Ingezonden Mededeelingen. Vreeseïijk Ongeluk op eene Baggermachine. BEXCHAM'S PILLEN verzuimd, dan geve men ook nu nog patenlkall, ongeveer 400 K.O. per H.A. In wintergraan zaait men de klaver In Maart of April. Per hectare kan men ongeveer 20 K.O. zaad gebruiken, daar de klaver uit den aard der zaak, nog al dik moet staan. Heeft men het wintergraan geen kallbemestlng genoeg gegeven, dan kan men dat nu nog herstellen door per hectare 300 4 400 K.O. patenlkall over het graan uit te zaaien. Dat zal behalve de klaver ook het graan nog ten goede komen. Serradella, ook een klaversoort, is uit stekend geschikt als stoppelvrucht of on der rogge en haver. In belde gevallen kan zij gedeeltelijk voor groenvoeder, gedeelte lijk voor groenbemesting worden gebruikt. Maar, denk er aan, dat ook serradella met patentkall moet bemest worden. Een goede oogst serradella onttrekt ongeveer 200 K.O, kali aan den bodem. Als ge dus In het najaar geen kaïniet hebt gegeven aan den serradellagrond en ge kunt dit zout nu niet meer uitzaaien, dan is het hoogst noodig, dat ge in het voorjaar ongeveer 400 K G. patentkali aan den grond geeft, welke meststof ook tusschen rogge kan gezaaid worden. Op het haverland kan men nog best kaïniet aanwenden. De moord te Beetgumermolen. Over den moord op de 32-jarige Antje Andringa door den 19-jarlgen bakkers knecht R. v. d. M., uit Hieslum, bevat de Leeuw. Crt. een zeer uitvoerig verhaal. Na een schets, hoe de moeder bij hare thuiskomst hare dochter dood op den grond vond liggen, maar eerst dacht aan eene bloedspuwing, volgt eene beschrijving hoe zij daarna de vreeselljke verwonding ont dekte en in wanhoop de buren te hulp riep. Dokter Oudsburg, uit Menaldum, die omstreeks halfzeven kwam, kon natuurlijk alleen den dood constateeren. De gemeente veldwachter Blanksma gaf kennis aan den waarnemenden burgemeester, den wethou der Dijkstra. Van daar werd toen onmid dellijk naar den Officier van Justitie getelephoneerd. Nog denzelfden avond kwamen daarop marechaussées In de woning der weduwe, waar het lijk nog was, waarna zij zich naar Menaldum begaven om den verdachte in verhoor te nemen. Deze stond aan den bakkerstrog te fluiten en maakte op de marechaussées, die hem onbemerkt be spiedden, volstrekt niet den Indruk, als zou hij eenige uren te voren een misdaad hebben bedreven, waarvan leder moet gruwen. De marechaussées traden de bakkerij binnen; en toen één hunner zich bij het verhoor, dat nu volgde, vlak naast den verdachte plaatste, bemerkte hij aan diens ademhaling, dat de knecht tamelijk zenuw achtig was. Men vroeg hem, waar zijn kleeren waren, die hij 's morgens naar Beetgum aan had. En toen hij de plaats had aangegeven, werd hem door zijn ondervrager verzocht ze hem te wijzen. De kleeren bleken op de aangewezen plaats te zijn; ze werden onderzocht en daarbij kwam een zakmes te voorschijn bevlekt met bloed. „Hoe komt dat bloed aan dit mes?" De verdachte beweerde, dat hij met het mes een rat had gedood. De marechaussée vond die verklaring onaannemelijk, en als verdacht van moord werd hij naar de woning van de weduwe gebracht, en met het lijk geconfronteerd. Daar bekende hij dat hij den moord had gepleegd. Zaterdag kwam de justitie uit Leeuwarden bestaande uit de heeren mr. J. P. Amshoff, subst.-officler van justitie; mr. C. W. Stheeman, en P. H. Specht Grijp, commandant der marechaussée in het district Leeuwarden, voorts de heeren P. H. van Eden, arts te Leeuwarden, en H. Oudsburg, arts te Menaldum, te Beet gumermolen, en werd de verdachte, in de openbare school, waarheen intusschen ook het lijk was vervoerd, verhoord. Hij bleef bij zijne bekentenis en werd omstreeks halféén per rijtuig onder geleide van mare chaussées en politie zwaar geboeid over gebracht naar het Huls van Bewaring te Leeuwarden. De misdadiger moet, volgens geloof waardige getuigenhoogst