ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE. Vrijdag 22 Mei 1914. DERDE DLAD. NIEUWSTIJDINGEN. Gemengd Nieuws. (Zlerlkzeesche C o u r a n t ABONNEMENT. De abonnementsprijs ran dit bladdat iedereu MAANDAG, WOENSDAG en VRIJDAG verschijnt, is voor Zierikzee f 1,30, voor alle andere plaatsen in Nederland f 1,60 per 3 maanden. Afzonderlijke nummers 5 cent. Voor het buitenland, verzending ééns per week, I 10 per jaar bjj vooruitbetaling. 70ste JAARGANG, No. 9546 Directeur i A. J. DE LOOZE Jr. Uitgewer-Hoofdredacteups A. FRAMKEL. ADVERTENTIE N. Van 13 regels 30 ctameerdere regels 10 ets. Bjj abonnement op voordeelige voorwaarden, liet tarief hiervoor is aan het bureau verkrijgbaar. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. De inzending moet geschieden des Maandags-, Woensdags- en Vrijdagsmiddags uiterlijk véér S.30 ure. MEXICO. Generaal Urutria, die een tijdlang minister is geweest tijdens het president schap van Huerta en bekend stond als „de beul van Huerta" is uit Mexico naar Vera Cruz gevlucht, djisr bij zijn leveo in de Mexicaansche hoofdstad niet meer veilig achtte. Ken berichtgever van de Daily Chro nicledie hem te Vera Cruz opzocht, stelde hem de vraag hoeveel Mexicanen wel ter dood waren gebracht onder liet heetuur van Huerta. „Dat weet ik niet", antwoorde hjj. „ik neb er geen boek van gehouden. Men beeft op uiij de schuld geworpen voor al die moorden, maar ik heb geen iaat gegeven tot alle terechtstellingen. Verschillende personen werden in het geheim ter dood gebracht, een senator bijv. omdat bij zich af keurend had uitgelaten over Huerta". Urutria vertelde verder, dat Huerta geensziue plau heeft om sf te tredeu en dat hij nog even halsstarig is als vroeger. RUSLAND. Prius Swjatopolk-Mirski, lid van de Doema, die reeds vroeger de aandacht op zich had gevestigd, door zijn verkla ring, dat de lijfeigenschap weder dient te worden ingevoerd, heeft thans in de Doema de stelling verdedigd, dat de dagbladpers een instelling is, die voor den staat gevaar oplevert. De versprei ding van de krauten, zei hij, is een van de treurigste verschijnselen in den Rus sische» slaat. De dagbladpers werkt schadelijk op bet gemoed van de ont wikkelden, zij verdringt de goede boeken, richt zich, om een grooter oplaag te verkrijgen, naar het ougecultiveerde in stinct van de domme meerderheid van het publiek en verbreidt oppervlakkige jiolitikasterij. lu het algemeeu gesproken verlaagt zjj het peil van de beschaving. De spreker verlangde, dat de pers meer gemuilband wordt, dan tot dusver het geval is. (Toejniehiug van de rechlsche geestelijken). Ouderdomsrente. Verschenen is het voorloopig verslag omtrent het wetsontwerp tot verleening van ouderdomsrente aan behoeftigen. Men had bezwaar tegen het breken met den regel, dat een minister niet aanstonds terugkomt op wetten, onder het bewind zjjns voorgangers tot stand gekomen. Als voorbeeld werd o.a. aan gevoerd dat het ministerie-Kuvper, boe heftig ook gekant tegen den leerplicht, daarop niet terugkwam. in casu achtte men de zaak des te bedenkelijker nu de totstandkoming van de ouderdomsvoorziening eerst na vele jaren van voorbereiding en overweging was tot stand gekomen. Strijd werd gezien tusschen hetgeen minister Treub zegt en wat minister Cort van der Linden in de kamer zeide terwijl de eerste den nadruk legt op de afzonderlijke invoering van artikel 369, hecht de laatste daaraan slechts geringe „Onhoudbaar" werd de stelling ge noemd, dat artikel 369 Inv. W. het staatspensioen invoert, welke j ualificatie wordt verdedigd op gronden aan de geschiedenis der totstandkoming ontleend. De aandrang tot vervroegde invoering van artikel 369 kwam zoowel van voor als van tegenstanders van staatspensioen, en eerst later werd wegens het overnemen van het amendement-Duvs, dat die vervroegde