1
MIDDELBURG-ZIERIKZEE.
blijven, spotgoedkoop zijn. Het is dus
niet gemakkelijk voor eenige nieuwe kali-
meststof terrein te veroveren. Immers ze
moet dit veroveren op de Stassfurter-
kalizouten, die goedkoop en doelmatig
zijn. Doelmatig, omdat het zouten zijn in
water oplosbaar.
Is er kans, dat het kalimeel als kali
meststof Ingang vindt? Om hierop te
antwoorden moeten wij weten, wat kali-
meel eigenlijk is.
Kalimeel is fijngemalen kallhoudende
steen, met gemiddeld 9—10 pCt. kali,
waarvan zeer weing, zoo goed als niets
in water oplosbaar ls en ongeveer 3 pCt.
in mlneraalzuur.
Ter vervanging van kaïniet of patent-
kali of eenig ander kallzout is het dus
niet te gebruiken en de kans, dat het als
kallmeststof Ingang zal vinden, is dus al
zeer gering.
RECHTSZAKEN.
Ten bewijze, dat de achterstand in
civiele zaken bij het Qerechtshof te
's-Qravenhage van eenige beteekenls is,
kunnen wij melden, dat het door mr. De
Brauw aangevraagd en toegestaan pleidooi,
inzake het bestuur der voormalige boter-
fabriek „Luctor et Emergo" te Zonnemaire
en den heer M. C. de Crane, directeur
der Zlerikzeesche Commandletkas is toe
gezegd op 7 Sept. 1910 (zegge 7 Sept.
1910). Deze zaak is dan ongeveer 9 jaar
aanhangig.
Voor de Arnhemsche rechtbank stond
terecht O. A. W. S., vroeger schatter bij
de bank van leening te Arnhem, beklaagd
van verduistering.
15 October 1909 werd de beklaagde
gearresteerd en het bleek, dat hij reeds
6 4 7 jaren verduisteringen pleegde.
Behoefte aan geld bracht den beklaagde
er toe om een doublé voorwerp op een
gefingeerden naam als goud te beleenen.
Het doublé voorwerp werd op de ge
bruikelijke wijze in een doosje gepakt,
beklaagde gaf het den kassier als goud-
pand op. De kassier boekte het als zoo
danig, terwijl overeenkomstig daarmede
een beleeningsbriefje werd opgemaakt. De
beklaagde ontving van den kassier de
beleende som en het beleende briefje.
Het gepleegde misdrijf werd tweemaal
herhaald. Telkens moest hij er op bedacht
zijn op tijd de verschuldigde rente te be
talen, daar de voorwerpen, meest doublé
kettingen en ringen, anders In publieke
veiling zouden komen en zijn misdrijf
blijken. Steeds grooter werd de te betalen
rente en om dit bedrag te kunnen voldoen
ging beklaagde telkens weer doublé voor
werpen beleenen.
In het laatste jaar had beklaagde f 400
aan rente te betalen, in den loop van 6 5
7 jaar had ntj omstreeks f 6ÜUU zich door
de Bank doen uitbetalen voor waardelooze
voorwerpen, waarvan hij dan de vervallende
rente betaalde. Beklaagde was 14 jaar bij
de Bank van Leening in betrekking, waar
van de eerste 4 jaar als boekhouder, den
overigen lijd als schatter.
Aan beklaagde zijn een 7-tal frauduleuze
beleeningen, waarbij hij de doublé panden
op den naam Jansen Inbracht, ten laste
gelegd, gepleegd In zijn hoedanigheid van
schatter.
Voorts, dat hij omstreeks 2 Juli 1904,
terwijl hij tQdeiqk belast was met het
beheer van de kas der Bank, f 20, toe-
behoorende aan de gemeente Arnhem,
heeft verduisterd.
Beklaagde erkent de feiten, waartoe hij
door geldgebrek kwam.
