Lninmeniging „Dreiscbor".
Telegrafisch Weerbericht
ADVERTENTIEN.
INSPECTIE
op Dinsdag 29 Juli 1913
Tijdens dit onderzoek verwijderen ziek
de opnieuw gekozen leden.
Na onderzoek worden de geloofsbrieven
goedgekeurd en de herkozen leden weder
binnengeleid en deelt de voorzitter mede,
dat zij toegelaten zyn, tevens beiden feli-
citeerenden, daarbij de koop uitsprekende,
dat ze deze zes jaar weder de belangen
der gemeente mogen behartigen.
De keer Rijnberg verkrijgt daarop
liet woord en zegt het volgendeMijnheer
de voorz., leden van den gemeenteraad,
't Is mij voorzeker aangenaam, dat ik
herbenoemd ben als lid van den gemeente
raad en ik roep ook vau deze plaats
mijn dank toe aan de kiezers, die hun
stem op mij hebben uitgebracht. Ook
aan u, mijnheer de voorz., breng ik mijn
kartelyken dank voor het gesprokene en
ik hoop, dat ik de zes jaren, die voor
ons liggen, met lust en ijver zal mogen
wijden aan de belangen van St.-Maartens-
dijk en zijne inwoners. Ik dank u allen
mijne heeren, voorzoover gij uw stem op
mij hebt uitgebracht voor uwe mede
werking. Ik dank u voor de bewijzen
van belangstelling, die ik van sommigen
uwer mocht ontvangen, in 't bizonder
u mijnheer de voorz. dank ik, dat u dit
persoonlijk wildet doen. Ik hoop, dat God
my de kracht en wijsheid moge schenken
om u in deze zes jaren in 't belang der
gemeente te steunen en bij te staan
zooveel in mijn vermogen is. Tot mijn
leedwezen moet ik echter ook.wijzen op
de groote tegenwerking, die ik van de
zijde van mijn mede-leden, de heeren
Groenewege en Bastiaanse, heb moeten
ondervinden. Die handelwijze heeft dan
ook een klove tusschen ons gegraven,
die voorloopig niet is te overbruggen.
Laster en leugen hebt gij verspreid
om tegen mij op te komen, doch
ik heb mij vereenigd met Spreuken
10 vers 18 waar staat: „Die den haat
bedekt is van valsche lippen en die een
kwaad gerucht voortbrengt is een zot"
en dat hebt gijlieden steeds gedaan.
Toch heb ik het groote voorrecht mogen
ondervinden, dat de meerderheid der
kiezers zich niet lieten misleiden dooru,
noch door uwe medewerkers. De kiezers
hebben mij herbenoemd tot lid van den
gemeenteraad. Ik hoop dat onze slechte
verstandhouding nimmer zal worden
gevoeld bij de behandeling der gemeente
belangen, doch dat we in deze ten allen
tijde zullen staan boven de partijen.
Het spijt me zeer, dat deze verstand
houding door u in het leven is geroepen,
zoowel voor u als voor mij en in het
bizonder voor onzen voorzitter, die in
de lange reeks van jaren, dat hy voor
zitter is, vermoedelijk zoo'n toestand en
zoo'n handeling nimmer heeft gekend,
en waarom? waardoor? Was het omdat
ik u in alles niet kon volgen, omdat
ik niet op alles ja en amen kon zeggen
Welnu, dan wil ik u wel mededeelen,
dat ik nooit of nimmer mijn stem zal
geven aan onrechtvaardige, onbillijke,
onwettige voorstellen, maar daartegen
zal strijden met al de kracht, die in mij
is. En u, mijnheer de voorz., ik hoop
dat het u gegeven moge zijn deze zes
jaren in ons midden te mogen blijven
en dat de groote plannen, welke aan
hangig zijn en reeds in uitvoering als
woningbouw, drinkwaterleiding, over
brugging van de Eendracht en tram-
verbinding van ons eiland, waartoe ook
onze medewerking wordt gevraagd, dat
gij met ons al deze plannen zult mogen
voortzetten en voleindigen. Ik geef u de
verzekering, dat gij in mij steeds een
warm voorstander en medewerker zult
vinden, omdat ik overtuigd ben, dat dit
alles strekt tot bevordering van het
welzijn onzer gemeente en tot bloei en
welvaart van ons eiland. Hiermede mijne
heeren, neem ik bij voortgang of bij
vernieuwing zitting in den gemeenteraad
en hoop, dat de tijd, die alles sloopt, ook
deze wanverhouding zal vereffenen, doch
voorloopig kan dit niet.
