Ingezonden Mededeelingen. de vruchten heeft genoten, moge inzien, dat het geen onredelijke elsch kan worden genoemd, thans gedurende dien korten diensttijd de verworven kennis ter be schikking te stellen van die gemeenschap, waarvan ons leger toch zeker ook een deel uitmaakt. Twintigduizend gulden. Onder dezen titel lezen wij In de Standaard: Amsterdam's burgemeester zal nu een salaris van f 20,000 ontvangen, f 15.C30 als tractement en f-5000 voor gemis van ambtswoning. Het hoogste ambtelijk trac tement dat In Nederland wordt uitbetaald. Een minister ontvangt slechts f 12,000, en in Den Haag Is het voorwaar niet goed- kooper leven dan in Amsterdam. Nu gunnen we dit hooge tractement den nieuwen burgemeester van heeler harte. Maar toch zij opgemerkt, dat hier mee een beginsel Is aanvaard van verre strekking. Het beginsel namelijk, dat ook bij Staatsambten of Qemeenteambten het tractement volstaan moet om er In zijn positie van te leven. Dusver gold dit beginsel niet. Vooral hooge Staatsambtenaren ontvin gen slechts een kleinen bijslag, en er werd op gerekend dat ze hoofdzakelijk leven konden van eigen middelen. De leden van den Hoogen Raad, van den Raad van State, enz. ontvangen nog steeds niet meer dan f5000; een som, waarvan geen hunner naar zijn stand in Den Haag leven kan. Vindt nu het nieuwe beginsel Ingang, dan zullen alle deze soort tractementeii een sterke verhooging moeten ondergaan. Voor alle budgetten safim zal dit uiteraard een zeer aanzienlijk bedrag aan meerdere uitgaven opleveren. En toch, dien weg wil men blijkbaar uit Ook wie geen eigen middelen bezit, moet elk Staatsambt bekleeden kunnen en naar zijn stand leven. HOOG WATER. De Maas is in noordelijk Limburg weer abnormaal hoog. Het dorp Bergen Is voor de vierde maal In dezen winter volkomen geïsoleerd en slechts per roeiboot te be reiken. Alleen de veerponten bij Well en Catwljk onderhouden de gemeenschap der belde Maasoevers voor voertuigen. Bij Mook ondervindt men veel last van kwel water; hier en daar moeten de aardappels uit de wlnterkuilen naar veiliger plaats gebracht worden. Ook Qennep staat in het water. De hoogste stand was 12.15 M. -f- N. A. P.deze wordt sedert vele jaren alleen door den stand van 5 Maart 1906 overtroffen. Toen stond het water nog 15 c.M. hooger. De Maas begint thans zeer langzaam te vallen. Het vergaan van de „Général Chanzy". Op de Noordkust van het Spaansche eiland Minorca, nabij Culdadella, heeft een ernstige zeeramp plaats gehad. Het stoom schip „Oénéral Chanzy", kapitein Calllot, van de „Compagnie Générale Transatlan- tique" te Marseille, Is met man en muis vergaan, slechts één passagier, Marcel Rodel genaamd, zou gered zijn. De „Oénéral Chanzy" was Woensdag van Marseille naar Algiers vertrokken met 87 passagiers en 47 man equipage, 1484 postpaketten en 143 zakken met brieven. Onder de passagiers bevonden zich 11 opera-artisten, die In het Casino te Algiers moesten optreden. Tengevolge van den zwaren storm kon het schip het kanaal tusschen Majorca en Minorca niet binnenvaren en liep het met volle kracht op een rots. Door de autoriteiten van Minorca Is hulp gezonden naar de plaats van het onheil. De geredde is naar het hospitaal van Culdadella overgebracht. Zijn toestand Is van dien aard, dat hij geen mededeelingen omtrent de ramp kan doen. Het schip, In 1891 gebouwd op de werf te Saint-Nazaire, was één der grootste van de Marseille- Algiefklijn der Compagnie Transatlantique. Het was 109 M. lang, 10 breed, had een inhoud van 2920 tons en een stoomver- mogen van 3800 p.k. Men heeft te Marseille en te Algiers nog geruimen tijd gehoopt, dat er meer dan die ééne passagier gered zouden blijken van het verongelukte stoomschip „Oénéral Chancy". Maar die hoop is ydel gebleken en de zee geeft nu den angstig wachtenden zekerheid, een zeer treurige zekerheid, In de vele aanspoelende lijken en