ZIERIKZEESCHE
NIEUWSBODE.
Woensdag 26 November 1913.
De peis enJe_Msbeiegiep.
TWEEDE BLAD.
NIEUWSTIJDINGEN.
(Z icrikzeesche
C o u r a n t
ABONNEMENT.
De abonnementsprys van dit bladdat iederen
MAANDAGWOENSDAG en VRIJDAG verschijntis
voor Zierikzee f 1,30, voor alle andere plaatsen in
Nederland f 1,60 per 3 maanden.
Afzonderlijke nummers 5 cent.
Voor het buitenland, verzending ééns per week,
f 10 per jaar by vooruitbetaling.
70ste JAARGANG, No. 9471.
Directeurs A. J. DE LOOZE Jr.
Uitgever-Hoofdredacteurs A. FRANKEL.
Redacteur: J. WAALE.
ADVERTENTIE N.
Van 13 regels 30 ets meerdere regels 10 ets.
Bjj abonnement op voordeelige voorwaarden. Het
tarief hiervoor is aan het bureau verkrijgbaar.
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
De inzending moet geschieden des Maandags-,
Woensdags- en Vrijdagsmiddags uiterlijk 2 ura.
AMERIKA.
De dochter van den president van
president Wilson n.l. heeft kostbare
geschenken ontvangen ter gelegenheid
van haar huwelijk met Francis Say re.
Jessie Wilson kreeg niet minder dan
drie zilveren eetserviezen, vijf zilveren
theestellen, een honderdtal vazen,
schalen, kandelabres en zeer kostbare
Oostersohe haardkleedjes. Het geschenk
van den senaat bestaat uit een zilveren
theeservies. Voorts zijn er nog kostbare
geschenken van sommige ministers en
van den heer Carnegie. Ben Ameri-
kaansche buidelrat en vyf vaten met
uien zijn het jonge paar eveneens toe
gezonden. De rat is aan de diergaarde
„in bruikleen" gegeven; de uien zijn
misschien een geschenk van mevrouw
Hetty Green.
HONGARIJE.
Te Boedapest is dezer dagen een
merkwaardige geschiedenis, waarvan het
begin negentien jaar terug dateert, ge
ëindigd. Destijds werd een zekere
August Keiler, een verloopen student,
die zyn vaders erfdeel er doorheen had
gelapt, aangesteld als klerk bij een
bankinstelling het „Boden Kreditinstitut
der Kleingrundbesitzer". Zyn vrouw ge
wend aan een weelderig leven, stelde
zulke hooge eischen, dat Keiler daaraan
niet kon voldoen, omdat zyn salaris dit
niet toeliet. Toen hy tot de ontdekking
kwam, dat in het lokaal waar hij
werkzaam was, de oningevulde formu
lieren der pandbrieven werden bewaard,
was er weinig toe noodig, om hem voor
de verzoeking te doen bezwijken, zich
daarvan eenige toe te eigenen, deze te
voorzien van valsche handteekeningen
en ze vervolgens te verzilveren. Een
tijd lang deed hij dit, zonder dat het
gemerkt werd en ten slotte, stoutmoedig
geworden, nam hy voor 400.000 kronen
mede en vluchtte. Een tydlang leefde
hy van de opbrengst met zijn vrouw
en kinderen in een villa aan het Starn-
berger meer. Op zekeren dag vluchtte
zyn vrouw met een minnaar, nam 160.000
kronen mede en verraadde hem boven
dien nog in een anoniem schryven aan
de politie te Boedapest. Keiler werd
gearresteerd en tot acht jaar gevangenis
straf veroordeeld. Na het uitzitten van
zyn straf, vestigde Keiler zich te
Boedapest als spraakleeraar en leidde
met zyn kinderen een kalm leven, tot
dezer dagen eensklaps zyn trouwelooze
echtgenoote weer op kwam dagen. Zy
gaf haar dochter waardepapieren voor
een bedrag van 161.000 kronen onder
voorwaarde, dat haar man haar wederom
in den huiselyken kring zou opnemen.
Hy weigerde dit echter met beslistheid,
deelde het ontvangen bedrag in drieën,
gaf twee derde aan zijn kinderen en
behield een derde voor zich. Toen zijn
vrouw zag, dat haar man niets meer
van haar weten wilde, stelde zy wederom
de politie in kennis van het feit, dat
haar man gestolen waardepapieren in
zyn bezit had. Hy werd dan ook met
zyn dochter (de zoon was reeds met zyn
deel naar het buitenland gevlucht) ge
arresteerd. Keiler is thans in vryheid
gesteld, daar hy wegens de verduistering
der pandbrieven destyds reeds gestraft
werd en niet voor een tweede maal
daarvoor ter verantwoording geroepen
kan worden.