De directeur der Bank verklaart, dat
beklaagde ruim 600 panden Inbracht en
daarop ontving omstreeks f 6000.
Eisch: 2 jaren gevangenisstraf.
Vlsscher Ij - Berichte n.
Zlerikzee, 21 Jan. In het te Brugge
verschijnend blad La Patrie van 11 Januari
l.l. komt een artikel voor, getiteld„La
Culture des Huitres".
Het artikel Is geheel gewijd aan de
maatregelen, die hier te lande genomen
worden om de zuiverheid van de oester-
en mosselkweekplaatsen te verzekeren.
Eenoverzicht wordt gegeven van het
stelsel der certificaten, en duidelijk is
uiteengezet, dat en waarom deze alle
waarborgen opleveren voor de onschade
lijkheid van de handelsartikelen. Wat ons
land'op dit gebied doet, wordt den Belgen
als navolgingswaardlg voorbeeld voorge
houden, en terecht merkt de schrijver op,
dat, zoo België even goede maatregelen
genomen had, waardoor het publiek
volledig zou zijn gerust gesteldde
handelaren en visschers de schade niet
zouden geleden hebben, die zij de laatste
jaren, tengevolge van de ongegronde vrees
der Belgen voor onze schaaldieren, hebben
moeten ondervinden.
Het verheugt ons, dat de goede naam,
dien onze Zeeuwsche oesters en mosselen
ongetwijfeld verdienen, allengs meer bij
onze naburen hersteld wordt.
Croote belangen van ons gewest zijn
daarbij betrokken.
Het artikel is ontleend aan mede-
deellngen in de Handelsberichten van
September 1909, een olficleele uitgave, die
door de Nederlandsche consulaire ambte
naren in België en Noord-Frankrijk is
verspreid.
JAAR-OVERZICHT van de uitkomsten der gedane weerkundige waarnemingen bij
's-Rijkskustverlichting te West-Schouwen in 1909.
MAANDEN.
De qjfers rjjn het aantal dagen dat de wind uit een xekcre
f.treek heeft gewaaid.
(Verschillende korte tij ten tot dagen samengetrokken).
Idem van de luchtgesteldheid.
to
O
Hoeveelheid
geval'en
Licht
Half
Zwaar
De-
4.
regenwater
N.
N.O.
0.
Z.O
Z.
Z.W.
W.
N.W.
3
Helder.
be
be
be
trok
in m.M.
wolkt.
wolkt.
wolkt.
ken.
EH
ca
4
1
8
1
7
8
2
81
0
3
5
8
9
81
7
25,9
1
4
7
8
3
1
4
5
28
0
4
1
6
11
28
7
20,8
1
2
0
1
7
8
3
8
81
1
8
7
8
12
81
10
07,6
1
8
6
2
8
10
2
30
7
9
8
8
8
80
7
69,4
4
3
7
2
2
8
4
8
31
10
7
8
5
1
81
6
48,9
10
5
2
1
2
4
5
1
30
1
4
5
15
5
80
11
89 2
Juli
3
1
1
4
18
4
31
5
4
12
10
81
10
73,8
Augustus
4
5
1
1
2
8
9
6
81
4
9
2
18
8
81
10
114,9
September
0
6
4
2
2
2
4
4
80
1
5
9
8
7
80
14
58,3
4
4
12
6
5
31
1
5
7
6
12
81
8
3
7
2
1
4
4
6
80
3
3
7
12
5
80
8
85,8
December
2
4
2
2
10
8
8
31
5
5
10
10
81
15
114,1
Jaar
89
38
50
14
29
67
83
44
365
41
02
63
m
88
365
118
816,8
Waren 1907 met 560,7 m.M. en 1908 met 596,1 m.M. regenwater vrij droge jaren, 1909 met zijn
815,8 m.M. kan wel een nat jaar genoemd worden. De cijfers, die de bewolking aangeven, wijzen dan ook op
zeer veel zwaar bewolkte en betrokken luchten, waarbij veel westelijken wind.