Hierna verkreeg de heer Groenewege
het woord en vroeg den heer Rijnberg,
waarmede hij wel getoond zou hebben
hem (Rijnberg) te haten, waarop de
heer Rijnberg antwoordt: u en Basti
aanse hebben mij beiden schandelijk
behandeld.
De heer Groenewege voert hier tegen
aan, dat Rijnberg hen dan vervolgen
moet.
De heer Rijnberg antwoordt: mijn
goed hart heeft tot nog toe belet zulks
te doen, waarna de heer Groenewege
opmerkt: u kunt het nog doen, maar
wat is er gebeurd, toen u voor 8 jaar
geleden dagelijks op Reigerburg kwam,
wie kaatst moet den bal verwachten.
De voorzitter merkt op, dat persoon
lijke zaken hier niet te pas komen.
De heer Rijnberg noodigt dan den
heer Groenewege uit aan zijn woning te
komen en hy zal hem dau mededeelen,
welke schandelijke uitdrukkingen door
hem zijn gebezigd.
Hiermede was de installatie afgeloopen
en werd overgegaan tot de behandeling
der overige ingekomen stukken.
Van Gedep. Staten was bericht inge
komen, dat het bedrag van f 4290 niet
mag aangewend worden voor den
schooibouw, maar dat dit dient aange
wend te worden als aflossing op een
gesloten leening.
Besloten werd om op de leening van
f 7000 wegens aankoop van gemeente
grond, thans f 4000 af te lossen en een
leening te sluiten voor den schooibouw
en riooleering op 't Kaadje, waarvan
het negociatieplan, door den voorzitter
ter tafel gebracht, werd goedgekeurd.
De heer Gaakeer informeert, of dit
dempen en rioleeren op 't Kaadje dit jaar
nog zal gebeuren, waarop de voorzitter
antwoordt, dat buizen zullen worden
gelegd en de beschikbare hoeveelheid
grond er over zal worden gespreid.
Voorts kwam in behandeling een
verzoek van P. Wielaard, om 1 Are
4 c.A. gemeentegrond, thans bij adres
sant in erfpacht, af te koopen voor
f 104. Met algemeene stemmen wordt
dit goedgekeurd.
Verder was ingekomen een verzoek
van een familielid van den heer P.
Charpentier, om vermindering voor dezen
van den aanslag in den II. O., wegens
vermindering van beheerd vermogen.
Omtrent dit verzoek werd besloten tot
aanhouding, ten einde door informatiën
beter van den waren toestand van
adressant's vermogen op de hoogte te
komen.
Daarna kwam in behandeling een
verzoek van eenige bewoners bij de
nieuwe ligplaats voor schepen om de
bestaande meerpalen te verwijderen en
deze te vervangen door ringen, wegens
de vrijheidbeneming van hun erf.
Algemeen was men vau meening, dat
er termen voor inwilliging van het
verzoek bestonden.
De heer Kloet vraagt, of de boeren
er ook belang bij hebben voor de paarden.
Hem wordt duidelijk gemaakt, dat op
die plaats geen paaaden komen.
Besloten wordt de meerpalen boven
den grond af te zagen en daaraan ringen
te bevestigen.
Daarna wordt aangeboden de rekeniug
der gemeente, dienst 1912, bevattende
een goed slot van f 2958,47 en die van
het Algemeen Weezen-armenbestuur, be
vattende een goed slot van f 2925,05.
Na nog een af- en overschrijving op
den post van onvoorzien wegens meerdere
uitgaven van grond- en poldorlasten
voor de gemeente dan de begrootingspost
bedroeg werd de officieele vergadering
door den voorzitter gesloten.
Er was ditmaal veel belangstelling van
het publiek.
Plan 1913,
Tentoonstelling van Zeenwscho Kleedor-
drachten, Woningen,
Meubelen, Volkskunst, Gebruiken enz.