FRANKRIJK.
In Frankryk worden toebereidselen
getroffen, ora den dag te herdenken, dat
Parmentier vóór honderd jaar stierf. Men
weet, hoe deze de aardappel als een
volksspys heeft ingevoerd. Lodewyk XVI
beloofde hem dat gerecht meer bekend
te maken door het geven van een maaltyd,
waarby ze als een aanlokkelijke nieuwig
heid zouden worden opgediend, maar
de koninklijke kok begreep onge
lukkigerwijze de hem daaromtrent ge
geven instructies verkeerd.
In plaats van de aardappels te koken,
bereidde hy het loof als ware het een
soort koolMen zal dit verhaal al meer
hebben gehoord. De hovelingen ver
klaarden, na met alle mogelijke specerijen
getracht te hebben de spijs te kruiden.
deze voor afschuwelijk, en zeiden, dat
ze nooit meer te overreden zouden zijn,
daar weer aan te komen.
Een onderzoek bracht echter de dwaling
aan 't licht en een tweede proef deed
voor de nieuwe lekkernij hun hooge
gunst winnen.
Reims, 24 Nov. Gisterenavond om
streeks 6 uur verliet de kapelaan
Kolhen het dorp Silleri per auto in
gezelschap van zijn moeder en zijn
getrouwde zuster met 3 kinderen. Langs
't kanaal rydend zag de voerder een
tweetal lichten, die hij hield voor de
lantaarns van een automobiel uit tegen
overgestelde richting komende. In
werkelijkheid waren het twee scheeps-
lichten. De auto geraakte te water.
Het gelukte den kapelaan zichzelf en
zijn moeder te redden, doch de anderen
verdronken.
ENGELAND.
In Dublin dreigt broodsgebrek. Ten
gevolge van de sluiting der haven door
den transport-arbeiders-bond is er in geen
tien dagen tarwe aangekomen en de
meelfabrieken hebben haar bedrijf moeten
stop zetten. De meelvoorraad is nog
voldoende voor 'n paar woken. Acht
honderd werkwilligen houden het im- en
export-bedrijf nog een weinig gaande.
Men verwacht binnenkort de aankomst
van nieuwe „onderkruipers".
Londen, 24 Nov. Voor het gerechtshof
van Old Bailey is heden het parelsnoer-
proces geëindigd. De jury verklaarde
alle vier beklaagden schuldig aan den
diefstal van het parelsnoer en drie losse
parels, gepleegd in Engeland, toen het
postpakket, waarin de juweelen zich
bevonden, op weg was naar den heer
Mayer te Londen. De jury was van
oordeel, dat de diefstal niet in Frankryk
bedreven was. Locket en Grizzard werden
ieder tot zeven jaar, Silvermann tot vyf
jaar gevangenisstraf veroordeeld, terwijl
Guthwirth 18 maanden dwangarbeid
tegen zich hoorde eischen.
Guthwirth en Silvermann zullen na
afloop van hun straft yd gedeporteerd
worden.
DUITSCHLAND.
Berlin, 24 Nov. Hedenochtend om
half elt is in de nabijheid van Berlijn,
tusschen Karlshorst en Sadowa, een
trein op een afdeeling arbeiders gereden,
die daar bezig waren met het leggen
van rails. Zeven werklieden werden op
slag gedood en één zwaar gewond. De
trein, die het ongeluk veroorzaakte,
reed op proef en de arbeiders waren op
zijn komst niet voorbereid. Ofschoon de
machinist voortdurend de stoomfluit liet
werkenkonden die werklieden dit
signaal niet hooren, daar er juist een
locaaltrein voorbyreed. De rook van
dezen trein belette het uitzicht, zoodat
het ongeluk onvermydelyk was. De
afdeeling arbeiders bestond uit 15 man
en was werkzaam voor den bouw
ondernemer Midler, te Berlyn.
BELGIË.
De Belgische politie zoekt een handel
te onderdrukken in Duitsche boeren
jongens, gedreven door een Spanjaard
en een Hollander, zoo schrijft het Berl.