invoering beval, „misbaar gemaakt". Ten aanzien van de ten voordeele van dit ontwerp geuite bewering, dat de beperking van de invaliditeitswet tot arbeiders, een onduldbare bevoor rechting zou scheppen van een bepaalde groep der bevolking, wordt opgemerkt dat dit stelsel gevolg was van den opzet der verzekeringswetgeving in haar orgllgg]. De minister had zoo luidde een andere griel ernstiger naar een andere oplossing moeten zoeken dan ^Venohil tan gevoelen bestond onder de tegenstanders van dit ontwerp of het al dan niet staatspensionneering bevat. In elk geval vond men geen rechtsgrond voor het geven van geschenken uit 's rijks kas. Men achtte dit feitelijk een hedenkelijken vorm van staatsarmenzorg, welke in de plaats trad van een stelsel van verzeken'ngsplicht, die juist bedoelde door krachtsinspanning van den belang hebbende armenzorg overbodig te maken. De bepaling, wie al dan niet „behoeftig" is, zal buitendien Tót allerlei willekeur aanleiding geven. In „lijnrechten strijd" werd het ontwerp geacht met hetgeen is geschied by de herziening van de Armenwet, toen na drukkelijk het beginsel is gehandhaafd, volgens hetwelk particuliere en kerke lijke liefdadigheid hoofdzaak, openbare bijzaak moet zijn. Vooral verwondert de indieniug van dit ontwerp, omdat de betrokken minister geen voorstander is van staats pensionneering en zich des wegen heeft loserernaakt van de cencentratie. Enkele leden, die vóór artikel 361) Inv.wet hadden gestemd, verklaarden thans, dat zij moest opnieuw worden gestemd aan dat artikel hun stem zouden onthouden. Tegenover al het bovenstaande brachten vele leden de regeering hulde voor de spoedige indiening van het voorstel en zij prezen de techniek er van (hetgeen ook bij tegenstanders weerklank vond). Toegegeven werd, dat in het alge meen niet aanstonds moet worden teruggekomen op wetten onder ander bewind tot stand gekomen. Linksche kabinetten kwamen dan ook niet terug, b.v. op de onderwijswet-Mackay, en nu is er ook geen sprake van reactie tegen de militiewet-Colijn. Wat den leerplicht aangaat, er waren ook rechtsche voorstanders en boven dien was de wet al een paar maanden in werking, toen de verkiezingen van 1901 plaats hadden. Evenwel, men kan niet eiichen, dat onder alle omstandigheden de continuï teit wordt geëerbiedigd. In dit geval is het lnvaliditeitswetsontwerp overhaast behandeld (vooral door de Eerste Kamer), blijkbaar om het volk voor een voldongen feit te plaatsen vóór de verkiezingen. Daarbij behoefde het thans zittend ministerie zich niet neer te leggen. Voordeelen van het nu voorgestelde zijn het komen tot een eenvoudig stelsel van ouderdomsvoorziening en het uitzicht op een wijziging der verzeke ringswetten, waardoor deze haar bureau cratisch karakter zullen verliezen. Een zuiver karakter van verzekering werd aan de vigeerende Inv.wet ontzegd op grond van het feit, dat gedurende 75 jaar bijdragen uit 's ryks kas worden beschikbaar gesteld. Feitelijk heeft ook de afzonderlijke invoering van [artikel 369 een geheel gewyzigden toestand in het leven geroepen. Zeventigjarigen krijgen pensioen om niet en de anderen hebben nog nooit premie betaald, het geen volgens de wet zelve nog drie jaar kan duren. Vermoedelijk zullen dezen, die gezien hebben hoe de ouderen om niet geholpen werden, de premie betaling niet billijk vinden. De voorloopige invoering van artikel 369 heeft een rechtsbewustzijn gewekt, dat de verdere uitvoering der wet later niet wel mogelijk maakt. Als rechtsgrond voor dit ontwerp werd aangevoerd, dat ieder, die voor de ge meenschap heeft gearbeid, hetzy als arbeider, hetzy op andere wyze, recht heeft voor nooddruft te worden bewaard. Van reactie tegen de armenwet is geen sprake, omdat men hier niet te doen heeft met armenzorg, en buiten dien is staatsarmenzorg hier te lande