goederen. De menschenllchamen zijn voor hel meerendeel treurig verminkt op de rotsen geslingerd. Niet minder dan 156 menschen zijn het slachtoffer geworden van deze nieuwe moorddaad der zee. De verslagenheid over de ramp is groot te Marseille en te Algiers, waar zoovele gezinnen van hun kostwinner of van dierbare betrekkingen zijn beroofd, en door geheel Frankrijk en daarbuiten ook Is men vol deelneming. De ramp moet, naar het algemeen oordeel, niet te wijten zijn aan den gezagvoerder van het schip, kapitein Cayol, een zeer bekwaam en algemeen geacht zeeman. Hoe zich alles heefl toegedragen, weet men niet, maar men vermoedt, dat het schip in de duisternis gedurende den hevlgen storm gestooten is op een rots bij de kust, die men niet zoo dichtbij meendeen datna het binnendringen van het water in het schip, de machines ontploft zijn, waardoor het tragisch einde werd Verhaast. De eenige geredde, de jonge douane ambtenaar Marcel Rodel, kan niet veel van de ramp vertellen. „Het was zoo donker", verhaalt hij, „dat men de kust niet kon zien. Het schip liet eenlgen tijd de sirene werken. Daar voelde ik opeens een hevlgen schok; toen volgde er een zware knalen toen ik weer tot be wustzijn kwam, lag ik op de rotsen aan de kust". Hij werd 's morgens wakker door de zonnewarmte en hij zwierf een geheelen dag rond, tot hij Vrijdag te Cludadela aankwam, waar hij den Franschen consul bericht gaf van de ramp. Zijn moeder, die te Havre woont, kon het blijde bericht van zijn redding schier niet geiooven. Aan alle kanten is men bezig met inzamelen van giften voor de nagelaten betrekkingen der slachtoffers. Palma, 13 Febr. Te Minorca Is een verminkt lijk aangespoeld. Men zag gisteren 30 lyken drijven, het was evenwel onmo gelijk ze aan wal te halen. Het aantal lijken neemt toe. Op het oogenblik is nog geen enkel iyk herkend De storm werpt de lijken zeer verminkt tegen de rotsen. Men ziet op de dammen hoofden, rompen en kleedlngstukken. Onder verantwoordelijkheid van den Inzender). Van 1—6 regels TS Cts.elke regel meer 15 Cts. Nieraandoeningen zijn ernstig. Lijdt gij aan rug- of lendenpijn? Hebt gij opgeblazen oogen? Opgezwollen enkels of ledematen? Is uw water bewolkt, zanderig of brandend? Geschiedt de urineloozing te veelvuldig of Ie weinig? Voelt gij u rheumatlsch bij slecht of vochtig weer? Hebt gij veel last van zware hoofdpijn of duizeligheid? Zljt gij zwaarmoedig, zwak en altijd vermoeid? Nieraandoeningen lasten niet lederen lijder op dezelfde manier aan geen enkele patient vertoont alle verschijnselen, doch iedere patient heeft sommige ver schijnselen. Indien gij echter eenig teeken van nier- of blaaszwakte hebt, dan is vernietiging der nieren misschien korter bij dan gij denkt, en Is uitstel zóó ge vaarlijk, dat gij niet spoedig genoeg met het gebruik der echte Foster's Rugpijn Nieren Pillen beginnen kunt. Zy zijn een geneesmiddel uitsluitend voor nier- en blaaskwalen en alleen een nierengenees middel kan eiken wortel van de gevreesde nierziekte uitroeien. Foster's Rugpijn Nieren Pillen (let op den julsten naam) zijn te Zierlkzee ver krijgbaar bij den heer M. S. Polak en te Tholen by den heer W. Potter, Hoogstraat. Toezending geschiedt franco na ontvangst van postwissel h f 1,75 voor één, of f 10,— voor zes doozen. Een zonderling Testament. Parijs, 11 Februari. „Een mensch zijn lust is een mensch zyn leven", verkondigt een bekende spreek- wijze. Daar zyn ook menschen, die hun lust vinden, hun levenslust, of een gedeelte daarvan tenminste, In het uitdenken van barokke beschikkingen, te verwerkeiyken na hun dood. Zoo'n soort mensch was de nu-zalige mevrouw de burggravin De Vaugelet, van huis uit Anne Herminle Hellenie Bernard, de vorige week te Gannal, in het depar tement de l'Alller, overleden op den geze- genden leeftijd van zeven en zeventig jaar. Genoemde dame vermaakte aan de stad Rlom hoofdplaats