Ofschoon eerst morgen (Donderdag)
het publiek toegang zal hebben tot boven
bedoelde tentoonstelling, welke gehouden
wordt in de lokalen-en op de terreinen
van de Abdij te Middelburg, daartoe
welwillend in gebruik afgestaan door
den Minister van Binnenlandsche Zaken,
had reeds beden de officiëele opening
plaats, tot bijwoning waarvan de leden
van het eere-comité, van het uitvoerend
comité, van de vereenigiugen die steun
verleenden en ook zij, die persoonlijk
hulp boden, waren uitgenoodigd.
Al deze genoodigden namen plaats in
de vergaderzaal der Staten van Zeeland
met zijn prachtige gobelins.
Nadat allen gezeten waren, nam de
heer Jacq Frank, vice-voorzitter van de
Vereeniging tot bevordering van het
Vreemdelingen-Verkeer in Walcheren,
van welke vereeniging het initiatief tot
het houden der tentoonstelling uitging,
het woord en heette, daar de voorzitter,
de heer H. P. den Bouwmeester, on
gesteld is, allen welkom.
Door den heer Frank werd de ge
schiedenis vermeld van de totstandkoming
der verschillende tentoonstellingen en
de groote medewerking, die Vreemde
lingenverkeer ondervond, en werd hulde
en dank gebracht aan allen, die, op wat
wijze ook, aan het welslagen medewerkten.
De heer H. J. G. Hartman, secretaris
van genoemde vereeniging, gaf vervolgens
een historisch overzicht van de ge
schiedenis der tentoonstelling.
Nadat de Vereeniging voor Instrumen
tale Muziek een feestouverture had doen
hooren, voldeed de heer mr. II. J.
Dijckmeester, Commissaris der Koningin
in Zeeland en lid van het eere-comitó
aan het tot hem gericht verzoek, om de
tentoonstelling te openen.
De heer Dijckmeester sprak met groote
voldoening over het tot stand komen van
de tentoonstelling, wees op het vele werk
dat geschied is, en bracht hulde, in
zonderheid aan Vreemdelingenverkeer,
en aan den heer De|Clercq, den ontwerper
van het plan 1913, wiens denkbeeld hij
meesterlijk noemde. Hij verklaarde hierop
de tentoon stelling voor geopend.
Voor mevr. Dijckmeester werd een
bouquet in een fraai kanten kleedje ver
vaardigd door de dochter van den directeur
der Kantwerkersschool.
De opening werd door velen, voor het
meerendeel dames, bijgewoond.
Hiermede was de eigenlijke openings
plechtigheid afgeloopen en werden de
genoodigden in de gelegenheid gesteld
een rondgang langs het tentoongestelde
te doen, en wij vertrouwen, dat het hen
gegaan zal ziju als ons: wij waren al
thans hoogst voldaanhetgeeu te zien
gegeven wordt overtrof onze verwachting
in hooge mate.
Waar de commissie in het voorwoord
tot den catalogus zegt, te vertrouwen, dat
zij niet te- onvolledig geslaagd is in de
bereiking van wat zij zich voorgesteld
had: een overzicht te geven van het
merkwaardige, dat Zeeland op het gebied
van kleederdrachten, woningen, meubelen,
volkskunst en gebruiken had en nog
heeft, meenen wij, dat dit vertrouwen
ten volle gerechtvaardigd is; wij kunnen
ons geen vollediger tentoonstelling op
dit gebied indenken.
Wij willen in gedachten onze lezers
ook een wandeling door de verschillende
lokalen lateu maken en hun op enkele
dingen wijzen, die bizonder onze aan
dacht trokken, maar zeggen daarbij zeker
te wezen verre van volledig te zijn, er
is bijna geen voorwerp of het is beziens
waardig.
Volgens den catalogus komt men eerst
aan de „Oud-Zuid-Bevelandsche Kamer"
en direct daarnaast bevindt zich de
„Nieuw-Zuid-Bevelandsche Kamer". Het
verschil tusschen beide vertrekken is
bizonder groot; in de eerste een 17e
eeuwsche schoorsteen, een bedstede, een
vierdeurskast, alles uit dienzelfdcn tijd
een kabinet, een staartklok uit den tijd,
toen de uurwerkmakers meenden, dat
eene klok niet driemaal achter elkander
één kon slaan; na half één slaat ze dus
niet vóór 2 uur.
