ZIERIKZEESCHE
NIEUWSBODE.
Maandag 27 April 1914.
EERSTE BLAD.
KENNISGEVING.
DRA NKW E T.
BEKENDMAKING.
Aangifte voor
het bevolkingsregister.
STRANDVONDERIJ.
Rede van mr. R. J. H. Patijn
in de Tweede Kamer.
Uit Stad en Provincie.
(Z ierikzeesche
C o u r a n t
ABONNEMENT.
De abonnementsprijs van dit bladdat iedereu
MAANDAG, WOENSDAG en VRIJDAG verschijnt, is
voor Zierikzee f 1,80, voor alle andere plaatsen in
Nederland f 1,60 per 3 maanden.
Afzonderlijke nummers 5 cent.
Voor het buitenland, verzending één» per week,
f 10 per jaar bjj vooruitbetaling.
70ste JAARGANG, No. 9535.
Directeupi A. J. DE LOOZE Jr.
Uitgever-HoofdredacteurA. FrXnKEL.
Redacteuri J. WAALE.
AOVERTENT1EN.
V«ii 18 regel* 30 ota meerdere regels 10 et».
By abonnement op voordeelige voorwaarden. Hel
tarief hiervoor is aan het bureau verkrijgbaar.
Groote letter» worden naar plaatsruimte berekend.
De inzending moet geschieden des Maandags-,
Woensdag»- en Vrijdagmiddag* uiterljjk vóór 2.30 ure.
Dit nummer bestaat uit twee bladen.
De BURGEMEESTER van Zierikzee brengt
ter kennis van de Ingezetenen, dat er op
Woensdag den 29 April 1914, des namiddags te
1 uur, op het Raadhuis, eene openbare Ver
gadering van den Gemeenteraad zal gehouden
worden, waarin de volgende zaken ter tafel zullen
worden gebracht, t.w.
Brief van Gedeputeerde Staten, waarbij wordt
toegezonden een uittreksel uit het Kon. Besluit,
houdende goedkeuring van de wyziging der
verordening op de heffing van een Hoofdelyken
Omslag.
Kennisgeving van den heer Ch^-L. Verbeke,
dat hij zyn benoeming tot onderwijzer aan
school B aanneemt.
Voorstel van Burgem. en Weth., tot af- en
overschrijving van en op een post der gemeente-
begrooting voor 1913.
Voorstel van Bargem. en Weth. tot voorloopige
vaststelling van pensioengrondslagen van ge
meente-ambtenaren.
Enz.
Zierikzee, den 23 April 1914.
De Burgemeester,
A. J. F. FOKKER,
Weth. l.° Burgem.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Zierikzee;
Gelet op artikel 22 der Drankwet;
Herinneren belanghebbenden aan den inhoud
van dit artikel, volgens welke bepaling alle
vergunningen met 1 Mei vervallen, tenzij het
over het volgend jaar verschuldigde recht vóór
dien dag is betaald.
Zierikzee, den 27 April 1914.
De Burgemeester en Wethouders voornoemd,
D. VAN DER VLIET, Burgemeester.
JAN SNELLEN, Secretaris.
Vischakten Biuuenvlssciiery.
De BURGEMEESTER van Zierikzee brengt
ter kennis van belanghebbenden, dat ter
Gemeente-Secretarie kosteloos verkrijgbaar zyn
formulieren voor de aanvragen van een Visch-
of Hengelakte voor het jaar aanvangende 1 Juli
aanstaande Jen eindigende 30 Juni daaropvol
gende.
UITGEREIKT WORDEN
1". Groote Vischakten, tot het visschen met
alle geoorloofde vischtuigen, tegen betaling
van twee gulden vijftig cent
2°. Kleine Vischakten, tot het visschen met
een daarin genoemd vischtuig, tegen be
taling van een gulden
3°. Hengelakten, tot het visschen met meer
dan één Hengel, tegen betaling van
vijftig cent.
Voor het visschen met één Hengel, geen
Loop- of Sleephengel en geen Peur zijnde, is
aanvrage onnoodig.
Kóstelooze vergunningen om te visschen
worden niet meer verleend.
