ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE Vrijdag 14 Augustus 1914. bekendmakingT TWEEDE BLAD. BEKENDMAKING. BEKENDMAKING. BEKENDMAKING. BEKENDMAKING. BEKENDMAKING. Z ierikzeesctie C o u r a «1 t). ABONNEMENT. Prjjs per drie maandenf 1,30. Franco per post- 1,60. Voor het buitenland per jaar- 10, Afzonderlijke nummers- 0,06. Verschijnt Maandag, Woensdag en Vrijdag. 70ste JAARGANG, No. 9581. Directeur i A. J. DE LOOZE Jr. Uitgever-Hoofdredacleur i A. FRANKEL. ADVERTENTIE N. Van 1—3 regelsf 0,30. Elke regel meer- 0,10. Reclames per regel- 0,15. Bjj contract belangrijke korting. Inzending op den dag van uitgave vóór 8.30 ure. De BURGEMEESTER v&uKerkwervr veatigt met den meesten aandrang do aandacht der ingezetenen op het feit, dat de geschieden^ geleerd heeft en nog da gelijks ^at het van het grootste belang is, dat bij een niet te verwachten, doch in deze troebele tijden toch altijd mogelijken inval van een vreemde krijgs macht, zijdie niet tot het leger behooren, zich in elk opzicht onthouden van eene deelname aan de krijgsverrichtingen. Één schot, golost door eon burger, hetzij uit angst, heizij uit zenuwachtigheid of in drift, zou de schromelijkete gevolgeu vopr de geheele gemeente kunnen hebben, omdat hieruit kan voortvloeien, dat be halve do daderook tal van burgers worden gefusileerd en huizen in braud gestoken. Ten einde dit zooveel mogelijk en af doend te voorkomen, zou het zeer ge- weDsebt zijn, indien alle burgers, die wapens, voornamelijk vuurwapens in hun bezit hebben, deze aan hem afgaven. Hij is bereid die ten Gemeentehuize te doen in ontvang nemen tegen ontvang bewijs, op Zaterdag 15 Augustus, Maau- dag 17 Augustus en Dinsdag 18 Augustus, 's avonds 7 uur. De wapens worden dan voorzien vau een kaart, waarop de naam van degenen, van wie ze zijn, vermeld wordt; ze zullen na afloop van den oorlog worden teruggegeven tegen afgifte van het ontvangbewijs. In het belang niet alleen van henzelf, maar ook in dat van de geheele gemeen schap dringt ondergeteekende er ten zeerste op aan, dat men van de geboden gelegenheid gebruik zal maken. Kerrwèrvé, 11 Augustus 1914. De Burgemeester van Kerkwkrve, C. J. BOOGERD. De BURGEMEEST liR van Haamstede: Gelet op de desbetreffende voor schriften; Maakt de ingezetenen bekend: dat in de buitengewone Nederland- selic Staatscourant van 11 Augustus j.l. No. ISOfl, is opgenomen bet na volgend Koninklijk Besluit: „Wij WILHELMINA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz. Op dc voordracht van den Raad van Ministers van 10 Augustus 1914; Gelet op artikel 1 van de wet van 23 Mei 1899 (Staatsblad No. 128 Gezien liet Koninklijk besluit van 30 Juli 1914, No. 72; Hebben goedgevonden en verstaan te bepalen, dat met ingang vail den lldcn Augustus 1914 in slaat van oorlog worden verklaard: dc provincies Limburg, Noord-Bra bant en Zeeland, benevens bel go deeltc van de provincie Gelderland, bezuiden dc rivier de Waal.' Onze Ministers van Oorlog, van Marine, van Binncnlandsche Zaken van Justitie, van Waterstaat, van Buitcnlandschc Zaken, van Financiën on van Landbouw, Nijverheid en Handel, zijn ieder voor zooveel hem belreft, belast met de uitvoering van dit besluit, dat in het Slaatsbl<ut en in de Staatscourant zal worden ge- plaatst en waarvan afschrift zal wor den gezonden aan de Algemeenc Re k en kamer. 's-Gravcnhage, den lOden Aug. 1914 WILHELMINA. ■Voorts vestigt de Burgemeester de aandacht der ingezetenen op de vol gende artikelen der wet van 23 Mei 1899 St.bt. 128). Artikel 10. Door het militair gezag worden na overleg met het betrokken burger lijk gezag, zoo noodig, nieuwe poli lieverordcningen, alsmede verorde ningen en keuren van waterschappen vcenscliappen en veenpolders vastge slcld en bestaande gewijzigd oi ge schorst. De daartoe strekkende besluiten zijn van kracht onmiddellijk nadat zij zijn afgekondigd op de wijze, door bel militair gezag le bepalen en wor den aan Gedeputeerde .Slaton mede gedeeld. De schutterijen en de vrijwilliger- orpsen komen onder de onmiddel lijke bevelen van bel militair gezag. AH. 11. 