„Heerlijk" jachtrecht.
De redactie van het Dagblad van Noord-
Brabant richt een open brief aan den
Minister van Landbouw. Het volgende is
er aan ontleend:
„Op Moergestel rust het heerlijk jacht
recht. Dat is nu uitgemaakt In hoogste
Instantie. Het is een recht, dateerende van
1300, zegge en schrijve den jare dertien
honderd, overgegaan van geslacht op ge
slacht en in de twintigste eeuw door de
boeren van Moergestel betwist. Tevergeefs
echter betwist. Want de oude papieren
hebben de geldigheid van dat heerlijk jacht
recht vastgesteld, en de boeren, die van
hun velden moeten leven, die zaaien om te
kunnen maaien, moeten dulden, dat het
wild van den heerlijken jachtheer de jonge
vrucht afknaagt, en dat de jager met zijn
gevolg van rakkers en honden de velden
plattrapt, als deze, na een slechten zomer
als die van het vorige jaar, nog een laatste
snee hooi beloven.
Hangende het proces en ook daarvóór
hebben de boeren zich tegen de wildplaag
min of meer krachtig verzet. Proces-ver
baal volgde op proces-verbaal. Het werd
een heel stapeltje daar op de griffie van de
rechtbank te 's-Hertogenbosch. Wijl echter
het heerlijke jachtrecht niet vaststond, ont
brak de grond voor eene vervolging en
zijn de processen-verbaal zonder gevolg
gebleven.
Intusschen is, als gezegd, het hangende
proces ten gunste van den jachtheer beslist.
Is dus uitgemaakt, dat er boven het
gewone, twintigeeuwsch eigendomsrecht
van den boer nog een ander recht bestaat,
tiet liuugtlcldarcclila van haas, kunljil en
fazant, het recht van deze lieve diertjes
op levensonderhoud ten koste van den
armen boer en ten voordeele van den rijken
jachtheer.
De heeren jagers gingen op het heer
lijk jachtveld van Moergestel wild „zetten".
Het leefde van den boer, dat eerste, tweede,
derde en vierde geslacht hazen en fazanten;
de heerlijke jachtheeren zetten er wel het
wild neer, maar vergaten het voedsel er
voor te verstrekken. Daar moest de boer maar
voor zorgen en deze heeft zich toen verzet.
Een boer van de „Vrije Hoef" nu kreeg
bezoek van het jachtgezelschap en haar
ketelmuziek makend gevolg: hij dreigde
den jager met een riek, zoo deze het
wagen zou op het land van de „Vrije
Hoef" te komen.
De boer Is door de Bossche rechtbank
tot gevangenisstraf veroordeeld.
De beklaagde is in beroep gekomen,
omdat hij niet begrijpen kan misdaan te
hebben.
De relletjesmakers snappen er niets van,
dat zij de schande zijn van Moergestel.
Zij voelen het niet als een beleediglng als
men hen scheldt voor oproermakers. Als
hun gevraagd werd, wat zij daar deden
op het jachtveld, dan klonk het: ons land
verdedigen! Hun land. Excellentie, hun
eigendom I Wat Is dat voor 'n recht, dat
nog aanspraken geeft op den eigendom
van een ander? Een recht uit de middel
eeuwen, uit den tijd van de lijfeigenschap
en der heerendiensten. Maar een recht, dat
wij In onze 20e eeuw niet begrijpen kun
nen. Een recht, dat reeds lang afgeschaft
zou ztyn, als de Jagercommissie niet zoo
treuzelde. Maak er toch een eind aan,
Excellentie".
Ouderdomspensionneering.
De heeren ds. D. A. van Krevelen en Frans
Netscher hebben, in opdracht van den
Bond voor Staatspensionneering, een be
zoek aan Denemarken gebracht en een
rapport samengesteld over de Deensche
wet op de ouderdomsverzekering.