Tagebl. Deze handelaars wonen aan de
Belgi8ch-Fransche grens. Zij hebben in
Rijnland boeren gevonden, die hun voor
twee jaren hun zooüs op een leeftijd van
14 tot 17 jaar afstaan. Zij sturen deze
jongens dan naar de glasblazerijen, waar
de jonge lieden in het ongezonde bedrijf
zeer zwaar moeten werken. Zij moeten
hun geheele loon aan de ondernemers
afstaan, terwijl de ouders geen andere
vergoeding ontvangen dan, na afloop der
twee jaren, een huur van 200 frs. per
jongen. De Duitsche jongens worden
zeer slecht behandeld; zij zijn in alle
opzichten overgeleverd aan de uitbuiting
der handelaars.
De moord op het knaapje De Klerk.
Naar aanleiding van de raededeeling
aan den veldwachter te Urk, hebben
wy ons naar Nieuwendam begeven, ten
einde de vrouw te vinden, die deze
woorden gesproken had. Het bleek te
zyn mejuffrouw Nieuwenberg, waardin
van café „Meerzicht" aldaar.
Zooals men zich wellicht herinnert,
werd het knaapje sedert Maandag
29 September vermist. Zyn 7-jarig
broertje had hem te 1 uur op de
Tolhuisboot, met den vreemdeling, „die
er uit zag als een aap", zien vertrekken.
Ziehier nu, wat mejuffrouw Nieuwen
berg en haar nichtje ons mededeelden:
„Op den 29sten September kwam
tegen 2 uur in ons café een vreemde
man met een kind san de hand. Hij liet
het knaapje op de stoep wachten en
kwam zelf binnen, om een roeibootje te
huren. De man was vrij net gekleed,
met een ruig grijs pakhij was donker
en ruig in zijn gezicht, had gitzwart
haar en gitzwarte oogen. Ik dacht nog
hoe kon t het, dat zoo'n net gekleede
man met zulk een eenvoudig jongetje
uitgaat? Al zou ik den man over een
jaar terugzien, dan zou ik hem nog
herkennen.
Het jongetje stond heel beduusd
buiten te wachten. Ik heb, ik weet niet
waarom, speciaal op hem gelet. Het
viel mij op, dat de man en het jongetje
geen woord met elkaar spraken. Wanneer
anders een man met zijn neefje of zoontje
uit spelevaren gaat, praten ze nog wel
eens. Doch het kind keek my eenigszins
angstig aan, alsof het zeggen wilde
„jy kan me redden". Dat idee is direct
by mij opgekomen. Ik heb er dadelyk
met mijn nichtje over gesproken. Het
knaapje was gekleed in een sportflanel,
dat hoewel zindelijk, den indruk maakte,
dikwijls gewasscben te zijn. Verder
droeg hij een donker broekje, en had
hy een donker-blauw dasje aan met
witte stipjes. Op het hoofd droeg hij
een wollen mutsje. Het knaapje De Klerk
droeg destyds een petje, zoo had men
meegedeeld. Doch ik herinner mij
beslist, dat het knaapje een in kranten
papier gewikkeld pakje in de hand
had. De mogelijkheid is niet buiten
gesloten, dat de man onderweg een
mutsje voor het kind gekocht had en
deze het petje daarop in de hand
meenam.
Overigens komt de beschrijving, die
van het vermoorde knaapje De Klerk
gegeven is, volkomen uit met het
signalement, dat de ouders gaven. Alleen
van het wollen mutsje komt niet uit.
De man had een splinternieuwe fiets
by zich, die hy hier in den kelder
achter liet.
Toen myn nichtje de riemen in het
bootje had gebracht, nam hy zonder
een woord te spreken het knaapje onder
den arm en leidde hy het naar de
roeiboot. Zonder iets gebruikt te hebben
vertrok hij met het kind in de richting
van het dorp.
Ongeveer twee uur later, tusschen
4 uur en half vijf, kwam hij terug
zonder het kind. Hy was erg gejaagd
en zijn kleederen waren in wanorde.
Nauwelijks was de boot aan land, of de
man vloog als 't ware het schuitje uit,
snelde naar den kelder om zyn fiets te
halen en wilde ylings wegryden. Myn
nichtje kwam hem echter in den weg,
en zeide: „heeft u wel betaald
„O, neen", zeide de man. Hij haalde
zijn portemonnaie voor den dag en gaf
haar afgepast vier dubbeltjes. Voor
zoover zy koji nagaan was dit het laatste
geld, dat hy in zijn beurs had.
Dit alles geschiedde op Maandag 29
September. Ik heb verder over dit
voorval niet gedacht, totdat in ons café
op den daarop volgenden Zaterdag 4
October over den moord gesproken werd
Ik zelf lees geen kranten, zoodat ik er
toen voor het eerst van hoorde. (Het
lykje was gevonden op Donderdag 2
October).