11el militair gezag steil, na overleg met bel betrokken burgerlijk gezag, zoo noodig, de maatregelen vast, wel ke genomen moeien worden om le oorzien in het onderhoud der inwo ners en dc behoeften der bezetting. 'I Militair gezag is bevoegd, indien zulks Ier uitvoering van de in hel eerste lid bedoelde maatregelen nood zakelijk is, elke plaats zelfs legen den wil van den rechthebbende, te betreden of van zijnentwege op ver toon van een scliriftelijken. daartoe slrekkenden algemeenen of bijzonde ren last, le doen betreden en aldaar nasporing of huiszoeking te doen ol ie laten doen. Tol nasporing in eene woning en tot huiszoeking wordt zoodanige last alleen verstrekt aan een officier, die zich zoo noodig, door militairen van 1 ageren rang kan doen vergezellen. )e mei de nasporingen huiszoeking belaste officier is gehouden van zijne bevindingen proces-verbaal op te ma ken en dit in te leveren bij I militair gezag. Art. 12. Voor zoover zulks niet bij de wel is geschied, stelt bel militair gezag, na overleg mei het betrokken burger lijk gezag, zoo noodig, de regelen vast nopens de hulp, die de bevolking in de militaire werkzaamheden zal heb ben le vei-leenen. Artikel 193 der Gemeentewet is in dat geval niet toepasselijk. 't Militair gezag is tevens bevoegd te bepalen, dat de voorschriften dei- Arbeidswet, der Veiligheidswet en der Hinderwet buitenwerking worden ge steld. Artikel 15. Hel militair gezag is bevoegd alles le doen wegruimen wat aan de be hoorlijke verdediging in den weg staat. Daarvoor wordt schadeloos stelling verleend, tenzij bij dc wet anders is bepaald, of liet tegendeel overeengekomen is. Arlikel 10. 'I Militair gezag is bevoegd, wegen, wateren, terreinen en gebouwen, zoo noodig met de daarin aanwezige werktuigen, aan provinciën, gemeen ten, waterschappen, veenschappen, veenpolders of aan particulieren toe behoorende, in gebruik te nemen, wanneer dit voor de uitoefening van den militairen dienst noodza kelijk is. Zoodra bel gebruik niet meer noodig is, wordt het gebruiklc eigendom door of vanwege On:en Minister van Oorlog weder Ier be schikking van do rechthebbenden ge steld. De wederbeschilcbaar stelling wordt door genoemden Minister ter algemeenc kennis gebracht. Voor liet gebruik wordt schade loosstelling verleend, tenzij het tegen deel overeengekomen is. Onze Minister van Oorlog is verder bevoegd, voor rekening van den Staal, 'l gebruikte eigendom terug tc bren gen in den toestand waarin het zich vóór dc in gebruikneming bevond; bij de bepaling van liet bedrag dei- schadeloosstelling wordt daarmede rekening gehouden. Arlikel 17. Tot het hcrlangcn van schadeloos stelling, op grond van de artikelen 15 en 16, moet de belanghebbende eene aanvrage indienen aan Onzen Minister van Oorlog en zulks, voor zooveel betreft het geval, bedoeld in artikel 15, binnen eene maand nadat de staat van oorlog of dc staal van beleg is opgeheven en in het geval, bedoeld in artikel 16, binnen eene maand na de dagleekening van de in dat artikel bedoelde kennisgeving. Binnen (wee maanden nadat die aanvrage bij liet Departement van Oorlog is ontvangen, biedt Onzen Minister van Oorlog aan den belang hebbende eene bepaalde som als schadeloosstelling aan. Is binnen den gestelden termijn geen aanbod dooi den belanghebbende ontvangen of acht bij de aangeboden schadeloos stelling niel voldoende, dan kan bij liet geschil op de gewone wijze bij den burgerlijken rcchjpr aanbrengen. Door bel militair gezag kan, bij aldien zulks wordt verlangd, op dc schadeloosstelling voorschot worden verstrekt. Artikel 18. Hel militair gezag is bevoegd, te verbieden bet door middel van de drukpers of op andere wijze bekend maken van berichten en opmerkingen betreffende militaire maatregelen, in liet in slaat van oorlog verklaarde grondgebied genomen. Dit verbod wordt bekend gemaakt op de wijze door liet militair gezag le bepalen. Overtreding dezer artikelen is bij de wel strafbaar gesteld. Haamstede, 11 Augustus 1911 De Burgemeester voornoemd, M. BOLLE Lz. De B U R G E M E E S T E II van Itencsse; Gelei op de desbeireffende voor schriften Maakt dc ingezetenen bekend dat in de buitengewone Nedci-land- sche Staatscourant van 11 Augustus j.l., No. 18Gn, is opgenomen liet na volgend Koninklijk