onverschillig zl|n. Bij de confrontatie zoowel als bij zijn verhoor op hedenmorgen moet hij trouwens daarvan de ondubbelzinnige be wijzen hebben geleverden toen hij in het rijtuig stapte, dat hem naar Leeuwarden zou vervoeren, lachte hij. Omtrent de reden, die hem tot den moord dreef, kunnen wij ons niet met beslistheid uitlaten. Algemeen echter Is men in het dorp van gevoelen, dat hij het meisje oneerbare voorstellen heeft gedaan, welke zij afwees, en dat hij toen den moord heeft gepleegd. Luchtscheepvaart-ongelukken. Te Berlijn viel een jong aviateur, genaamd Keidel, terwijl hij bezig was vllegproeven te nemen met een machine van eigen maaksel, van een hoogte van 10 meter met zijn toestel naar beneden. De lucht schipper beliep slechts eenige lichte kwetsuren, doch de machine kwam er slecht af. Te Cannes vloog de Engelschman kapitein Dawes met een Blériot monoplane. Een rukwind deed het toestel kantelen en de luchtschipper stortte omlaag. Hij werd licht gewond opgenomen en de machine was tamelijk beschadigd. Onder verantwoordelijkheid van den Inzender). Van 1—5 regels Cts.elke regel meer l£» Cts. Werkman bewusteloos weggedragen. Hoe de KLOOSTERBALSEM een wonder verrichtte. Toen wij van het geval vernamen, zijn wij onmiddellijk naar Valthermond gegaan om persoonlijk onze inlichtingen in te winnen. Wij zijn daardoor in staat onze lezers volkomen nauwkeurig in te lichten. De arbeider Adolf Dp te Valthermond (Dr.), wien het hier bovengenoemde ongeval overkomen was, troffen wij niet thuis toen wij hem een bezoek brachten. De zoon van dien heer, die ons zeer vriendelijk ontving, was echter zoo beleefd ons vol komen in te lichten. Deze zeide ons: „Op 12 April j.l. was mijn vader werk zaam op eene baggermachine. Hij moest de Jacobsladder in orde maken en terwijl hij met de machinist boven op de machine bezig was den ketting om de katrol te leggen, raakten zijne vingers beklemd tusschen de katrol en de ketting. De linkerhand was heelemaal gekneusd, de vellen hingen er bij en de pijnen waren zóó hevig, dat hij bewusteloos neerviel. Toen hij zoo thuis werd gebracht dachten wij niet anders dan dat hij zijne vingers zou moeten missen en daardoor ztjne werkzaamheden niet meer zou kunnen verrichten. Een kennis gaf ons den raad onverwijld den KLOOSTERBALSEM, Kloos ter Sancta Paulo, aan te wenden en ik liep direct naar den winkelier M. Tien te Valthermond om een potje KLOOSTER BALSEM te halen. Er werd toen een ver band met KLOOSTERBALSEM om de hand heengelegd, hetgeen de pijnen ver zachtte. Wij hebben 5 dagen lang versche verbanden met KLOOSTERBALSEM er op om de hand heengelegd en toen was deze volkomen genezen. Allen, die de vingers van mijn vader gezien hebben, staan verbaasd dat de KLOOSTERBALSEM zulk eene geneeskrachtige werking heeft. Namens onze geheele famiife dank Ik U en wij zullen den KLOOSTERBALSEM aanbevelen waar wij kunnen". De Kloosterbalsem, welke alle wonden geneest en de pp onmiddellijk verzacht, mag In geen enkele huishouding ontbreken, teneinde bij de zoo dikwijls voorkomende kleinere en grootere ongelukken steeds onmiddellijk bij de hand te zijn. Prijs per pot van 20 gram 35 ct., van 50 gram 75 ct., van 100 gram f 1.20 en van 250 gram f 2.50. Hoe grooter pot, hoe voordeeliger dusl Verkrijgbaar bij Drogisten, Apothekers en de bekende Depothouders. Het is een merkwaardig feit, dat het gestel zich wonderbaar herstelt I door de werking van Dat komt van hun heilzame werking op I het bloed. Wanneer de Nieren ziek zijn, wordt het geheele lichaam langzamerhand vergiftigd. Niets is meer te vreezen dan vergiftiging door urinezuur, omdat dit zoo langzaam voortwoekert en zoo dikwijls niet verdacht wordt, voordat de ziekte zich door het geheele lichaam verbreid heeft. Het groote werk der nieren Is om uit het bloed de urinezuur-vergiften af te scheiden. Wanneer deze organen echter zwak of ziek zijn, kunnen zij hun werk niet behoorlijk volbrengen en wordt het geheele lichaam langzamerhand vergiftigd. Dat Is de reden, dat gij u zoo afgemat, terneergeslagen en prikkelbaar gevoelt. Het is of gij geen kracht, geen energie of werklust hebt. 