's Avonds sprak ik met myn man
over mijn vermoedens, naar aanleiding
van de moordzaak, waarop mijn man
my zeide, dat ik dit niet onder ray
mocht houden. Ik ben daarop Zondag
5 October naar den veldwachter gegaan
en heb myn verklaring afgelegd. Er
zyn daarop heeren van de Amster-
damsche politie hier geweest, die my
zeiden, dat op het mutsje na het door
my gegeven signalement van het
jongetje juist was. Wat betreft het
mutsje, waren de Amsterdamsche heeren
het er over eens, dat dit best onder
weg gekocht kon zyn, terwyl hij het
petje in het pakje in de hand droeg".
Waarheen leidt het vaarwater, dat
door den man gevolgd werd vroegen wij.
„Langs dien weg", antwoordde mej
Nieuwenberg, kan men aan de Buik-
sloterham komen. Wy voor ons denken,
dat, indien de man de dader is geweest,
hij het lykje ergens verstopt had en
dit later op de flets, toen het donker
werd, naar den Buiksloterham, waar
het gevonden is, heeft gebracht.
Heeft met u nog met het lykje
geconfronteerd
Neen. U begrijpt, dat ik uit ray
zelf niet naar Amsterdam ging. Ik
wachtte tot ik geroepen zou worden.
Het heeft ray wel bevreemd, want
Zondag heb ik myn verklaring afgelegd
en den daaropvolgenden Dinsdag werd
het lykje begraven.
Kunt u zich voorstellen, dat een
kind den man, die dien dag bij u was,
beschrijft als „precies op een aap" te
gelijken
Dat kan ik mij best voorstellen.
De man had een ruig-behaard, donker
gezicht en gitzwart haar. Achteraf is
het my opgevallen, dat hy bizonder
gejaagd was, toen hij later zonder het
kind terugkwam.
Heeft men u met den verdachten
Dijkman geconfronteerd
Dat heeft men niet gedaan. Ik
heb van de politie niets meer van de
zaak gehoord. Doch het was niet noodig,
mij bij Dijkman te brengen. Ik heb
vroeger een zaak gehad op den hoek
van de Rozenstraat te Amsterdam.
Franciscus Dykman woonde toen in een
gang, die naast mijn winkel uitkwam.
Er werd toen reeds door de recherche
op Dykman geloerd, zoodat ik hem
beslist had herkend, wanneer hy met
het jongetje hier was gekomen, om een
bootje te huren. Ik weet beslist zeker,
dat het Dykman niet was, die hier
den 29sten September een schuitje
gehuurd heeft.
De mededeelingen van mej. Nieuwen
berg werden volkomen bevestigd door
haar nichtje, die bij haar in de zaak
werkzaam is.
In verband met het bovenstaande,
komt het ons wel vreerad voor, dat
niet wat meer aandacht is geschonken
aan de verklaringen van de waardin
van café „Meerzicht". Immers blykt
daaruit dat de juffrouw niet is gecon
fronteerd met het lykje van Hendrik de
Klerkdat de juffrouw niet is gecon
fronteerd met den verdachte Dykman,
en dat tot heden men het niet heeft
noodig geacht, mej. Nieuwenberg in
het kabinet van den rechter van
instructie te ontbieden, om daar haar
belangrijke verklaringen te herhalen
{Tel.)
Het Kamerlid Otto.
Men weet, dat de heer Otto aan den
gemeenteraad verzocht heeft hem te
benoemen tot onderwijzer en hem daarna
verlof te verleenen, zoolang zijn lid
maatschap voor de Tweede Kamer zal
duren.
Nu de voordracht voor deze benoeming
voor de vergadering van den gemeenteraac
van jl. Woensdag niet tijdig gereed kon
komen, heeft, naar wij vernemen, de
heer Otto aan het gemeentebestuur
gevraagd zijn aanstelling tot onderwijzer
te doen ingaan op 1 Jan. a.s., zoodat
hij dan tot dien datum toe iu zijn functie
van hoofd van de Van den Endeschool
werkzaam blijft. Daarom is aan zijn
verzoek toegevoegd de vraag, hem van
Maandag a.s. af verlof te verleenen tot
het bijwonen van de zitting van de
Tweede Kamer, voorzoover dit noodig
zal zijn.
In afwachting van het toestemmend
antwoord op dit verzoek heeft de gekozene
zijne geloofsbrieven bij de Tweede Kamer
ingezonden.