In hun voorwoord zeggen, naar het
Hbl. meldt, genoemde heeren:
Wat ons bij geschrifte en bij geruchte
van deze wet bekend was, had ons den
indruk doen krijgen dat zij op een uit
nemende basis was gebouwd. Bij onze
propaganda werd dan ook steeds gewezen
op de Deensche wet als een voorbeeld
ter navolging. Evenwel ons ontbrak het
recht tot oordeelen, dat alleen eigen onder
zoek en vooral eigen aanschouwing
kunnen geven.
Wij zijn gekomen bij een volk, dat op
benijdenswaardige wijze democratie, be
schaving en humaniteit met elkaar weet
te verbinden en dat voorts door zijn vrij
heidszin en zijn eenheid In godsdienstig-
kerkeiijk opzicht als aangewezen scheen
om een dusdanige wet tot stand te
brengen. De wet van 1891 ls dan ook in
den geest van de overgroote meerderheid
van het Deensche volk en daardoor ln
den waren zin des woord populair.
De conclusies waartoe de heeren komen
zijn samengevat in de volgende stellingen:
a. Een stelsel van Staatspensionneering
gelijk het Deensche, met .verdeeling der
administratieve en financieele lasten
tusschen rijk en gemeente, komt ons ook
voor ons land aanbevelenswaardig en uit
voerbaar voor;
b. Er zal echter een middel moeten
worden gevonden om te voorkomen, dat
sommige gemeenten, binnen wier grenzen
door locale omstandigheden veel pensioen
gerechtigden mochten wonen (bijv. In In-
dustrleele centra, en in visschersplaatsen),
onevenredig gedrukt zouden worden;
c. De leeftijd, waarop de pensioen-
gerechtlgheld Ingaat, behoort 65 jaar te
wezen; wanneer zich tegen dezen leeftijd
in den beginne te veel bezwaren verzetten,
dan dient als overgangsmaatregelen in een
hoogere leeftijdsgrens te worden berusten
d. De gelden tot dekking der onkosten
van zulk een Staatspensioen behooren,
evenals in Denemarken, gevonden te
worden uit de opbrengst van een tegelijker
tijd en speciaal voor dit doel in te stellen
directe belasting, welke geheven moet
worden van het bezit.
Gemengd Nieuws.
Een verschrikkelijke nacht. Een echt
paar op de Kalserstraat te Lelden, v. L.,
heeft, naar het L. Dbid. meldt, een ver-
schrikkelljken nacht doorgebracht.
Om half twaalf was het naar bed gegaan,
de kinderen natuurlijk reeds vroeger. Toen
alles in diepen slaap was, werden man en
vrouw opeens te gelijk wakker door leven
vlak bij waardoor, dat wisten zij niet
tot opeens de ruiten werden stuk ge
slagen, boven achter het gordijn bij hen.
Te gelijk kwamen er twee ontbloote beenen
doorheen, terwijl de eigenares daarvan
schreeuwde wie zij was en om hulp riep,
alsmede: „hij wil mij vermoorden meteen
mes I"
Dat de echtelieden niet weinig schrikten,
en dadelijk het bed uitsprongen, kan men
begrijpen. De man, tot bezinning gekomen,
pakte de ongenoode vreemdelinge met
buitengewone kracht beet en voorkwam
alzoo, dat de ongelukkige niet in de
Speelmanspoort, welke ter zijde aan het
huis grenst, te pletter viel.
Nu bleek weldra, dat men hier met een
krankzinnige te doen had, die drie huizen
verder woonde. Ze had bijna geen kleeren
aan en staarde met strakke oogen, steeds
sprekende over moord en vermoorden, tot
't echtpaar, den toestand eindelijk eenlgszlns
begrijpende, de ongelukkige er toe kon
krijgen, bloedende aan haar voeten, in
hun bed te gaan, wat zij deed, want, zelde
ze, ze gevoelde zich bij hem veilig.
