ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE. Woensdag 19 Januari 1916. EERSTE BLAD. O P RC^E P. Inzameling voor de slacht offers van den Watersnood. Oorlogsoverzicht. Uit Stad en Provincie. CZ ierikzeesche C o u r a n t ABONNEMENT. Prys per drie maandenf 1,80. Franco per post- 1,60. Voor het buitenland per jaar- 10, Afzonderlijke nummer»- 0,06. Verschynt Maandag, Woensdag eu Vrijdag. 72ste JAARGANG, Ni§ 9803 Directeur i A. J. DE LOOZE ir. Uitpavar-HoofdredactouF* A. FRAMKEL. ADVERTENTIE N. Van 18 regelst 0,80. Elke regel meer- 0,10. Reclames per regel- 0,16. Gy contract belangrijke korting. Inaending op den dag Tan uitgare róór 2.SO ure. Oit nummer bestaat uit twee bladen. De Algemeene Voreenigde Commissie dor Leniging van Rampen door Waters nood in Nederland Gezien en ontvangen de berichten be treffende den heerschendenwatersnood in verschillende provincies van Nederland Van oordeel, dat het noodig is zoo spoedig mogelijk gelden in te zamelen om dien nood zooveel mogelijk te lenigen Verzoekt bijdragen" te willen zenden aan den Penningmeester, den heer E. Sillem (firma Hope Co., Keizers gracht 579-581, Amsterdam), terwijl het die Commissie aangenaam zal zijn indien de directies der dagblad-pers ook gelden in ontvangst willen nemen om die af te dragen aan den Penningmeester voornoemd. Vertrouwende dat velen in den lande aan dezen oproep gevolg zullen geven. J. W. C. TELLINGEN, Burgemeester van Amsterdam. S. P. VAN EEGHEN. Mr. G. J. PH. GRAAF SCHIMMELPENNINCK. Mr. R. VAN REES. Mr. W. S. J. VAN WATERSCHOOT VAN DER GRACHT. Mr. K. J. PHILIPS. E. SILLEM (Firma Hope Co., Keizersgracht 578-581, Amsterdam), Penningmeester. Mr. A. W. GERRITZEN, Keizers gracht 573-575 Amsterdam, Secretarie. Mr. J. C. BARON BAUD. Mr. C. P. VAN EEGHEN. F. I. M. VAN OGTROP. J. VAN DEN HONERT. Mr. W. J. M. WESTERWOUDT. F. LIEFTINOK JH/.n. J. G. WERTHEIM. H. W. VAN MARLE. Tot leniging van den nood In de overstroomde streken zal veel geld noodig ztjnwie de verslagen In ons blad gelezen heeft zal het begrepen. De Oproep van de Watersnood- Commissie vindt men In dit blad. Ook onze Administratie belast zich met ontvangst en Inning van giften. Z|j worden In ons blad vermeld en aan de Watersnood-Commissie afge dragen. Een lokaalspoor op Tholen. Wy hebben in den laatsten tyd onderscheidene berichten en verschil lende ingezondene stukken, betrekking hebbende op de totstandkoming van een lokaalspoor op het eiland Tholen in ons blad opgenomen. Geljjk bekend is, is indertijd een a Spoorweg- Comité Tholen" gevormd, dat zich ten doel stelt op het eiland Tholen een lokaalspoor tot stand te brengen, die te Bergen-op-Zoom zal aansluiten aan het net der Maatschappij tot exploitatie van Staatsspoorwegen. Deze spoorweg zal dus al de gemeenten van Tholen, te wetenStavenisse, Sint- Annaland, St.-Maartensdijk, Scherpenisse, Poortvliet, Oud-Vossemeer en Tholen, onderling eu met Bergen-op-Zoom ver binden. Van welk een onberekenbaar nut een dergelijke verbinding is, schijnt voor velen op Tholen nog niet recht duidelijk te wezen, wat jammer is, want als zjj daar van een heldere voorstelling hadden, dan zouden zij ongetwijfeld van felle tegenstanders van een lokaalspoor vurige voorstanders worden. Hoe is het toch op Schouwen— Duiveland gegaan? Toen indertijd op dit eiland voor den aanleg van een tram, waardoor vele gemeenten van SchouwenDuiveland met elkaar en met den vasten wal zouden verbonden worden, plannen werden beraamd, toen opperden niet weinigen daartegen bedenkingen. In hoofdzaak waren deze van zuiver persoonlijken aard. Ook werden er enkelen