De aandacht wordt er op gevestigd dat gee n
akte wordt uitgereikt
1". aan hem, wie ingevolge artikel 34, eerste
lid der Visscherywet, de bevoegdheid om
krachtens een Concent of Akte te visschen
is ontzegd voor den duur der ontzegging
2°. aan Veld- en Bosch wachters, beambten der
Marechaussee, niet zijnde Hulp-Officier van
Justitie, ambtenaren van Ryks- en Gemeente
politic, beneden den rang van Inspecteur
der Ryks-veldwachters en van Commissaris
van politie, beambten van den Ryks- en
Provincialen Waterstaat en beambten, van
de Domeinen, beneden den rang 'van
Hoofdopziener.
Zierikzee, den 27 April 1914.
De Burgemeester voornoemd,
D. VAN DER VLIET.
De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Zierikzee herinneren de ingezetenen aan hunne
verplichtingen tot het doen van aangifte voor
het bevolkingsregister, voorgeschreven bij Kon.
Besluit van den 27 Juli 1887 (Staatsblad No. 141).
De bepalingen van voornoemd Kon. Besluit
zyn hoofdzakelyk de volgende:
1". Zij, die hunne woonplaats naar een andere
gemeente overbrengen, doen hiervan verklaring
aan het gemeentebestuur, met opgaaf der
gemeente, waar zy zich wenschen te vestigen.
Zij ontvangen een kosteloos getuigschrift van
verandering van werkelijke woonplaats;
2°. Zij, die zich in een gemeente vestigen, doen
daarvan aangifte aan het gemeentebestuur,
binnen ééne maand na hunne aankomst;
3°. Elk hoofd van een gezin geeft uiterlijk
binnen ééne maand kennis aan het gemeente
bestuur van ieder lid, dat in het huisgezin
wordt opgenomen of daar uitgaat, inwonende
dienst- en werkboden daaronder begrepen.
Dezelfde kennisgeving geschiedt ook door af
zonderlek levende personen, wanneer zy andere
personen in hun huisgezin opnemen.
Verzuim van één der hierboven onder 1", 2°
of 3" vermelde verplichtingen wordt, ingevolge
art. 9 van meergemeld Kon. Besluit, gestraft
met hechtenis van ten hoogste 14 dagen of
geldboete van ten hoogste 100 gulden.
Bovendien is aangifte ter Gemeente-Secretarie
verplicht by verhuizing blnuen de gemeente.
De getuigschriften van woonplaatsverandering
kunnen dagelyks gedurende de uren, dat de
Secretarie voor het publiek is opengesteld,
worden verkregen of ingeleverd.
Zierikzee, den 27 April 1914.
De Burgemeester en Wethouders voornoemd,
D. VAN DER VLIET, Burgemeester.
JAN SNELLEN, Secretaris.
RECHTHEBBENDEN op 10 dennen
palen ieder lang: 10 Meter, gemerkt o.a.
473 en 486 gevischt op de
Ooster-Schelde, worden voor de vierde
maal opgeroepen, zich san te melden
b\j den Burgemeester van Zierikzee, by
wien dit strandgoed is aangebracht.
VERVOLG.
Voor deze Regeering is er dubbele
reden om terug te keeren tot de be
proefde, solide budgetpraclijken van
vroeger. Die reden ligt in haar werk
plan. Spreker wijst op de drooglegging
tier Zuiderzee, een bij uitstek nationaal
werk, dat spreker met genoegen op het
program zag. Dit werk moet gefinan
cierd worden buiten de gewone Staats,-
begrooting om. We mogen daarvoor lec-
nen tot den laalsten cent toe, omdat als
er iets is, waarvan ons nageslacht zal
profiteeren, dit zeker wel de droogleg
ging der Zuiderzee zal zijn.
Nu zou men zeggen, dat dit dus den
Minister geenerlei onrust behoeft te ba
ren, maar spreker meent, dat dit plan
thans reeds zijn invloed doet gelden.