toch waarlyk geen nieuwe zaak. Sedert eeuwen bestaan hier burgerlijke arm besturen. Langs den weg der armenzorg blyken de ouden van dagen evenwel niet voldoende te worden geholpen, ook niet door de kerkelijke armenzorg; ten plattelande, waar men zeer aan de kerk is gehecht, is die verzorging al zeer slecht. Het toekennen van ouderdomsuitkee- ringen, ingaande met den 70-jarigen leeftijd en bedragende f 2, voor gehuw den te zamen 1 3 per week, kwam sommigen onvoldoende voor. Men meende dat op grond van het voorgevallene by de verkiezingen de uitkeeringen op f2,50 a f 3 (voor gehuwden f 4 h f 4,50) per week behoorden gesteld te worden. En den leeftijd wenschte men op ten hoogste 65 jaren gesteld te zien. Men hoopte, dat de regeering haar voorstel alsnog in dezen geest zou wyzigen. Andere leden zouden zich met zoo danige wijziging niet kunnen vereenigeu. Algemeene afke tring vond de uit sluiting van hen, die tusschen den 65- en 70-jarigen leeftijd blyvend bedeeld werden. Enkele leden meenden, dat de toe kenning der ouderdomsrente voor de armbesturen een heilzamen prikkel tot werkzaamheid zal wegnemen, maar zij erkenden, dat deze reden niet voldoende is om de uitsluiting te rechtvaardigen. Het cijfer van 42,000 personen, die volgens die toelichting zouden worden uitgesloten wegens bedeeling, werd veel te hoog geacht. Verscheidene leden achten het ver keerd de beslissing omtrent de behoeftig heid van de aanvragers van renten aan de gemeentebesturen over te laten. Men vreesde dat dit zou lelden tot wille keur en tot bevoorrechting van hen, die by het gemeentebestuur in een goed blapdje staan. Sommige leden wenschten in de wet een criterium van behoeftigheid op te nemen, zooals dit ook in Engeland geschied is. Eenige leden achtten het wenschelyk in gemeenten, waar armenraden bestaan, de beslissing omtrent behoettigheid aan die raden op te dragen. Oyer de vraag, in hoeverre de uit gaven voor dn ouderdomsrente 'ten laste van het ryk behooren te komen, bestond verschil van gevoelen. Administratieve warwinkel. De correspondent te Soerabaja van het Bat. Nbl. schryft d.d. 15 April: Hier volgt de lijdensgeschiedenis van een joDg ingenieur op óén der binnen plaatsen van .lava, geen kleine binnenplaats, maar een van de „1ste klasse" die met de handschoen wilde trouwen. De jonge man had van zyn ouders uoodig zooals wettelyk is voorge schreven een acte van toestemming. Een dergelijke notarieele acte in Holland vragend, ontving hg bericht, dat deze niet meer notarieel behoefde te zijn. Hij ontving een acte „volgens een nieuwe wet" en door den ambtenaar van den burgerlijken stand van de plaats der inwoning zijner ouders behoorlijk ge legaliseerd door „justitie" en „koloniën". Dit stuk met zyn geboorteacte werden overgelegd op het bureau van den betrekkelijken ambtenaar op de hoofd plaats van óón der gewesten van Java's Oosthoek. Niet weinig verwonderd was de trouwlustige ingenieur daar te ver nemen, dat de toesteraraingsacte niet in orde was, aangezien zij niet notarieel was opgemaakt. Zyn raededeeling, dat dit niet meer noodig was „volgens een nieuwe wét", kon niet baten. Er was op het bureau in de residentie-hoofdplaats van die wet niets bekend, ook niet op de plaats zyner vestiging. Men ried hem aan by den landvoogd dispensatie aan te vragen, hetgeen geschiedde. Om zich te overtuigen of er in Holland een vergissing was begaan, telegrapheerde de ingenieur naar Holland, dat de toege zonden toestemmingsacte ongeldig was, aangezien ze niet notarieel was opge maakt. Daarop werd het volgend antwoord ontvangen: „Acte geldig, wet 20 Juni 1913, informeer Batavia". Groote ontsteltenis op het kantoor in de residentie-hoofdplaats. Intusschen was het dispecsatie-rrquest in zee gezonden. Veertien dagen later ontving de assistent-resident van de plaats van vestiging van den jongen ingenieur het volgende telegram van den Gouverneur-Generaal: „acte huwelijks toestemming volkomen in orde volgens wet 20 Juni 1913 Nederl. Stsbl. 