gevonden, die zeiden, dat hun ouders het zonder een tram gedaan hebben, zoodat zjj het ook best zonder een tram zouden kunnen stellen. En zjj, die aldus redeneerden, waren niet alleen plattelandsbewoners, maar vaak ook zoogenaamde stadsmenschen. Desondanks kwam de tram. Reeds meer dan vjjftien jaar rjjdt zjj, dag in dag uit, langs de vruchtbare velden van SchouwenDuiveland. Ja, zjj werd tot niet geringe vreugde vtm alle eilandbewoners tot Burgh en Haamstede doorgetrokken. Algemeen is het gebruik, hetwelk van haar gemaakt wordt. Wie zou haar thans willen missen? Niemand. De pruttelaars en mopperaars van weleer zijn verstomd. Men hoort ze niet meer. Zij hebben de voordeelen er van leereu inzien. Want zij bespeuren, dat men niet meer zoo afgezonderd van de wereld leeft als vroeger, dat men zich gemak- kelyker en sneller verplaatsen kan dan voorheen, dat voor de landbouw- en tuinbouwproducten, die thans vlug naar de centra van handel in ons land kunnen vervoerd worden, hoogere pryten bedongen worden dan weleer, en dat hun gemeente, die nu aan de lyu ligt, Teelvuldiger bezocht wordt dan ooit het geval is geweest. De oppositie tegen dit moderne ver voermiddel is dau ook in deze streek morsdood. Zy bestaat niet meer. De ingekankerdste conservatief zelfs is innig overtuigd gewordon van den ryken zegen, dien de tram om zich heen verspreidt. Stilstand is achteruitgang. Dit is een vaste wet in het leven van menschen en volkeren. Wie niet met zyn tyd medegaat, blijft zijn levenlang een stumper. Hoe komt het dat de landbouw hier in SchouwenDuiveland bloeit Omdat de landbouwers zoo verstandig waren de resultaten der wetenschap op hun bedrijf in toepassing te brengen. Zü hebben zich dan ook niet tegen de totstandkoming van een tram verzet. Integendeel, begrypend het onschatbare voordeel van een goede en snelle com municatie voor hun producten, werkten zy krachtig mede, dat de tram er kwam. Eo zü juichten, toen het stoomros zyn intrede op ons eiland deed. Wie niet inzietdat stoom en electriciteit aan de menschheid onbe rekenbare diensten bewezen hebben, wie niet inziet dat de tyden van diligence en trekschuit voor goed roorby zyn, is met blindheid geslagen. Het „Spoorweg-Comité op Tholen" verdient dan ook allen lof, dat het aan de bevolking van Tholen dezelfde voordeelen verschaffen wil, in het bezit waarvan de bewoners van Schouwen Duiveland zich reeds zestien jaar mogen verheugen. Moge het dan ook door de onver standige tegenkanting, die het onder vindt, niet afgeschrikt wordeD, moge het in zyn prijzenswaardige pogingen naar wensch slagen! De regeering van het dapper volk der Zwarte Bergen, de Montenegrijnen, heeft aan Oostenrijk den wensch te kennen gegeven tot het openen van onderhande lingen over den vrede. Na de iunemiDg van Cettioje door de Oostenrijkers zag tij in, dat verdere tegenstand nutteloos en verderfelijk voor land en volk zou zijn. Aan Montenegro het Servische lot willend besparen achtte zij het raadzaam met den vijand te onderhandelen. Als voorwaarde stelde deze het onvoorwaar delijk nederleggen der wapenen. In die voorwaarde werd bewilligd, waarop de vredesonderhandelingen te (Jettinje een aanvang hebben genomen. Onder de wapenen, die Montenegro moet neer leggen, behooren niet alleen alle moderne vuurwapenen bij het leger in gebruik, doch ook de wapens, die ieder mannelijk Monlenegrijn als erfstukken draagt. Zijn de wapenen neergelegd, dan zal de mannelijke tot het dragen van wapenen in staat zijnde bevolking naar bepaalde plaatsen gebracht worden. Het schijnt, dat onder de onvoor waardelijke neerlegging