer Koopman beweert, dat de heer
De Graaf gezegd heeft: „van de M.FF
F. O School kan in der eeuwigheid
niets terecht komen", en is toen boos
weggegaan. In de notulen is er dooi
den secretaris geen melding van ge
maald en, zegt spreker, U hebt, mijn
heer de voorzitter, er niets van ge
zegd. Het is vergeten op le nemen,
en wanneer U een ambtenaar wilt
sparen, goed, maar dan niel opzoo'n
manier.
Hel is bovendien niet waar, zegt
dc heer Koopman, dat ik onbeleefd
den. heer De Graaf zou hebben be
handeld. dit heeft de voorzitter zelf
gedaan en hij tart den voorzitter le
zeggen waarmede hij den heer De
Graaf zou hebben beleedigd.
Dc voorzitter zegt. dat hij niel ge
woon is de nicnschcn onbeleefd te
behandelen en dat, nu de heer
Koopman zoo pertinent onwaarheid
spreekt. Jiij hem wil herinneren, dat,
terwijl en niet de minste aanleiding
was, hij (dc heer Koopman), plotse
ling den heer De Graaf toevoegde:
„ik ben voor geen tien De Graaien
bang": daardoor werd de heer De
Graaf, en terecht, boos, en zcide
meer dan hij hij kalmte gedaan zou
hebben.