294, geef overweging huwelijk voltrekken etc". De rest van het telegram kunnen wij gevoegelijk weg laten. Bedoelde ingenieur nu had, dat is het „eigenaardige" van het geval den gouvernement8-secretaris telegraphisch om inlichtingen verzocht, doch deze had geantwoord, dat beantwoorden van vragen niet op zyn weg licht. Nog wonderlijker werd de zaak, toen bleek, dat op diverse (assistentresidentie kantoren van bovengenoemde wet niets bekend was. Men begrijpt, dat de vastgestelde huwelijksdatum nu verschoven moest worden. H E R I*J K. De herijk der maten en gewichten in 1914, voor de hierna vermelde gemeenten, zal plaats hebben op de volgende dagen St.-Maartensdijk $6 en 27 Mei. Scherpenisse 28 Mei. Poortvliet 29 Mei. Zierikzee: ook voor Kerkwerve en Ouwerkerk S en 15 Juni des n.m., 9, 10, 11, 12, 16, 17, 18 en 19 Juni. Nieuwerkerk 30 Juni. Dreischor 1 Juli. Noordwelleook voor Serooskerke (Schouwen), 2 Juli des v.m. Renesse 2 Juli des n.m. De vrouw van den vermoorden seinwachter Poulain gedecoreerd. Op voordracht der directie van de Fransche Noorder-spoorwegmaatschappy heeft de minister van binnen!, zaken aan vrouw Poulain, weduwe van den seinwachter te St.-Dénis de eere-medaille, ingesteld bjj de wet van 13 Aug. 1913 voor spoorwegpersoneel, toegekend als belooning voor haar moedig gedrag, bjj gelegenheid van den moord op haar echtgenoot, toen zjj, ondanks den moord, de seinen bleef bedienen. Tevens heeft een ingezetene van Marseille aan den burgemeester van St.-Dénis 1000 francs verzonden, met verzoek deze aan de heldhaftige weduwe ter hand te stellen. De spoorwegdirectie heeft voorts 2000 francs ter beschikking van de politie gesteld als premie voor de ontdekking der moordenaars. Deze zijn nog niet gevonden. De politie heeft verscheidene landloopers aangehouden, op wie aanvankelijk ver denking rustte, maar geen dier arresta ties is gehandhaafd kunnen worden. Eenig spoor meent men te hebben gevonden door de verklaringen van den ouden baanwachter van St.-Dénis, Pierre Cacbin. Toen deze op den morgen van de misdaad, om halfvier, op den weg van Villetaneuze liep, ontmoette hjj, op 't punt waar deze weg dien van Epinay kruist, een man, die blootshoofds liep met zijn hand in den zak. De wég is zeer eenzaam en gewoonlijk kwam Cachin slechts eenige tabrieksarbeiders tegen, die hij kent, maar dezen man kende hij niet. De man liep hard en hjjgde. Hij was, voorzoover de baan wachter in het zwakke licht van den aanbrekenden dag kon zien, circa 35 jaar oud, had blauwe oogen en een zwaren bruinen knevel. Toen Cachin hem, vreezende dat er een ongeluk gebenrd was, vroeg, waar hij zoo hard heenliep, snauwde de kerel hem toe: „Bemoei je met je eigen zaken, of 't zou je slecht bekomen. Maak dat je weg komt". Tegelyk maakte hjj een beweging alsof hjj een wapen wilde te voorschijn halen. De oude man vluchtte. Toen hij aan den overweg van Vert- Galant, omstreeks een kilometer vandaar kwam, ontdekte hjj de misdaad. Men vermoedt, dat de man, die Cachin ontmoette, de moordenaar van den sein wachter is, maar het zal bjj het vage signalement moeielyk zjjn hem te vinden. De daad van vrouw Poulain brengt een even moedige daad in herinnering, 3 jaren geleden door de wed. Matelot verricht. Zij was de vrouw van den kustwachter van Kerdonis. In den avond van den 18 April 1911 werd haar man ongesteld, terwjjl hij zjjn vuurtoren lichten in orde bracht en in denzelfden nacht stierf hjj. De vrouw klom in den toren om de lichten aan te steken, maar het mechanisme werkte niet, waardoor er groote onheilen konden gebeuren met de schepen, die deze gevaarlijke plaats passeerden. De vrouw zond toen haar twee