van het departement Puy-de-Dome een kapitaal ten bedrage van 500.000 francs„uit achting en sympathie voor den heer Clémentel, malre der stad en afgevaardigde voor het district Rlom en vice-president der Kamer". Dispositie, daarom merkwaardig, omdat: lo. de „achting" voor onzen „geachte afgevaardigden" er, In het algemeen ge sproken, maar dunnetjes op-zit; 2o. de geachte afgevaardigde In kwestie, de heer Clémentel, dit Pactolusje niet naar zyn eigen zak kanaliseerde, l'instar van dien anderen geachten afgevaardigde, en oud-vlce-voorzilter der Kamer, Georges Jean Claude Leygues, bygenaamd „Chauffe- le-Vieux" en erfgenaam voor het sommetje van vyitlen mlllioen, van den grooten philantropoïde Chauchard. De Académie Fran^alse ontvangt een bedrag van dertigduizend francs, „ten be hoeve van een kind van vijf (sic) tol vijftien jaar, afkomstig uit Decize (ge boorteplaats van erflaatster's moeder) en dat zich zal hebben onderschelden op muzikaal gebied". De overledene vermaakt een som van duizend francs aan het gemeenteiyk muziek korps van Gannat, „op voorwaarde, dat gedurende deuitvaartsplechtigheid, Chopin's „Marche funèbre" gespeeld wordt in alle gehuchten en dorpen en by het voorby- trekken langs alle bewoonde hulzen, van Oannat af tot aan Beaumont-les-Randan, waar de erflaatster ter aarde zal worden besteld". Wat aangaat haar begrafenis, beschikt de burggravin De Vaugelet, dat „de lykkoefs, die haar naar haar laatste bestemming zal brengen, de paarden, die haar zullen trekken, het laken over de kist, de bloemen en kransen wit van kleur zullen zijn". Ter rechtvaardiging van welke vreemd-klinkende dispositie de overledene aan haar testament een certificaat toevoegt van een doctores uit Vichy, ver klarend, dat „de burggravin De Vaugelet op zeven-en-zevenlig-jarlgen leeftijd, l'age du solxante-dlx-sept ans et blen qu'ayant été marlée, la vlcomtesse droit i cette couleur réservée aux jeunes fi lies". Op haar wit-marmeren grafgesteente zal overeenkomstig den wensch der overledene behalve de gebruikeiyke Inscripties slechts dit ééne woord gegrift worden: „Vlerge". De stad Riom heeft de 500.000 francs van de edele erflaatster aanvaard. Wel de gemakkeiykste zaak ter wereld, waar zy er niets voor te doen had. Het Gannatsche fanfare-corps kwam minder-gemakkeiyk aan zijn legaat. De muzikanten, die op scrupuleus-eeriyke wijze hun duizend francs wilden verdienen, speelden langs den 26 Kilometer-weg, dien de lijkstoet had af te leggen, 57 maal Chopin's „Marche funèbre". Musicalement parlant had wyien de burggravin De Vaugelet posthuum pleizler voor haar geld. Om den vrede te bewaren. Voor nieuwen aanbouw van oorlogsschepen gebruikte van 19C0—1910 tn millloenen guldens: Duitsch Enge V. S. land. land. N.-Amerlka 1900 40,8 117,5 52,1 1901 59,0 125,0 62,6 1902 60,5 125,3 56,4 1903 59,2 137,6 64,0 1904 55,7 162,1 78,5 1905 59,6 135,5 136,4 1906 64,1 130,3 103,2 1907 75,4 110,8 81,4 1908 100,4 103,9 93,6 1909 129,0 123,1 120,2 1910 156,0 Voor 1910 Is het Dultsche marine-budget 261,5 mlllioen blanke Hollandsche guldens, Frankrijk geeft dit jaar voor hetzelfde doel 180 mlllioen. In het jaar 1909 verslond de oorlogsvloot der zeven groote mogendheden: mill, gulden. Engeland421,7 Vereenigde Staten345,4 Duitschland234,5 Frankrijk160,2 Rusland120,4 Japan86,4 Italië81,1 Voorteekenen van regen. De holle wind kent perk noch palen Het zwerk verandert keer op keer Ik zie het kwik in 't weerglas dalen Het schoorsteenroet valt drupplend neer Het vocht begint een muur te ontvloeien De zwaluw scheert langs 't spichtig gras De vlieg verstoort de logge koeien De kikvorsch kwaakt ln engen plas Flink, mijn patrijshond zit te droomen Het stof draalt dwarlend in de vliet De vlsschen spartlen op de stroomen Het regende ook op St.