ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE, Maandag 14 September 1914. In staat van beleg. BERICHT- BEKENDMAKING- De Oorlog. (Z lerikzeesche C o u r a n t). ABONNEMENT. Prys per drie maandenf 1,30. Franco per post- 1,60. Voor het buitenland per jaar- 10, Afzonderlijke nummers- 0,05. Verschynt Maandag, Woensdag en Vrijdag. 7lste JAARGANG. No. 9594 Directeur i A. J. DE LOOZE Jr. Uitgever-Hoofdredacteur. It. FRANKEL. ADVERTENTIE N. Van 13 regelsf0,30. Elke regel meer- 0,10. Reclames per regel- 0,15. Bij contract belangrijke korting. Inzending op den dag Tan uitgave vdór S.SO :ire. Zij, die zich met I October a s. op ons blad abonneeren. ontvangen de tot dien datum verschijnende nummers GRATIS. De Directeur A. J. DE LOOZE Jr. Gevonden op den openbaren weg: Ben zilveren armband. servetring. jongensjas. handtasch. koDjjn. zweep. Inlichtingen te bekomen aan het Bureau van politie te Zierikzee, van des morgens 10 tot 12 en des namiddags van 2 tot 4 en 8 tot 9 uur. De Commissaris van Politie, R P. BRONS. INENTING. De BURGEMEESTER van Zierikzee; •Gezien een schrijven van de Gezond heidscommissie, zetelende te Zierikzee, waarbij deze, naar aanleiding van eene bespreking met den Hoofdinspecteur der Volksgezondheid voor deze Provincie de aandacht vestigt op het onderwerp aan het hoofd dezes geplaatst; In aanmerking nemende, dat tengevolge van den oorlog een aantal buitenlanders ook ih deze streek een toevlucht hebben gezocht Overwegende dat, gedachtig aan de ondervinding na den oorlog van 1870 opgedaan, toen alleen hier te lande ongeveer 100.000 gevallen van POKKEN voorkwamenwaarvan 20.000zegge twintig duizend, met doodelijken afloop, welke ziekte zeker voor een groot deel haren oorsprong heeft gevonden in het binnenkomen van vele buitenlanders, het thans, nu wij in dit opzicht, daar de oorlog ditmaal ook in België woedt, in nog ongunstiger omstandigheden ver- keeren dan in 1S70, het noodzakelijk is zoo veel mogelijk maatregelen te nemen teneinde te trachten door inenting en herinentlng een nieuwe pokken epidemie te voorkomon: Overwegende, dat waar de oudervinding heeft geleerd, dat vooral zeer jonge kinderen door deze ziekte worden aan getast, het ten zeerste aanbeveling verdient, de kinderen reeds op zeer jeugdigen leeftijd (G tot 12 maanden) te doen inenten, in plaats van daarmede te wachten totdat zij naar school moeten uoodlgt de ingezetenen uit, zich allen te doen her-inenten, en voor zoover zij niet mochten zijn ingeënt, dit alsnog te laten doen, en dezen maatregel ook toe te passen op hunne kinderen, ook die tusschen 6 en 12 maanden; Bericht: dat op Woensdag 1G September a.s., van *8 namiddags 2 unr af, gelegenheid zal worden gegeven voor personen van eiken leeftijd tot kosteloozo Inenting en her- inenting in het gebouw voor besmettelijke ziekten in de Manhuisstraat. Zierikzee, den 14 September 1914. De Burgemeester voornoemd, D. VAN DER VLIET. .Wij hebben reecis vroeger aan onze lezers en lezeressen beknopt mede gedeeld, vvat onder den staal van oor log te verstaan is, en hebben levens den inhoud der bepalingen weêrge geven, die, zoodra die toestand i ingetreden, van kracht zijn. Nu ook in een aantal gemeenten van deze en de aangrenzende pro vincie de staat van beleg is at'gekon digd, nieenen wij, dat het voor het publiek zijn nul kan hebben le weten, wat de staat van beleg eigenlijk is. en te kennen de daarop betrekking hebbende voornaamste voorschriften. Evenals de staat van oorlog steunt ook de staat van beleg op de Grond- wei. en wel op arlikcl 187, hetwelk luidt, dat Jter bescherming van de uit- of inwendige veiligheid door of van wege de Koningin elk gedeelte