Het geheele meubilair, de inhoud der
kast, de wandbekleeding en versiering
alles is in stijl.
De nieuwe kamer is daar om aan te
toonen, dat het tegenwoordig ook wel
netjes is bij do plattelandsbewoners en
zeker eenvoudig ook, maar dat hunne
voorouders toch meer artistiek waren
aangelegd.
De volgende deur voert ons in een
Oud-Walehersche kamer.
Deze kamer is grooter als de beide
eerstgenoemden en is tot in alle onder-
deelen keurig afgewerkt.
Het oog van ieder binnenkomend
oudheidkundige zal zeker direct getroffen
worden door de Porselein- of glazen kast,
Louis XVI, waarin een schat van por
seleinen en zilveren antiquiteitenwij
noemen slechts het groot aantal zilveren
lodderijndoosjes, waaronder bizonder fraai
bewerkte, een doos van zilver met parel
moer deksel, waarin gegraveerd
„Admiral Maarten Ilarpsz. Tromp aan
boord van het admiraalschip in den zee
slag bij Ter Heide tegen de Engelschen
1653 door een musketkogel doodelijk
getroffen aan boord sterft met deze
woorden
„Ik heb gedaen, houdt goeden moedt.
O Heer weest mij en dit arme volck
genaedigh".
Bij onzen rondgang door de kamer trof
ons ook nog een klaptafeltje van bizonder
kleine afmetingen.
Statenbijbel, kerkbijbel, almanak en
de Cronyck van Zeeland ,door Smalle-
gange ontbreken ook niet.
Wij verlaten deze kamer en begeven
ons naar de afdeellng C, kleedingslukken,
lijfsieraden, lodderijn- en snuifdoosjes,
bijbels; en zijn aldus gekomen bij het
hoofddoel der tentoonstelling. In de eene
kamor, kan de bezoeker kennis maken
met een 13-tal wassenpoppeu, gekleed in
de verschillende heden ten dage nog in
gebruik zijnde kleederdrachten. Vooral
voor den vreemdeling is hier aan de hand
van den catalogus veel te leeren.
In het aangrenzend vertrek daarentegen
is een zéér uitgebreide verzameling oude
drachten samengebracht. Slechts enkele
konden geheel bij elkaar gevonden worden,
maar tal van enkele stukken toonen aan
hoe men zich uitsloofde om te komen
tot een zoo groot mogelijke verscheidén-
heid van kleerenhetgeen zeker niet het
minst uitkomt bij de mansborstrokken en
mouwvestenbij de beuken der vrouwen.
Ook de thans vervallen schansloopers
(lange boerenjassen) de falies (omslag-
mantels) zijn niet vergeten.
Onder de overtalrijke lijfsieraden mogen
zeker wel in het bizonder genoemd worden
twee gouden stukken met twee gouden
spelden, op last van Koning Lodewyk
Napoleon op 7 Juli 1809 uitgereikt aan
Leuntje Pieterse Meulpolder, huisvrouw
van Kornelis Schipper te Baarland, zijnde
zij de verdienstelijkste vrouw in die ge
meente, omdat zij het grootste aantal
eigen kinderen had gezoogd.
Nu verlaten wij deze afdeeling, waar
van de dames zeker met moeite zullen
weg te slaan zijn, en begeven wij ons
naar de zalen, waar een bizonder groot
aantal voorwerpen van porselein, be
nevens meubolen en huisraad zijn
geëtaleerd.
Wat bier te zien is, valt in ons blad
onmogelijk stuk voor stuk te beschrijven;
wij moeten daarom volstaan met er op te
wijzen welk een leeuwendeel de bewoners
van Wemeldinge en Nieuw- en St.-Joos-
land aan deze verzameling hebben gehad,
en de verzekering te geven, dat ook
deze afdeeling alleen reeds een gang naar
de tentoonstelling ten volle waard is.
Een niet minder belangrijke afdeeling
is die der volkskunst, waarbij allereerst
do kant- en borduurwerken vermelding
verdienen. Wat daar te zien is van
kantwerk uit Nieuw-Namen, van welke
plaats een oudje van 78 en een jeugdige
schoone van 20 jaar hun kauten toonen,
en van Sluis, zal zeker door iedere be
zoekster bewonderd en hoog geprezen
worden.