Besluit: „Wij WILHELMINA. bij dc gratie Gods, Koningin der. Nederlanden Prinses van Oranje Nassau, enz., enz., enz. 0)> dc voordracht van den Raad van Ministers van 10 Augustus 1914; Gelet op artikel 1 van de wel van 23 Mei 1899 Staatsblad No. 128); Gezien het Koninklijk besluit van 30 Juli 1914. No. 72;' Hebben goedgevonden en verslaan le bepalen, dat met ingang van den lldcn Augustus 1914 in staal van oorlog worden verklaard: de provincies Limburg, Noord-Bra bant en Zeeland, benevens hel ge deelte van de provincie Gelderland bezuiden de rivier dc Waal. Onze Ministers van Oorlog, van Marine, van Binnenlandsche Zaken van Justitie, van Waterstaat, van Buitenlandsche Zaken, van Financiën en van Landbouw, Nijverheid en Handel, zijn ieder voor zooveel hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit, dat in bet Staatsblad en in de Staatscourant zal worden ge plaatst en waarvan afschrift zal win den gezonden aan de Algemeenc Re kenkamer. 's-Gravcnhage, den lOden Aug. 1914 WILHELMINA VoorLs vesligt de Burgemeester de aandacht der ingezetenen op dc vol geilde artikelen der wet van 23 Mei 1899 St.bt 128). Arlikel 10. Door liet militair gezag worden na overleg met het betrokken burger lijk gezag, zoo noodig, nieuwe poli lieverordcningen, alsmede verorde ningen cn keuren van waterschappen vecnscliappcti en veenpolders vastge steld en beslaande gewijzigd ol' ge schorst. De daartoe strekkende besluiten zijn van kracht onmiddellijk nadat zij zijn afgekondigd op dc wijze, door liet militair gezag te bepalen en wor I den aan Gedeputeerde Staten mede I gedeeld. Dc schutterijen en de vrijwilliger corpsen komen onder de onmiddel lijke bevelen van hel militair gezag Art. 11. Hel militair gezag stelt, na overleg met hel betrokken burgerlijk gezag, zoo noodig, de maatregelen vast, wel ke genomen moeten worden om te voorzien in het onderhoud dér inwo ners en de behoeften der bezetting. '1 Militair gezag is bevoegd, indien zulks ter uitvoering van de in liet eerste lid bedoelde maatregelen nood ikelijk is, elke plaats zelfs legen den wil van den rechthebbende, te betreden of van zijnentwege op ver toon van een schriftelijken, daartoe strekkenden algemeenen of bijzondc- en last, le doen betreden cn aldaar nasporing of huiszoeking te doen of te laten doen. Tot nasporing in eene woning en lot huiszoeking wordt zoodanige last alleen verstrekt aan een officier, die zich zoo noodig, door militairen van lageren rang kan doen vergezellen. De met de nasporing cn huiszoeking belaste officier is gehouden van zijne bevindingen proces-verbaal op te ma ken en dil in le leveren bij '1 militair gezag. Art. 12. Voor zoover Julks niel bij de wet is geschied, stelt hel militair gezag, pa overleg mei liet betrokken burger lijk gezag, zoo noodig, de regelen vasl nopens dc hulp, die de bevolking in de militaire werkzaamheden zal heb ben te verleenen. Artikel 193 der Gemeentewei is in dat geval niet toepasselijk. t Militair gezag is tevens bevoegd te bepalen, dal de voorschriften der Arbeidswet, der .Veiligheidswet en der Hinderwet buitenwerking worden ge steld. Arlikel 15. Het militair gezag is bevoegd alles te doen wegruimen wat aan de be hoorlijke verdediging in den weg staat. Daarvoor wordt schadeloos stelling verleend, tenzij bij de wet anders is bepaald, of liet tegendeel overeengekomen is. Artikel 10. Militair gezag is bevoegd, wegen, wateren, terreinen en gebouwen, zoo noodig met de daarin aanwezige werktuigen, aan provinciën, gemeen ten, waterschappen, veenschappen. veenpolders of aan particulieren loe- behoorende, in gebruik te nemen, wanneer dit voor de uitoefening van den militairen dienst noodza kelijk is. Zoodra bet gebruik niet meer noodig is, wordt het gebruikte eigendom door of vanwege Onzen Minister van Oorlog weder ter be schikking van de rechthebbenden ge steld. De wederbeschikbaar stelling wordt door genoemden Minister ter algemeenc kennis gebracht. Voor liet gebruik wordt schade loosstelling verleend, tenzij het legen- deel overeengekomen is. Onze Minister van Oorlog is verder bevoegd, voor rekening van den Staat, 't gebruikte eigendom terug te bren gen in den toestand waarin bet