van hel grondgebied des rijks instaat van oorlog of van beleg kan verklaard worden. De wel, zoo staal in hetzelfde arli- 1 kei. bepaalt de wijze, waarop en de i gevallen, waarin zulks geschieden kan, en regelt de gevolgen. De wet, waarvan hier sprake is, is de wel van 23 Mei 1899. Uit artikel I nu van genoemde .wet i blijkt, dal bij Koninklijk Besluit een deel van ons grondgebied in dezelfde gevallen in staat van beleg kan ver klaard worden, waarin de slaat van oorlog wordt afgekondigd, cn welbij oorlog, oorlogsgevaar of binnenland se he onlusten. Hel militair gezag is evenwel be voegd om in naam der Koningin een streek geheel of ten deele in staat vap beleg te verklaren, wanneer dooi-een vijandelijkeii inval ol' door binnen- landsche onlusten de gemeenschap met den zetel der regeering is afge sneden. Een waarborg, dat hel Koninklijk Besluit betreffende- den staal van beleg niet willekeurig genomen wordt, ligt hierin, dat hel, behalve in hel geval van een vijandelijken inval, door de Kamers moet worden goed gekeurd. Onthouden deze daaraan hun goed keuring, dan wordl de staat van beleg opgeheven. Is een streek of gemeente in staat van beleg verklaard, dan zijn de bur gerlijke. besturen en al de plaatselijke ambtenaren gehouden aan de beve len van de militaire autoriteiten over eenkomstig de door dc Koningin vastgestelde cn zoo mogelijk open baar gemaakte instructies te gehoor zamen. Krachtens de wet zijn de militaire autoriteiten bevoegd nieuwe politic verordeningen in liet leven te roe pen, of de bestaande te wijzigen of te schorsen. Ook zijn zij competent nieuwe verordeningen voor de wa terschappen cn polders vast te stel len. of de bestaande le veranderen of tijdelijk builen werking te stellen. Zij zijn bevoegd te regelen het binnenkomen in, het verlaten van en het verkeer binnen de in beleg ver klaarde streek of gemeente. Voor het beleggen van vergaderin gen, voor. liet uitschrijven van hijeen- komsten zelfs voor die, welke be oogen 't zieli oefenen in den wapen handel - alsmede voor. het houden van optochten, is dc schriftelijke toe,- stemming van dc militaire autoritei ten noodig. De aanvrage tot bekoming van die inwilliging moet schriftelijk geschieden. Voor het houden echter van open bare godsdienstoefeningen is die toe stemming geen vereischle. Elke vergadering, bijeenkomst of optocht moet, al is tol het houden er van ook de vereischle toestemming verkregen, op de vordering van de militaire autoriteit terstond uiteen gaan. -Schouwburgen, societc;ïten. koffie huizen, tapperijen, en alle lokalen, die voor het gezellig verkeer bestemd zijn, alsmede werkplaatsen en fabrie ken kunnen in het belang van de openbare orde of veiligheid door de militaire autoriteiten gesloten .worden. Zij kan ook bevelen, dat de inwo ners alle wapenen en am unit ie bij haar inleveren. Aan de personen, die voor dc rust en afgemêene veiligheid haar gevaar lijk toeschijnen, kan zij het vérder verblijf in de streek of gemeente ont zeggen. Zij kan hen uit de streek of ge meente doen verwijderen. Zij heeft de bevoegdheid om aan allen, die niet-militair zijn, maar voor de verdediging nuttig werkzaam kun nen zijn, le verbieden de streek of gemeente te verlaten. Zij kan ook bevelen of verbieden hét wegvoeren uit de streek of de gemeente van paanden, vee, wagens, vaartuigen en levensmiddelen. Niet-militairen kunnen door haar worden opgeroepen om deel uit le maken van de militaire macht, en als zoodanig medewerking Le verleenen, hetzij lot handhaving van de orde of lol deelneming aan de werkdadige verdediging, het zij tot.het verrich ten van andere militaire werkzaam heden. Aan de militaire autoriteit is