der wapens ook begrepen wordt de overgave aan de Oostenrijkers van alle steden en plaatsen en van alle verkeersmiddelen, met name van de spoorwegen. Koning Nikita heeft verstandig ge handeld den weg van den vrede te bewandelen. Hij heeft aan België en Servië gezien, dat de Ententestaten de kleine volken aan ondergang prijsgeven en geen hand voor deze uitsteken, en hy heeft bemerkt, dat er geen hulp voor hem kwam opdagen, zoodat, als hij niet tydig vrede sloot, zijn land ten onder gang gedoemd wae. Dat wilde hij in elk geval voorkomen. In Oostenrijk en Duitschiand heerscht natuurlijk groote vreugde over de onder- werpiog van Montenegro. In Berlijn werden de vlaggen uitgestoken. De eerste stap, de moeilijkste ie gedaan. Wie zal de tweede doen? Op de verschillende gevechtsfronten is, voor zoover wij weten, weinig belang wekkends gebeurd. De veldslag, die van den 248ten dezer in Oost-Galicië en op het Besarabische front werd ingezet en tot den 15den Januari duurde, is nu geëindigd. In dien veldslag, die 24 dagen duurde, werden 70.000 Russen gedood of gewond. Het getal Russische gevange nen, dat gemaakt werd, beliep 6000. De voorzittsr van den Duitschen Rijks dag heeft dezen me! een korte rede tot den 15den Maart verdaagd. Hij slootJde zitting juist op den dag, waarop voor 45 jaar het Duitsche Rijk gesticht is geworden. De eerste Balkantrein is Maandagavond te Konstantinopel aangekomen. Niet alleen de Nederlandsche mail wordt door de Eogelsche regeering stelsel matig in beslag genomen, maar ook de post van andere neutrale staten is aau die willekeurige behandeling van het rijk, dat de zee beheerscht, blootgesteld. Zoo is de Zweedsche post aan boord van het stoomschip „Stockholm" door de Engelachen in beslag genomen. Het bekende Zweedsche dagblad Slockholms Tidungen is daarover slecht te spreken. Het zegt: „Door deze inbeslagneming „tijdens de diplomatieke onderhande- .lingen, waarbij de Zweedsche regeering „op het schenden van het volkenrecht „door de Engelschen wees, toont Enge land duidelijk zijn opvatting van de „kwestie: „wij zijn de machthebbers en „wij zullen die macht ook gebruiken". ZIERIKZEE. Bij Kou. besluit is be noemd tot advocaat-generaal by het gerechtshof te Amsterdam, mr. dr. S. J. M. van Geuns te 's-Hertogenbosch, vroeger officier van justitie alhier. DREISCHOR. De bevolking onzer gemeente bedroeg op 1 Januari j 1. 629 mannen en 652 vrouwen, te zaraen 1381 zielen. BROUWERSHAVEN, 19 Jan. Gister avond werd in het „Hotel Kloet" alhier een tweede Kunstuitvoering gegeven door de heeren P. A. JoDgmans, violist, Zierikzee, sergeant W. G. de Widfc, piano en bariton, sergeant G. J. Mulder, fluit, tevens met welwillenderaedewerking van mevrouw Ittmann alhier, sopraan, en mej. Steinz, alt, uit Middelburg. Het programma werd keurig afgespeeld en de aanwezige bezoekers, die in grooten getale waren opgekomen, genoten van muziek en zang, Het was zeker een welverdiende hulde, toen aan beide genoemde dames een bloemruiker werd aangeboden, als waardeering voor hunne belanglooze medewerking. Het daarop volgend bal werd afgewisseld door eenige voordrachten, waarbij ook de dames K. van der Linde en M. van den Bout hunne medewerking verleenden. BRUINISSE. Maandagavond overleed alhier de heer J. van Vessem, oud-lid van den geranenteraad. By de periodieke verkiezing van het vorige jaar wenschte hy om gezondsredenen Diet weder voor herkiezing in aanmerking te komen. De overledene was tal van jaren lid van den raad en werd steeds met groote meerderheid herkozen. Hy behartigde met alle kracht de belangen der ge meente en was gewoon onomwonden zyn meening te zeggen. Ook in andere bestuursfuncties, dijkbestuur, landbouw- vereeniging enz. werd de overledene om zyn bekwaamheid gewaardeerd. OUD-VOSSEMEER. De Raad dezer gemeente verwierp het voorstel van een locaaltrein met 4 tegen 3 stemmen. ST.