zich vóór de in gebruikneming bevond; bij de bepaling van hel bedrag der schadeloosstelling wordt daarmede rekening gehouden. Arlikel 17. Tot liet hei-langen van schadeloos stelling. op grond van de artikelen 15 cn 16, nioet de belanghebbende eene aanvrage indienen aan Onzen Minister van Oorlog en zulks, voor zooveel betreft het geval, bedoeld in arlikel 15, binnen eene maand nadal de staat van oorlog of de staat van beleg is opgeheven en in het geval, bedoeld in arlikel 16, binnen eene maand na de dagleekening van de in dat artikel bedoelde kennisgeving. Binnen twee maanden nadat die aanvrage bij bel Departement van Oorlog is ontvangen, biedt Onzen Minister van Oorlog aan den belang hebbende eene bepaalde som als schadeloosstelling aan. Is binnen den gestelden termijn geen aanbod dooi den belanghebbende ontvangen of acht hij de aangeboden schadeloos stelling niel voldoende, dan kan hij liet geschil op de gewone wijze bij den burgerlijken rechter aanbrengen. Door liet militair gezag kan, bij aldien zulks wordt verlangd, op de schadeloosstelling voorschot worden verstrekt. Artikel 18. Het militair gezag is bevoegd, le. verbieden bel dooi- middel van de drukpers of op andere wijze bekend maken van berichten cn opmerkingen betreffende militaire maatregelen, in liet in staat van oorlog verklaarde grondgebied genomen. Dil verbod wordt bekend gemaakt op de wijze door het militair gezag tc bepalen. Overtreding dezer artikelen is bij de wet strafbaar gesteld. Benesse, 11 Augustus 1911. De Burgemeester voornoemd, NI L'A NT. De BURGEMEESTER van Duiven- dijke vestigt niet den meeaten aandrang de aandacht der ingezetenon op het feit, dat de geschiedenis geleerd heeft en nog dagelijks leert, dat het van het grootste belang is, dat bij een niet te verwachten, doch in deze troebele tijden toch altijd mogelijken inval van een vreemde krijgsmacht, zij, die niet tot het leger behoorenzich in elk opzicht onthouden van eene deelname aan de krijg s verricht in gen. Eén schot, gelost door een burger, hetzij uit aDgst, hetzij uit zenuwachtigheid of in drift, zou de schromelijkste gevol gen voor de geheele gemeente kunnen hebben, omdat hieruit kan voortvloeien, dat behalve de dader, ook tal van burgers worden gefusileerd en huizen in brand gestoken. Ten einde dit zooveel mogelijk en afdoend te voorkomen, zou het zeer gewenscht zijn, indien alle burgers, die wapens, voornamelijk vuurwapens in hun bezit hebben, deze aan hem afgaven. Hij is bereid die ten Gemeentehuize te doen in ontvang nemen tegen ont vangbewijs, op Zaterdag 15 Augustus, Maandag 17 Augustus en Dinsdag 18 Augustus, 's avonds 7 uur. De wapens worden dan voorzien van een kaart, waarop de naam van degenen, vau wie ze zijn, vermeld wordt; ze zullen na afloop van den oorlog worden terug gegeven tegen afgifte van het ontvang bewijs. Iu het belang niet alleen van henzelf, maar ook' in dat vau de geheele ge meenschap, dringt ondergeteekende er ten zeerste op aan, dat men vau de geboden gelegenheid gebruik zal maken. Duivendijke, 11 Augustus 1914. De Burgemeester van Duivendijke, J. PADMOS. De BURGEMEESTER dei- ge meente Rf,nesse Wjjst de inwoners der gemeente op de strenge verplichting van alle burgers, die niet tot de georgani seerde strijdkrachten behooren, om zich in geval van oorlog in elk op zicht te onthouden van deelneming aan de krijgsverrichtingen, bjj ge breke waarvan zy zich ouver- mydeiyk aan (le onmlddeliyke doodstraf wegens krygsverraad bloot stellen. Renessi, den 12 Augustus 1914. De Burgemeester voornoemd, N IL A N T. De BURGEMEES T E R va n Duivendijke; Gelet op de desbetreffende voor schriften; Maakl de ingezetenen bekend: dat in de buitengewone Ncderland- sche Staatscourant van 11 Augustus j.l. No I860, is opgenomen hel na volgend Koninklijk Besluit: „Wij .WILHELMINA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz. Op de voordraclil van den Raad van Ministers van 10 Augustus 1914; Gelet op arlikel 1 van cle wet van 23 Mei 1899 (Staatsblad No. 128); Gezien hel Koninklijk besluit van 30 Juli 1914, No. 72; Hebben goedgevonden en verstaan

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1914 | | pagina 1