-Margriet Hebt gij den stank der gracht geroken? Zaagt gij dien f raaien regenboog? De zon is neevllg neergedoken Ondraaglijk kwelt me een eksteroog De huiskat strijkt haar fulpen wangen Gesloten Is de pimpernel De meerle fluit haar zoete zangen Ef, hoor wat piept de krekel schel I Het loeiend vee wil 't veld verlaten 't Verschiet schijnt ons nabij te zijn Ik hoor de onruste schapen blaten Aanhoudend knort het ronkend zwijn De slakken zijn met zand bestoven De padden kruipen ginds en ver De klaver heft de kruin naar boven Flauw glinstert zelfs de grootste ster De pauw verheft zijn schelle kreten Het rijpaard trapt vol ongeduld Mijn hond wil gras voor beendren eten Zie hoe een kring de maan omhult De glimworm blinkt in vollen luister De koekoek roept in 't eenzaam woud De maan schijnt rood door neevlig duister Het ls, schoon zomer, nat en koud De ganzen gaggelen, de eenden kwaken De gladde zuring kruipt ineen Het zout zet uit met hoorbaar kraken Het vocht ontwelt den blauwen steen De raven storten zwierend neder In gang en kamer kruipt de spin De herder spelt onstuimig weder De nieuwe maan viel Maandag in. Dus vriend ons uitgaan Is verkeken Al ziet ge zuur, hier ls geen keus En morgen (waar die dag verstreken I) Zl] thuis te blijven onze leus. Gemengd Nieuws. Steeds te bed. Te Barneveld Is In ruim 83-jarigen ouderdom overleden mej. E. A. Gaasbeek, die sinds haar zestiende jaar steeds le bed heeft moeten door brengen. Zij genoot steeds een goede gezondheid, doch zy kon (naar 'I heel wegens „los liggend hart") geen andere houding aan nemen, zoodat zy genoodzaakt was steeds te biyven liggen. Misschien had deze vrouw den elgen- aardlgen lichaamsbouw, waarby het hart zyn natuuriyken steun, het middenrif, mist, zoodat men In staande houding met „hangend" hart ernstige bezwaren onder vindt. In elk geval Is het merkwaardig, dat zoo iemand nog zestig jaar lang gezond ls kunnen biyven. Onder de paren, welke de vorige week In den echt moesten worden ver bonden door den burgemeester van Doornik, was er één waarvan de jonge vrouw, welke haar beurt wachtte, een dikken ruiker oranjebloesem in de hand had, maar plotseling teekenen van ongesteldheid en lijden gaf. De burgemeester, op de hoogte gebracht van het felt, haastte t zich de ceremonie te doen plaats hebbenende jonge vrouw had nauweiyks den tijd en de kracht het stadhuis te verlaten en in de buurt het leven te schenken aan een fllnken zoon. Bijna Is het dus In volle huweiykssluitlng voorgevallen. De pastoor kon tegelijkertyd overgaan tot huwelijk en doop. De Iwee Itallaansche lonreizlgers, die met een groote ton in Juni 1909 uit Venetië vertrokken om een reis om de wereld te maken en tot dusverre door Noord-ltalië, Zwitserland, Frankrijk, België en Nederland trokken, zijn by het betreden van Duitsch grondgebied, te München- Gladbach aangehouden en hun ton is in beslag genomen als hinderlijk voor het verkeer. Noodlottige vergissing. Te Bremen zou een dokter een patiënt In het zieken huis opereeren. Een ziekenzuster, die hem daarby hielp, gaf hem in plaats van de door hem gevraagde zwakke cocaïne- oplossing, een sterke aan, die er naast stond, met het gevolg, dat de patiënt 2 minuten na daarmee Ingeënt te zyn overleed. Een vet baantje. Te Londen wordt een eigenaardig proces gevoerd. Onlangs overleden daar, kort na elkaar, 2 ongehuwde dames, van Hollandsche afkomst, maar die jarenlang In Engeland hadden gewoond, de gezusters Lucy en Louise Cohen. Zij waren schatrijk en als uitvoerders van haar testa ment hadden zij den bankier Rotschild en zijn schoonzoon, lord Rosebery aangewezen. Deze nu hebben den voormaligen bediende van de overledenen, Bradley genaamd, voor den rechter gedaagd met de vordering circa f 700.000 terug le betalen, die hij aan de nalatenschap zou hebben onttrokken. Bradley, die gedurende 20 jaren in dienst der dames was geweest, erkent dat hy een zoo groot vermogen In dien tyd heefl bijeengegaard, maar eerlijk verdiend. Slechts In