de be voegdheid toegekend controle uit te oefenen op de drukpers. Zij kan haar beperken, ja, zelfs verbieden. Ook op de poslerjj, lelegraphie en telefonie mag door haar censuur ge oefend worden. Zoodat zij elk stuk, aan dc post toevertrouwd, in beslag kan nemen en openen. Ten opzichte van de lelegraphie en lelephonie bezit zij een gelijkluidende bevoegdheid. Zij mag elke woning binnentreden ten einde daarin huiszoeking te doen. Deze zijn in hoofdzaak de voor schriften. welke in de streek of ge meente gelden, waarin de staal van beleg is afgekondigd. Do operaties nabty Party s. De speciale oorlogscorrespondent van de Daily Telegraph in Frankrijk meent op de volgende wijze de onverwachte verandering in de taktiek der Duitschers te kunnen verklaren: „Acht dagen geleden, toen ik mij te Amiens bevond, juist toen het door de troepen der geallieerden ontruimd zou worden, werd overtuigend aangetoond, dat onze gevechtslinie sterker gesteund moest worden, of alle hoop om een vyandejijke rush naar de forten van Par|js te beletten móest worden opge geven. De overweldigende troepenmacht achter de voorhoede van den Duitschen rechtervleugel zou dan ook reeds z|jn doorgebroken, ware dit niet belet door het standhouden der Bngelschen daar ter plaatse en het behendig hanteeren van de gansche legermacht door Sir John French. De aanzienlijke versterking van de strijdmacht der geallieerden maakte een herziening van het Duitsche plan van aanval noodzakelijk. Dit is de meening van alle militaire autoriteiten met wie ik sprak. Op hetzelfde oogenblik, dat mogelijkheid zou bestaan op een krachtige poging om door de noordelijke Parysche forten heen te dringen, en door de betrekkelijk zwak verdedigde linie ten westen der hoofdstad, zwenkte de vijand naar het oosten af, bevreesd dat een terugwjjking in het noorden, de veiligheid in gevaar zou 'kunnen brengen van de troepen, die hij aan zijn rechtervleugel in het vuur zond. Er was nog een andere reden, krachtiger nog dan de vrees voor zyn vleugel. Indien de v|jand, door zich met al z|jn gewicht op een deel der geallieerden te werpen, hun linie kon verbreken, keert maken, en achtereen volgens de twee legerhelften kon verslaan, dan zou hij onmiddellijk de waarde van de door de geallieerden ontvangen versterkingen tot nul reduceeren. Dit was het uitgekozen plan en het wordt thans ten uitvoer gelegd. (De brief van den correspondent dateert van 6 September. Red). Voor het oogenblik Parjjs verwaarloozend, z|jn de Duitschers het land binnengedrongen, juist ten westen van den heuvelketen, bekend als het Woud van Argonne en zjj zjjn Par|js zóó dicht genaderd, dat zy er slechts 50 kilometer af staan en wel b|j La Fertré-sous-Jouarre, aan de Marne gelegen. Dit is officieel gemeld, maar ik kan beslist getuigen, dat de vijand zelfs nog verder zuidwaarts is gedrongen. Op Zaterdagavond kwamen Britsche en Duitsche patrouilles met elkaar in contact in het departement de l'Aube en in een korte schermutse ling sloeg een afdeeliug van onze cavalerie den v|jand af by Nogent-sur- Seine. De Duitschers bereikten daarna Troye op ongeveer 25 kilometer zuid oostelijk van Nogent. Of zy hun voornaarasten aanval zullen ondernemen op de Fransch- Engel8che strijdmacht tusschen henzelven en Parys, dan wel of zy zuid-westwaarts van Reims zullen oprukken om te trachten het Fransche oostelijke leger te omsingelen, hangt af van het wel- slagon hunner doorbraak-beweging. Maar welk alternatief hij ook kiest de vyand heeft een ontzaglyke taak te verrichten. Parys valt zoo spoedig niet, zoo verzekeren mjj militaire auto riteiten. En terw|jl het schijnt dat de groote veldslag voornamelijk in