's Morgens hebt gij een ellendig gevoel In uw rug, en pp In de lendenen en zijden, uw oogen zp op geblazen en uw ledematen rheumatisch, vooral bij vochtig weer. Uw urine Is bewolkt en komt branderig en onregelmatig. Tenzij het urinezuur onmiddellijk wordt uitgedreven, worden uw levensdeelen aan getast en treden noodlottige ziekten op; de nieren worden cel na cel vernietigd en de blaas verliest misschien haar kracht om het water op te houden. Alleen een' nierengeneesmiddel kan het urinezuur oplossen en de nieren helpen om de onzuiverheden uit het bloed te filtreeren. Foster's Rugpp Nieren Pillen zijn als zoodanig bekend. Zij werken recht streeks op de nieren en blaas en herstellen hun natuurlijke werking. Let erop, dat de juiste naam Foster's Rugpp Nieren Pillen, en de handteekening van James Foster op de doos voorkomen en weigert alle namaak. De echte zijn te Zierlkzee verkrijgbaar bij den heer M. S. Polak en te Tholen bij den heer W. Potter, Hoogstraat. Toezending geschiedt franco na ontvangst van postwissel 4 f 1,75 voor één, of f 10,— voor zes doozen. Zigeuners. Over het geval van twee Zigeuners bij den Minister van justitie leest men nog In het Dbl. v. N.-Br.: „Het heeft eenige moeite gekost de familie over de grenzen te krijgen, maar het is ten slotte toch gelukt. Op grond der Vreemdelingenwet. Deze wet vordert, dat men middelen van bestaan hebbe en nu blufte de chef Tanassle wel van „riche compagnie", maar bewijzen van zijn rijkdom heeft hij niet kunnen overleggen. „De veldwachter van Teteringen keek het volkje heel den dag op de vingers en had alzoo geconstateerd, dat er slechts twee ketels waren binnengekomen al den tijd, dat de familie hier was. „Van de reparatie van twee ketels kan een familie van 40 man niet bestaan, overwoog de burgemeester van Teteringen. En dus heeft hij Tanassie doen aanzeggen, dat hij mét z'n bende Dinsdagavond weg moest zijn. „Tanassle naar zijn consul getelephoneerd. Die naar den Minister van Buitenlandsche- Zaken. Niets aan te doen. „Toen naar den procureur-generaal In Den Bosch. „Ook daar kregen ze geen gehoor. „Toen naar den heer Oostvogels, om te vragen of hij niet een stukje grond had binnen de gemeente Breda. „De heer Oostvogeis weigerde ook. „Daarop kwam de maréchaussée en zette heel de zaak op den trein naar Antwerpen. „De heer Ger. van der Heijden, die een paar Zigeunervrouwen geschilderd heeft en die een dag later nieuwe contracten wilde gaan afsluiten, vond 't terrein verlaten. „Maar dat souvenir zullen we er toch nog van hebbeneen paar schilderstukken van Ger. van der Heijden". Dr. COOBL, Cook is eindelijk gevonden... zegt men. Hij is gezien, naar de N. Y. World verneemt, in een stadje ten noorden van Quebec in Canada, waar hij stilletjes in een klein hotel woont, met verklaarbare bescheidenheid de belangstelling der menigte ontwpend. Anderen echter willen hem op den trein naar Detroit gezien hebben. Het Deensche blad Politiken geeft het volgende staaltje van „handigheid" van onzen Poolheld: De Justltleraad Muller, oud-bestuurder van de kolonie Qroenland, heeft aan de Dannebrog verteld, dat, toen hij in 1894 te Holstenborg op Oroenland was. Cook bij hem kwam. Die was toen de geleider van een gezelschap Amerikaansche toe risten op het stoomschip „Miranda", varende op de westkust van Oroenland. Het schip was vastgeraakt en Cook kwam nu om een schoener vragen. Toevallig zag Cook bij Muller eenige kleedjes liggen van hoogst kostbare elderganze- vellen. Hij wilde die koopen, en de koop werd gesloten voor 593 dollars. Cook gaf daarvoor een chèque. Hij had geen goud bij zich, maar