den beginne was hij huisknecht by de dames, weldra won hij haar vertrouwen, beheerde haar financiën en was haar raad gever, waarvoor zy hem f 30 a f 40 000 per jaar betaalden. Hy was er geheel als heer des huizes en at bij de dames aan tafel. De eischers zullen nu, om hem tot terug betaling te dwingen, moeten bewyzen, dat hij de financiën der dames niet goed behartigd heeft en haar vertrouwen on waardig was. Daarin zyn zij niet geslaagd en het proces Is geëindigd met een overeenkomst tusschen partijen, waarbij Bradley aan de erfgenamen f 100.000 zal terugbetalen en de rest zelf houden. Een angstwekkend bezoek. Aan het gemeentehuis te Bormes, een klein plaatsje bij Toulon, meldde zich een man aan met een zak, die tameiyk zwaar leek. Hy zette den zak op den grond, maakte hem open en haalde er een voorwerp uit in den vorm van een bom, waarvan de buitenzyde met ijzerdraad omwonden was. De man nam het voorwerp ln de hand en plaatste hem rustig op een tafel. Zonder eenige overhaasting haalde de man lucifers uit zyn zak, streek een vlammetje af en slak de lont van den bom aan. Toen wilde hy kalmpjes weggaan, maar juist kwamen de gemeente-secretaris en de veldwachter binnen, die, hevig verschrikt, op de bom aanvlogen en de brandende lont doofden. De onbekende haalde een revolver te voorschyn, mikte op den secretaris en den veldwachter, trok af en miste. Daarop het wapen op zichzelf richtende, loste hij twee schoten in zyn mond en viel neer In een bad van bloed. Kort daarna stierf hij, maar vóór de dood intrad, deelde hy nog mede, dat hij zich had willen wreken over een vonnis, dat de kantonrechter tegen hem had uitgesproken. De bom bleek na onderzoek een aller gevaarlijkste helsche machine te zyn. Een ontploffing zou zeker verschillende hulzen hebben doen Instorten. De rattenvanger van Londen. John Jarvis uit Camberwell, de Engelsche na volger van den rattenvanger van Hameln, Is thans officlëel in waarde geslegen; met een salaris van 50 pond per jaar is hij als rattenvanger aangesteld. John Jarvis oefent zyn zonderling beroep minder uit als beroep dan wel uit overgeërfden hartstocht, want sedert 100 jaar hebben alle leden van zijn familie hun leven aan de ratlenjacht gewyd. Hy heeft nu, over tuigd van zyn macht, een uitdaging gericht tot alle Engelsche rattenvangers en zich verplicht, met zijn oom, zonder hond of vallen in drie nachten 1000 ratten te vangen. „Er zyn by ons veel rattenvangers", vertelde hy aan een bezoeker, „maar slechts weinigen verstaan de kunst, de ratten levend te vangen. Doode taften hebben geen waarde, maar voor levende krijg ik van 3 lot 8 shilling het dozyn. Hoe Ik het aanleg, de ratten levend te vangen, is een geheim dat sedert 1803 In onze familie trouw bewaard wordt. Ik kan het natuurlijk niet verraden, maar ik wil u toch wel vertellen, dat myn middel op de ratten werkt als chloroform op de menschen. Chloroform zelf is overigen: voor myn doel onbruikbaar, de ratter willen er niets van weten. Het aas, waar mee ik werk, heeft een zóó groote aan trekkingskracht voor de ratten, dat zelfs de slapende dieren wakker worden. Wei nige oogenblikken nadat ik myn aas neergelegd heb, komen de dieren in drommen er op al. Een beet, een heel ktéln stukje Is voldoende, om ze te be dwelmen en ik heb later niets te doen, dan hun neusjes In 't water te houden, om ze tot 't leven terug te roepen. Wanneer ik 's nachts met mijn lantaarn door de onderaardsche gangen loop, dan volgen my de ratten in scharen. Myn geheele werk bestaat hierin ze op te pakken en in myn reservoir te doen". John Jarvis heeft door zijn „beroep" een aanzienlijk inkomen, want van een aantal groote huiseigenaren heeft hy een vast salaris voor de verplichting van tijd tot tyd by hen een ratlenjacht te houden. Brief v. Heeckeren v. Keil. De volgende tekst wordt medegedeeld van een brief onder dagteekeslng van Dinsdag 