-MAARTENSDIJK. O, die drift; wat al bange dagen en benauwde uren heeft ze den raensch reeds bereid. Van wat al wee en verdriet is zy vaak de oorzaak geweest. Wie zich zelf beheerscht is sterker dan die een stad verovert, zoo lazen we eens. En, helaas, steeds blykt het maar, dat er zoovelen zyn, wien het te zwaar valt zich zelf te overwinnen. Ook iu deze gemeente speelden zich Maandagavond tafereelen af, waaraan driftvervoering tot dolle razernij ten grondslag lag. Wy willen geen afzonderlijke beschrijving der feiten leveren, noch in bizonderheden afdalen, de zaak is reeds treurig genoeg en wat doet het er toe, of tot in de uiterste hoeken van onze provincie en nog daarbuiten bekend is, wie de vader is, die greep naar een werktuig, waar eeu moord gemakkelijk mee gepleegd kon worden, om zyn zoon, die met andere jongelieden in twist was, te hulp te komeD; wiens razernij nog de felheid van drift overtrof, waarmede de zoon zich op zyn tegenstanders wierp. Wy beklagen dien vader, die hoogstwaar schijnlijk hiervoor zal moeten boeten en ook daarvoor dat hy in verblinde drift zich vervoeren liet, zelfs tot verzet tegen de handhavers van de orde en geheel vergeten scheen dat hem kort geleden nog door de hoogste autoriteit onzer gemeente een vermanend waarschuwend woord, wegens zyn drift was toegevoegd. Doch ook de zoon bedenke, hoeveel beter hy had gedaan zyu toorn niet zooveel plaats te lateo, dat liy zicli zelf en daardoor ook anderen voor altyd zou hebben kunnen oDgelukkig maken. En nu begrijpen wy wel, dat er redeneu kunnen en zullen geweest zyo, die tot verbittering aanleiding gaven, doch dan toch nimmer den nu gevolgden weg beireden. Wy weten toch: Een uur van onbedachtzaamheid kan maken dat men jaren schreit. Mocht het oude versje toch diep beseft worden Niet hij, die welgespierd en forsch Zijn lichaamskracht trotseert. Noch hij, die, als hy strijden moet., Zich dapperlijk verweert. Doch wie zijn feilen overwint, Zyn driften palen stelt. Zijn hart beheerscht zich zelf beziet, Die is de grootste held. Menigeen zou dan vau betreurens waardige daden bevrijd blijven. WISSENKERKE, De myn, die na den storm der week aan den Sophia- polder was aangespoeldwas den volgenden dag weer verdwenen, weg gedreven, naar men dacht. Thans ligt zy weer op dezelfde plaats. Ze is blyk- baar eerst door 't zand overdekt en later weer bloot gekomen. Er is een wacht van 6 man met een korporaal op afgekomen. Te Geersdyk is gisteren een kleine ballon neergekomen. Aan de onderzijde bevonden zich twee batterijtjes met koperdraad verbonden en werkende ongeveer als een zaklantaarn. De ballon is op het gemeentehuis bezorgd. De Watersnood. Bezoek van H. M. de Koningin. Zonder dat de bevolking van 't ge teisterde Waterland er vooruit iets van wist, heeft onze Koningin de overstroomde polder» bezocht. Jhr. Hooft Graafland, kapiteinluitenant ter zee en adjudant, wees der Koningin, die vergezeld was van freule Sloet, op een kaart, welke dorpen in de verte en rondom zichtbaar waren. En dichtbij viel het oog op de verlaten huizen, sommige tot aan de dakgoot in het water. Troosteloos zag het eens zoo vroolyke polderland er nu uit en de jammerlijke aanblik werd nog verergerd door enkele kleine tafereeltjes, als kippen, die angstig van de op invallen staande hooibergen of in de takken