de departementen van Aube en Marne zal plaats vinden, blijven de Franschen zich in de beschermende linie rondom het noorden van Parys handhaven. Het gros der Engelsche troepen staat ten Oosten van Parys. Z|jn opstelling deel ik natuurlijk niet mede, maar de manschappen zyn in „splendid form". Hun vliegtuigpark is magnifiek inge richt, en de auto-transportcolonnes, die met verwonderlijkenimmer falende regelmaat, voedsel en oorlogsbehoeften aanvoerden, zijn intact en in de beste orde. Het oostelijke Fransche leger is reeds dagenlang in actie, en als de Duitschers niet zoo verbazend sterk in aantal waren, zouden zjj in ernstig gevaar verkeeren. Het is ray bekend, dat een Fransche infanterie-brigade drie dagen aan een stuk heeft gemarcheerd, met een paar ru8tpoozen van slechts één uur. Van den rechtervleugel der Duitschers, hoe groot zjjn gevechtswaarde ook nu nog moge zjjn, kan gezegd worden, dat hij oververmoeid is door de buiten gewoon zware taak, die er nu reeds dagenlang van gevergd wordt. De man schappen zijn ook langzamerhand gaan inzien, dat zjj nu niet bepaald een „militaire wandeling" ondernemen, maar iedere schrede voorwaarts ten koste van ongehoorde inspanning en vreeseljjke verliezen moeten koopen. En in plaats van een leger, dat meende, in weinige weken, frisch en wel, den oorlog te hebben beslist in eigen voordeelhebben wjj thans troepen tegenover ons, uitgeput door langdurige, geforceerde raarschen en op 't punt hunner onoverwinnelijk heid eenige illusies armer". De verliezen der Duitschers. De Pall Mall Gazette verzekert, dat een hooggeplaatst Duitsch ambtenaar de verliezen der Duitschers tot dusver op tusschen de 350.000 en 400.000 man stelt. Als het zoo doorgaat meende Lij zouden de Duitschers de Russen later niet meer kunnen stuiten. te verder en verder oostwaarts reed, totdat ik op 't laatst tegen den middag aan het eind van den weg een witte stofwolk zag opdwarrelen en even later een lange rij Londensehe auto-omnibussen passeerde, volgeladen met die eigenaardige meter- lange Fransche brooden, bergen koren andere voorraden levensmiddelen. Sommige wagens hadden duchtig geleden door het zware werk te velde. Besmeerd met stof en modder, gedeukt en op vele plaatsen verveloos, zagen ze er niet flo rissant uit, maar ik zag er toch één, No. 58, die or nog knap uitzag en dien ik begroette als een ouden kennis, een Lon densehe autobus, die me meer dan eens voor mijn eigen huisdeur had gebracht. tWas een buitengewone gewaarwording. 'tLeek een droomj en ik moest mezelf knijpen om tot de werkelijkheid terug te keeren. Er kwamen nog meer autobussen voorbij en daarachter Fransche cavalerie, met lossen teugel rijdend en zich spoedend in noord-oostelijke rich ting, waar, onder een zware, zwarte on weerswolk, het rollen van de donderslagen versmolt in het krijgsgedruisch. We trokken dezen keer niet terug. Achter de wolk flitste het nu en dan; bliksemlicht en de felle vlammen uit de batterijen. De Duitsche rechtervleugel trok terug. Een Fransch officier van de kuraasiers kwam den weg opgeredenkeek naar mjjn burgerpakje en wilde wel eens weten, wat ik daar te maken had. Ik scharrelde uit mjjn bestoven jasje een bundeltje paspoorten, „permis deeéjour" en andere gestempelde en onderteekende papieren, waarop de officier vrooljjk lachte en mij de hand schudde. „Engelschman!" zei bij: „Ha, kijk er is aan. Het is „all right". We hebben ze teruggejaagd en zitten ze nu achterna, 't Is onze eerste dagmarsch naar Berlijn!" Meteen reed hij weer spoorslags verder, 't Was een vroolijke prettige vent, zooals trouwens alle Fransche soldaten, die daar voorbij marcheerden bruin verbrand als