1.1. door baron Van Ffeeckeren van Keil, gericht aan den voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Hoogwelgeboren Heer I Aan het einde van de zitting dezer Kamer van 10 dezer heeft de Minister van Bultenl. Zaken gemeend te moeten terug komen op woorden door mij by de behandeling der begrooting van zyn depar tement reeds vóór de pauze den vorlgen dag gesproken. Niet aanwezig zijnde, ter onmiddellijke beantwoording van deze, biykbaar lang overdachte rede des Ministers, heb Ik daarop In de laatste zitting dezer Kamer, op 11 Februari, welke op dien dag zou uiteengaan, over deze zaak een nota aan gekondigd, die Ik mij voorstelde aan de Kamer te zullen Inzenden. Ik nam mij voor in die nota nogmaals uitvoerig mijn standpunt In deze zaak uiteen te zetten en niet alleen te myner rechtvaardiging een korte mededeeling te doen betreffende de bronnen, waaruit ik myn wetenschap in deze heb geput, maar ook te treden in een uitteraard meer uit voerige en meer tljdvorderende beant woording van het door den Minister wiens goede trouw ik overigens nimmer in twytel heb getrokken bijgebrachte. Ik wensch toch slechts aansprakeiyk te worden gesteld voor myn eigen woorden en meening en niet voor allerlei gevolg trekkingen, die de Minister daaruit gelieft te trekken. Zoo zelde de Minister o.a., dat de heer Van Heeckeren een beschuldiging had geuit tegen een bevriende natie en tegen het hoofd van die bevriende natie. De Minister moge weten, hoe hy die geheel onjuiste gevolgtrekking zal moti- veeren, maar de ondergeteekende protesteert nu reeds met den meesten klem tegen dergeiyke onjuiste verdachtmakende con clusie. Van bevriende zijde maakt men my echter opmerkzaam dat het groote belang myner nota alleen kan gelegen zyn In het eerste der beide genoemde puntenhet noemen n.l. der bron, waaruit Ik myn mededeeling put en de ontwikkeling van het tweede punt Immers op dit oogenblik slechts van zeer secundair belang is. Ik ben daarom te rade geworden om de door my toegezegde nota alleen te doen loopen over het eerste der beide genoemde punten, maar deze dan ook terstond aan de Kamer in te zenden. Nu merk Ik dienaangaande op, dat de Minister het wil doen voorkomen alsof ik myn crlliek op zyn beleid heb gegrond op een los gerucht, en dit als een feit zou hebben voorgesteld. Met den meesten nadruk moet Ik tegen deze voorstelling opkomen. De gebeurtenis, waarop Ik doelde, is mij destijds medegedeeld door den toen- maligen Minister-President, met wlen ik over den aard en de beteekenis ervan niet eens, maar herhaaldelijk van gedachten heb gewisseld en dat Ik niet de eenige ben, met wien er over gesproken is, maar dat deze ook werd medegedeeld aan andere hooggeplaatste personen, ministers, minis ters van Staal, Kamerleden, Is mij destyds, later en ook in de jongste dagen gebleken. Daaruit meen Ik deze tweeledige conclusie ie mogen trekken: le. dat Ik het my ln voege voormeld, medegedeelde mocht en zelfs behoorde Ie beschouwen als een vaststaand feit, en 2e. dat dit feit niet in die mate geheim was gebleven dat het aan den tegenwoordigen Minister van Bulten- landsche Zaken kon onbekend zyn, zoomin als het onbekend is aan anderen zyner collega's. Het is toch duideiyk, dat der gelijke mededeelingen van Ministers betrek kelijk gestelde, positieve feiten, geheel In afwyking van mededeelingen omtrent negatieve feiten, waarvan wordt gezegd, dat zij niet hebben plaats gehad, als vol doende grond moeten worden beschouwd om deze voor waar aan te nemen. Naar dien regel heb Ik mij gedragen. Intusschen geef Ik toe de mogelijkheid, dal ook mededeelingen of verklaringen zelfs van Ministers soms onwaarheid zouden kunnen bevatten. Indien het nu mynerzljds lichtvaardig Is geweest om de mij gedane mededeelingen onder de beslaande omstandigheden als volkomen

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1910 | | pagina 6