Tejkens riep zij echter nog: „zal hij
mijn "kind niet vermoorden?", waarmede
zij een kleintje van nog geen jaar bedoelde.
Het echtpaar wist, dat de buurvrouw
B. vijf kinderen had, en de man verzekerde
haar: „hier ben je veilig, blijf rustig liggen,
dan zal Ik je kind gaan halen". Op dat
oogenbllk achtte hij dit het beste wat hij
kon doen.
Terwijl hun eigen jonge kinderen In
middels ook waren wakker geworden en
begonnen te schreeuwen, hield de vrouw
des huizes de krankzinnige vast en ging
haar man er op uit om, inderhaast eenigs-
zlns gekleed, hulp te halen.
Toen hij beneden kwam, zag hij gelukkig
al dadelijk een politie-agent. Hij vertelde
dezen de geschiedenis en kreeg tot ant
woord, dat er reeds agenten bij den
buurman boven waren. Hij vernam toen,
dat er al twee bedrijven van dit treurspel
waren afgespeeld.
De vrouw toch was In haar waanzin
uit haar woning door een raam de dak
goot in gevlucht, achtervolgd door haar
man, wlen het echter niet mocht gelukken
haar te redden door haar er af te krijgen.
Deze heeft toen een agent, die ook al met
het oog op den toestand der vrouw daar
was geplaatst, Ingelaten en meer agenten
werden inmiddels ontboden, en toen deze
weer op de daken aan het zoeken gingen,
was het spoor der krankzinnige verdwenen,
totdat de onthutste buurman den op
straat wachtenden agent meedeelde, wat
hem in zijn slaapkamer was overkomen,
waar zij langs verschillende goten en daken
was aangeland.
Met behulp van nog 'n andere buurvrouw,
die zich onder de door het rumoer ge
wekte aanwezigen bevond, werd nu de
ongelukkige naar beneden geleid, wat
zonder moeite geschiedde, zonder dat de
agenten daarbij hulp behoetden te verleenen,
en werd zij weer ln haar eigen woning
naar boven gebracht, terwijl dr. Kruimel, die
middelerwijl ook was gekomen, er voor
zorgde, dat de vrouw zoo spoedig mogelijk
In Endegeest werd opgenomen.
In dien tijd werd zij door familieleden
bewaakt en haar kinderen zijn nu bij dezen
onder dak gebracht.
Het was halftwee toen dit nachtelijk
treurspel begon, dat de betrokkenen zeker
niet gemakkelijk zullen vergeten.
De mlllloenen-zwendelaar Reicher,
die eindelijk op de Spaansch-Fransche
grenzen is aangehouden, was, sedert hij
ln April van het vorige jaar uit Weenen
vluchtte, voortdurend door de politie in
het oog gehouden, maar zij had nog geen
gegevens om handelend op te treden, om
dat de door hem benadeelden, menschen
uit de hooge aristocratie en uit de hooge
financieele kringen, geen aangifte tegen hem
durfden doen, uit vrees voor openbaarheid
van zaken, die zij liever verborgen wilden
houden.
Reicher was in de groote wereld van
Weenen algemeen bekend. Zijn zaken be
stonden hierin, dat hij aan de voorname
Weeners geld leende, zooveel zij maar
hebben wilden, maar natuurlijk tegen
woekerrente. Het geld dat hij leende haalde
hij zelf van verscheidene bankiers, wien
hij een flink aandeel gaf in zijn woeker
winsten en zoo was Reicher, die met niets
begonnen was, een vermogend man ge
worden. Hij moet honderd duizenden
kronen verschaft hebben aan prinses Louise
van België en ook de naam der voormalige
kroonprinses Stefanie komt meermalen ln
zijn boeken voor; zij had hem wissels
gegeven voor hooge bedragen, die later door
prins Philip van Koburg zijn betaald.