er was genoeg aan boord van de „Miranda". Hl] zou het geld dadeiljk zenden. Cook nam de kleedjes mee. Na eenlgen tfld kwam er een brief, meldende, dat er aan boord geen geld was, maar het volgende jaar zou hij terugkomen met de som in Amerikaansch goud. De „Miranda" ging verloren, maar alle opvarenden en hun bagage, ook de eiderdonskleedjes, kwamen behouden In Amerika terug. Muller zond de chèque naar Kopenhagen, maar In 1895 kreeg hij hem terug met het bericht, dat er aan de bank, waarop Cook de chèque uitgegeven had, geen geld van hem was. Muller schreef naar Amerika, waarop Cook antwoordde, dat hij helaas alles met de „Miranda" verloren had, maar zoo waarlijk als er een Qod in den Hemel was, zou hij Muller betalen. Spoedig daarop ging Cook met de „Ger- lache" naar de Zuidpool. Toen hij terug was en in Amerika lezingen hield Muller meent in 1899 wendde deze zich tot Welmann, den Deenschen consul-generaal te New-York (later te Hamburg en nu minister van koophandel). Het consulaat sprak Cook aan, deze weigerde.eerst te betalen, maar toen hem beduid werd, dat men de zaak niet zou laten rusten, bood hij ter af betaling een 200 dollar aan. De consul ried Muller, het maar aan te nemen, aan gezien het moeilijk was meer van Cook te krijgen. Aan Politiken vertelde Muller verder, dat, toen dr. Cook nu In Kopenhagen zou komen, hij uit Zweden, waar Muller zich bevond, een brief aan een vriend schreef, met verzoek de Deensche regeering over Cook in te lichten. Dat heeft die vriend gedaan. De Dannebrog vraagt 'zich af, waarom men destijds Muller niet heeft geloofd en verwijt minister Welmann, dat hij niet uit Hamburg, waar hij consul-generaal was, de regeering heeft gewaarschuwd. Daarop antwoordt minister Weimann nu (in PolitikenZoodra ik hoorde dat dr. Cook officieel te Kopenhagen zou ontvangen worden, seinde Ik aan den minister van buitenlandsche zaken en vertelde hem, dat Cook zich In 1894 aan oplichting had schuldig gemaakt. Ik deelde den minister vervolgens schriftelijk de heele geschiedenis mede. De minister was toen al zeker dat het een bedrieger was. Naar Scavenlus, de tegenwoordige minister van buitenlandsche zaken, Poli tiken mededeelde, wist de regeering en het comité van ontvangst en waarschijnlijk ook de koning van Welmann's waar schuwing. Die kwam één of twee dagen vóór Cook's aankomst. De oud-minister Hansen, voorzitter van dat comité, deelde aan Politiken mede, dat hij na raadpleging met een ander lid van het comité, in de waarschuwing geen aanleiding vond om de ontvangst te elfder ure af te lasten. Bovendien, het vertrouwen, dat Egan, de gezant, In Cook had, steunde hem In dat besluit. Dit alles maakt het onbekookte enthusl- asme van de Denen na Cook's terugkeer nog bedenkelijker. Een telegram uit New-York meldt, dat Cook als lid van de „Arctic Club" ge schrapt Is. Zijn boeken zullen voortaan bij de afdeellng der letterkundige verval- schingen worden Ingedeeld. Eigenaardige broodwinningen. In het Handelsblad van Antwerpen komt een zeer merkwaardig artikel voor, waaraan wij het volgende ontleenen: Ruim 50 jaar geleden ontsluierde Prlvat d'Anglemont in zijn boek „Paris Inconnu" voor de oogen van het goede publiek etn menigte beroepen, die in de meest afge legen hoeken van de Fransche hoofdstad een gansch leger van voortreffelijke lieden In het leven hielden, welke alles behalve begunstigd waren door de fortuin. Sinds dien tijd Is het getal dezer be roepen, wier bestaan door de gelukkigen der aarde niet eens vermoed worden, slechts meer en meer aangegroeid en vermenig vuldigd. Wij zullen er eens eenige opnoemen: Aan de kaaien In den omtrek van de Morgue kan men des zomers een dertigtal goede burgers zien met een bizonder eigenaardig uiterlijk, breede baard en lange haren, die met een onwankelbaar geduld zich bezig houden met allerlei pijpen ln meerschuim en amber