De vergiftiging te Amersfoort.
Te Bruraraen is bericht ontvangen,
dat De Br., die, in verband met het
Amersfoortsche vergiftigingsgeval naar
Utrecht is overgebracht, zich aldaar van
het leven heeft beroofd.
Drama op de Noordzee.
De berichtgever van het Hbld. te
IJmuiden meldt de d.d. 22 Nov. de
volgende bizonderheid:
Hedenmorgen is de stoomtrawler Y M
137 ^Sint-Nicolaas" van de Vissc.hery-
Maatsehappy „Schelvisch" hier binnen
gekomen, met verlies van den matroos
Leendert de Groot Jr.die by het
pogen tot menschenredden zyn eigen
leven verloor.
Wy hadden een onderhoud met
schipper Job de Groot Kz., die ons het
volgende mededeelde:
Woensdagnacht zagen wy naby Hel
goland een groot zeilschip dryven, dat
noodseinen gaf. Wyl het aardedonker
was, bleven wy tot Donderdagmorgen
by het schip, om dan te trachten hulp
te bieden.
Ik riep Donderdagmorgen vrijwilligers
op, om te trachten iets voor de Noren
te doen. Het was namelijk de Noorsche
bark „Hebe" uit Fredriksstad en be
mand met ongeveer 10 opvarenden,
maar verheelde niet, dat de taak levens
gevaarlijk was met het slechte weer.
Dadelijk meldden zich de stuurman
Arie Groen en de raatroos Leendert de
Groot Jr., een neef van den schipper,
aan, om een scheepsboot te be
mannen, teneinde te doen wat mogelijk
was om de zeelieden te redden, omdat
men ze toch niet aan hun lot kon
overlaten.
Beiden deden een reddingsgordel ora,
doch raatroos De Groot deed hem later
weer af en wierp hem in de boot, omdat
de bewegingen hem te moeilijk waren.
Nauwelijks wa8 de boot van de „Sint-
Nicolaas" vertrokken of ze sloeg ora,
waardoor beide inzittenden te water
raakten. Stuurman Groen kon zich vast
klemmen aan de boot, doch matroos De
Groot slechts 21 jaar en ongehuwd
is (waarschijnlijk door zijn zware Engel-
sche zeelaarzen) onmiddellijk in de diepte
gezonken.
Met reddingsboeien wist men den
stuurman weer binnen boord te krygen,
doch was de boot afgedreven. Eveneens
wist men met drijvende boeien verbinding
met het schip te verkrijgen en riep der
bemanning toe aan de gordels over
boord te springen. Zy weigerden echter
hun schip te verlaten.
Op dezelfde manier kon men nu
een lyn op een boei steken, welke boei
door de bark werd opgevischt, zoodat
een sleepverbinding tot stand was ge
bracht. Men had de stevigste vischlijnen
gegevenom natuurlijk de meeste
zekerheid te hebben, dat het schip niet
zou losbreken.
Niettemin stak de storm Donderdag
avond zóó op, dat het een orkaan geleek
en de sleeplijnen afknapten als bindgaren.
Men speurde nog in alle richtingen
rond, doch kon het schip niet meer
terug vinden.
Naar alle waarschijnlijkheid is het
schip met opvarenden een prooi der
golven geworden.
De reis naar IJmuiden werd toen maar
door den stoomtrawler aanvaard. Het
laat zich denken, dat de bemanning in
zeer gedrukten toestand over het ge
beurde verkeerde.
(De bark „Hebe" is in het jaar 1869
van hout gebouwd en meet 441 netto
reg. ton).
Loodswezen te Vlissingen.
Bij den Belgischen minister van zee
wezen bestaat het voornemen voor den
reededienst van het Belgisch loodswezen
te Vlissingen nog twee raotorbooten te
doen bouwen.
De haven te Steenbergen.
De gemeenteraad te Steenbergen heeft
goedkeuring verleend aan de plannen
tot verbetering van de haven, waarvan
de kosten op f 20.000 worden geraamd.
Vrede en Per».
Rapport van den heer Alfred H. Faian,
aangeboden aau het laatste Vredes
congres, te 's-Gravenhage gehouden.
(Vervolg).
Winston Chnrchil riep eens uit: „God
behoede het vaderland tegendepatriotische
pers".
Harcourt, een Engelsch minister van
publieke werken, zei over eenige jour
nalisten: „Zij zijn de zeeschuimers (Ier
politiek, de vijanden dor meuschheid".