Achteraf is gebleken, dat daarbij ook valsche
wissels waren, maar vrees voor schandaal
hield den prins van het doen eener aan
klacht terug. Zoo ging het ook met de
bankiers, die Reicher het geld verschaften,
waarmee hij woekerde. Ten slotte, eerst
op den 8en dezer maand, deed een finan
cier aangifte, dat Reicher hem had op
gelicht voor 75.000 kronen, door hem
afgegeven op een wissel, die de valsche
handteekening van een graaf droeg. Dit
Is slechts een kleinigheid bij alle onaan-
gegeven zwendelarijen, welke Reicher op
zijn kerfstok heeft en die een totaal van
7 millloen moeten bedragen. Doordat de
politie Reicher, die eerst naar Amerika
was gevlucht en In November.naar Europa
terugkeerde, steeds In het oog hield, wist
zij, toen er eindelek een aangifte tegen
hem gedaan werd, dat htj in Granada was.
Aan den Oostenrljkschen consul te Malaga
werd opgedragen hem te doen arresteeren,
maar de schelm scheen lont geroken te
hebben, want hij vluchtte over Madrid
naar Frankrijk, doch werd op het grens-
plaatsje Irun aangehouden.
Gevecht met stroopersl De onbe
zoldigde veldwachters M. de Haas en J.
de Vrlng waren Vrijdagnacht op surveil
lance, toen ze op Veebeek te Berllkum,
stroopers met den lichtbak zagen. Zij
gingen direct den gemeente-veldwachter
Smeekens roepen en begaven zich toen
met hun drieën naar de stroopers, die
onderwijl naar Wamberg waren getrokken,
den heelen tijd schietende.
De veldwachters constateerden 6 per
sonen, één met fietslantaarn, één met ge
weer, deze beiden gingen voorop, en 4
volgden gewapend met groote knuppels
en droegen het wild.
Allen hadden zich zwart gemaakt en
droegen groote slappe hoeden.
Het gelukte Smeekens één der wild-
dragers, die slechts één konijntje droeg,
in handen te krijgen en daar htj zich ver
zette, werden hem de kettingen aangedaan.
De Haas en De Vrlng namen ook een
persoon voor hun rekening, doch ze
moesten ze beiden loslaten. De Haas
evenwel niet dan na een worsteling,
waarin door den arrestant geschoten was,
welk schot evenwel door De Haas be
antwoord werd.
Op het gezegde van Smeekens: „ik heb
er een", kwam de man met de lamp, ge
volgd door een paar anderen met knuppels
in de hand terug, tot op 4 4 5 meters
van Smeekens. De andere veldwachters
waren inmiddels ook tot daar teruggekeerd
en De Haas trachtte de lamp, die hun
belette Iets te zien, uit des dragers handen
te slaan, doch kreeg een slag met een
knuppel, waarop hij 2-maal schoot met
de revolver. Hierop werd hem de revolver
uit de hand geslagen door een slag op
de hand, die geheel ontveld werd. De
gearresteerde, zekere Van B., is ter be
schikking der justitie gesteld.
Liever dood dan arm. Het drama
van een 18-jarig scholier der technische
school te Pankow, bij Berlijn, heeft daar
groote ontroering verwekt.
Kurt Beyer studeerde voor Ingenieur en
hield zich in zijn vrije uren bezig met
amateur-fotografie en schilderen. Zijn
familie was van oordeel, dat de jongeman
als schilder en fotograaf talent had, en
spoedig rijpte in Beyer het voornemen,
om een kunstreis naar Italië te gaan
maken, zooals het den genialen voegt.
Het ontbrak hem echter aan de noodige
contanten, om aan dit fantastische plan
begin van uitvoering te geven. Te vergeefs
klopte hij aan by dezelfde bloedverwanten,
die hem een groot talent hadden genoemd.
Toen geloofde de jonge man, in de loterij
geluk te zullen hebben, en hij speelde een
kwart lot in de Pruisische staatsloterij.