door te rooken. Deze nederige doorrookers of „cullotteurs", zooals men ze te Parijs noemt, hebben acht dagen noodig, om aan hun werk zijn bizonderen „chic" te geven en de pijp, die alsdan zoo zwart als ebbenhout is, wordt daarna verkocht op de groote boulevards aan een tiental „louls". De rooker verdient met dit ambacht 40 stuivers per dag en de aannemer levert hem dan de tabak kosteloos. Deze tabak zelf wordt echter hier en daar in herbergen en kolfiehuizen, restaurants, schouwburgen, concertgebouwen en andere openbare ver makelijkheden, opgeraapt door zoogenaamde „megotiers". Deze tabak wordt gezuiverd, gewasschen, in pakjes gedaan en verkocht voor 2 francs het kilo. Deze „megotiers", die weliswaar overal achtervolgd worden, slagen er toch in aldus twee of drie pond tabak per dag op te rapen en zij verdienen daarmee dan 40 stuivers. In den omtrek van het stadhuis kan men voortdurend een gansche menigte deftig uitziende heeren van 9 uur 's morgens tot 4 uur 's namiddags zien rondslenteren. Dat zijn beroepsgetuigen, die gehuurd worden om bij verklaringen van overlijden, geboorte, ongevallen en andere zaken, den dienst van „getuige" te verrichten, tegen een vast loon van 40 stuivers en een glas wijn op den hoek. Dergelijke getuigen treft men insgelijks aan in den omtrek der polltie-bureaux. Voor 20 stuivers en een pinte noemen zij dan den eersten den beste, die het hfln verzoekt, den eerlijksten man van de wereld. Voor 100 francs en soms iets meer, doen die mannen de moeite op de bureeien van den Burgerleken Stand, elk kindje, dat voor moeder het een of ander bedrogen meisje en voor vader een onbekende heeftte wettigen of als het hunne te erkennen. Hetzelfde volkje vindt men terug bij het gerechtshof, waar men voor 5 fr. alle ge tuigenissen onder eed opvisschen kan, die men, volgens de wet of volgens zekere voorschriften, noodig zou kunnen hebben. Figuranten, die dadelijk gereed zijn, om, hullend als kinderen, een lijkstoet te volgen, vindt men bij de vleet voor 3 fr. per persoon voor 40 stuivers meer spreken zij daarbij nog eene roerende lijkrede uit op het graf van den overledene; voor huwelijken is het dezelfde prijs. De edele gilde der kreupelen, lammen, éénbeenigen, blinden, enz., wordt aange worven tusschen de vaklieden, die reeds hun proefstuk geleverd hebben en die ware eigenschappen hebben, om van de mede- lljdende zielen gulle weldadigheid af te smeeken. Terwijl de groote eerste rollen gespeeld worden op de beste plaatsen, worden elders de minder begaafden ge bruikt, om als blinden, éénbeenigen, lam men, kreupelen en andere misvormden dienst te doen tegen een vast loon van 10 fr. per dag. In de Hallen heerschen die kleine onbe kende beroepen in hunne volle ontwikkeling; twintig, vijftig, honderd mannen, vrouwen en kinderen huilen daar van honger van 's morgens tot 's avonds en van 's avonds tot 's morgens, zij verdringen zich rond de uitstalling van den soep-, koffie- en chocoladeverkooper. Schijnbaar zeer ver heugd genieten zij van de kom rookende soep, waaraan zij slurpen, om van te waterlanden. Brave en liefdadige zielen hadden het zich ten plicht gerekend, die soep voor hen te betalen doch, 't is weer eens bedrog, dezelfde kom soep dient nog voor twintig andere uitgehon- gerden I In de kelders van de hallen houden zich bizondere kunstenaars bezig met oud ge vogelte te verjongen. De poolen worden gezuiverd, de nagels worden verzorgd en eene hen van vijf 4 zes jaar oud, schijnt, wanneer zij uit de handen van deze be kwame kunstenaars komt, niet meer dan 6 tot 8 maanden oud. Een weinig verder worden er prachtige hanenkammen uit gewoon kalfsvleesch gekapt, of op een andere plaats worden uitmuntende „escargot's de Bourgogne" geboord uit de longen van een oude koe, of niertjes in gekneed brood In oude reuzel gelegd; weer elders zijn het jonge aard appelen, eerste