der boomen voor zich uit staarden naar de eenden en zeemeeuwen, welke lustig rondom de huizen in haar element zwommen. Midden in het water stonden de wegwijzers van den A. N. W. B. en vreemd deed het aan boven de golven te lezen„maximum snelheid 10 K.M. per uur". Hier en daar was men bezig met het weghalen van huisraad. In het dak was een gat gemaakt en slechts op deze wyze konden dan de bewoners hun huis betreden. Ergens anders zag men weer een groote opening in een stal gezaagd. De boeren hadden getracht het vee te reddeD, doch blijkbaar was dit te laat. want door de opening waren nu slechts cadavers te ziennog somberder was dit gezicht, dan de lyken van beesteü, die in het Kanaal de motorboot flottielje voorby dreven. Soms kwam men groote platte dek schuiten achterop, die vee gingen halen en juist toen die schuiten en sleepbooten by Broek heen en weer voeren, kwam de Koningin daar aan. Ook de Araster- damsche politieboot was daar. De menschen plasten door de op sommige plaatsen van het dorp ondergeloopen straten, om de Koningin te zien. De kerk werd bezichtigd, waar het vee gestaan had. Verschillenden bewoners van 't dorp vroeg de Koningin iets over hun toestand, terwijl in een huis, waarheen een aantal bewoners uit de overstroomde huizen gevlucht waren, geruimen tyd nog verbleven werd. Daar waren 22 menschen, meest kinderen, tydelyk ingekwartierd. Hiermede was het bezoek aan 't „eiland" Broek afgeloopen en werd het Kanaal naar Monnikendam opgevaren. Steeds links en rechts weer de eindelooze watervlakten. Even voor Monnikendam nog een huiveringwekkende aanblik: het geheel omspoelde katholieke kerkhof; de kapel half onder water, de graven met de steeuen kruisen gedeeltelijk. Eenzaam lag het daar en de zeemeeuwen vlogen er over. Geheel afgesneden was he nu van het dorp, dat wy tegen twaalven be reikten. By de groote kerk wachtte de burgemeester de vorstin op. De kerk deed daar nog dienst als koeienstal. Ook dit zag de Koningin en midden in een grooten kring van de bevolking op straat, sprak zy verschillende mannen en vrouwen gemoedelijk aan. Gevolgd door zeker de halve bevolking van Monnikendam wandelde H. M. door de Kerkstraat. By de sluizen stonden twee vrouwen, vluchtelingen uit het over stroomde gebied. Ook zy werden door de Koningin aangesproken en toen de vorstin het thans zoo geïsoleerd liggend stadje verliet, hieven de bewoners het Wilhelmus aan, uit dankbaarheid voor de belangstelling, die de lands vrouwe, jegens de zwaar beproefde be volking getoond had. Over zee voer de motorboot-flottielje nu naar Volendam en zoo kon de Koningin van uit de verte, den door gebroken dyk by Uitdam zien. Als rotsen staken de overgebleven stukken dyk nu tusschen de drie gapingen uit en daar achter was weer het water tot in het verre verschiet. Toen in den raiddag de kleine haven van Volendam werd binnengevaren, kwam er dadelijk beweging in het dorp. Vlug klopperden de klompen over het houten plankier langs de haven, vol met botters. Uit de schepen, thans drijvende woningen voor zoovele gezinnen, kropen de Volen- dammers en de vrouwen vlug te voor schijn, om de Koningin te zien, die met een dikke autorauts op en een zwaren mantel aan, weldra temidden der Volen- damsche bevolking zich bewoog. Dat heel Volendam weldra achter de Koningin aanliep, was te begrijpen; de vrouwen lieten de in de zon drogende dekens, rokkenen ondergoed* in den steek en schaarden zich langs den weg of drongen achter de veldwachters aan. Ik kom hier eens kyken, hoe jullie

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1916 | | pagina 1