De fortuin was hem echter ongunstig,
en ook de laatste trekking bracht hem
geen geluk.
Hierdoor raakte Beyer in vertwijfeling.
Hij wilde liever sterven, dan afzien van
zijn reis naar Italië.
Donderdag werd hij In zijn donkere
kamer vergiftigd gevonden, waarschijnlijk
door sublimaat. Het kwart-lot had hl] langs
fotografischen weg vergroot, en op die
vergrooting in krulletters de woorden ge
schilderd: „Liever dood dan arm". Daar
boven stond een doodshoofd.
De toestand van den ongelukkige is
hopeloos.
Politiehonden. De Beriynsche
politie heeft thans te beschikken over
25 honden, die de manschappen op hun
patrouilles, met name door afgelegen wijken
en openbare patken, vergezellen. Sinds
het gebruik van diensthonden bij den
patrouilledlenst, zijn de roofaanvallen en
vergrijpen tegen de zedelijkheid op vrouwe
lijke personen ln de parken aanzienlijk
afgenomen. Reeds by het bekend worden
van het feit, dat er in een of andere wyk
politiehonden zyn aangeschaft, trekt het
lichtschuwe en gevaariyke gepeupel uit
die wyk terug. Ook in de buitenwijken Is
de veiligheid er op vooruit gegaan. By
de z.g. „razla's" houden de honden de
opgejaagde boeven dicht byeen, en vaak
heeft een enkel politie-agent op die wyze
verschelden personen tegelijk naar het
bureau kunnen brengen. Ook by de ver
dediging van hun aangevallen „baas"
leggen de trouwe viervoeters, die boven
dien op neuswerk en op den man zijn
afgericht, ontembaren moed en weergalooze
zelfopoffering aan den dag.
Burgerlijke Stand van Poortvliet.
Over December 1909.
Gehuwd:
Willem Dronkers. j.m., 34 j. en Cornelia Pleter-
nella van der Slikke, j.d., 28 J.
Geboren:
Janna Theunlje, d. van Hubrecht Elenbaaa en
jannetje van Dlfke.
Adrlaan Matthljs, z. van Marlnus Jacob van
Haalten en Cornelia Geuze.
Cornells Krijn, z. van Machlel Goudzwaard en
Leuntje Janna van Dalen.
Lena Cornelia, d. van Jan Nlemanlsverdriet en
Cornelia Johanna Willemse.
Pieternelia, d. van Komells Hageman en Stoffe-
llna Pieternelia jasperse.
Overleden:
Martha Franclna Jansen, 58 j., echtg. van Jacob
Marlnus Pape.
Aaltje Kaashoek, 44 j., d. van Abraham Kaashoek
en Jannetje Moerland.
STOOMBOOTDIENST
JANUARI.
AMSTERDAMSCHE TIJD.
Van Middelburg:
'8 more. 'sraidd.
Zaterd. 22 7,30
Zondag 23 7,30
Maand. 24 7,30
Dinsd. 25 7,30
Woens. 26 7,30
Dond. 27 7,30
Vrijdag 28 7,30
Zaterd. 29 7,30
Van Zlerikzee:
1,45
1,45
1,45
1,45
1,45
1,45
1,45
'smorg.
Zaterd. 22 7,30
Zondag 23 7,30
Maand. 24 7,30
Dinsd. 25 7,-
Woens. 26 7,30
Dond. 27 6,30
Vrijdag 28 7,30
Zaterd. 29 7,30
'smidd.
1,30
2,-
2.-
1-
2,-
2,-
2,-
Indlen reizigers van Zlerikzee naar Goes b»
den Agent te Zlerikzee, vóór het vertrek der boot,
(t|dig voor de ochtendrelzen op den vooraf-
gaanden avond, vóór 8 uur) plaats nemen voor
den wagen van Catsche veer, sal om een bl-
wagen naar Ooes worden getelegralecrd.