Daarvoor toch moet 200 millioen gulden
worden geleend, en het gaat toch al niet
gemakkelijk om kleiner leeningen ge
plaatst te krijgen zonder opofferingen
ten opzichte van den koers. De Staats-
markt voor onze leeningen, gewoonlijk
40 a 50 millioen groot, is al beperkt, en
daarbij gevoelig; als zulk een leening ge
plaatst is, heeft de markt eenigen tijd
noodig om tot rust te komen. Nn geldl
liet hier niet 40 of 50, maar 200 millioen
te leenen. Die zullen wel niet ineens
noodig zijn, maar toch in betrekkelijk
korten tijd. Vooral geldl dit voor dien
afsluitdijk. Maar dan moet de Regeering
er ook voor zorgen, dat de gewone
staatsdienst zooveel mogelijk sluit, en
men niet telkens moet komen met lee
ningen van 40, 50 millioen, die de lee
ning voor de Zuiderzee tusschen debee-
nen loopen, en zullen dwingen tot steeds
onereuser leeningen.
Daarbij komt nog het gerucht, dat de
Regeering voornemens zou zijn 'n groote
leening" te sluiten, voor den bouw van
een slagviool. Volgens het rapport zou
daarvoor 150 millioen noodig zijn. Spre
ker ziet nog niet, hoe dat moet gaan.
lien leening van 200 en een van 150 mil
lioen is geen kleine zaak voor ons land.
Er is dus verband tusschen de kwestie
der Zuiderzee en het plan voor een slag-
vloot. En nu weet spreker wel, dat men
denkt aan een koloniale leening voor
dc slagvloot, maar deze eerste koloniale
leening zal toch op Nederland drukken.
Dat hebben de Fransche koloniale lee
ningen voldoende geleerd.
Daarom wil spreker dc Regeering
misschien is het overbodig er op wij
zen, dal het noodig is om aan die zaak
in den Ministerraad aandacht te schen
ken, want anders zou de vlootleening
wel eens dit gevolg kunnen hebben, dat
de Dreadnoughts alleen zouden dienen
om de Zuiderzee open te houden. Maar
ook al is er van een leening voor de
vloot geen kwestie, dan nog is de droog
legging van de Zuiderzee al voldoende
reden om met dubbele energie te stre
ven naar het herstel van het budgetair
evenwicht.
Deze Minister heeft die zware taak
op zich genomen. We zijn hem daarvoor
grooten dank schuldig, want niemand
zou in September de portefeuille van fi
nanciën gaarne op zich hebben genomen.
Aan dat woord van dank verbindt spre
ker woorden van instemming met de
groote lijnen van 's Ministers plan. Deze
Minister, ziende, dat geld noodig is, wil
de nieuwe offers laten brengen door hen,
die dal kunnen doen. Dat is de gedrags
lijn geweest, die dezerzijds in de laatste
jaren sleeds is gevolgd, en spreker wil
den Minister daarbij gaarne steunen.
Toch zal spreker hij het uitspreken van
zijn oordeel geen blad voor den mond
nemen, al zit dan ook achter de groene
tafel een Kabinet-Cor van der Linden,
dal spreker daar zoo gaarne ziet. 11ij
zal dus verschillende crilisehc opmer
kingen maken. Zijn^ze onjuist, dan zal
de Minister ze wel weerspreken; zijn ze
(juist, dan kan hij jer misschien zijn voor
deel mee doen; misschien ziet de Minis
ter kans beide te combineeren: ze te
weerspreken en er toch zijn voordeel
mee te doen.
In de eerste plaats rijst hij spreker
twijfel of de Minister wel voldoende
doordrongen is van den ernst van dien
financiëelen toestand. De Minister is niet
doortastend genoeg in het voorslellen
van maatregelen om zoo spoedig moge
lijk het budgetair evenwicht te herstel
len. In de Memorie van Toelichting op
de opccnlen-wet raamt de Minister het
le dekken tekort op den gewonen dienst
op f 10.640.000. Hij noemt dit terecht
een buitengewoon gunstige voorstelling,,
omdat de stijging der inkomsten djan
die der uitgaven evenzeer zal moeten
overtreffen, als in het buitengewoon gun
stige jaar 1913.
De Minister berekent nu, dat de op
centen zullen opbrengen f 4.170.000. Blijft
een ongedekt tekort van 61/2 millioen.