kinderen, 10 en 7 jaar oud, naar boven om de lichten met de handen te draaien en dat zjjn zij den geheelen nacht bljjven doen, terwjjl de moeder beneden haar stervenden man in zjjn laatste uren bjjstond. Een spaarbank op de f leech. De eerste Karlstudter Spaarkas bleef Zaterdag gesloten, omdat zjj haar be talingen staakte. Een onafzienbare menigte van inleggers verzamelde zich voor het gebouw der spaarkas te Weenen en voor de woning van den Directeur. De spaarkas heeft 5 millioen aan inleggelden en betaalde in den laatsten tjjd 18 percent dividend. Burgerlijke Stand van Stavenlsse. Over de maand April 1914. Geboren: 1 April. Willemina, d. van D. Dane en M. L. de Jong. 16 Karei, z. van Mar. Wesdorp on Joh. L. Bastiaanse. Gehuwd: 9 April. Joh.s Eerland, j.m., 25 j., en Adr. v. d. Berg, j.d., 22 j. Overleden: 20 April. I/.aiik Moerland, 83 j echtgenoot van J. Dorst. Burgerlijke Stand ran St.-MaartensdiJk, (Over de maand April 1914). Geboren: Cornelia Christoffelina Catharina, <L v. C. J. Sonke en van W. Hoek. Adriaan, v. J. Jaspers en van J. Deurloo. Hubrecht Jan, z. v; C. de Korte en van M. J. Hengstmengel. Pieter Jacobus, z. van A. Robbe en van G. W. Quakkelaar. Gerard, z. v. C. Wielaard en van J. Stouten. Elizabeth, d. v. P. M. Voogt en van J. Polderman. Cornelia Adriana, d. v. C. Oudesluijs en van M. C._ Oudesluijs. Wouterina Johanna, d. v. J. Linthoudt en van C. J. Lindhout. Marinus, z. v. W. Bazen en van C. »le Witte. Willemina Dingena, d v. J. Dane en van N. Bazen. Ondertrouwd: A. Scherpenisse, j.m., 30 j. en J. van Rooijen, j.d., 29 j. J. H. Op den Brouw, j.m., 23 j. en G.C. Riedijk, j.d., 22 j. C. Slager, j.m., 30 j. en C. A. van den Berge, J.d., 28 j. D. L. Rynberg, j.m., 21 j., en M. L. Rijnberg, 21 j., j d. Huwelijkstoestemmingen óón Overleden: Janna Johanna, 6 weken, d. v. II. Hartog en van C. Hage. J. Dormaar, 71 j., weduwnaar van S. Jopse. Burgerlijke Stand van Tbolen. (Over de maand April 1914). Geboren: Johannes Marinus, z. v. P. van Binshergcn— Van den Hoek. Catharina Pieternella, d. v. J. Bogert—Uooger werf. Gerardus, z. v. A. J, de Hond—Den Urnher. Akke, d. v. J. Hartog—Schot. Cornelia Barbara Johanna, d. v. M. C. lluvsmans - Hermus. Pieternella Cornelia, d. v. A. Janssen—(Juist. Gehuwd: T. Dijkslag, j.m. en E. Leenheer, j.d. E. Noom, j.m. en W. J. Geluk, j.d. Overleden: P. van Eekelen, 55 j j.m. C. H. de Laater, 20 maanden, j.d. J. Schot, 21 j., j.m. N. van Dullemen, 80 j., wed. Q. van Dalen. J. Cornelie.se, 44 j., man van N. Se.vs. Burgerlijke Stand ran St.-Aniialand. Over de maanden Maart en April. Geboren: Mattheus, z. v. J. R. Kaashoek en F. de Jonge. Johannis Leendert, z. v. N. van Oeveren. Adriana, d. v. A. J. Voshol en J. I'. Poulisse. Jacoba, d. v. J. Slager en J. II. Boon. Johanna Maatje, d. v. J. M. Kettingen F. Brujjnzeel. Johannis, z. v. A. J. Vroegoj» en C. Du ijzer. Adriaan, z. v. C. Theunisse en J. P.'van der Klooster. Ondertrouwd: Jan Polderman, j.m., 26 j. en Dina Krina Rijnberg, j.d., 26 j. Cornelis Janse, j.m., 23 j. en Izabella de Jonge, j.d., 23 j. Jan Bakker, j.m., 27 j., van St. Maartensdijk en Maatje Jacoba Dijke, j.d., 24 j. Gehuwd: Jacob Leendert Kujjper, j.m., 23 j., van Ouwer kerk en Trijntje Willemina van der Male, j.d., 23 j. Willem Adriaan Boogaard, j.m., 31 j. en Eliza beth Neeltje Willemina Soeter.s, j.d., 30 ,j David Ridderhof, j.m., 25 j. en Elizabeth Dekker, j.d., 23 j. Adriaan Johannis Snoep, j.m., 26 j. en Elizabeth Maria Gunst, j.d., 25 j. Willem Fase, j.m 24 j. en Tannetje Leunt je Snoep, j.d., 23 j. Adriaan Rjjaberg, j.m., 26 j. en Aberdin:» Cornelia van Schouwen, j.d.. 24 j. Johannis Scherpenisse, j.m., 22 j. en Sara Stola, j.d., 21 j. Adriaan Scherpenisse, j.m. 30 j. en Elizibetl. Goedegebunre, j.d 26 j.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1914 | | pagina 9