Maar ook buitendien is er aan snij
werk in hout en ivoor en scheepsbouw
enz. zooveel tentoongesteld, dat met de
beschrijving ervan dagen zouden ge
moeid zijn.
Onder „steden en gilden" zijn schilde
rijen, bekers, vaandels, ketens, medailles
enz. ondergebracht; onder de ketens zijn
er die nog gedragen worden.
Het hoofd „diversen" in den catalogus
omvat alleen platen en boekwerken en
verder alle voorwerpen, die niet onder
een bepaald hoofdstuk zijn onder te
brengenhiervan willen wij noemen
het model op 4'& van de ware grootte
van „De Schelde", het eerste stoom
schip in het veer tusschen Vlissingen
en Breskens, dat gevaren heeft van
1828 tot i860. Ook mag niemands aan
dacht ontgaan, een boek„Speculum
Zelandiae", oogenschynlyk een ver
zameling platen van steden, dorpen,
ambachtsheerlykheden ei.zdoor een
liefhebber verzameld.
De laatste tocht gaat de diepte in
naar de gangen, welke zich rondom het
Muntplein bevinden, en waar men
kennis kan maken met speelwagens,
kapwagens, phaetons en sjeezen, zoowel
van nu als vroeger en uit verschillende
deelen van Zeeland.
Twee der belangrijkste bedrijven van
Zeeland zyn voor deze gelegenheid in
diorama's afgebeeld, dank zy de talenten
van den heer W. F. A. I. Vaarzon Morel,
kunstschilder te Veere.
Deze diorama's zullen ons toonen de
bedrijvigheid in de haven van Ierseke
door de oestercultuur en in die te
Philippine door de mosselcultuur.
Bovendien laat Philippine de geregelde
ontwikkeling van het mosselbroed zien.
Met de mededeeling, dat ook nog een
nabootsing van het oeververdedigings-
werk systeem „De Muralt" is tentoon
gesteld, verlaten wy ook dit deel der
expositie, om een poos uit te rusten op
het voorplein der tentoonstelling, waar
de gemeentelijke gymnastieklokalen tot
een restaurant zijn geïmproviseerd en
waar een Weener Dameskapel er lustig
op los speelt.
Dat vooral op de dagen, waarop
zang-uitvoeringen of volksspelen plaats
hebben, de bezoekers in grooten getale
naar de Groenmarkt op zullen trekken,
is onze vaste overtuiging en geen enkel
hunner zal zich de gang betreuren.
De ingang is voor ieder te zien aan
den keurig aangelegden tuin, waar langs
men binnen gaat.
I. O. X. A.
Naar wij uit goede bron vernemen,
heeft II. M. de Koningin een blyk van Hare
hooge belangstelling willen geven in
de Internationale Graphische Tentoon
stelling, welke te Amsterdam in de
maanden Juli, Augustus-September in
het Paleis voor Volksvlijt gehouden zal
worden. H. M. heeft n.l. goed gevonden,
dat de bekende Juliana-Bybel, welke
indertijd aan H. K .H. Prinses J uliana
werd aangeboden, in de expositie van
de firma J. Brandt Zoon te Amsterdam,
gedurende de tentoonstelling zal worden
geëxposeerd.
Zooals men weet, werd genoemde
Bjjbel door de firma Brandt gebonden.
TELEGRAMMEN.
Scherpenlsse, 16 Jali.
Door Burgem. en Weth. werd heden
middag alhier aanbesteed, het verbouwen
der openbare lagere school.
Voor het binnenwerk was aannemer
J. Muller, voor f 555, voor het metsel
werk J. Suurlaud, voor f 760, voor het
smidswerk J. Kerpestein, voor f 438, en
voor het schilderwerk P. van Splunter,
voor f 365.
Ook werd aanbesteed de levering van
petroleum en cokes. Aannemer werd voor
petroleum A. Hartog voor 8$ ets. per
liter en voor cokes II. Mol voor 70 ets.
medegedeeld door het Koninklijk Nederl.
Meteorologisch Instituut te De Bilt,
naar waarnemingen verricht in den
morgen van 16 Juli 1913.
Hoogste barometerstand 766,3 te
Coruna.
Laagste barometerstand 750,7 te
Stockholm.