Spreker laat den bieraccijns even bui
len beschouwing; hij zal straks zeggen
waarom. De Minister schijnt dit is
niet geheel opgehelderd geworden ook
te willen beschikken over de 3V2 milli
oen. die het gedistilleerd meer zal op
leveren dan de 25 millioen, en die be
stemd zijn voor hel suikerpotje. Maar
zelfs dan is er nog een ongedekt tekort
van 3 millioen over. Dat is toch niet de
manier 0111 terug te komen lot de solider
budgetpraktijken van voor 1908. Daarom
betreurt spreker het, dal de Minister
niet verder is gegaan en ook niet op
centen heeft voorgesteld op de succes
sierechten. Daartegen zijn wel bezwa
ren; zoo bij voorbeeld dat opcenten iets
tijdelijks in zich hebben; maar thans
mogen die theoretische bezwaren niet
al le zwaar'gelden. Ook staat er in de
wei-Kolkman, dat op dc successierech
ten geen opcenten mogen worden ge
heven; maar de Minister zal deze suc
cessierechten immers herzien? Hij kan
deze bepaling dus immers wijzigen?
Verder zegt dc Minister, dat de opcenten
alleen over de laatste maanden van het.
jaar 1911 wat zouden hebben opgebracht.
Dit feit op zichzelf is spreker al niet
onverschillig, maar als men 1111 niet da
delijk met voorstellen komt, krijgen we
ook niets over 1915. Spreker vreest voor
verlenging van I tijdperk van slechte
begrootingsresullaten. Hij vreest, dat de
Minister een psychologisch moment le
klasse heeft laten voorbijgaan. Bij zijn
optreden vond hij een tekort grooter
dan een van zijn voorgangers had aan
getroffen. Zelf had hij daaraan part
noch deel. Dat maakte, dat hij sterk
stond. Als de Minister eens het volle
licht had laten vallen op den voortdu-
renden achteruitgang, en hij had dan
een beroep gedaan op de offervaardig
heid der natie, dan had hij veel gedaan
kunnen krijgen. In ieder geval zou zijn
houding dan zeer krachtig zijn geweest.
Zooals het nu gaat, vreest spreker, dat
wij ons nog jaren lang met tekorten
zullen moeten voortsleepen.
Spreker geeft toe, dat dit alles ge
makkelijker is gezegd dan gedaan, maai
de persoon, die tic portefeuille aanvaard
de, wist, dat men hem hooge eischen
zou stellen en moest stellen, omdat de
situatie zelve hooge eischen stelt.
In de tweede plaats meent spreker,
dat de Minister te optimistisch is voor
een Minister van Financiën, wat betreft
hel accres der gewone middelen, dat
li ij op 4 percent becijfert. Hoe komt de
Minister lol deze 4 percent?
Spreker heeft becijferd, dat dit
percent? Spreker heeft becijferd, dat dit
accres bedroeg over 20 jaar gemiddeld
2l/8 a 23/1i5 percent per jaar. Over een
periode van 10 jaar kwam spreker lot
2% percent. Mei die percentages moe
ten we niet al te losjes rondsprjngen,
want ieder percent beteekent 21/» milli
oen. Spreker heeft ook wel 4 percent
kunnen vinden, maar alleen over dc al
lerlaatste jaren, die, ook volgens den
Minister, abnormaal gunstig waren.
In de derde plaats schijnt het spreker
toe, dat de Minister lol dusver niet ge
lukkig is len aanzien van den kijk op
den lijd, die noocüg is om een maat
regel voor le bereiden en ten uitvoer
le brengen. Spreker maakt den Minister
daarvan geen grief, maar hel heeft een
grooten» invloed op den loop van T werk.
In Januari van dit jaar zei de Minister
afscheid te nemen van de illusie, dat op
1 Mei de inkomstenbelasting in werking
zou treden. Zefs als de Minister in Janu
ari dc wet al in hel Staatsblad had ge
had, dan zou zij toch niet op 1 Mei in
werking hebben kunnen treden. En toen
kwam nog: behandeling van de wel in
dc secties, in Tweede en Eerste Kamer.