worteltjes of annanasgelel, die ontstaan tusschen de bekwame vingers van menschen, die zich daarvoor bedienen van oude aardappelen, beeten en pronk- appels. Verder veranderen eenige behendige straatloopers de poolen van zeekreeften in een lekkere vischpasteioude beschim melde broodkorsten, die uit de straatgoten weiden opgeraapt, veranderen in bollekens voor de soep, in Turksche mutsen en „graint viennois"terwijl de billen van oude paarden worden gedoopt met den naam van „filet de chevreuil", en de „wilde dieren" der rloolen worden opge diend als „civet royal". En al deze brave lieden, die voor ware meesters doorgaan in de kunst van allen afval in de lekkerste spijzen te veranderen, verdienen aldus van 6 tot 8 fr. per dag, of per nacht. Is dat alles? ln het geheel niet I Zwart gemaakte ronde stukjes aardappel verkoopen voor truffels van Perigord Is nog maar een eerste proef in deze kunst en aan de boorden der Seine kan men In den zomer mannen zien, die zich bezig houden met de vangst van allerlei vlsschen metvier poolen. Deze vischvangst Is soms waarlijk won derbaar, want jaarlijks wordt er omtrent het volgende opgehaald 2114 honden, 898 katten, 2869 ratten, 518 hennen, 36 eenden, 4600 stukken vleeschafval, 217 konijnen, 12 schapen, 31 paarden, 44 speenvarkens, 8 varkens, 26 ganzen, 29 kalkoenen, 3 kalveren, I aap, 9 gelten, 1 slang, 4 stekelvarkens en 681 verschillende vogels. Deze diertjes worden allen naar bizondere kunstenaars gebracht, die door middel van menigvuldige bewerkingen er in slagen, uit deze In ontbinding zijnde rompen, een uitmuntend vet te trekkenof dit ook aan tafel gebruikt wordt, weten wij niet. Deze nederige vlsschers geraken er toe op die wijze 4 tot 5 fr. per dag te winnen. Gemengd Nieuws. Liefdesdrama's I Bij het Sterrebosch te Utrecht heeft zich Woensdagavond een liefdesdrama afgespeeld. Een 23-jarige sigarenmaker was na een twist met zijn meisje zóó ln wanhoop, dat hij onder een passeerenden trein terecht kwam. In de klinieken, waarheen men hem vervoerde, overleed hij. No. 2. De jongeling, die nabij Staphorst uit den trein viel en dood werd opgenomen, is iemand uit Drachten. Hij was zenuw ziek, tengevolge van teleurgestelde liefde. No. 3. Te Noord-Drachten heeft zekere B. met een revolver op M. de Haan geschoten. De kogel drong in den arm, waaruit hij door een geneesheer moest verwijderd worden. De dader wiens misdrijf wordt toe geschreven aan minnenijd is door den burgemeester gehoord. Proces-verbaal is opgemaakt. Een arbeider te Jubbega (Fr.) ging met zijn jongetje uit om wild te stroopen. In het veld gaf hij zijn geladen geweer aan zijn zoontje. Deze trok het geweer af, waarbij de vader het volle schot in de dij kreeg. Zwaar gewond werd hij naar het Zieken huis te Heerenveen vervoerd. De man is vader van nog 4 jonge kinderen. Concurrentie! De klachten over den hedendaagschen slechten tijd gaan meestal vergezeld van het roemen op „den goeden ouden tijd". Als een bewijs, dat de roem van dien tijd slechts denkbeeldig Is en toen de menschen evenzeer klaagden, Is het opmerkelijk te lezen, wat Balthazar Brand, reeds in 1394 in zijn „Narrenschip" zingt Geen gilde is meer wat waard, Overstelpt is alles, overzwaard, Leerling neen, meester dat wil leder, Dit brengt het handwerk zoo te lleder, Tot meester ziet men veel verheffen, Die niet de kunst van 't vak beseffen De één drijft den ander op de helde En helaas 1 ze vallen beide. HQ richt het al goedkooper uit. En moet dan ook de deur dra uit. Wil de één het al niet goedkooper geven, Geen nood, een ander woont daarneven, Die meent het wel te kunnen klaren En gaat dan op den arbeid sparen. Verslechterd worden de waren dan. Opdat men ze billijk geven kan. Reis om de wereldin een toni Dezer dagen zijn te Mechelen twee Italianen

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1910 | | pagina 6