Verwachting (van den avond van den
16 Juli lot den avond van 17 Juli):
Aanvankelijk zwakke tot matigen, toe-
nemenden Noordwestelyken tot Zuidwes-
telyken wind; zwaarbewolkt tot be
trokken waarschynljjk weer regenbuien
iets warmer.
Z I E R I K Z E E.
Tyd van Hoogwater en van Laagwater.
Juli.
Maan s-
ouderdom.
H.W.
L.W.
u. m.
u. m.
16. W.
13
voorrn.
0.55
6.38
nam.
1.31
7.11
17.
14
voonn.
1.57
7.29
nam.
2.25
8. 3
18. V.
voorm.
2.50
8.17
nam.
3.11
8.47
19.
16
voorm.
3.37
8.55
nam.
3.55
9.28
20. Z.
17
voorm.
4.15
9.31
nam.
4.30
10. 4
21.
IS
voorm.
4.51
10. 7
nam.
5. 0
10.39
22.
19
voorm.
5.23
10.44
nam.
5 33
11.10
23. W.
20
voorm.
5.55
11.21
nam.
6. 0
11.44
Tjjd van H.W. te Dordrecht 3.15 uur later.
L.W. 5.30
VERBETERING.
In de advertentie van het Bestuur
van den Polder „Ooster- en Sirjansland",
zie ons nummer van 14 dezer, staat,
dat van den 17 - tot den 22 Juli voor
eigenaren van gronden in den Polder
by den Ontvanger-Griffier te Zierikzee
zal ter inzage ligcen de rekening enz.,
dit moet zyn van 14- tot en met 22 Juli.
Directie.
Geboren:
JOZINA GABRIËUNA,
nuchter van A. P. HOEK en
J. II. HOEKI.EKUWfIK.
St.-Maaktbksdijk, 13 Juli 1913.
Gctronwd:
C. BETHE
en
R. C. E. VAN NIE.
Amsterdam, 15 Juli 1913.
Getrouwd:
A. K. VL1NKERVLEUGEL
en
M. W. A. DE VOS,
die, mede namens wederzjjdsche familie,
Uartciyk dank zeggen voor de vele
blijken van belangstelling, by hun
Huweljjk ondervonden.
Zierikzee, 16 Juli 1913.
Voor de vele blijken van belang
stelling ontvangen bjj ons 50-jarig
Huwelijksfeest, betuigen wij onzen har-
telijken dank.
Buruii, 15 Juli 1913.
M. BLOM.
J. MATHIJSE.
Hoor het verbindend worden
der eenige uitdeelingslijst, is
het faillissement P. W. MARCÜSSE,
te Dreischor, geëindigd.
Zierikzee, 15 Juli 1913.
De Curator,
Mr. H. POLVLIET.
DREISCHOR.
LEDEN der afdeeling Dreischor van
de Liberale Kiesvereenigingdie met
édne dame wenschen gebruik te maken
van gereserveerde plaatsen op de fecst-
vergadering op Zaterdag 19 Juli,
in de Concertzaal te Zierikzee, gelieven
daarvan opgave te doen vóór Vrijdag
17 Juli aan het Bestuur.
VERG. Zat. 19 Juli 1913, v.m. 11 ure,
Café Blom.
Agenda:
Slachtveeverzekering.
Verder voorkomende zaken.
op het schoonmaken van Water
leidingen, Zijlen, en/>.
liet BESTUUR van den Polder DE
VIER BA.VREE VAN DUIVEL AND
vestigt de aandacht op de aangeplakte
afkondiging van de INSPECTIE op
het schoonmaken van Waterleidingen,
Z\jlen, enz.,
en volgende dagen.
Met het oog op de groote behoefte,
die bestaat aan een onbelemmerde toe-
strooming van het water naar het
Stoomgemaal, beveelt het met den
meesten aandrang aan, dat Ingelanden
vóór dien dag zich van hunne ver
plichtingen kwyten, zullende zonder
eenige verschooning tegen de nalatigen
worden geverbaliseerd.
Ouwrrkbrk, 15 Juli 1913.
Het Polderbestuur voornoemd,
B. GILJAM, Dijkgraaf.
J. VAN DER VLIET Cz.,
Ontv.-Griffier.
"N.B. Het op den weg getrokken oor
en veek moet onmiddellijk daarvan
verwyderd worden.