E11 de wet op den verhoogden bier
accijns is nog niet een| bij den Raad van
fctate ingediend. Voor 1914 komt daarvan
dus niets. En voor 1915 rekent de Mi
nister op de opbrengst van verhoogde
successie, beursbelasting en tabaksbe
lasting, en van die wetten is er nog geen
ingediend! Hoe kan de Minister nu mce-
!nen, dat hij over die inkomsten kan be
schikken? Laat de Minister eens inlich
tingen inwinnen van zijn hoofdambte
naren, buitengewoon ervaren mannen;
die zullen hem hetzelfde zeggen als spre
ker. Of anders, Iaat de Minister eens 111-
formeeren bij zijn collega's. I11 het licht
van deze uiteenzetting doen 's Ministers
mededeelingen pijnlijk aan.
I11 hel nauwste verhand met het voor
afgaande staat ook, dal 's Ministers voor
stellen onder de gegeven omstandighe
den de Kamer vrij laat bereiken. Het
opcentenvoorstel en de Nota's van Wijzi
gingen betreffende de inkomstenbelas
ting hadden de Kamer reeds in T laatst
van hel vorig jaar moeten bereiken, en
dc zoo gewichtige successie-belastingher
ziening had althans reeds bij den Raad
van State moeten zijn.
Dc Minister loone er zich van door
drongen, dat „te laat" ook in potiticis
een ernstig woord is. Er lag waarheid
in de woorden, die tie heer Regoul in
de Eerste Kamer tol Minister Treub
sprak, namelijk, dat diens plannen niet
alleen van hem afhangen, maar ook van
het tijdig gereed komen van den Minis
ter van Financiën. De Minister zelf zal
niet in het leven van Napoleon-Trcub
de rol van Grouchy willen spelen
Laai de Minister de moeilijkheden,
die toch reeds op zijn moeilijk pad lig
gen, niet nog vergrootcn Soms is do
Minister gelukkig. Zoo iu 'l terugnemen
van een nieuwe waardeberekening van
het inkomen uil onroerend goed op dit
oogcnblik. In ander opzicht moet spre
ker daaraan twijfelen. De wijziging van
de inkomstenbelasting, in zoover die be
trekking heeft op de opdracht der uil
voering daarvan aan de ambtenaren der
registratie, zal heel wat slof opwerpen.
De verhoogde bieraccijns zal hem hel
odium van accijnsvcrhooging op den hals
halen, indien de Minister daaruit een
belangrijk bedrag wil halen. Wat de
tabaksbelasting aangaat, meent spreker,
dat deze wel tegenstand zal vinden. Het
Ncderlandsche volk is gehecht aan zijn
pijp en zijn sigaar, en al is de tabak n
object, dal in aanmerking komt voor be
slissing, toch meent spreker, dal hel
voorzichtiger ware geweest daarover niet
le spreken voor aan de belasting'jij nis-
ten vorm was gegeven. Spreker meent,
dat de tabaksbelasting, zooals die daar
0111 den hoek komt kijken, den Minister
een leelijke pijp zal doen rooken.
Men mag uit hetgeen spreker zei niet
afleiden, dal hij alles wil halen uil het
bezit. Dal is zijn standpunt niet, al
dichtte de heer Van der Voort van Zijp
hem dit toe. Dat was een vergissing.
Reeds in 1909 heeft spreker betoogd -
omdat het hem voorkwam, dat zijn me
destanders in dit opzicht wel wat te ver
gingen dat, als er Staatspensioen
kwam, dit niet geheel uit de directe be
lastingen zou kunnen worden bekostigd,
tenzij er buitengewoon gunstige jaren
kwamen, of we een Ministerie kregen,
dat er in zou slagen het accres der uil
gaven tot stand te brengen. Het laatste
voorecht nu hebben we niet gehad. Spre
ker is dan ook volstrekt niet overtuigd,
dat, bij het tegenwoordig deficit, het
practisch mogelijk zal zijn alleen uit op
voering der belastingen op bezit het
noodige geld le halen, al rekent spreker
daarbij ook op verhooging der successie
belasting.
Laat men niet zeggen, dat spreker nu
aanbeveelt wat hij Minister Kolkman
heeft verweten, want deze wilde van 20
millioen 16 millioen halen uit de in
voerrechten. Tegen die verhouding voor
al is men dezerzijds opgekomen. Maar
hij het opvoeren der belastingen op be
zit bestaat een grens, die, blijkens de
ondervinding in het buitenland, niet zon
der groote economische en moreele be
zwaren kan worden overschreden.