negers, met de tong uit den mond van .ver moeienis, hun baarden wit van het stof, maar hun harten vurig en opgewekt. Ik hoorde van die soldaten, dat sinds den vorigen dag de Duitsche rechter vleugel 25 mijlen was teruggedrongen in het Marnedal en dat hjj nog altijd terug trok, en te oordeelen naar die flitsende oorlogswolk aan den horizon, ver genoeg". De Duitsche consul te Abo. Wilhelm Galdecke, de Duitsche consul Abo, in Finland, is volgens een te Kopenhagen ontvangen telegram op last van de Russische overheid doodgeschoten op beschuldiging van spionage. Levensmiddelen in Duitschland. De Duitsche econoom Wohltmann behandelt in de Deutsche Tageszeiiung de questie, of Duitschland beschikt over voldoende levensmiddelen. Hy komt tot de slotsom, dat te dien opzichte voor de Duitschers geen vrees behoeft te bestaan, daar de voeding van het Duitsche volk tot den oogst van het volgend jaar verzekerd is. Dit is zegt Wohltmann hieraan te danken, dat op den schralen oogst van 1911 drie r|jke oogstjaren zyn gevolgd, hetgeen gemaakt heeft, dat er tot 1 Aug. 1915 in Duitschland voldoende voedsel is. Evenwel zal men er goed aan doen, „in de bewerking der akkers en de bemesting nauwgezette zorg te besteden. Verder zal voor de behoeften van het leger en voor de voeding van de talryke gevangenen, zooveel als maar mogelyk is en zonder genade, moeten worden geprofiteerd van de voorraden en den veestapel van den vyand. De meening dat Duitschland kunnen worden uitgehongerd (die o.a. door Engelsche staatslieden wordt ver kondigd) is meent Wohltmann onjuist. Eon journalistieke verkenningstocht. Een bizondere correspondent vau de Daily News and Leader verhaalt uit Parijs „Parijs kan weer ruimer ademhalen" zegt hij „een beleg als er nog sprake is van een beleg, i9 zeker nog ver af. Mijn tocht door den zilveren ochtendnevel bracht mij in het kalme dal van de Grand Morin, waar ik al De uitwerking der Duitsche mortieren. Aan een veldpostbrief, die ter be schikking van de Vossiscjie Zing. is gesteld, ontleent het blad de volgende bizonderheden over de uitwerking van de Duitsche mortieren van 42 c.M. Ik was by de beschieting tegenwoordig. Op 26 Aug. 10 u. 20 min. begon het lieve leven, en op 27 Aug. 5 u. 's middags, toen het 158ste suikerbrood or uit was, zwaaiden de Franschen met hun witte hemd, en de trots, het modernste fort van onze vyanden was een puinhoop. De verdedigers 20 officieren, 790 man keurtroepen waren de verstikking naby, zoo waren zy onder het puin bedolven. De officier van gezondheid vertelde, dat zy den eersten dag al 50 bezwijmden gehad hadden en dat de zuurstofvoorraad spoedig opgebruikt geweest zou zyn. De commandant en een deel van de bezetting moesten uitgegraven worden. Het dikste pantser en gewapend beton was glad doorboord. Het eerste schot trof dadelyk den koepel en een tweede sloeg door den heelen toren heen. Geweldige trechters getuigden ervan, dat het eene schot na het andere raak was geweest. De eerste vraag van den capituleerenden comman dant was„Waar hebt u mee geschoten Er was totnogtoe immers geen granaat, die door onze pantsering kon heendrin gen!" Voor 't overige moet de Fransche kolonel een zeer sympathiek man met groote kundigheden z|jn. H|j schreide bitter, toen hy zyn degen moest over geven. Zyne officieren waren allen in St.-Cyr opgeleid" In een anderen briefmedegedeeld door de Frank. Kurierstaat dat er voor het fort Loncin by Luik maar twee schoten noodig waren. Toen waren er al zulke verwoestingen aangericht, dat een derde projectiel niet meer noodig leek en weer uit den mortier genomen werd.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1914 | | pagina 1