Nu stelde de heer Van Vuuren t voor,
alsof deze Minister wilde halen 1.4 mil
lioen uil bier, 3.6 millioen uit gedistil
leerd en eenige millioencn uit tabak,
lerwijl de vorige Regeering 10 millioen
uil dc invoerrechten wilde halen, zoodat
hel verschil niet heel groot is.
Nu speelt de memorie van dien spre
ker hein parten. Want die 1 3.600.000
inecr uil accijns kwamen bij Minister
Kolkman hoven op de 10 millioen. De
Minister Kolkman wilde die f 3.600.000
1 wel gebruiken voor de verlaging van den
suikeraccijns, maar hij is nooit tot de
uitvoering van zijn plan gekomen.
De heer VAN VUUREN: Ze zijn niet
gebruikt. Dat is een vergissing,, die de
lieer De Meester al heeft hersteld.
i De heer PATIJN: Ze zijn betaald,
liet Nederlandschc volk is doorgegaan
met dien verhoogden accijns te betalen.
Dc heer TROELSTRA: Als ze niet
gebruikt zijn, is dit de fout van den Mi
nister Kolkman zelf; die had ze moeten
1 gebruiken.
De heer PATIJN zal dan nog een
j enkel woord zeggen over dien suiker
accijns. Spreker staat niet zoo vijandig
tegenover hel denkbeeld om het suiken-
potje te gebruiken. Wel is verlaging van
suikeraccijns wenschelijk, maar men kan
geen ijzer met handen breken. En de
I toestanden zijn er niet naar om bcstaan-
dc belastingen prijs te geven. Hoe is in
Engeland de Staatspensionneering tol
stand gekomen? Doordat men daar tot
stelregel nam: Pensions first, remission
of taxes after Wij moeten nok die leus
I aannemen. In Denemarken kwam het
Staatspensioen door een bieraccijns die
de kosten van het pensioen overtrof.
Zoo ver wil spreker niet gaan. Maar als
wc willen hebben Staatspensionneering,
I verbetering der onderwijzerssnlarissen,
1 een sterk leger en een sterke vloot,
pacificatie van het onderwijs, die vele
millioencn zal kosten, lotsverbetering
1 over dc geheele lijn. en' daarnaast nog
1 verlaging van lasten, dan is dit geen
1 ernstig werk. Dergelijke verwachtigen
eindigen dan ten slotte in ampele sym-
pathieën.
j Laat men zich hel gebruik der sniker-
pol niet al le tragisch voorstellen. Het
is een boekingsquaestie, als men 31/2
millioen appart legt en hel tekort even
veel vergroot. Alleen zij. die werkelijk
geloofd hebben, dat de verlaging van
den accijns zou komen, zijn teleurgesteld,
maar spreker h^pft dit nooit geloofd.
J Noodgedwongen legt deze Minister dp
hand op het suikerpotje,
j Spreker zal thans niet spreken over
het ontwerp, maar afwachten wat van
andere zijde over de gcmecntc-financicn,
de vennootschappen, de overdracht der
uitvoering aan de registratie zal worden
gezegd. Spreker gaat in hel algemeen
mede met dit ontwerp. Met den heer
Van Vuuren acht spreker dit ontwerp
uitstekend voorbereid. De Memorie van
1 Toelichting is een meesterstuk.
Niet vereeuigen kan spreker zich met
de overdracht van een deel d|er uitvoe
ring aan het dienstvak der registratie.
Ondanks de krachtige verdediging daar-
van in de Memorie van Antwoord, is
spreker niet overtuigd. Er zal van de
uitkomsten dezer wet weinig te recht
komen, als zij niet wordt overgelaten
aan de Directe Belastingen. Misschien
zal te dien aanzien van eenige zijde '11
amendement worden voorgesteld; spre-
kcr zal dan daarmede inediegaan.
ZIERIKZEE, 27 April. Ten behoeve
der Oudheidskamer alhier zyn ten ge-
1 schenke ontvangen van den heer A. P.